212 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad
dat eene commissie uit het midden dezer vergadering
bezig is, de haar opgedragen taak tot een goed einde
te brengen.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
V. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den
oproepingsbrief' vermelde punten.
1. Benoeming van een onderwijzer aan gemeenteschool
no. 12.
De uitslag der gehouden stemming is, dat met alge-
meene stemmen wordt benoemd de heer K. E. Meinardy,
eenige sollicitant.
2. Benoeming van een lid der Commissie van Admini
stratie der Stads Bank van Leening.
De uitslag der gehouden stemming is, dat met 13
stemmen wordt benoemd de heer A. Ottema, aftredend
lid. 1 briefje is in blanco ingeleverd.
3. Benoeming van twee leden der Commissie van roe-
zicht op het Lager Onderwijs.
De heer Prof. Dr. C. 1'. Burger wordt met 14 stem"
men benoemd, de heer A. J. Brouwer met 12 stemmen-
Op den heer Mr. A. Menalda is 1 stem uitgebracht, ter
wijl 1 briefje in blanco is ingeleverd.
4. Benoeming van een leeruur in de geschiedenis aan
het Gymnasium.
De heer I). van Hoorn wordt met algemeene stemmen
als zoodanig benoemd.
Op voorstel van den heer Baart de la Faille wordt
besloten, de infunctietreding te doen plaats hebben mot
ingang van lieden.
5. Voorstel van Curatoren van het Gymnasium tot
periodieke verhooging der jaarwedde van den leeruur Br.
K. Poll.
De heer Besuijen wil geene discussie uitlokken, doch
alleen opmerken, dat hij tot verhoogingen van salaris
als de onderwerpelijke niet zal medewerken, zoolang de
gemeente nog werklieden in haar dienst heeft, die min
der dan ƒ10.per week verdienen.
De Voorzitter wil den heer Besuijen er op wijzen, dat
het voorstel berust op het Jtaadsbesluit van den 10 Maart
1891, zooals dat in 1903 werd gewijzigd.
I)o heer van Ketwich Verschuur wenscht in het licht
te stellen, hoe dwaas dergelijke opmerkingen zijn. De
Raad heeft bij verordening de jaarwedden der leeraren
aan het Gymnasium bepaald, zoodat Hij op dit oogenblik
daaraan gebonden is. Spreker begrijpt de tendenz van
dergelijke opmerkingen niet.
De heer Besuijen wil constateeren, dat het toch zeker
niet zijn schuld is, dat de door den heer van Ketwich Ver
schuur bedoelde verordening bestaat; hij heeft tot het
vaststellen daarvan niet medegewerkt, liet is nu aan hem
te bepalen op welke wijze hij tegen dit Raadsbesluit
wenscht te protesteeren, een recht, hetwelk hij zich door
van Leeuwarden van Woensdag 8 November 1905.
niemand zal laten ontnemen. Overigens wordt immers
het voorstel in stemming gebracht en kan het toch niet
dwaas worden genoemd, wanneer hij zich de vrijheid
permitteert zelf zijn stem voor of tegen te bepalen.
De heer van Ketwich Verschuur denkt er niet aan,
de rechten van wien ook te willen beperken, doch hij
blijft de opmerking van den heer Besuijen dwaas noemen.
Indien deze spreker in zijn geest iets had willen bewer
ken, dan had hij een wijziging der verordening op de
jaarwedden der leeraren aan het Gymnasium moeten
voorstellen.
Het voorstel van Curatoren wordt hierop in stemming
gebracht en aangenomen met 13 stemmen tegen 1, die
van den heer Besuijen. Mitsdien is besloten de jaar
wedde van den heer Dr. K. Poll te verhoogen met
/'200 en vast te stellen op ƒ2200.
6- Rapport der Commissieheiast geweest met het on
derzoek der begrooting van inkomsten en uitgaven van het
Nieuw Stads- Weeshuisdienst 1906.
Zonder discussie en met op één na algemeene stemmen
wordt besloten deze begrooting goed te keuren
in ontvang tot een bedrag van ƒ22769.155
uitgaaf ^22769.—
batig saldo ƒ0.155
Wordt opgemerkt, dat de heer Beueker Andreae tot het
nemen van dit besluit niet heeft medegewerkt.
v O
7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
den heer H. Groen eervol ontslag te verkenen als onder
wijzer aan gemeenteschool no. 5.
Overeenkomstig het voorstel wordt met algemeene
stemmen besloten, het gevraagde eervol ontslag met in
gang van 1 Februari 1906 te verleenen.
8. I oorski van Burgemeester en Wethouders om aan
den heer S. van der Zaag vergunning te verkenen tot het
maken van een inrit vóór zijn perceel aan de Ggsbert Ja-
piexstraat.
Wordt met algemeene stemmen besloten
aan den heer S. van der Zaag vergunning te verleenen
tot het maken en tot wederopzeggens toe hebben van een
inrit in gemeentegrond vóór de bergplaats zjjner stof-
zuigmachine aan de Gysbert Japicxstraat, kad. bekend
gemeente Leeuwarden, sectie G no. 6826, onder voor
waarde, dat
1. de inrit ten genoegen van Burgemeester en Wet
houders en op kosten van adressant wordt gemaakt van
klinkers in zand, en het trottoir, over de oppervlakte door
hem bereden, voor den duur van de vergunning ten ge
noegen van dit college wordt onderhouden;
2. als erkenning van liet eigendomsrecht van de ge
meente op den grond, waar de inrit wordt gemaakt, door
adressant en zijn rechtverkrijgenden jaarlijks voor of op
12 November, het eerst op 12 November 1905, ten kan
tore van den gemeenteontvanger wordt betaald eene re
cognitie van 0.50.
9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot aan
stelling van een concierge aan school no. 12 en in vérhand
daarmede tot wijziging van enkele verordeningen. (Bijlage
no. 29).
Met algemeene stemmen wordt aangenomen onderdeel
1. en alzuo bepaald, dat met ingang van 1 Januari 1906, of
zooveel later als wenschelijk zal blijken, aan Gemeente
verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 8 November 1905. 213
school no. 12 zal worden aangesteld een concierge op
eene jaarwedde van 450.en vergoeding voor schoon
maakkosten ad 400.en voorts op eene nader door
Burgemeester en Wethouders vast te stellen instructie.
In behandeling wordt genomen onderdeel 11
in art. 3 der verordening tot regeling van het doen van
aanbevelingen, de benoeming en het ontslag van gemeente
ambtenaren en bedienden en van werklieden in dienst
der gemeente (Gemeenteblad 1890, no. 2), gewijzigd bij
raadsbesluit van 8 November 1904, no. 9,
tusschen „J. de concierge van de middelbare school
voor meisjes" en
„k. de portier van de burger dag- en avondschool" in
te lasschen de woorden
„L de concierges van lagere gemeentescholen"
en de letter van den volgenden regel in plaats van
„A." te lezen
De heer Feddema vraagt, waarom sub k wordt gespro
ken van concierges, waar hier toch slechts sprake is van
de benoeming van één. Is het de bedoeling van Bur
gemeester en Wethouders, ook aan de andere gemeente
scholen een concierge te benoemen
Tot dusver waren aan die scholen schoonmaaksters
verbonden, voor wie niet zooals de concierges, bij de
scholen woningen behoeven te worden gebouwd.
De Voorzitter kan den heer Feddema antwoorden,
dat het geenszins de bedoeling is, aan alle gemeente
scholen een concierge aan te stellen.
Sub k wordt alleen van concierges gesproken, omdat
liet mogelijk is, dat naderhand bij eventueel te bouwen
scholen ook concierges worden aangesteld. Alsdan zal
de verordening niet op nieuw behoeven te worden ge
wijzigd.
Onderdeel II wordt hierna met algemeene stemmen
aangenomen.
Onderdeel III-
In art. 2 der verordening omtrent het verleenen van
pensioen aan ambtenaren, bedienden en werklieden, die
hunne betrekking in dienst der gemeente of van gemeen
telijke instellingen hebben aanvaard na 1 Juli 1899
(Gemeenteblad 1899, no. 12), gewijzigd bij Gemeenteblad
no. 13 van 1903,
tusschen „de concierge van het gymnasium en de por
tier der burger dag- en avondschool" en
„de afzonderlijke onderwijzers en onderwijzeressen in de
gymnastiek"
in te lasschen de woorden
„de concierges van lagere gemeentescholen"
wordt zonder discussie en met algemeene stemmen
aangenomen.
10. l)e ontwerp gemeente-heg rooiing, dienst 1906, zoo-
als die hij nota in de memorie van antwoord nader door
Burgemeester en Wethouders is gewijzigd.
(Bijlagen nos. 28 en 30 van 1905 en 1 van 1906).
De algemeene beschouwingen worden geopend.
De heer Besuijen heeft bij het doorwerken der begroo
ting veel gevonden, wat hij anders zou wenschen, en
ook veel niet gevonden, dat hij daarin gaarne had aan
getroffen. Om verschillende redenen acht hij het on
geschikt nu met alle wenschen en bezwaren voor den
dag te komen.
Daarom zal hij zich bepalen tot eenige voorname, ur
gente zaken. Spreker deelt dit mede, opdat men ten
opzichte van de andere, onbesproken zaken op hem niet
zal kunnen toepassen het spreekwoord: „Die zwijgt,
stemt toe."
Onder de urgente zaken behoort allereerst eene be
spreking van den algemeenen toestand van de bestrating,
rioleering en verlichting der stad, welk onderwerp het
best zou kunnen worden behandeld bij de algemeene be
schouwingen, evenals eene algemeene bespreking over
de minimum-loonen der gemeente-werklieden.
Spreker zal echter voldoen aan het tot hem gericht
verzoek, en die beschouwingen uitstellen, tot de behan
deling der posten, waarop zij min of meer betrekking
hebben.
Daarentegen verzoekt hij vergunning, do kwestie over
het bedrag ad 17.757.071, genoemd sub k bij volgno.
141, „vermoedelijk batig saldo der gasfabriek, aan te
wenden tot buitengewone aflossing van schuld", te be
handelen bij de algemeene beschouwingen, omdat daarbij
3 posten zijn betrokken.
Wordt dit verzoek toegestaan, dan wenscht spreker
bij de algemeene beschouwingen 3 opmerkingen te maken.
In de eerste plaats is door hem in de sectie-verga
dering verzocht in het rapport op te nemen, dat het weD-
seheljjk is het drukwerk voor de gemeente te doen ver
vaardigen bij de patroons, die wat de arbeidsvoor
waarden betreft, waaronder zij hun personeel doen wer
ken het naast staan bij de eischen, gesteld door den
Typografenbond.
Burgemeester en Wethouders wijzen in de memorie
van antwoord er op, dat voldoening aan dien wensch
moet afstuiten op art. 142 der Gemeentewet, waarbij
wordt bepaald, dat als regel de aanbesteding in het open
haar geschiedt.
Moet spreker hieruit opmaken, dat Burgemeester en
Wethouders overigens tegen voldoening aan den wensch
geen bezwaar zouden maken
Welnu, dan kan er eene andere regeling worden ge
troffen, die hetzelfde effect sorteertmen neme in de
voorwaarden van aanbesteding op, dat gewerkt zal moe
ten worden onder bepaalde condities, zooals in bestekken
worden opgenomen.
De toestanden in het typografenvak zijn slecht, de
arbeid is ongezond; de gemeente mag er niet op uit zijn
onedele concurrentie te voeden ten koste der arbeiders,
een concurrentie welke zich b.v. kenmerkt in jongens
exploitatie. De eischen van den Typografenbond, welke
Burgemeester en Wethouders als richtsnoer zouden kun
nen nemen voor de te stellen aanbestedingsvoor waarden,
zijn geenszins overdreven.
De leden hebben een exemplaar dier voorwaarden voor
zich zjj zijn aangenomen op het Nat. Congres voor grafische
vakken te Amsterdam gehouden op 25 en 26 December 1896
en luiden voor deze gemeente als volgt
Maximum-werktijd 10 uur per dag.
Eerste 4 overuren 25 pCt. loonsverhooging.
Volgende uren 50
Zondagsrust.
5 io personeel loon nlinstens10.50
2/10 van 8.00— - 10.—
2/,« - 6.00- - 7.50
"/io beneden - 6.—
Dat congres werd gevormd door Katholieke, Anti-
Revolutionaire en Neutrale organisaties van typografen,
werklieden van alle gezindten dus.
Aan deze billijke verlangens nu voldoet te Leeuwarden
slechts ééne firma, enkele patroons echter staan hiervan
niet zoo heel ver af.
Reeds vroeger is dan ook door de plaatselijke organi
satie der typografen „Eendracht maakt Macht" verzocht,
hiermede rekening te houden bij de gunning der druk
werken. liet tegengestelde is toen geschied, liet druk
ken van het gemeentewerk en ook van het raadsverslag,
dat afzonderlijk geschiedt, werd toen bij de aanbesteding
gegund aan de firma C. Jongbloed Az., Tuinen, die met
uitzondering van enkele kleine patroons hier ter stede
de slechtste arbeidsvoorwaarden heeft. Spieker wil die
desgevraagd opnoemen, volgens het onderzoek, dat iu
Maart 1.1. plaats had.