Vergadering van Dinsdag 10 Oetober 1905. I Iöu_ Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 October 1905. 183 Tegenwoordig 22 leden, te weten de heerenEeucker Andreae, Jansen, Wilhelmjj, Schoonderinark, Besuijen, Burger, Komter, Feitz, Koopmans, Uaverschmidt, Troelstra, Beerends, Tromp, Lautenbach, van Ketwich Verschuur, Baart de la Faille, Menalda, Feddenia, Ilijlkema, Duparc, Tigler Wijbrandi en van Messel. Afwezig de heerBeekhuis. Voorzitter: de heer A. E. Zimmerman, Burgemeester. I. De notulen van do op Dinsdag 19 September 1.1. gehouden vergadering worden gelezen en goedgekeurd. II. Wordt medegedeeld: 1. Bericht van afwezigheid van den heer Beekhuis. 2. Dat door den heer Commissaris der Koningin in deze provincie aan den Burgemeester dezer gemeente verlof tot afwezigheid voor herstel van gezondheid is verleend voorloopig van 11 Oetober e.k. tot 1 November d.a.v. 3. Resolutie van Gedeputeerde Staten, geleidende af schrift van het koninklijk besluit d.d. 9 September 1905 no. 35, waarbij de helling eener belasting op het houden van honden is goedgekeurd. 4. Proces-verbaal van de opneming der kas van den ontvanger dezer gemeente op 21 September 1. 1. 5. Dankbetuiging van Mej. W. van Solkema voor hare benoeming tot onderwijzeres aan gemeenteschool no. 3 alhier. li. Alsvoren van den heer Mr. C. J. Prakken, districts schoolopziener alhiervoor de hem geschonken gele genheid tot bijwoning van het diner op 25 September 1.1. De punten 16 worden voor kennisgeving aangenomen. 7. Verzoek van den heer N. T. Albarda e. a. om een beukenboom, staande tegen den ringmuur van zijn huis aan de Emmakade, te doen rooien. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wet houders om prae-advies. 8. Begrooting van inkomsten en uitgaven van het Nieuwe Stads-Weeshuis, dienst 1906. Wordt gesteld in handen van de heeren Duparc, Lautenbach en Burger, om onderzoek en rapport. 9. Missive van den Leeuwarder Bestuurdersbond en de afdeeling Leeuwarden der Soc. Democr. Arbeiders partij, houdende instemming met het verzoek van drank- bestrijders-vereenigingen om subsidie uit de gemeentekas. Wordt gevoegd bij de betreffende stukken. 10. Adres van onderscheidene drankbestrijders-ver- eenigingen, houdende verzoek om den drankverkoop in voor het publiek toegangeljjke lokaliteiten te verbieden van des Zaterdagsavonds 10 uur tot des Zondagsmiddags 2 uur, benevens adhaesie-betuigingen met dit verzoek van andere vereenigingen. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wet houders om prae-advies. 11. Adres van II. Looienga, waarn. voorzitter en secretaris van het 9 uur sluitingscomité, houdende ver zoek om alsnog verordeningen te willen maken, betref fende de 9 uur winkelsluiting met adhaesie-betuiging van onderscheidene vereenigingen en van winkeliers. De Voorzitier deelt mede, dat Burgemeester en Wet houders, in aanmerking nemende, dat het vorig jaar met groote meerderheid een afwijzende beschikking is genomen door den Raad op een dergelijk adres, thans voorstellen, het verzoek wederom van de hand te wijzen. De lieer Besuijen heeft bezwaar om met het voorstel mee te gaan, omdat de omstandigheden waaronder het verzoek thans wordt gedaan, absoluut verscheiden zijn van die waaronder verleden jaar hetzelfde werd gevraagd, zóó verschillend, dat het hem niet onmogelijk lijkt, dat de logica der feiten verscheidene der heftigste bestrijders van het vorig jaar thans tot voorstanders zou hebben gemaakt. Afgezien nog daarvan dat toch ook aan de nieuwe leden, die sedert verleden jaar zitting namen, gelegenheid moet worden gegeven om in deze gewichtige aangelegen heid hun meening te verdedigen en om te pogen anderen te overtuigen, zjjn er verschillende omstandigheden, die een herziening van het vroeger besluit zouden recht vaardigen. Spreker wil allereerst doen opmerken, dat het vorig maal door de hoofdbestrijders is gezegd begint met te trachten langs den weg van het particulier initiatief te verkrijgen wat ge ons vraagt. Blijkens de toen gehouden stemming was dat voor een groot deel ook de meening van den Raad. Deze wenk, door den Raad gegeven, is met onnavolgbaren ijver, zonder besparing van moeite of kosten, opgevolgd. Er is werkelijk een voorbeeldige actie op touw gezet en een moment leek die actie bekroond te zijn door een schitterend succes. Up een oogenblik toch wras de maatregel van negen-uur-sluiting bijna algemeen ingevoerd, in verschillende soorten van bedrijven. Slechts zes winkeliers wilden zich niet er mee vereenigen en, waar het minder gewenscht is hier het woord „idioot" te gebruiken, zal spreker volstaan met de bewering dat één daarvan stellig ontoerekenbaar De Voorzitter doet den spreker opmerken, dat thans uitsluitend aan de orde is het voorstel van Burgemeester en Wethouders oin afwijzend te beschikken op het adres van het 9-uur-sluitings-comitó. Spreker moet zich bepalen tot de bestrijding van dat voorstel. De heer Besuijen wil alleen maar constateeren, wat er gebeurd is na het vroeger gevallen besluit, teneinde aan te tooncn, dat de omstandigheden geheel anders zjjn geworden. Men is nu zoover, dat het door den Raad gegeven advies door adressanten is opgevolgd, en de zes weiger aars zouden de moeite der vermelding niet. waard zijn, zoo niet de óóne ontoerekenbare en vijf dwarsdrijvers, van die chicaneurs, zooals men die overal vindt, geholpen door de concurrentie, deze steunpilaar van het heerlijk kapitalisme, oorzaak werden, dat het verkregen resul taat nu weer wegsmelt als sneeuw voor de zon. Spreker heeft dit verwacht; reeds meermalen proefondervindelijk gezien, wat nu weer proefondervindelijk bewezen is, n.m.l. dat de huldiging van de ouderwetsche oud-liberale idee dei- persoonlijke vrijheid, bij slot van rekening hierop neer komt. dat een heel kleine minderheid een groote meer derheid dwarsboomt, of zooals hier, dat vijf chicaneurs en één ontoerekenbare in staat gesteld worden om 200 goedwillende winkeliers te ringelooren en te koeïeneeren en van hun vrijheid te berooven. De toestand is dus in zooverre gewijzigd, dat men getracht heeft, het doel te bereiken langs den weg van particulier initiatief, dat groote sympathie is gebleken, maar dat deze weg toch tot mislukking blijkt te voeren. Dat is voor spreker al reden genoeg om waar het advies van den Raad dus werd opgevolgd, adressan ten het recht toe te kennen om te vragen, dat hun ver zoek nog eens behandeld zal worden. Maar dat is niet het eenige. Een tweede argument, dat misschien bjj den Raad meer gewicht in de schaal legt, is gelegen in het prae-advies der Commissie voor de strafverordeningen. Deze zeide in haar prae-advies in 1904, dat al ware het echter anders, al zouden n.l. let ter en geest van art. 135 der Gemeentewet zich niet verzetten tegen het maken der verlangde verordening, dan nog „zouden wij U moeten ontraden, daartoe over te gaan."

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1905 | | pagina 1