254 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 November 1908.
Deze stemmen zijn verdeeld als volgt
op den heer Mr. A. Burger 13 stemmen,
J. D. Krijgsman 4
J. Koopmans 1 stem,
terwijl 5 briefjes in blanco zijn ingeleverd.
Daar de onregelmatigheid van geen invloed is ge
weest op den uitslag, wordt de heer Mr. A. Burger
voor benoemd verklaard.
Voor de vacature N. T. Haverschmidt zijn uitge
bracht 22 stemmen, verdeeld als volgt
op den heer B. Hartelust 12 stemmen,
J. D. Krijgsman 5
elk der heeren F. A. van Valkenburg en J. E.
Kuipers 1 stem, terwijl 3 briefjes in blanco zijn inge
leverd.
De heer B. Hartelust is alzoo benoemd.
Voor de vacature Mr. W. Kolff zijn uitgebracht 22
stemmen, verdeeld als volgt
op den heer Mr. W. Kolff 15 stemmen,
J. D. Krijgsman, 5
Mr. P. C. J. A. Boeles 1 stem,
terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd.
De heer Mr. W. Kolff is alzoo benoemd.
Voor de vacature P. H. van Eden zijn uitgebracht
22 stommen, verdeeld als volgt
op den heer A. E. Sissingh 13 stemmen,
J. D. Krijgsman (5
Dr. J. Hingst 2
F. H. Singels 1 stem.
De heer A. E. Sissingh is alzoo benoemd.
Voor de vacature W. C. de Groot zijn uitgebracht
22 stemmen, verdeeld als volgt
op den heer W. C. de Groot 15 stemmen,
J. D. Krijgsman 5
C. W. Bolman 2
De heer W. G. de Groot is alzoo benoemd.
Voor de vacature Mr. A. Baron van Harinxma thoe
Slooten zijn uitgebracht 22 stemmen, verdeeld als
volgt
op den heer Mr. A. Baron van Harinxma thoe
Slooten 13 stemmen,
J. D. Krijgsman 7
Mr. A. D. Id. Fockema Andreae 1 stem,
terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd.
De heer Mr. A. Baron van Harinxma thoe Slooten
is alzoo benoemd.
De Voorzitter stelt voor den heeren van Ketwich
Verschuur, Haverschmidt en van Eden, die zich blijkens
hot schrijven der commissie van toezicht niet meer
voor eene benoeming tot lid dier commissie beschik
baar stelden, 's Raads dank te betuigen voor de in
die betrekking bewezen diensten.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
2. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders
inzake het adres van J. Banda, eervol ontslagen hom-
mandeur der horenmeters-megen, om tegemoetkoming in
zijn levensonderhoud.
Dit prae-advies luidt als volgt
Bij Uw besluit van 13 October j.l. werd om prae-
advies in onze handen gesteld een adres van J. Banda,
eervol ontslagen kommandeur der koren meters-wegers
alhier, houdende verzoek om ter tegemoetkoming in
zijn levensonderhoud eenigen financieelen steun uit
de gemeentekas te mogen ontvangen.
Hieromtrent zij opgemerkt, dat aan den adressant,
die zich bij zijne aanvrage om ontslag tot ons wendde
met gelijk verzoek, werd medegedeeld, dat hij, als
niet zijnde ambtenaar in den zin der verordening,
voor toekenning van pensioen of eene andere periodieke
uitkeering vanwege de gemeente niet in aanmerking
kon komen. Sedert is in deze onze meening geene
verandering gekomen waar de Baad bij het in het
leven roepon eonor pensioenverordening vaste regels
heeft gegeven, die bij de beoordeeling eener aanvrage
om pensioen behooren te worden in acht genomen,
kan daarvan met het oog op een bepaald voorliggend
geval, niet worden afgeweken.
U het adres hierbij weder aanbiedende, hebben wij
dan ook de eer U voor te stellen te besluiten
aan adressant te doen weten, dat zijn verzoek niet
kan worden ingewilligd.
De beraadslaging wordt geopend.
De hoer J. Koopmans wenscht in het licht te
stellen, waarbij hij erkent geheel met de conclusie
van het prae-advies van Burgemeester en Wethouders
in te stemmen, dat aan de korenmeters-wegers en ook
aan hun commandeur geen periodieke uitkeering of
pensioen kan worden verleend, dat hunne positie en
verhouding tot do gemeente eene eigenaardige is.
Door Burgemeester en Wethouders aangesteld en
ontslagen, leven en werken zij onder eene door den
Raad vastgestelde verordening, die hen in hunne be
wegingen belemmert. In den aanhef van deze ver
ordening staat, dat zij is ingesteld ten gerieve van
den handel. Dat is zeer juist, maar men moet den
handel van Leeuwarden niet verwarren met den
handel in het algemeen. De meters-wegers zijn aan
gesteld voor den handel in het algemeen, ook voor
de aanvoerders van de granen, ook voor den land
bouw. Heeft de handel verplichtingen aan de meters
wegers verplichtingen, die zouden moeten worden
omgezet in eene toelage voor den ouden dag van
deze personen, niet minder en in de eerste plaats
zou men deze voor den landbouw, voor den boer
geldig maken, als er ten minste van verplichtingen
sprake kan zijn. De wijze waarop de boeren hunne
granen met onvolkomen maat aanvoeren, maken de
werkwijze voor de meters omslachtig en waar Banda
spreekt dat zij eigenlijk geen werkgever hebben, tot
wien zij zich kunnen wenden, is in letterlijken zin
de boer degene, die het werk verschaft. Zij toch
meten de gi-anen met eene niet bestaande maat, met
eene maat van 37x/2 k. inhoud en voeren aan in
zakken van 75 L. of tweemaal genoemde maat,
waardoor de verordening bijzonder moest worden
geconstrueerd om het juiste natuurgewicht en de
richtige maat te kunnen bepalen. In Groningen, de
provincie het best met Friesland in dezen te verge
lijken, wordt in Hectoliter- zakken aangevoerd. Daar
behoeft men slechts enkele zakken uit de partij te
nemen en te wegen om het natuurgewicht te kunnen
constateeren, terwijl men hier steeds 4 zakken van
75 L. op het kleed moet uitstorten om 3 volle Hecto
liters te kunnen verkrijgen en het gewicht te kunnen
vaststellen.
Vandaar dat door de omslachtige wijze van werken
bij een vrij hoog meetloon het jaarloon van de meters
wegers nog laag is meent spreker, dat daarom
wel degelijk ook de landbouwer zich tegenover
Banda van eene schuld heeft te kwijten.
Het is niet de eerste maal, dat een dergelijk ver
zoek als van Banda door den Raad is afgewezen.
Een tiental jaren geleden is de commandeur Aronds,
Banda's voorganger, afgegaan. De Bcurscommissie
heeft er zich toen voorgespannen dezen man een
pensioen te verschaffen. Spreker was toen lid van
deze commissie en meent dat een bedrag van circa
300.is bijeengebracht, waarvoor Arends eene
wekelijksche uitkeering van f 2.50 kon worden ver
zekerd. Maar Arends was reeds 80 jaar Banda
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 November 1908. 255
nog slechts 70 en de som, die gestort zal moeten
worden om een gelijk pensioen te kunnen bekomen,
zal vrij wat hooger moeten zijn, misschien zal deze
wel 700.a 800.moeten bedragen.
Spreker meent dat ook nu wel weer de Beurs-
commissie, wanneer zij zich weder zal hebben ge
constitueerd, het initiatief zal nemen om gelden voor
dit doel bijeen te brengen. Mocht zulks niet het
geval zijn, dan zal de poging wel \an particulieren
uitgaan en hij twijfelt niet of ieder, die bij den handel
betrokken is, zal iets willen bijdragen om den ach-
tenswaardigen man, al ware het slechts als blijk van
waardeering, een zeker pensioen te verschaffen.
De beraadslaging wordt gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om den
waagmeester M. Elskamp uit zijne betrekking te ontslaan.
Dit voorstel luidt als volgt
De waagmeester M. Elskamp vraagt bij adres d.d.
27 October 1.1., in Uwe vergadering van dienzelfden
dag maar ons college om prae-advies gerenvoyeerd,
op grond van lichamelijke ongeschiktheid, met ingang
van 16 November e.k. eervol ontslag uit zijne be
trekking met toekenning van pensioen.
Wij hebben reden, die in het bijgevoegde vertrou
welijk schrijven wordt aangetroffen, U voor te stellen
op dit adres niet verder in te gaan dan het ontslag
tegen den gevraagden datum te verleenen, zonder
meer, zoodat door U worde besloten
den waagmeester M. Elskamp met ingang van 16
November 1908 op zijn verzoek uit zijne betrekking
te ontslaan.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer van Ketwich Verschuur zegt dat Elskamp,
als spreker goed is ingelicht, 38 jaar in dienst der
gemeente is geweest, n.l. 10 jaar als politieagent, 28
jaar als waagmeester. Dit is een lang tijdsverloop.
Nu leest spreker in de stukken dat wordt voorgesteld
dezen ambtenaar te ontslaan zonder het praedicaat
eervol, omdat hij op 15 October in beschonken toe
stand is aangetroffen. Dit is het eenige feit, waarop
het voorstel is gebouwd, tenminste het eenige den
raad bekend gemaakt feit. Spreker vraagt of één
feit voldoende is om een ambtenaar zonder het prea-
dicaat „eervol" te ontslaan, waarvan het gevolg is,
dat hem het pensioen ontgaat. Om aanspraak op
pensioen te kunnen maken, moet men volgens de
verordening een eervol ontslag hebben. Spreker zou
gaarne vernemen van Burgemeester en Wethouders
of er meer op Elskamp is aan te merken, zoodat het
geven van nict-eervol ontslag gewettigd is.
De Voorzitter antwoordt dat Burgemeester en Wet
houders bereid zijn inlichtingen te geven in gesloten
vergadering. Spreker zal daartoe do deuren laten
sluiten.
De Raad gaat in comité-generaal.
Na heropening worden de beraadslagingen gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
inrichting van een schaft- en badlokaal in de Gasfabriek
met bijkomende werken. (Bijlage no. 29).
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Haverschmidt spreekt over de lijdensge
schiedenis van het tegenwoordige schaft-, bad- en
waschlokaal, gebouwd in 1902.
Het kostte 4340.en bevat 4 badcellen voor
warme of koude sproeibaden, waschtafel met 10 wasch-
kommen met warm en koud water en 27 vaste kastjes
de geheele inrichting zag er indertijd keurig uit.
Nu zou men denken dat de werklieden, uit wiens
naam zoo dringend om de zaak verzocht was dat
men als raadslid zijn stem niet kon weigeren, gretig
van de inrichting gebruik zouden maken.
Niets is minder waar; men vond het heel mooi,
men lachte er onder elkaar eens om, maar gebruik
van eenige beteekenis werd van de verlangde inrichting
niet gemaakt.
We zijn nu 6 jaar later. Het gebouw heet nu te
klein, is onvoldoende ingericht, staat zelfs in den weg
en daarom wordt 6500.aangevraagd om de zaak,
die f 4340.heeft gekost en waarvan de toestellen
kunnen worden meegenomen, te verplaatsen naar eene
bovenverdieping, waar het gebruik van een en ander
zeker niet beter zal zijn dan thans.
Spreker vindt de zaak veel te kostbaar en hij zou
den ontwerper, die er oorspronkelijk niet aan schijnt
te hebben gedacht, dat een gasmotor midden in het
schaftlokaal zou komen, willen verzoeken eens na te
gaan of er, met behoud van het tegenwoordig lokaal,
geen andere oplossing te vinden is.
De heer Besuijen doet opmerken dat de heer Ha
verschmidt veronderstelt dat de arbeiders onder
elkander over de plaatsing van een badlokaal hebben
gelachen.
Het is eene veronderstelling, maar spreker is van
oordeel dat deze veronderstelling onjuist is. Het is
toch niet aan te nemen dat om zoo iets zal worden
gelachen, dat heeft volstrekt geen zin. Spreker be
grijpt ook de reden niet waarom tegen het voorstel
wordt geopponeerd. Volgens de arbeidswet is de
gemeente verplicht te zorgen voor een schaft- en
badlokaal. De toestand, waarin het lokaal verkeert,
bewijst dat het niet staat te verrenten, dan zou het
er wel zindelijker uitzien. Het schaftlokaal toch ziet
er uit als een varkenshok. Ieder, die een poging
aanwendt om eens door de deur te kijken, zal moeten
toegeven dat het bezwaarlijk is om er met nette
kleeren aan in te gaan. De ambtenaar, die spreker
rondleidde, zei dan ook terechthier ziet het er uit
als in een varkenshok. Wil men nu het lokaal laten
vervallen Dat zou in strijd zijn met de arbeidswet
daarom moet men het verbeteren. Spreker zou wel
van de gascommissie willen vernemen of hij verkeerd
is ingelicht n.l. in dozen zin, dat er, in strijd met de
bewering van den heer Haverschmidt, wel gebruik
van wordt gemaakt. In de 6500.die moeten
worden toegestaan, is het maken van eene verdieping
inbegrepen. Spreker heeft ten minste aan den achter
kant der fabriek een gat ontdekt, waarin die ver
dieping moet worden aangebracht, zoodat deze/6500.
voor een groot deel moeten worden gebruikt voor
het maken van een muur of zoldering, bouwkosten,
die in ieder geval uitgegeven moeten worden.
De heer Beekhuis gelooft niet dat het de bedoeling
van den heer Haverschmidt is geweest, het schaft
en badlokaal af te schaffen. Spreker deelt geheel de