301 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Donderdag 27 December 1906. heer Komter. Spreker beschouwt de vereeniging als ge woon particulier, die pl.m. 4000 c.A. terrein in koop vraagt. Nu is het in het belang der gemeente, dat deze koop doorgaat. Dit zal niet het geval zijn als een ander er een stuk uit koopt. De heer van Messel repliceert, dat de heer Beekhuis het doet voorkomen alsof de vereeniging „Helpt Elkan der", de eenige belanghebbende is voor een groot terrein. Kan ook niet de persoon, waarvan door den Voorzitter is gesproken, een groot terrein wenschen Het gemeen tebelang brengt mede, dat het aan den meestbiedende wordt gegund. De Voorzitter vraagt den heer Beekhuis of het diens bedoeling is dat de vereeniging onmiddellijk na heden met de plannen van den Baad in kennis zal worden gesteld. De heer Beekhuis beantwoordt deze vraag bevestigend. De Voorzitter kan niet voorspellen, wanneer de voor stellen ten opzichte van de uitgifte van het terrein den Baad zullen bereiken. De indeeling is nu bekend en wat belet de vereeniging om zich nu reeds alvast bij adres tot Burgemeester en Wethouders te wenden tot het verkrijgen van het door haar begeerde terrein? Spreker blijft er bij, dat door het zenden van een bericht aan de vereeniging, zooals door den heer Beek huis is bedoeld, niet alle particulieren gelijk worden behandeldmaar aan één hunner een speciaal voorrecht wordt geschonken. De heer Beekhuis geeft te kennen dat zijn amende ment na het door den Voorzitter gesprokene onnoodig is, daar adressante wel kennis zal nemen vau het lieden in den Baad behandelde. De Voorzitter vraagt den heer Beekhuis of hij diens voorstel alsnu kan beschouwen als te zijn ingetrokken. De heer Beekhuis beantwoordt ook deze vraag beves tigend. Hierop wordt onderdeel Ha met algemeene stemmen aan genomen. Eveneens worden met algemeene stemmen aangenomen onderdeel II/i nos. 1 en 2 en sub Ilr en daarna het voor stel in zijn geheel. 4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot on- derhandsche verhuring van onderscheidene gemeente-eigen dommen. Met algemeene stemmen wordt besloten A. de volgende perceelen ondershands te verhuren, met ingang van het tijdstip, voor den termijn en voor den huurprijs bij elk te vermelden en voorts op de voor waarden, die Burgemeester en Wethouders geraden zul len voorkomen, te weten I. met ingang van 1 Januari 1907 aan Jan de Boer voor 1 jaar een plek grond aan de Schoolstraat, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden sectie B no. 2304, als bleek ter grootte van 10 c.A. voor 7.50 per jaar; H. met ingang van 5 Maart 1907: a. aan H. A. Vosman voor 5 jaar een perceel weiland, gelegen bij den nieuwen vcrschwatervijver te Leeuwarden, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden sectie D no. 505, weiland groot 97.50 A. voor ƒ125.— per jaar; h. aan Dirk de Boer voor 3 jaar een perceel weiland, gelegen aan den Ilarlingertrekweg, kadastraal bekend gemeente Deinum sectie B no. 256 groot 28.20 A. voor ƒ20.per jaar; III. met ingang van 12 Mei 1907: voor l jaar een plek grond aan de Singelstraat, kadastraal be kend sectie E no. 1628 als bouwland groot 2.30 A. aan M. Dwinger voor 3.per jaar h. de bovenwoning Prins Hendrikstraat no. 13, deel uitmakende van perceel kadastraal bekend sectie B no. 2322 en 2323 als huis en erf, samen groot 94 c.A. aan de Wed. Mr. B. van Loon geb. van der Feen, voor ƒ325.per jaar; c. do bovenwoning Zuiderplein no. 99, kadastraal be kend sectie G no. 5364, groot 88 cA. aan Wed. J. Burg geb. Los voor ƒ215.— per jaar; d. de woning Doelestraat no. 1, kadastraal bekend sectie C no. 1310, als huis en erf groot 95 cA. aan H, de Grootv. d. Kam en G. FeddemaBosch voor 150. per jaar e. de bovenwoning Put no. 17, kadastraal bekend sectie A no. 812 als huis en school groot 3.49 A. aan Wed. II. Weidjjk geb. v. Beenen voor 185.per jaar; de woning Oldegalileën no. 36, kadastraal bekend sectie F no. 2080 als huis groot 25 cA. aan G. Koster voor ƒ1.20 per week; g. alsvoren no. 34, kadastraal bekend sectie F no. 2081, als huis, groot 25 cA. aan B van der Heide voor 62.40 per jaar h. alsvoren no. 38, kadastraal bekend sectie F no. 2079 als huis, groot 1.34 A. aan R. Koster voor 62.40 per jaar; i. alsvoren Oostersingel no. 116, kadastraal bekend sectie F no. 1295 als huis en erf, groot 62 cA. aan A. Elzinga voor ƒ1.10 per week; k. alsvoren Noorderplantage no. 3, kadastraal bekend sectie C no. 1322 als huis en tuin, groot 3.80 A. aan J. Goor voor f 78.per jaar; 1. alsvoren Kalvergloppe no. 199, kadastraal bekend sectie C no. 1645 als huis en erf, groot 1.10 A. aan K. J. Bosma voor ƒ100.per jaar; m. alsvoren Achter de Witte Hand no. 13, kadastraal bekend sectie C no. 1587, als huis en erf, groot 54 cA. aan 11. de Bruin voor 62.00 per jaar n. de bovenwoning Tuinen no. 40, kadastraal bekend sectie B no. 3117, als huis en erf, groot 1.20 A. aan L. L. Hardorf voor ƒ120.per jaar; o. een plekje grond aan de Wissesstraat, kadastraal bekend sectie A no. 1311, als erf, groot 21 c.A. aan de Wed. II. v. IJs geb. de Vries voor ƒ2.50 per jaar; p. alsvoren Achter de Witte Hand, kadastraal be kend sectie C no. 1242 (ged.) als erf, groot 25 c.A aan A. Turksma voor 3.per jaar g. alsvoren, kadastraal bekend sectie en no. alsvoren, als erf, groot 18 c.A. aan J. Akkerman voor 2.50 per jaar r. alsvoren, kadastraal bekend, sectie en no. alsvoren, als erf, groot 10 c.A. aan G. Pakker voor ƒ1.50 per jaar s. een plekje grond, gelegen naast en achter het perceel Schoolstraat 2. kadastraal bekend sectie B no. 3400, als school en erf, ter grootte van 14,75 c.A. aan J. de Boer voor ƒ0.50 per jaar. 2. voor 5 jaar een plekje grond aan den Oostersingel, gelegen langs de noordzijde van de perceelen kadastraal bekend sectie G nos. 5504 en 5505 aan K. J. Wielenga geb. de Jong voor ƒ2.per jaar; h. alsvoren gelegen langs de noordzijde van het per ceel kadastraal bekend sectie G no 5506 aan W. G. Boelauds voor ƒ1.per jaar. B. aan het bestuur der Friesche Tuinbouwvereeniging met ingang van 1 April 1907 tot wederopzeggens toe, doch ten hoogste voor den tijd van één jaar in gebruik te geven het gebouw der overdekte vischmarkt aan de Oosterstraat, kadastraal bekend sectie B no. 1843, als vischmarkt, groot 1.44 A., voor zoover niet in gebruik bjj den brugwachter der Oosterbrug, ten einde aldaar bij Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Donderdag 27 December 1906. 302 afslag veiling te houden van groenten en fruit, onder voorwaarde, dat door de genoemde vereeniging deswege aan de gemeente zal verschuldigd zijn voor huur en onderhoud een bedrag van ƒ125.te betalen vóór of op 1 October 1907 en voorts dat door haar worden na geleefd de voorwaarden, die Burgemeester en Wethou ders geraden zullen voorkomen. C. aan J. van der Hoek te doen weten dat het tot dusver door hem gehuurde bleekje aan Oldegalileën, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden sectie F. no. 1956, na afloop van het geldende huurcontract aan hem niet weder kan worden afgestaan. D. te bepalen dat de huur der eigendommen, bedoeld sub A I III a, y-s na expiratie van den huurtijd stil zwijgend geacht zal worden van jaar tot jaar te zijn verlengd, indien zij niet door een der beide partijen drie maanden te voren wordt opgezegd. 5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot open bare verhuring run gardenierslanden. Het voorslel luidt als volgt: Door J. Nieuwenhuis, huurder van het gardeniersland „het Ilirineland", groot 1.49 II.A., liggende aan den Lekkumerdijk, wiens huur 5 Maart 1907 afloopt, wordt aan Uwe vergadering continuatie der huur voor vijf vol gende jaren op de bestaande conditiën verzocht, terwijl een gelijk verzoek door II. S. Bitman wordt gedaan ten opzichte van het gardeniersland aan Oldegalileën, groot kadastraal 1.32.73 11.A.dat thans bij hem en S. II. Ritman gezamenlijk in gebruik is. Beide landen brengen nu respectievelijk 182.50 en ƒ247.50 per jaar op. Met het oog op de voor verhuring gunstige tijdsom standigheden komt het ons, in afwijking van het gevoe len van den Directeur der Gemeentewerken, en hoewel de huidige opbrengst ook niet bepaald onbevredigend kan genoemd worden, gewenscht voor de inschrijving op de beide perceelen ditmaal algemeen open te stellen en wel voor drie achtereenvolgende jaren, ten einde ze te gelijk met andere, waarvan de huur in 1910 eindigt, weer vrij te krijgen. Wij hebben daarom de eer U voor te stellen te be sluiten Burgemeester en Wethouders te machtigen het gar deniersland, genaamd „het Hinneland", kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie E no. 902, groot 1.49 11.A., thans in huur bij J. Nieuwenhuis en het gardeniersland, kadastraal bekend gemeente en sectie alsvoren no. 2138 groot 1.32.73 II.A., thans in huur bij S. II. en 11. S. Bitman, met ingang van 5 Maart 1907, voor drie ach tereenvolgende jaren bij openbare inschrijving te verhu ren op de gebruikelijke, door Burgemeester en Wethou ders te stellen voorwaarden II. aan adressanten in antwoord te doen weten dat, na afloop van den huurtijd der door hen gebruikt wor dende en over volgende jaren in huur verzochte lande rijen, tot verhuring bij openbare inschrijving zal worden overgegaan. De heer Feddema zegt, dat bij verhuring van landerijen in het algemeen de belangen van verhuurders pil huur ders in nauw verband tot elkaar staan. Hoeveel te meer is dit het geval bij verhuring van gardenierslanden, waar van hier sprake iswant deze toch hebben een bijzon dere zorg noodig en daarom vooral is spreker tegen eene publieke verhuring op zoo korten termijn. Publieke ver huring voor den tijd van drie jaren, kan slechts teleur stelling geven. Op gardenierslanden staan allerlei zaken, zooals vrucht- boomen, te veld staande gewassen, hokken en nog meer dingen, die een opvolgende huurder van zijn voorganger moet overnemen. Dit feit verhoogt de risico van den nieuwen huurder over driejaren ten zeerste en kan slechts nadeelig inwerken op de te besteden pachtsom. Het komt spreker daarom voor, dat, waar de huurders in deze wederverhuring hebben aangevraagd, het voor de gemeente voordeeliger is do landerijen weer aan adres santen te verhuren. Spreker zou daarom willen voor stellen, de landerijen aan adressanten aan te bieden tegen eene liuursom, die door eene commissie, b.v. de Friesche pachtcommissie, zal worden getaxeerd. Slagen Burgemeester en Wethouders met hen dan niet, dan kan dit college altijd nog overgaan tot het ne men van andere maatregelen. De heer Koopmans ondersteunt het voorstel van den heer Feddema. Hij is het echter niet met dat raadslid eens, dat de Friesche pachtcommissie het aangewezen lichaam is om de huurwaarde te taxeeren. Spreker meent dat de gewone taxateur der gemeente wel met die taxatie kan worden belast. De Voorzitter deelt mede dat bij hem is ingekomen een voorstel van den heer Feddema, om den tegenwoor- digen huurders de landerijen aan te bieden tegen een taxatiecijfer, door eene commissie vast te stellen. De heer Komter doet opmerken, 'dat de huur- en koopprijzen in de laatste jaren stijgende zijn, en het Bur gemeester en Wethouders daarom niet doelmatig voor komt om te voldoen aan het verzoek van adressanten om de landerijen te mogen huren voor denzelfden prijs. Deze huurprijs toch dateert al van verscheidene jaren herwaarts. Wel zijn Burgemeester en Wethouders het met den heer Feddema eens, dat goede huurders zooveel mogelijk moeten worden gehandhaafd, maar zij zijn tevens van meening, dat de gemeente schade lijdt, als er niet van tijd tot tijd eens eene nieuwe taxatie plaats heeft. Deze nu meenden Burgemeester en Wethouders het best te kunnen krijgen door publieke verhuring. Wat aangaat de Friesche pachtcommissie, spreker weet niet of deze bereid en bevoegd is in dit bijzonder geval de taxatie op zich te nemen, omdat hot hier gardeniers land betreft, waarbij zoowel de hoogere of lagere ligging als ook de onmiddellijke nabijheid der stad invloed op den huurprijs uitoefenen. De heer Feddema repliceert, dat hij met het voorstel van Burgemeester en Wethouders zou zijn meegegaan, als ware voorgesteld voor langer dan drie jaren te ver huren. Voor oen dergelijken korten termijn loopen Burgemeester en Wethouders de kans geen geschikten huurder te krijgen en bovendien minder huur. Spreker wil niet vooruitloopen op hot taxatiecijfer der deskun digen, maar het komt hem voor dat /'60.per ponde- maat voldoende hoog is. De Friesche pachtcommissie is een officieel lichaam en deze zal, daaraan twijfelt spreker niet, met alle omstan digheden rekening houden. Verklaart die Commissie zich niet bevoegd, dan zijn er nog personen te over, die wel tot een dergelijke taxatie bevoegd zijn. De heer Schoondermark zou van den heer Feddema wel eenige inlichtingen wenschen. De heer Feddema heeft de vrees uitgesproken, dat bij eene publieke ver huring de gemeente niet zooveel pacht krijgt. Wanneer de commissie nu het land hooger taxeert, zullen de te genwoordige huurders kunnen zeggendaarvoor nemen wij het niet. Spreker ziet niet in tot welk gunstig re sultaat het voorstel-Eeddeina leidt. De heer Koopmans doet opmerken, dat dit nog al een voudig is. Het land wordt den huurders aangeboden voor de getaxeerde waarde. Nemen deze het niet aan, dan is het aan den Baad te beslissen op welke wijze alsdan zal worden verhuurd. De heer Schoonderipark vreest, dat de commissie te hoog taxeert, dit zal zij niet doen. De taxatie is bovendien zoo moeielijk niet. Op

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1906 | | pagina 3