222 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 2 November 1908.
echter voor niet te veel met politieke programma's
te schermen, want dan lijdt de praktische behandeling
der zaken er onder.
De heer Besuijen is teruggekomen op den Woning
bouw. Het door spreker genoemde aantal, dat door
particulieren is gebouwd, kan ook wel veel grooter
zijn, hij heeft daarvoor op dit oogenblik geen gege
vens te zijner beschikking. Wat de Woningvereeni-
ging betreft, het tweede bouwplan is vastgesteld.
De vereeuiging zou echter gaarne uit ervaring willen
weten, wat de meest gewenschte typen zijn, om
daarna met het nieuwe plan te kunnen beginnen.
De Leeuwarder Brandassurantie-Maatschappij is
eene onderlinge en zij bezit een belangrijk reserve
kapitaal, Zij kan de herverzekering, naar spreker
meent, grootendeels uit de rente bestrijden en van
daar de lage premiën. Als dus de gemeente eene
Brandassurantie gaat oprichten, zal zij tegenover die
maatschappij in een slechte conditie zijn.
De heer Besuijen heeft nogmaals over de verdeeling
der kies- in stemdistricten gesproken, ten einde de
kiezers tegemoet te komen. Waar echter de wet
voorschrijft, dat voor het stemmen 2 uren moeten
worden toegestaan, zou, naar spreker meent, die
tegemoetkoming in de eerste plaats moeten bestaan
in de zorg voor de naleving van het wettelijk
voorschrift. Dat het in Leeuwarden een akelige
miserabele boel is, zooals de heer Besuijen zegt, is
eenvoudig niet waar.
Het voorstel betreffende de werkloozen-verzekering
zal spoedig den Raad bereiken. Er zijn gemeenten,
waar een dergelijk fonds reeds een paar jaar werkt.
Leewarden kan zich nu spiegelen aan de ervaring
daar opgedaan.
De heer G. W. Koopmans heeft een middel aan
de hand gedaan, om den toestand der gemeente-
financiën te verbeteren en gewezen op het uitzetten
van kasgeld. Dit acht spreker niet kwaad. In het
college van Burgemeester en Wethouders bestaat
hieromtrent verschil van gevoelen. Hij zal deze ge
legenheid daar nog eens ter sprake brengen. Spreker
gelooft niet dat Gedeputeerde Staten daartegen be
zwaar kunnen maken.
De heer Oosterhoff wil een enkel woord spreken
naar aanleiding van het door den heer Besuijen
gesprokene in tweeden termijn.
Dat raadslid is ontstemd over sprekers opmerking,
dat hij zich niet kan voorstellen, dat de heer Besuijen
altijd meent wat hij zegt. Spreker is echter van die
meening niet teruggekomen integendeel, hij is door
het gesprokene daarin nog versterkt.
De heer Besuijen immers zegt: ja, wat hebben wij
aan studie zonder dat er voorstellen komen Dat
raadslid zal toch zeker niet wenschen dat Burgemeester
en Wethouders met voorstellen bij den Raad komen,
die niet voldoende zijn voorbereid
De beschuldiging tegen Burgemeester en Wethou
ders is in de tweede rede van den heer Besuijen
trouwens van karakter veranderd.
In den eersten termijn is gezegd dat Burgemeester
en Wethouders geen voortvarendheid aan den dag
leggen als het arbeidersbelangen betreftterwijl in
den tweeden termijn wordt geklaagd, dat Burgemeester
en Wethouders niet komen met voorstellen in den
geest der sociaal-democratische leden. Deze opmerking
had echter gerust achterwege kunnen blijven, daar
niemand van hen zeker anders gedacht zou hebben.
Ook is de heer Besuijen ontevreden over de op
merking in de Memorie van Antwoord, waar gesproken
wordt van stemming maken onder zekere kringen
der burgerij.
Spreker wil er den Raad aan herinneren, dat de
heer Bosuijon indertijd zelf, in antwoord op eene door
den heer Schoondermark gemaakte opmerking, heeft
gezegd, dat hij niet sprak voor de leden van den Raad,
maar over de hoofden der heeren heen tot de kiezers.
Burgemeester en Wethouders hebben dus wel recht
te beweren gelijk zij hebben gedaan.
Verder zegt de heer Besuijen tegen de begrooting
te zullen stemmen, omdat er loonen in voorkomen
van 8.25 per week. Dat raadslid deelt echter niet
mede, dat die werklieden, die dat loon verdienen, een
bijverdienste hebben van f 0.75 tot 8.per week.
Spreker is geen voorstander van dat stelsel en het
voorstel om bij de uitbreiding van het aschland een
sorteerloods te bouwen, wijst op de bedoeling daarin
verandering te brengen. Nu is het echter niet het
geschikte oogenblik om tot loonsverhooging over te
gaan. Het zou een eigenaardige toestand worden als
men nu de loonen tot 10.ging verhoogen, om
dan later, als het aschland is ingericht, misschien
weder te moeten verlagen.
De heer Besuijen doet opmerken dat door den heer
Komter is gezegd, dat spreker een anderen grond moet
zoeken om te zaaien. Een andere grond behoeft
spreker niet te zoeken, de voorstellen behooren in
den Raad thuis. De eenige oplossing is deze, dat de
grond anders wordt, d. i., dat de samenstelling van
den Raad wordt gewijzigd.
Spreker heeft niet gezegd dat het in Leeuwarden
een akelige, miserabele boel is, maar dat Leeuwarden
op een akelige miserabele manier in de achterhoede
komt. Een bewijs hiervoor is weer het gezegde van
de heer Komter dat wij ons kunnen spiegelen aan
andere gemeenten en kunnen nagaan wat de ervaring
daar heeft geleerd.
Dit is in den geest van den heer Wilhelmij, die
indertijd heeft gezegd, dat wij geen 9 uur-winkel
sluiting moesten invoeren, omdat wij de eerste zouden
zijn.
Spreker herhaaltwat hebben wij aan studie zonder
voorstellen. Al 15 jaar is een pensioenwet in studie
en in dien tusschentijd zijn al veel oude menschen
omgekomen. Nog minder hebben spreker en zijne
partijgenooten aan studie als er tengevolge van die
studie voorstellen komen, die hunne goedkeuring niet
kunnen wegdragen.
De voortvarendheid, die spreker en zijne partijge
nooten van het Dagelijkscli Bestuur inzake arbeiders
belangen verwachten, is niet bijzonder groot. Waar
spreker over het loon van 8.25 redeneerde, werd
gezegdja maar de menschen hebben emolumenten
van f 0.75 tot 8.per week. Dan wordt het
minimum toch niet hooger dan 9,Spreker en
zijne partijgenooten blijven op hun standpunt staan
en het spreekt van zelf dat het gehoorde op hun
stemmen vóór of tegen de begrooting niet het minste
verschil kan maken.
De algemeene beraadslagingen worden gesloten.
De vergadering wordt geschorst van des namiddags
H/o2 uur.
Te 2 uur des namiddags wordt de behandeling der
ontwerp-gemeentebegrooting voortgezet.
De heer Feitz is afwezig, de heer Baart de la
Faille weer aanwezig.
De Voorzitter deelt mede dat bij hem is ingekomen
eene motie van den heer Besuijen, luidende
de Raad noodigt Burgemeester en Wethouders uit
een ontwerp-verordening bij hem in te dienen, voor
stellende de verdeeling van één of meer kiesdistricten,
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 2 November 1908. 223
voor de verkiezing van leden van den gemeenteraad,
in stemdistricten,
besluit bij den Minister van Binnenlandsche Zaken
aan te dringen op vermeerdering van het aantal stem
districten voor de Tweede Kamer in de gemeente
Leeuwarden.
Spreker stelt voor het eerste gedeelte der motie
in behandeling te nemen.
De heer Burger zou de motie op een nader te be
palen dag willen behandelen.
De inlichtingen, die de Raad in dien tusschentijd
van Burgemeester en Wethouders zal ontvangen,
zullen kunnen dienen om de stem te bepalen.
De Voorzitter doet opmerken, dat deze kwestie in
het sectieverslag een onderwerp van behandeling
heeft uitgemaakt. Spreker had zich voorgesteld dat
de raadsleden zich, althans wat betreft de verdeeling
van de kiesdistricten in stemdistricten voor de raads
verkiezingen, een oordeel hadden gevormd.
De heer Du pare steunt het denkbeeld van den heer
Burger. Principieele punten moeten niet incidenteel
worden afgedaan, tenzij deze in rechtstreeksch verband
staan tot de begrooting. Het voorstel tot vermeer
dering van het getal stemdistricten nu is zóó los van
de begrooting, dat spreker het zelfs zou willen noemen
een voorstel, vreemd aan de orde van den dag.
De heer Besuijen is het met den Voorzitter eens
dat de leden, die zich op de hoogte wilden stellen,
daartoe in de gelegenheid zijn geweest. Het onder
werp is in bespreking geweest en is èn in het sectie-
verslag èn in de Memorie van Antwoord opgenomen.
Maar spreker kan zich ook voorstellen dat de raads
leden een kaart willen zien, evenals hij er een heeft.
Spreker heeft er niets tegen de motie in handen te
stellen van Burgemeester en Wethouders om prae-
advies, maar hij geeft niet toe dat deze zaak inciden
teel is ter sprake gebracht.
Het eerste gedeelte der motie wordt in handen
gesteld van Burgemeester en Wethouders ten fine
van prae-advies.
De Voorzitter doet opmerken, dat de Raad nu
desgelijks zal willen besluiten ten opzichte van het
tweede gedeelte der motie.
Met algemeene stemmen wordt dienovereenkomstig
besloten.
De Voorzitter deelt mede, dat bij hem is ingekomen
eene motie van den heer Besuijen, luidende
de Raad noodigt Burgemeester en Wethouders uit
op aanvrage en tot wederopzeggens toe aan verte
genwoordigers der pers gelegenheid te geven de
gewone raadsstukken, die voor de leden van den Raad
ter visie liggen, door te zien.
Spreker stelt voor deze motie in behandeling te
nemen en opent de beraadslaging.
De heer Beekhuis vraagt, wat de eigenlijke strek
king is. „De pers", is zoo uitgebreid. Er zouden,
als dit voorstel wordt aangenomen, vertegenwoordigers
der pers uit het geheele land, zelfs uit het buitenland
kunnen komen om de stukken in te zien. Spreker
acht het voorstel te weinig gepreciseerd.
De heer Besuijen zegt, dat de heer Beekhuis over
het hoofd ziet de woorden „op aanvraag". Men zal
het met hem eens zijn dat de pers van Zwijndrecht
geen aanvraag zal doen om de stukken in te zien.
Bovendien is er geen gevaar bij, de andere pers zal
de stukken overnemen uit de plaatselijke. Waar er
tevens bij staat tot wederopzegging, heeft de Raad
een correctief, dat preventief werkt op de houding
van den verslaggever. Gedraagt deze zich niet goed
dan kunnen Burgemeester en Wethouders de vergun
ning intrekken.
De heer Du pare acht ook dit voorstel geheel afge
scheiden van de begrooting. Wordt het bij een andere
gelegenheid ter tafel gebracht, dan zou spreker mis
schien er voor kunnen stemmen, want hij juicht de
grondgedachte toe.
De Voorzitter doet opmerken dat dit punt èn in
het voorloopig verslag èn in de Memorie van Toe
lichting èn bij de algemeene beschouwingen een punt
van bespreking heeft uitgemaakt, zoodat de leden
hieromtrent zich wel een oordeel zullen hebben ge
vormd.
De beraadslaging wordt gesloten.
De motie van den heer Besuijen wordt met 13 tegen
6 stemmen verworpen.
Vóór stemmen de heeren: de Jong, Zandstra, Be
suijen, Krijgsman, G. W. Koopmans en Lautenbach.
Tegen de heerenSchoondermark, Oosterhoff, J.
Koopmans, Beekhuis, Duparc, Hartelust, Komter,
Burger, Haverschmidt, Menalda, Beucker Andreae,
Wilhelmij en van Messel.
De heeren Feitz en Baart de la Faille waren bij
deze stemming niet aanwezig.
De Voorzitter stelt voor te beginnen met volgno.
82 der uitgaven en de artikelen, waartegen bij den
Raad geen bedenkingen bestaan, bij eenvoudigen
hamerslag goed te keuren.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
Volgnos. 8285 worden ongewijzigd goedgekeurd.
Volgno. 86. Jaarwedden van de ambtenaren ter secre
tarie en de bedienden bij het gemeentebestuur, f 16700.
Volgens nota van wijziging moet deze post worden
uitgetrokken op 17550.—. Daar echter de jaarwed-
den-regeling nog niet is aangenomen, moet de post
teruggebracht worden tot 16700.en met 150.
worden verhoogd, omdat een klerk van de afdeeling
bevolking moet worden overgebracht op de afdeeling
militie enz.
Volgno. 86 wordt vastgesteld op 16850.
Volgno. 87. Jaarwedden van de ambtenaren der
gemeentewerken, f 16706.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Zandstra zegt, dat het hem genoegen doet
hier een woord van dank te kunnen brengen aan