Vergadering van Dinsdag 12 December 1911.
296 Yerslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 November 1911.
De heer Yonck heeft verder gezegdalles gaat
goed, Burgemeester en Wethouders achten eene com
missie onnoodig, dus ik stem tegen. Burgemeester
en Wethouders hebben echter niet gezegd dat zij
het onaangenaam zouden vinden als eene commissie
werd ingesteld. Dat kan spreker zich dan ook niet
voorstellen, hoewel hij ook niet begrijpt waarom zij
zeggen wij hebben de commissie liever niet. Dat
de denkwijzen van enkele leden spoedig kunnen
veranderen is ook heden middag weer gebleken. Een
lid van de Kamer van Koophandel, hier aanwezig
heeft dit college met een enkele mededeeling be
keerd. Spreker wil dit nog zeggen van de door den
heer Hartelust op het tapijt gebrachte vereeniging
„de Veehandel".
In 1899 heeft spreker als lid dier vereeniging wel
eens eene vergadering bijgewoond en heeft hij con
tributie betaald en sedert heeft hij nooit weer wat
van haar gehoord.
Spreker vindt het treurig dat een vereeniging, die
dus niet meer bestaat, invloed kan hebben op de
meening van de Kamer van Koophandel en het spijt
hem dan ook dat op die manier wordt gewerkt om
tegen zijn idee te ageeren.
Spreker meende van den heer Oosterhoff te hooren
dat de laatste uitbreiding ten genoegen van spreker
heeft plaats gehad.
Spreker geeft dat toe, maar hij heeft verstaan dat
er toen geen commissie is geraadpleegd. Heeft hij
dat goed verstaan dan bevreemdt hem dat wel.
Immers er is ook een commissie geraadpleegd. Spre
ker wil dit ook, maar dan een vaste. Dat is het
eenige verschil. Spreker geeft den Raad nogmaals
in overweging tegen het voorstel van Burgemeester
en Wethouders te stemmen.
De heer OosterhofF (wethouder) heeft den heer G.
W. Koopmans hooren vragen waarom zou de Raad
geen commissie benoemen Burgemeester en Wet
houders toch hebben niet gezegd dat zulks hun
onaangenaam zou zijn. Spreker noemt dat een eigen
aardige manier van motiveeren. De Raad moet de
beslissing ^eener zaak toch niet laten afhangen van
de vraag of het Burgemeester en Wethouders aange
naam is of niet. Maar Burgemeester en Wethouders
hebben naar hij meent aangetoond, dat de commissie
niet noodig is. Waarom zal nu de Raad iets doen
dat onnoodig is. De heer Koopmans heeft gezegd
dat er voor de uitbreiding der veemarkt eene com
missie is gehoord. Dat is juist en daaruit blijkt
dat er geen vaste commissie noodig is. De heer
Koopmans mag gemakkelijk een vijftal geschikte
mannen in Leeuwarden woonachtig, kunnen vinden,
maar de Friesche Maatschappij van Landbouw heeft
vier maanden noodig gehad om een zevental te vinden,
waarvan zes buiten de gemeente wonen. Deze ver
klaring zal toch zwaar wegen tegenover de verklaring
van den heer Koopmans.
De heer Hartelust wijst er op dat de heer G. W.
Koopmans het heeft doen voorkomen alsof spreker
gebruik heeft gemaakt van eene Vereeniging die niet
meer bestaat. Spreker geeft de verzekering geheel
te goeder trouw te zijn. Wanneer het waar is wat
de heer Koopmans zegt, spijt het spreker dat hij de
vereeniging in het debat heeft gebracht. Wat spreker
echter mededeelde, heeft hij van iemand die dagelijks op
de veemarkt verkeert en het wil hem niet aan, dat
deze man hem de gegevens zou hebben verstrekt als
de vereeniging niet meer bestaat.
Wat de bekeering van de Kamer van Koophandel
betreft, spreker heeft gezegd geen mandaat te hebben
om namens de Kamer te verklaren dat do commissie
niet noodzakelijk is.
Hij heeft gezegd een paar loden te hebben ge
sproken, die na sprekers mededeeling minder warm
voor de zaak gestemd waren. Spreker trekt thans
de volgende conclusie. De vereeniging „Veehandel"
heeft bestaan, doch was zoo tevreden over het werk
van Burgemeester en Wethouders dat zij is opge
doekt. Hieruit volgt dat een veemarktcommissie niet
noodig is.
De heer de Jong zegt dat hij, indien er voor de
instelling eener commissie een goede reden bestond
zich niet zou afvragen is het Burgemeester en Wet
houders aangenaam of niet. Dat weet dat college
ook wel. De heer Koopmans heeft tot nu toe niet
aangetoond dat de adviezen eener vaste commissie
beter zijn dan die eener losse, tot wie Burgemeester
en Wethouders zich in enkele gevallen wendden. Zoo
lang de heer Koopmans in gebreke blijft zulks aan
te toonen zal spreker voor het voorstel van Burge
meester en Wethouders stemmen.
De Voorzitter stelt voor de discussiën te sluiten.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt aangenomen met 19 tegen 8 stemmen.
Vóór stemmen de heeronFransen, Berghuis,
Wilhelmij, J. Koopmans, Boosman, Tijsma, de Jong,
Feddema, Beekhuis, Schoondermark, Haverschmidt,
Menalda, Hartelust, Zandstra, Lautenbach, Oosterhoff,
Burger, Komter en Vonck.
Tegen de heerenG. W. Koopmans en van Messel.
Niets meer aan de orde zijnde wordt de vergadering
door don Voorzitter gesloten.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 12 December 1911. 297
Tegenwoordig eerst 21, later 22 leden, te weten
de heeren Fransen, Zandstra, Wilhelmij, van der
Kooi, Tulp, Berghuis, Lautenbach, Hartelust, Beekhuis,
G. W. Koopmans, Boosman, Oosterhoff, van Messel,
Feitz, Schoondermark, Burger, Menalda, J. Koopmans,
Vonck, Haverschmidt en Komter.
Later de heer Tijsma.
Afwezig 3 leden, waarvan met kennisgeving de
heer de Jong.
Zonder kennisgeving de heeren Beucker Andreae
en Feddema.
Voorzitter: de heer mr. J. A. N. Patijn, Burge
meester.
I. De notulen der op Dinsdag 28 November 1.1.
gehouden vergadering worden vastgesteld.
II. De Voorzitter deelt mede dat de Raad op
Dinsdag 19 December wederom ter vergadering zal
worden opgeroepen.
Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aan
genomen.
III. Wordt medegedeeld:
1. dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd
a. de raadsbesluiten dd. 14 November 1.1.
I. tot overneming van gedeelten straat en sloot
aan de Achter Stienser Landbuurt en
II. waarbij aan S. Verhoeve de verbetering der
bestrating en rioleering van een viertal huizenblokken
enz. aldaar is opgedragen
b. die d.d. 28 November 1.1.
1. tot het verleenen van recht van opstal aan
A. Burg en J. E. Kuipers alhier en W. B. van dei-
Meer te Huizum op gemeente-eigendom aan het Vliet,
ten behoeve van hunne schiphuizen,
II. waarbij aan Th. Zandleven, alhier, in erfpacht
is afgestaan een strook grond en halve sloot ten
noorden van blok XXI der terreinen aan de noord
zijde van het Nieuwe Kanaal en
III. aan S. Bloemhof, alhier en zijne rechtver
krijgenden ten behoeve van een stoep vóór zijn
perceel Wirdumerdijk no. 32 aan de zijde van het
Ruiterskwartier tot wederopzeggens in gebruik is
afgestaan een gedeelte van de openbare straat aldaar
c. het raadsbesluit d.d. 24 October 1.1., houdende
aanwijzing van een terrein aan den Wissesdwinger
voor de stichting van een school.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
2. adres met memorie van toelichting van den
Bond van Christelijke Gemeentewerklieden en van
den Federatioven Bond van Gemeentewerklieden be
treffende de loonen der gaarders en hulpgaarders van
gemeente-bruggen.
Zal bij de stukken worden gevoegd die onder punt
10 der agenda voor heden aan de orde zijn gesteld.
3. adres van J. de Boer, alhier, om hem recht van
opstal te verleenen op het perceel, kadastraal bekend
sectie G no. 7193, aan het Vliet, ten behoeve van
den bouw van een schiphuis.
4. adres van N. Veelders om hem met ingang
van 12 Mei 1912 wederom ondershands in huur af te
staan het perceel St. Jacobstraat 33, voor den tijd
van een jaar en tegen den huurprijs ad 225.
5. Adres van het Bestuur der Coöperatieve Stoom-
zuivelfabriek, alhier, houdende verzoek om vergunning
tot het maken en hebben van vier inritten in het
gemeente-trottoir aan de Emmakade Z.Z. en den weg
Achter de Hoven en om de twee bestaande te laten
vervallen.
De stukken 35 worden in handen gesteld van
Burgemeester en Wethouders ten fine van prae-advies.
6. adres van het bestuur van den Frieschen
Bond van Vergunninghouders, om niet gebruik te
maken van de bevoegdheid, vermeld in art 7, le lid
sub 1 en 2 der Drankwet en het verzoek van het
Plaatselijk Drankweercomité alzoo van de hand te
wijzen.
7. adres van den Raad der gemeente Leenwarde-
radeel, waarbij wordt aangedrongen op verplaatsing
van het aschland.
De adressen 67 zullen bij de betrekkelijke stukken
worden gevoegd.
8. dat bij Koninklijk besluit van 21 November
1911 no. 39 voor onbepaalden tijd is goedgekeurd de
verordening tot het heffen van eene belasting op
tooneelvertooningen en andere openbare vermakelijk
heden, vastgesteld bij raadsbesluit van 19 September 1.1.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
9. adres van F. J. de Haan e. a. onderteekenaren
houdende verzoek tot plaatsing van een bank in het
Rengerspark.
Wordt in handen gesteld van Burgemeester en
Wethouders ten fine van afdoening.
10. berichten van den heer E. H. Sikkes, dat hij
de benoeming tot lid van de commissie van toezicht
op het middelbaar onderwijs en van de heeren Jac.
Marcus en O. Plantenga T.Bz. dat zij de benoeming
tot voogd der stadsarmenkamer aannemen.
11. dankbetuiging van R. Veldman en echtge-
noote, voor de hun als vader en moeder van het
Stads-Armhuis toegekende verhooging van jaarwedde.
12. rapport van de commissie voor de gemeentelijke
gasfabriok van de door haar gedane verificatie der boek
houding van de fabriek over het 2e kwartaal van 1911.
13. dat door Burgemeester en Wethouders zijn
benoemd tot brandmeester dezer gemeente, de heeren
P. A. Bruinsma, IJ. Beiutema, A. M. Pull, R. F.
Kutseh Lojenga. en P. A de Haan.
14. dat door hen zijn benoemd tot ambtenaren
a. belast met de inning en administratie der be
lasting op tooneelvertooningen en andere vermake
lijkheden S. Zondervan, commies ter secretarie
b. belast met de controle op de toegangsbewijzen
H. v. d. Veen, adjunct-commies le klasse ter secre
tarie en J. T. Joustra, beursmeester.
15. dat door hen provisioneel in erfpacht is afge
staan aan A. en N. Koerse een gedeelte van blok
XIX der terreinen aan de noordzijde van het Nieuwe
Kanaal, groot ongeveer 1206 M2., waarde 8683.20,
canon 390.74°
16. dat door hen bij openbare inschrijving is gegund:
a. de levering van 720 H.L. voerhaver aan W.
Feenstra, alhier, voor f 8.43 per 100 K.G.
b. de levering van 500 privaattonnen aan ge
broeders J. en A. Haagsma te Woudsend voor
896.—
e. de levering van 1,000.000 tot 1,200.000 K.G.
turfstrooisel aan The Griendtsveen Moss Litter Com
pany Limited voor f 87.96 per 10.000 K.G.
d. het schooumaken van glasruiten enz. gedurende
de jaren 19121914 in drie perceelen, en wel
perceel I aan A. de Jong, alhier, voor 188.75
II J. Barendsma, 203.75
III M. van Heeswijk, 234.25
e. het onderhoud van pompen, gedurende het jaar
1912 aan T. Faber, alhier, voor 125.
het onderhoud van straatkolken, gedurende de
jaren 1912, 1913 en 1914 aan S. Verhoeve, alhier,
voor 470.per jaar
g. de levering van 330 stère riviergrind en 200