f 248 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad Voortgezet op Donder* De heer van Ketwich Verschuur heeft in zijn laatste spreekbeurt beweerd, dat spreker zijn cijfers zou hebben bestreden, maar dat is onjuist. Spreker heeft juist ge zegd, dat die cijfers, volkomen bevestigen de opgaven, die in sprekers stuk in de Leeuwarder Courant zijn te vin den. Alle bekende cijfers staan in dat stuk. lieden zijn daar nog eenige nieuwe aan toegevoegd en spreker is het met den heer Komter eens, dat daaruit blijkt, dat de uitgetrokken som in geen geval voldoende kan heeten. De kosten, wanneer men de verstrekking van klompen zooals tot lieden geschiedde laat plaats vinden, blijken 225.— per maand te zijn en de toestand is nu zoo, dat de duur der verstrekking te kort is. Voor de twee maanden November en December zou nu onder het erkend onvoldoende systeem 450.noodig wezen naai de gemaakte berekening, terwijl er nog maar 75. over is, dus 325.te kort, bij het systeem van ver strekking met te lange tusschenpoozen en onvoldoenden duur. Wordt die duur verlengd, zooals de onderwijzers en hoofden wenschen en de verstrekking vlugger uitge voerd, dan zal het tekort niet 375.— maar veel meer zijn. Men zal dan aan 1000.misschien nog geen cent te veel hebben. De beraadslaging wordt gesloten. In stemming gebracht, wordt het amendement-Besuijen verworpen met 12 tegen 2 stemmen, die der lieeren Koopmans en Besuijen. Het amendement-Koopmans wordt hierna verworpen met 11 tegen 3 stemmen, die der lieeren Koopmans, Besuijen en Komter. Post 218 van de begrooting wordt met algemeene stemmen onveranderd vastgesteld. De posten 219 tot 258 worden aangenomen met alge meene stemmen zonder beraadslaging. De heer Koopmans zou na post 258 een volgnummer 258a willen invoegen en wel naar aanleiding van het onlangs door den Raad genomen besluit in verband met de opmerking der commissie tot het nazien van de reke- ning over 1904. De heer van Ketwich Verschuur heeft er toen ook op gewezen, dat een post ïxiocst worden ingelascht„Niet terugbetaalde restitutie van belastingen over vroegere dienstjaren." Spreker stelt voor, onder afdoeiing II hoofdstuk A III dezen post te plaatsen en dien uit te trekken op J 10Ü. De heer van Ketwich Verschuur wil dit voorstel met een paar woorden ondersteunen. Na het ampele debat, kort geleden over dit onderwerp gevoerd, heelt de heer Koopmans dit voorstel thans in overleg met spreker ge daan. Nu is uitgemaakt en ook door Burgemeester en Wethouders erkend, dat de wet van 1815 voor deze vor deringen niet geldt, moet een post worden aangebracht en ook spreker meent, dat het daarvoor hier de plaats is. De Voorzitter meent dat het beter is, wanneer de heer Koopmans voorstelt, er een memoriepost van te maken, in plaats van er een bepaald bedrag voor uit te trekken. De heer Koopmans stemt daarin toe, dat kan even goed. Dienovereenkomstig wordt met algemeene stemmen besloten. De posten 259 tot 2(13 worden met algemeene stem men aangenomen zonder beraadslaging. Post 204, Onvoorziene l'itgaven, wordt aangehouden ot na behandeling der ontvangsten. van Leeuwarden van Woensdag 8 November 1905. lag 'J November 11)05. INKOHSTE N. Hoofdstuk I art. 1. Batig slot der rekening over 1904 08757,70. De beraadslaging wordt geopend. De heer Besuijen heeft in de secties zijne denkbeelden ontwikkeld omtrent de wenschelijkheid om gemeentegrond in erfpacht uit te geven. Wegens het voorkomen onder dezen post van inkomsten uit den verkoop van grond, vi-aagt spreker aanteekening in de notulen, dat hij zich tegen dit artikel verklaart. De heer Koopmans heeft dit saldo over 1904 nage gaan met de commissie voor het nazien der rekening en liet eens uit elkaar gehaald en nu komt het spreker nog altijd voor, dat de gewone inkomsten te laag zijn tegen over de gewone uitgaven, het standpunt, dat spreker ook verleden jaar innam. Men gaat zoo steeds achteruit. Spreker zal evenwel niet uitvoerig hierbij stilstaan al doende leert men; wel zal spreker er elk jaar op tim mei-en, maar alleen om zijn medeleden aan te sporen, zelf te onderzoeken hen dwingen, met hem mee te gaan, doet spreker niet. Men onderzoeko zelf. Verleden jaar heeft spreker alleen tegengestemd. Ook nu vraagt hij aanteekening, dat hij tegen is, want het op 190(1 over gebracht saldo is uit de rekening van 1904 onzuiver voortgekomen. De Voorzitter meent, dat waar meer dan één lid tegen blijkt te zijn, het beter is, te laten stemmen. Bij hoofdelijke stemming wordt de post goedgekeurd mot 12 tegen 2 stemmen, die der hoeren Besuijen en Koopmans. Volgnummers 2 tot 4 worden met algemeene stemmen aangenomen zonder beraadslaging. Volgnummer 5. Hoofdelijke omslag naar het inkomen 248000.— De beraadslaging wordt geopend. De heer Koopmans, als lid der reclame-commissie, wenscht er bij dit punt even op terug te komen, dat de behandeling van reclames tegen den Hoofdelijken Omslag gewijzigd dient te worden. Het duurt te lang. De Voorzitter meent, dat dit nu niet aan de orde is. Dat zou ter sprake moeten komen bij de verordening op de heffing van den Hoofdelijken Omslag. De heer Koopmans stemt gereedelijk toe, dat het nu niet aan de orde is, maar er wordt bjj de begrooting wel meer besproken, dat er slechts zijdelings verband mee houdt en spreker zou gaarne in het kort eene opmerking willen maken en die aan Burgemeester en Wethouders in overweging geven. Misschien willen zij er eens over nadenken of hier niet kan worden gevolgd, het ook in de groote steden gebruikte systeem bij de behandeling der reclames, waar een bijzonder ambtenaar is aangewezen. De omstandigheid, dat een aantal leden van den Raad des zomers uit de stad gaan, is oorzaak eener opschorting van de behandeling. Bijna elke raads vergadering weer blijkt er geen tijd te zijn voor afdoening. Daaruit komt zooveel last voort voor de belastingbetalen- den, dat wanneer spreker al zijn ondervinding daaromtrent eens mocht mededeelen, men het met hem eens zou zijn, dat het zoo niet langer kan gaan. Mogelijk heeft het college van Burgemeester en Wethouders slechts gewacht totdat er eens een stem uit den Raad over opging van Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 8 November 1905. 249 Voortgezet op Donderdag 9 November 1905. iemand, die er over kan oordeelen, dat het niet is zooals het moet zijn. De Voorzitter zal de opmerking van den heer Koop mans in de vergadering van Burgemeester en Wet houders overbrengen en eventueel gaarne profiteeren van diens ervaringen op dit punt. De volgnummers 6 tot 25 worden zonder beraadslaging met algemeene stemmen goedgekeurd. Volgnummer 26, Huur van huizen ƒ4300. De beraadslaging wordt geopend. De heer Schoontlermark wenscht iets te zeggen over de som van 250 uitgetrokken als huur voor het huis St. Jacobstraat no. 35. liet is zeker aan alle leden dezer vergadering bekend, dat de commissaris van politie, toen hij hier werd benoemd, zelf moest zorgen voor een woning en dan ook vrij was om te wonen waar hij ver koos. De heer Ilarinxma, toen nog burgemeester dezer gemeente, achtte het beter, en in het belang van de uit oefening zijner functie, dat de Commissaris woonde dicht bij het politic-bureau. Met zachten dwang is het den burgemeester ook gelukt, dat te verkrijgen. De lieer lieg had niet zoo heel veel lust, het huis in de St. Jacobstraat te gaan bewonen, maar hij gaf toe aan dien zachten dwang, omdat hij zelf gevoelde, dat het in hot belang was van den dienst. Hij stemde dus ten slotte toe. Op verscheidene andere plaatsen van ons land heeft ook de commissaris een woning bij het bureau, en die woning wordt hem dan gratis verstrekt als dienstwoning. Ie Amsterdam wordt den hoofdinspecteur of commissaris vergoeding verleend, mits hij woont binnen 5ÜÜ meter van het bureau.- Spreker zou op grond van een en ander aan deii Raad willen voorstellen, om het huis St. Jacobstraat 35 en de som van 250 uit de lijst onder post 26 te schrappen en den commissaris vrije woning te verschaffen, omdat lijj dit huis bewoont in het belang van den dienst. liet voorstel wordt ondersteund. De lieer Besuijen wil, ofschoon hij twijfelt aan het behalen van eenig resultaat, de vergadering erop wijzen, dat het salaris van den commissaris 2600 bedraagt en dat wanneer men hem vrij wonen geeft men dit mis schien wel kan doen voorkomen als was het geen ver hooging, maar in werkelijkheid geeft men hem toch 250 meer. In de Gemeentewet nu staat, dat de be zoldiging wordt geregeld door de regeering. In de wet ziet spreker dus een bezwaar om het voorstel te steunen. Afgezien nog daarvan, dat toen spreker gisteravond voorstelde, de belooning der beide surveillanten in den Prinsentuin van 8,50 op 9.— te brengen, o.a. de heer Schoondermark daar tegenstemde (De heer Schoondermark dat is niet waar AVelnu dan trekt spreker zijn woorden in. Spreker moest zeggen, de Raad was tegen het voorstel, maar nu men eene verhooging voor den commissaris vraagt, eene verhooging die niet eens op den weg van den Raad ligt en die op onregelmatige wijze wordt voorgesteld, nu zal de Raad dat voorstel aanvaarden Het wettelijk bezwaar is het eerste. Ten tweede be draagt hier het loon reeds ƒ2600.Wanneer men dat verhoogt, is het zeker vreemd, als daarnaast de weigering staat om een loon van ƒ8.50 per week te verhoogen. De heer van Ketwich Verschuur meent, dat ook hier weer blijkt, hoe vreemd de lieer Besuijen wetten leest. In de gemeentewet wordt gesproken over de salarisre- gelingdaar gaat het hier echter niet over. Wel zal het gevolg der beslissing kunnen zijn, dat de commissaris J 250 minder behoeft te betalen, maar hij krijgt er niets bijdat is geheel iets anders en gaat buiten die wet om. Spreker heeft het meegemaakt, hoe er vroeger door Burgemeester van Harinxma speciaal op aangedrongen is, dat de commissaris dit huis zou bewonen omdat de ge meente er groot belang bij had, dat deze zou wonen dicht bij het politie-bureaude heer ilog had echter weinig lust, daar te wonen, er was toen toch reeds besloten, de grootste kamer te bestemmen voor uitbreiding van het politie-bureau. De woning is dus niet meer wat zij vroeger was toen de heer de Jong er woonde. De eenige goede kamer eigenlijk was er afgenomen en er bleef een kleine woning over. Toch gaf de heer Heg aan dien drang toe en hij heeft steeds ƒ250 huur betaald. In verschillende gemeenten hebben deze functionarissen eene vrije woning. Spreker gaat geheel mee met den heer Schoondermark om de besproken ontheffing te verleenen en deze som te schrappen. De heer Jansen behoeft zeker niet in herinnering te brengen, dat in do jaren dat spreker hier zit, hij niet scheutig is geweest, waar het verhooging gold van trac- tementen der hooge ambtenaren. Hier is het echter een wel wat exeptioneel geval Al gaat spreker niet mee met het wettelijk bezwaar van den-heer Besuijen, met dezen is hij het geheel eens, dat in werkelijkheid de bron van inkomsten voor den Commissaris wordt ver hoogd, als men den voorgestelden maatregel neemt, liet exeptioneele van het geval, dat niettemin daarvoor pleit, ligt in het volgende. Een Commissaris van politie heeft geen pensioen. Ieder gemeente-ambtenaar heeft pensioen, maar de Commissaris van politie wordt evenals de Burgemeester benoemd dooi de Kroon. Hjj wordt bezoldigd door de gemeente, liet opmerkelijke is, dat hij niet onder de rijks-en niet onder de gemeente-ambtenaren valt. Zoo staat hjj ook buiten alle pensioenregelingen. Een ouden Commissaris zal men dus een gave moeten schenken om in zijn ouden dag te voorzien, zal hij niet gebrek moeten lijden. Of ƒ2600 als bezoldiging al dan niet genoeg is, weet spreker niet. Een tegemoetkoming echter, waarvoor de Commissaris dan bijv. een levensverzekering kan aan gaan, acht spreker in dit exeptioneel geval van een ambtenaar, voor wiens ouden dag zoo slecht is gezorgd, wel gerechtvaardigd. Spreker steunt daarom het voorstel van den heer Schoondermark. De heer Beekhuis meent, dat men wel juist doet, de vrije woning in samenhang te beschouwen met het trac- temciit. Spreker wil niet zeggen, dat hij juridisch het standpunt van den heer Besuijen onderschrijft, integen deel, hij is het eens met wat de heer van Ketwich Ver schuur zeidemaar practisch is het precies hetzelfde als eene tractcmcntsverhooging. Het komt spreker voor, dat de behandeling van dezen begrootingspost niet het juiste oogenblik is om de zaak onder de oogen te zien, juist omdat het hier practisch een quaestie van tractements- verhooging geldt. Spreker kan mededeelen, dat de zaak bij Burgemeester en Wethouders in onderzoek is. Zij hebben inlichtingen gevraagd over de regelingen in ge meenten, die met Leeuwarden in grootte overeenkomen. Traetementen en woningomstandigheden zal men dan kunnen vergelijken. Spreker stelt zich voor, dat wanneer daaruit aan Burgemeester en Wethouders blijkt, dat trac- temantsverhooging noodig is, zij aan de Kroon zullen adviseeren, in dien geest te handelen. Of wanneer Bur gemeester en Wethouders de zaak aan de gemeente willen houden, zullen zij vrije woning kunnen voorstellen aan den Raad. Maar spreker meent, dat de zaak in haar geheel moet worden bezien, dat men moet bcoordeclen of verhooging al dan niet is gewenscht. Beter is, den post nu te laten staan. Schrapping is alleen dan

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1905 | | pagina 20