I V I Vergadering van Dinsdag 25 October 1910. l •rv- M Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 October 1910. '245 Tegenwoordig 19 leden, te weten de heerende Jong, Besuijen, Tijsma, Zandstra, Lautenbach, Burger, Wilhelmij, J. Koopmans, Oosterhoff, Fransen, van Messel, Hartelust, Schoondermark, G. W. Koopmans, Berghuis, Menalda, Baart de la Faille, Komter en Feddema. Afwezig met kennisgeving de heerenBeucker Andreae, Haverschmidt, Feitz en Beekhuis. Voorzitter de heer A. E. Zimmerman, Burgemeester. I. De notulen der op Dinsdag 11 October j.l. gehouden vergadering worden gelezen en vastgesteld. II. Wordt medegedeeld 1. resolutie van Gedeputeerde Staten, waarbij het raadsbesluit dd. 23 Augustus 11. no. 1981/128, voor zooveel betreft de onbewoonbaarverklaring van de woningen Stokerssteeg no. 131 en 133 is vernietigd; 2. alsvoren, houdende goedkeuring van de raads besluiten dd. 11 October 11. no. 318r/151 en 316k/152 respectievelijk tot afstand in erfpacht van een ge deelte van het plantsoen, gelegen ten zuiden van het hotel Klein Schavernek no. 26 en om aan C. Krone te Berlijn gedurende ten hoogste eene week in het zomerseizoen van 1911 toe te staan voor de plaatsing van zijn circus-menagerie gebruik te maken van een gemeentelijk terrein aan het Nieuwe Kanaal noordzijde. De mededeelingen 1 en 2 worden voor kennis geving aangenomen 3. adres van het bestuur der afdeeling Leeuwarden en omstreken van den Bond van Nederlandsche Onder wijzers, waarbij wordt verzocht de schoolreisjes van de kinderen der openbare lagere scholen geheel uit de gemeentekas te bekostigen en dus het op de ont- werp-begrooting uitgetrokken bedrag van 200. te verhoogen. Zal hij de begrooting worden behandeld 4. alsvoren om de verordening, regelende de jaarwedden van het onderwijzend personeel aan de scholen voor openbaar lager onderwijs in deze ge meente aldus te wijzigen, dat voor het bezit der akte voor de nuttige handwerken (vak lc) eene jaarlijksciie belooning worde toegekend. Zal bij de betrekkelijke stukken worden gevoegd 5. alsvoren, met memorie van toelichting, om be hoeftige schoolkinderen zoo noodig naast schoeisel ook kleeding en voeding te verschaffen en in verband daarmede de op de gemeente-begrooting voor 1911 voor genoemd doel uitgetrokken som ad f 300. aanmerkelijk te verhoogen. Zal bij de begrooting worden behandeld; 6. alsvoren om eene herziening der salaris-regeling van het onderwijzend personeel aan de openbare lagere scholen alhier ter hand te nemen. Op grond van de bij het adres door Burgemeester en Wethouders gevoegde nota wordt voorgesteld het adres voor kennisgeving aan te nemen Deze nota luidt als volgt Met verwijzing naar nevensgaand door ons samen gesteld overzicht van de jaarwedden der onderwijzers in deze gemeente sedert 1904, zoomede naar artikel 26, 9e lid der wet op het Lager Onderwijs, hetwelk uitgaat van de onderstelling dat eene regeling als daarbij bedoeld voor ten hoogste tien jaren van kracht blijft, hebben wij onder mededeeling dat bij ons in overweging is een voorstel tot verhooging in verband met de wet van 14 Juli 1910 (Staatsblad no. 202) der bezoldiging van de onderwijzers aan gemeenteschool no. 12, de eer U voor te stellen, thans voor kennisgeving aan te nemen het hierbij overgelegd, aan Uwe Vergadering gericht adres met toelichting van het bestuur der afdeeling Leeuwarden en omstreken van den Bond van Nederlandsche on derwijzers, houdende verzoek om herziening aan de salarisregeling van het onderwijzend personeel aan de openbare lagere scholen alhier, zooals die is op genomen in gemeenteblad no. 24 van 1908. De heer Besuijen wijst er op, dat hij het treurig vindt dat het uitvoerig adres met Memorie van Toelichting met zoo'n eenvoudige nota van Burge meester en Wethouders in de doofpot zal worden gestopt. Waar toch in die nota van Burgemeester en Wethouders staat, dat er eene wijziging in de salaris-regeling der onderwijzers aan school 12 in voorbereiding is, lijkt het spreker beter toe dat dit adres gevoegd wordt bij de stukken, die daarop betrekking hebben. Dan is er volgens het gebruik ook gelegenheid om over andere artikelen te spreken dan de door Burgemeester en Wethouders behandelde en krijgt de Raad gelegenheid ook deze kwestie te behandelen. Het blijkt duidelijk dat Burgemeester en Wethouders geen animo bezitten om de salarissen der andere onderwijzers te wijzigen, maar zij kunnen geen bezwaar hebben, den Raad in de gelegenheid te stellen daarover te spreken en te besluiten. Wanneer het adres nu eonvoudig voor kennisgeving wordt aangenomen, zal dit een koudwaterstraal zijn voor de menschen die zich met energie er voor hebben gespannen en daarom zou spreker het beter vinden als het adres werd gevoegd bij de stukken, betrekking hebbende op de salarisregeling der onderwijzers aan school no. 12, waardoor tenminste niet alle verdere actie botweg afgesneden wordt. De heer Schoondermark (wethouder) antwoordt dat de Raad, zooals de heer Besuijen opmerkt, bij de behan deling der wijziging van de salarisregeling aan school 12, in de gelegenheid is ook over andere scholen der verordening te discussieeren. Spreker ziet dan ook niet in waarom de heer Besuijen zijn doel niet kan bereiken langs den weg door Burgemeester en Wet houders voorgesteld. Zooals de heer Besuijen ook terecht heeft opgemerkt zijn Burgemeester en Wethouders niet van plan voor te stellen de salarissen der andere onderwijzers te wijzigen. Volgens de wet moeten de salarissen om de tien jaar worden herzien en hier gebeurt den laatsten tijd zulks om de twee jaar. Voor twee jaar heeft dio herziening pas plaats gehad en nu komt er al weer een adres. Om nu duidelijk te doen uitkomen dat Burgemeester en Wethouders er niet aan denken die salariswijziging ter hand te nemen, stellen zij voor het adres voor kennisgeving aan te nemen. De Voorzitter verschilt in een enkel opzicht met den wethouder. Het komt spreker voor dat, wanneer Burgemeester en Wethouders eene wijziging der salarissen van de onderwijzers aan school 12 ter tafel brengen, niet aan de orde is de salarisregeling der andere onderwijzers. Spreker geeft den heer Besuijen dan ook in overweging om, wanneer hij meent iets in zijn geest te moeten voorstellen, zulks thans te doen. Het lijkt spreker echter onnoodig, daartoe voor te stellen het onderwerpelijk adres aan te houden, omdat de heer Besuijen dit doel kan be reiken door tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders te stemmen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1910 | | pagina 1