8. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders in zake het adres der Vereeniging van Nederlandsche Arbeidsbeurzen om eene bijdrage uit de gemeentekas voor het oprichten van een Nederlandsche Arbeidsbeurs in het Ruhrgebied. 104 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 Mei 1909. P. Attema Dz., H. Gorter. 4e lid (artikel 11 ter Gemeentewet) de heerDr. J. Baart de la Faille. Plaatsvervangende leden de heeren K. E. Brunger, D. A. Hettema, F. Bakkers. He Kiesdistrict (lokaal gymnastiekgebouw bij de Put). Voorzitter: de heer J. A. A. Schoondermark. Leden de heeren D. Lautenbach, L. Eisma. 4e lid (artikel 11 ter Gemeentewet) de heer Z. S. Feddema. Plaats vervangende leden de heeren N. Emmerik, A. Dorgelo, G. Dalenoord. Ille Kiesdistrict (ie stemdistrict Beurs). Voorzitterde heer N. T. Haverschmidt. Leden de heeren H. Beucker Andreae, K. P. W. Besuijen. 4e lid (artikel 11 ter Gemeentewet) de heer B. Hartelust. Plaatsvervangende leden de heeren Mr. J. W. Tijsma, T. Hoogslag, K. Beeling. 2e stemdistrict (lokaal bewaarschool no. 2 Zuidvliet). Voorzitter: de heer C. L. B. J. Feitz. Leden de heeren J. Koopmans, S. J. van Messel. 4e lid (artikel 11 ter Gemeentewet)de heer L. de Jong. Plaats vervangende leden de heerenG. Jongstra, O. A. J. Luitingh, H. Th. C. Compaan. De heer Baart de la Faille is intusschen ter ver gadering verschenen. 3. Benoeming van een voogd van het Nieuwe Stads Weeshuis, vacature mr. H. M. de Wendt. Uitgebracht zijn 19 stemmen^ verdeeld als volgt Op den heer mr. C. J. Prakken 11 stemmen, op den heer mr. J. W. Tijsma 3 stemmen, op den heer L. de Jong 1 stem, terwijl 4 briefjes in blanco zijn ingeleverd. De heer Mr. C. J. Prakken is alzoo benoemd. 4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan Mej. A. van Drooge op haar verzoek eervol ontslag te verleenen als onderwijzeres in de handwerken aan ge meenteschool no. 4. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. 5. Herstemming over het amendement-Baart de la Faille op- en voortzetting der behandeling van het voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging der verordening op het beheer van het Stads-Ziekenhuis, gemeenteblad no. 13 van 1894, gewijzigd bij gemeente- blad no: 9 van 1898 Bijlage no. 9). Met 12 tegen 7 stemmen wordt dit amendement verworpen. Vóór stemmen de heerende Jong, Zandstra, Beekhuis, Duparc, Besuijen, Feitz en Baart de la Faille. Tegen de heeren Beucker Andreae, Schoondermark, Menalda, Komter, Wilhelmij, Oosterhoff, Burger, G. W. Koopmans, Berghuis, van Messel, Lautenbach en Feddema. kermis in de jaren 1907, 1908 en 1909, tegen eene jaarlijksche pachtsom van 3200 plus 3 °/0 voor onkosten. Bij nevensgaand aan ons college gericht adres verzoekt Wolfs verlenging van den pachttijd met drie jaren, onder de bestaande conditiën. Met den Commissaris van Politie, wiens advies wij ter zake inwonnen en hierbij aan U overleggen, zijn wij van oordeel, dat de geboden som billijk is te achten en bij openbare verpachting in de tegen woordige tijdsomstandigheden vrij zeker niet hooger zou zijn geweest. Tegen den gevraagden termijn van drie jaar meenden wij echter bezwaar te moeten maken, omdat reeds eenigen tijd door ons in de richting wordt gestuurd om den pachttijd ook van de overige standplaatsen te doen afloopen in 1911, opdat alsdan kan overwogen worden of er termen bestaan alle plaatsen wederom publiek te verhuren. Wij deelden adressant dan ook mede dat wij de inwilliging van zijn verzoek slechts konden bevor deren voor de kermis in de jaren 1910 en 1911. Blijkens bijgaand schrijven kan hij zich daarmede vereenigen, zoodat wij de eer hebben U voor te stellen te besluiten aan G. Wolfs, te Roermond, ondershands te ver pachten de beide standplaatsen voor stoomcaroussels op het Wilhelminaplein alhier, tijdens de kermis in de jaren 1910 en 1911, voor eene jaarlijksche pacht som van 3200 benevens 3 °/0 voor de onkosten en onder de gebruikelijke nader door Burgemeester en Wethouders te stellen voorwaarden. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. Op voorstel van den Voorzitter wordt tevens be sloten, Burgemeester en Wethouders te machtigen ondershands te verpachten de nog op het Wilhelmina plein beschikbare kermis-standplaatsen voor 1909. 7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om ten behoeve van den dienst der Stadsreiniging ondershands te gunnen a. aan H. Kori te Berlijn de levering van een ver brandingsoven b. aan A. J. Zegveld te Rijswijk de levering van een ijzeren schoorsteen voor dien oven. Dit voorstel luidt als volgt Onderdeel I sub 2 en vervolgens onderdeel II van het voorstel van Burgemeester en Wethouders worden met algemeene stemmen aangenomen. 6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot onderhandsche verpachting van een standplaats voor een stoom-caroussel op het Wilhelminaplein, gedurende de kermis in de jaren 1910 en 1911. Dit voorstel luidt als volgt Krachtens Uw besluit van 12 Februari 1907 werden door ons ondershands verpacht aan G. Wolfs, te Roermond, de beide standplaatsen voor stoom caroussels op het Wilhelminaplein, gedurende de Toen de verschillende ter tafel gebrachte voor- J stellen ten aanzien van het aanbrengen van verbete ringen in den toestand van het Aschland in Uwe vergadering van den 17 November 1908 niet tot een positief resultaat leidden, doch wederom aan een nieuwe raadscommissie een desbetreffende opdracht j werd gegeven en hiermede de gewenschte verande ring dus opnieuw naar een verdere toekomst was verschoven, werd besloten om thans over te gaan tot het maken van een nieuwen brander daar ter plaatse, waarvoor op de begrooting al eenigen tijd een post was uitgetrokken. Reeds in 1905 was de Directeur der Stadsreiniging dienaangaande in overleg getreden met de firma Kori te Berlijn, die een oven zou kunnen leveren voor f 1800.van een constructie en een capaciteit als voor den reinigingsdienst alhier voldoende mag worden geoordeeld, lang 2.86, breed 1.94 en hoog 3.45 meter, met een verbrandingsruimte van 2.10 X 0.79 X 1.20 M:i. Bij schrijven van 15 April 1.1., no. 152, beveelt de Directeur nogmaals aan den oven voor de genoemde som te doen aanbrengen. Verslag van de handelingen van den gemeenten Inmiddels was door den Directeur van Gemeente werken uitgezien naar een bijbehoorenden schoorsteen. Hij heeft dien gevonden in de aanbieding van den heer A. J. Zegveld te Rijswijk (Z.-H.) tegen den prijs van 252.50. De ijzeren pijp, behoorlijk ge- menied, is hoog 20 meter en in diameter 1 meter beneden en 0.60 meter boven. De fundeerings- en metselwerken zullen in eigen beheer worden uitgevoerd. Aangezien aldus op de aangegeven wijze de ge meente op geschikte wijze in het bezit zal komen van het gewenschte verbrandingsapparaat, hebben wij de eer U voor te stellen de bedoelde leverantie onders hands aan de genoemde leveranciers op te dragen en daartoe vast te stellen het in ontwerp overgelegde besluit. ONTWERP. De Raad der gemeente Leeuwarden gezien het voorstel van Burgemeester en Wethou ders tot onderhandsche aanbesteding van de leverantie van de onderdeelen van een verbrandingsoven ten behoeve van den dienst der Stadsreiniging overwegende dat het in het belang der gemeente is, die leverantie ondershands op te dragen gelet op art. 142 jo art. 194^ der gemeentewet besluit ondershands te gunnen aan a. H. Kori, te Berlijn, de levering van een oven groot 2.86 X 1.94 X 3.45 M3. buitenwerks en 2.10 X 0.79 X 1-20 M3. binnenwerks, voor 1800. b. A. J. Zegveld, te Rijswijk, de levering van een ijzeren schoorsteen, behoorlijk gemenied, hoog 20 meter en in diameter 1 meter beneden en 60 centimeter boven, voor 252.50. De beraadslaging wordt geopend. De heer Baart de la Faille zou gaarne eene inlich ting van Burgemeester en Wethouders willen hebben en wel dezewaarom een ijzeren schoorsteen zal worden aangebracht en geen gemetselde. Een ijzeren schoorsteen is, tengevolge de zich in de oven ont wikkelende hitte, spoediger aan bederf en slijtage onderhevig dan een steenen. Spreker heeft in de stukken niet kunnen vinden waarom een ijzeren wordt geprefereerd. Gaarne zou hij daarvan de reden willen weten. De heer Oosterhoff antwoordt dat de gemeente met het aschland feitelijk in een toestand van overgang, en dus van onzekerheid verkeert. De mogelijkheid bestaat toch dat er na kortoren of langeren tijd voor stellen ter tafel zullen komen, die tengevolge zullen kunnen hebben dat het aschland wordt verplaatst. Daarom hebben Burgemeester en Wethouders gemeend deze zaak zoo zuinig mogelijk te moeten opzetten. De kosten nu van een ijzeren schoorsteen zijn aan merkelijk geringer dan die van een gemetselde. Om zekerheid te hebben dat tegen een ijzeren schoorsteen uit technisch oogpunt geen bezwaren bestaan, hebben Burgemeester en Wethouders zich om inlichtingen tot de ovenbouwers gewend en ten antwoord gekregen, dat zulk een schoorsteen, als hij aan bepaalde eischen voldoet, goed is. Die eischen zijn aan den leveran cier gesteld. Het voorstel is dus alleen uit zuinig heids oogpunt gedaan. De heer Baart de la Faille dankt voor de ontvangen inlichtingen. van Leeuwarden van Dinsdag 25 Mei 1909. 105 De beraadslaging wordt gesloten. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. De Voorzitter deelt mede dat inmiddels bij hem is ingekomen een verzoek van den heer G. W. Koopmans om aan Burgemeester en Wethouders de volgende vraag te mogen stellen „Zijn bij Burgemeester en Wethouders ook klachten ingekomen omtrent te weinige ruimte der veemarkt bij den tegenwoordigen aanvoer van vee Spreker stelt voor den heer G. W. Koopmans hier toe in de gelegenheid te stellen na afhandeling van punt 9 der agenda. Dienovereenkomstig wordt besloten. Dit prae-advies luidt Door de Vereeniging van Nederlandsche Arbeids beurzen is bij nevensgaand om praeadvies in onze handen gesteld adres tot Uwe Vergadering het ver zoek gericht eene bijdrage uit de gemeentekas te willen verleenen voor de oprichting van een Neder landsche Arbeidsbeurs in het Ruhr-gebied (Duitschland), ten behoeve van Nederlandsche arbeiders, die zich in die streek gevestigd hebben of die zich ter bekoming van werk daarheen wenschen te begeven. Naar aanleiding van dit adres verzochten wij het bestuur van genoemde vereeniging ons te berichten of en in hoever de totstandkoming der beurs finan- cieël verzekerd is en hoeveel Nederlandsche werk lieden naar schatting gevestigd zijn in de streek waarvoor de beurs zal dienen. Het van het bestuur ontvangen antwoord leggen wij hierbij over. De vraag of en zoo ja tot welk bedrag door de gemeente steun zou moeten worden verleend, houdt nauw verband met het getal werklieden, dat zich van uit deze gemeente naar bedoelde streek begeven heeft en aldaar nog gevestigd is. Het ligt in den aard dei- zaak dat dit moeilijk is na te gaan velen toch die indertijd naar Duitschland vertrokken om werk te zoeken, zijn weder teruggekeerd, anderen zijn nog in dat land woonachtig, maar in een ander gebied, dan waarvoor de beurs zal wordeu opgericht. Blijkens aanteekening ter secretarie zijn van Januari 1905Maart 1909 door tusschenkomst van den burgemeester aan gevraagd 745 nationaliteitsbewijzen, waarvan 188 voor hen, die hun voornemen hadden te kennen gegeven zich in Duitschland te vestigen. Rekenen wij dat van dit getal personen niet meer dan 100 in de ge legenheid zullen zijn van de diensten der beurs gebruik te maken, dan is deze schatting naar onze meening eer te hoog dan te laag. Hoewel dus in verhouding tot het door het bestuur genoemde cijfer het getal werklieden uit deze gemeente van geene beteekenis is te noemen en er derhalve niet direct aanleiding bestaat hier steunend op te treden, meenen wij toch, dat daargelaten de vraag of het wenschelijk is het wegtrekken van Nederlandsche arbeiders naar den vreemde te bevorderen het streven der Vereeniging aanmoediging verdient, waarom wij de eer hebben U voor te stellen te besluiten

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1909 | | pagina 2