138 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Augustus 1904. der burgerdag- en avondschool, onder dankbetuiging voor de veeljarige goede diensten door hem aan de gemeente bewezen 4o. de heeren J. Bubberman en S. Baron, onder eervolle ontheffing uit hunne betrekking van leeraar aan de opgeheven burgerdagschool, te continueeren als leeraren, onderscheidenlijk in het liandteekenen en in het lijntee- kenen aan de burgeravondschool, zulks voorloopig op de door ieder hunner tot dusverre genoten jaarwedde van 700.op welk bedrag zij aanspraak houden, totdat hun, krgphtens de bij raadsbesluit van 26 Juli j.l. vast gestelde regeling, cene gelijke of hoogerc bezoldiging toekomt. 5. Rapport van de commissiebelast geweest met het onderzoek van de begrooting der d.d. schutterij voor 11)05 Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt besloten de begrooting der d.d. schutterij voor 1905 voorloopig vast te stellen tot een bedrag in uitgaaf van ƒ2993. 6. Rapport der commissiebelast geweest met het onderzoek van de begrooting van het Stads-ziekenhuis voor 1005. Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt besloten de begrooting van liet Stads-ziekenhuis voor 1905 goed te keuren tot oen bedrag in ontvang en uitgaaf van 12,371. 7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot toe kenning van subsidie aan de 31 Augustuscoinmissie. Heeft ter visie gelegen om heden aan de orde te worden gesteld. De beraadslagingen worden geopend. Den heer Lautenbach spijt het, maar hij mag het niet achterhouden, dat de handelingen van de 31 Augustus- commissie van dien aard zijn, dat zjj de sympathie van een groot deel der ingezetenen heeft verloren. Niette genstaande er reeds eenige jaren geleden op is gewe zen, in de vergadering der commissie en in de Leeu warder Courant over geschreven, heeft de aangifte voor de volksspelen nog altijd plaats op een Zondag. En nu begrijpt spreker niet, waarom de commissie geen handelingen wil voorkomen, die leed veroorzaken aan menschen, die eene andere opvatting hebben van de viering van den Zondag. Wilde de commissie inder daad deze menschen tegemoet komen, dan zou zij daartoe wel eene gelegenheid kunnen vinden. Wanneer men aldus een groot aantal ingezetenen gaat grieven, dan dwingt men dezen, feest te vieren in eigen kring, hoewel dat spreker zeer zou spijten. Bovendien worden hunne kinderen ieder jaar uitgesloten van de volksspelen, is dat billijkP en toch geschiedt het jaar in jaar uit. De heer Schoondermark meent de woorden van den heer Lautenbach niet met stilzwijgen te mogen voorbij gaan. De opmerking in de vergadering der commissie gemaakt had alleen betrekking op do volksspelen. Spre ker heeft het genoegen voorzitter te zijn van de com missie voor de volksspelen, en als zoodanig kan hij den heeren mededeelen, waarom de aangifte op Zondag is gesteld, dit ligt volstrekt niet aan onwil, maar de om standigheden dwingen er toe. Met moet niet vergeten, dat voor de aangifte schoollokalen noodig zijn en deze kan men in de week niet krijgen. Dit is de eenige reden, waarom de aangifte op Zondag is gesteld. De heer Lautenbach had er wel op gerekend, dat de heer Schoondermark niet tot de personen zou belmoren, die deze zaak per se willen doordrijven. Spreker kan zich niet voorstellen, dat het niet kan op een avond in de week. liet is aan alle leden van de commissie bekend, dat er menschen in Leeuwarden zijndie de door spreker bedoelde opvatting over de viering van den Zon dag huldigen. Eene feestcommissiedie volksfeesten organiseert, moet zich zorgvuldig wachten door haar optreden anderen te grieven. Zooveel mogelijk heffe zij bezwaren op, en doe het volk gevoelen dat zij een nationaal feest aanbiedt. Dit is toch een reden om daaraan tegemoet te komen. Men zal het ten slotte zoo ver drijven, dat een decider ingezetenen dit feest ter eere van Hare Majesteit onze geëerbiedigde Koningin op eigen houtje moet gaan vieren. liet komt spreker voor, dat de aangifte best op een der 6 avonden in de weck kan plaats hebben; alle open bare lagere schoollokalen zijn dan immers onbezet en anders zijn er in cene stad als Leeuwarden wel andere lokalen te krijgen. Spreker wil gaarne de eenheid en harmonie onder de ingezetenen bewaren, maar op zoo'n manier wordt dat onmogelijk gemaakt. liet behoeft toch geen betoog, dat ook deze handelin gen invloed hebben op de bijdragen. De heer Schoondermark moet naar aanleiding van bet door den heer Lautenbacht gesprokene zeggen, dat de commissie er niet aan gedacht heeft de aangifte te doen plaats hebben op ceu avonduur. Er is wel op gewezen, dat het tusschen de schooluren zou kunnen, maar dit is afgestuit op het bezwaar, dat de kinderen dan moesten eten. De avonduren zijn ook niet genoemd door den lieer, die de zaak in de commissie ter sprake bracht. Spreker zal trachten er een volgend jaar verandering in te brengen. liet ligt heusch niet aan onwil. De heer Koopmans wil zijn stem motiveeren; spreker zal tegen het voorstel stemmen, omdat hij zich niet op glad ijs w il begeven. Duizenden menschen worden den 31 Augustus naar de stad gelokt, maar spreker meent, dat de harddraverij de clou is, waarom zij in de stad komen. Als de subsidie wordt toegestaan, zal de harddraverij- vereeniging misschien ook met een aanvraag komen. Spreker verwondert zich er over, dat het particulier ini tiatief niet zoodanig is, dat die 2UÜ ook zijn te vinden, li ij beschouwt de zaak aldus, dat niet voldoende is onder zocht, of er nog gaatjes zijn, waar wat is te halen. Den heer Hijikema spijt het ook, dat de commissie met dit verzoek bij deu Baad moet komen, maar nood breekt wet. Nu zegt de heer Koopmans, dat de hard draverij de grootste attractie is, maar spreker wil er toch op wijzen, dat de harddraverij vereeuiging dezen dag uitkiest, omdat zij overtuigd is, dat er veel volk in de stad zal komen. Vandaar, dat op het programma ook alles voorkomt, wat op den 31 Augustus wordt gegeven. Alles werkt te zamen, om hier een grooten toeloop van menschen te krijgen en dat is geen onverschillige zaak voor de neringdoenden. En nu weet spreker wel, dat particulieren eigenlijk het geld bijeen zouden moeten brengen, maar wanneer ze dat niet voldoende doen, kan men de menschen er niet toe dwingen; hij kan verzeke ren, dat van de zijde van het bestuur wel pogingen zijn en worden gedaan om meer geld los te krijgen, en hij kan ook wel mededeelen, dat sommige menschen het vorige jaar diep in hun beurs hebben getast, om het tekort aan te zuiveren. Spreker gelooft, dat de Baad wel zal doen een subsidie van 200 toe te kennen, waardoor hij de commissie in staat stelt een feest te geven, wat spr., zooals reeds gezegd, van algemeen belang acht, en vooral van belang voor de neringdoenden. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Augustus 1904. 139 De Voorzitter kan wel mededeelen, dat, wat hem betreft, het verzoek niet met groote sympathie is ontvangen. Wanneer echter een dergelijk verzoek inkomt, ondertee kend door den heer Bloembergen, kan men er op aan, dat de subsidie werkelijk noodig is. Met goedkeuring van de andere wethouders wordt dan ook nader voorgesteld in het voorstel in te voegen „voor dit maal", dus te lezen „voor dit maal te verleenen." De beraadslagingen worden gesloten. liet voorstel wordt in stemming gebracht en aange nomen met 13 tegen 2 stemmen, die der heeren Lauten bach en Koopmans. Alzoo is besloten een subsidie van ƒ200 aan de 31 Augustus-commissie voor de a.s. feestviering voor dit maal te verleenen. Op de vraag van den Voorzitter, of nog iemand het woord verlangt, vraagt en verkrijgt de heer Schoonder mark het woord en deelt mede, dat het door hem te ontwerpen plan voor den aanleg van het terrein voor een wandelpark met de toelichting gereed is. Spreker kan het bij dezen den Voorzitter ter hand stellen. De Voorzitter zegt, dat het zal worden gevoegd bij de stukken, die op deze zaak betrekking hebben. Daar niemand meer het woord verlangt, wordt de openbare vergadering gesloten, om over te gaan in ge heime zitting.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1904 | | pagina 6