80 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 80 April 1912. op 2.60 per M2. kwamen, plus de vracht of, zoo spreker zich heeft uitgedrukt, bijna het dubbele kosten van den prijs der waalstraatklinkers. Nu worden ge bakken keien van hetzelfde materiaal vervaardigd als de waalstraatklinkers en gaat het niet aan om voor hetzelfde materiaal den dubbelen prijs te betalen, liet spijt spreker dat Burgemeester en Wethouders met dit voorstel komen, daar dit sprekers eerste succes is in de 10 jaren van zijn lidmaatschap van den Raad, dat hij heeft te boeken in zijn strijd tegen onnoodig duur materiaal. Het is hem dan ook onaangenaam, dat Burgemeester en Wethouders hun best doen dit weer ongedaan te maken en 't zal hem benieuwen of deze Raad zal terugkomen op het pas genomen be sluit en het voorstel van Burgemeester en Wethouders zal aannemen. De Voorzitter antwoordt dat Burgemeester en Wet houders den heer Feddema steeds alle succes op zijne voorstellen toewenschen. Zij hebben nagegaan wat het hoofdmotief is geweest van de bestrijding van het voorstel van Burgemeester en Wethouders. Spre ker weet niet of het de prijs was of de toestand der bestrating. Wanneer het de prijs is geweest zal de Raad thans mot Burgemeester en Wethouders mee kunnen gaan, daar de cijfers, die in de vorige ver gadering zijn genoemd, onjuist zijn. De prijs van de gebakken keien is 2.60 per M2., van de straat klinkers 1.60. De keien kosten dus lang niet het dubbele van de straatklinkers. Overigens is de zaak niet van veel gewicht. Het geldt het nemen van een proef en door daartoe te besluiten komt de Raad niet terug op een genomen besluit. De bedoeling van den Raad was toch zeker niet om in het geheel geen gebakken keien als be stratingsmateriaal te gebruiken. Hij zal het besluit hebben genomen omdat de toestand der bestrating in de Slotmakersstraat veel te wenschen overlaat. Spreker heeft er zelf een kijkje genomen en hij ont moette den Directeur der Gemeentewerken. De toe stand viel hem niet mee maar de Directeur zei, dat dit te wijten was aan de wijze waarop de keien zijn gelegd. Nu vraagt deze ambtenaar om nog eens een proef te nemen en spreker is van oordeel, dat het kleingeestig zou zijn het verzoek te weigeren. De heer Feddema heeft den Voorzitter hooren zeggen dat de cijfers niet juist zijn. Waar spreker zei dat de prijs der gebakken keien ongeveer het dubbele bedraagt van dien der waalstraatklinkers, heeft hij dit gebaseerd op de prijzen door den Voorzitter zelf op gegeven. Spreker heeft den vorigen keer gezegd niet te weten of in den prijs der keien de vracht was begrepen. Op dit gezegde heeft de Voorzitter ontkennend geantwoord. Daarom heeft spreker waar de prijs der waalstraatklinkers f 1.6Ö per M2. bedraagt franco wal gezegd dat de keien tweemaal zoo duur waren. Het blijkt weer dat het wel goed is, dat men ten opzichte van dergelijke dingen een goed geheugen bezit. Spreker zou toch niet den schijn op zich willen laden willens en wetens eene onjuistheid te hebben gezegd. Hij blijft er bij dat er, als het voorstel wordt aangenomen, wordt geageerd tegen een eenmaal genomen besluit. De Voorzitter doet opmerken dat de prijzen zijn 2.60 en 1.60 zonder vracht. Het verschil bedraagt dus 1.per M2. Den heer Fransen wil het voorkomen dat do lieer Feddema dichter bij de waarheid is dan de Voorzitter. De prijs der waalklinkers is 1.60 met de vracht, voor 1.70 per M2. heeft men de straat kant en klaar. Gebakken keien kosten 2.60 per M2. Hierbij komt de vracht en de dure Belgische straatmakers voor 35 ct. per uur, zoodat de heer Feddema niet zoo ver mis is. De Voorzitter zegt dat hij, waar de heeren Feddema en Fransen er meer verstand van hebben dan spreker, den Directeur der Gementewerken, wien spreker nog heden morgen naar do prijzen heeft gevraagd, ver keerd zal hebben beprepen. Evenwel blijft spreker er bij dat het verschil het mag dan aanzienlijk zijn niet het dubbele bedraagt. De beraadslaging wordt gesloten. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt aangenomen met 11 tegen 9 stemmen. Vóór stemmen de heeren: Zandstra, Oosterhoff, Beucker Andreae, Wilhelmij, Hartelust, Burger, Komter, Menalda, Vonck, Beekhuis en Schoondermark. Tegende heerenTulp, Fransen, Berghuis, Boos- man, Feddema, Lautenbach, G. W. Koopmans, van Messel en van der Kooi. 5. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het adres van A. Algra te Onze Lieve Vrouwen-Parochie om hem vergunning te verleen en tot het leggen van een bestraat voetpadter vervanging van het bestaande, vóór zijn perceel Noordersingel no. 4. Dit prae-advies luidt: Het in onze handen om prae-advies gesteld adros van A. Algera te Onze Lieve Vrouwenparochie gaat hierbij weder terug. Daarin wordt toestemming ge vraagd om, in plaats van het bestaande straatje voor uitgang van perceel Noordersingel no. 4 alhier naar den bestraten weg, een ander te mogen maken recht vóór den tegenwoordigen ingang. Tevens verzoekt hij het alsnog mogelijk te maken dat de boom, welke in de lijn van het bedoelde voetpad staat, wordt gerooid, hetgeen door Burgemeester en Wethouders reeds was geweigerd. Tegen het verleenen van de gevraagde toestemming hebben wij geen bedenking, evenmin als dit bij den directeur der gemeentewerken het geval is, wiens aan ons uitgebracht advies hiernevens is gevoegd. Er zullen evenwel eenige voorwaarden aan de ver gunning verbonden dienen te worden. Met betrekking tot het rooien van den boom merken wij op, dat de toegang zonder bezwaar eenigszins anders zal gesteld kunnen worden, zoodat de boom kan vrijblijven. Bovendien was bij raadsbesluit van 12 Juni 1906 (zie Raadshandelingen blz. 120), krachtens hetwelk aan adressant het aan do gemeente bohoorende gedeelte van de sloot, welke voor boven bedoeld perceel was gelegen, verkocht en hem ver gunning tot demping verleend werd, onder meer de voorwaarde gesteld, dat hij genoegen had te nemen met de voortdurende aanwezigheid van opgaande boomen op minder dan 2 M. afstand van zijn erf. In verband met het voorafgaande hebben wij do eer U voor te stellen te besluiten aan A. Algera voornoemd vergunning te verleenen tot het leggen en tot wederopzeggens hebben van een bestraat voetpad, ter vervanging van het bestaande, vóór het perceel Noordersingel no. 4, kadastraal be kend in sectie E nos. 1741 en 2357, nader aangeduid op het hierbij behoorend kaartje, onder voorwaarde dat de bestrating zoo worde gelegd en gehoudon i Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 30 April 1912. 81 1. dat rondom den in het voetpad staanden boom, die niet mag worden verwijderd, een strook van 40 cM. onbestraat blijve 2. dat het regenwater van den weg, zoowel van hot bestrate als het onbestrate gedeelte, daarover zonder belemmering kan afloopen, een en ander ten genoegen van Burgemeester en Wethouders. De beraadslaging wordt geopend. De heer Fransen zegt dat Burgemeester en Wet houders het verzoek van Algra om een straatje te leggen, willen toestaan, maar de boom, die adressant gaarne wil rooien, omdat het pad er recht op aan loopt en men er niet anders dan met twee slingers omheen kan komen, moet blijven staan. Spreker zou daar niets van hebben gezegd als het een boom gold uit een rij en de laan ontsierd zou worden als die boom gerooid werd. Er staan drie rijen boomen en tengevolge van de rooiïng van don bedoelde wordt de laan niet ontsierd. Er is daarom geen bezwaar den boom weg te nemen. Waar nog kort geleden 30 a 40 boomen zijn gerooid die niemand hinderden, is er niets tegen dezen eenen boom te rooien, die wel hin derlijk is. De Voorzitter zegt dat dit een kwestie is van waar deering en smaak. De boomenrij waartoe de boom in kwestie behoort, zou volgens het inzicht van Bur gemeester en Wethouders wel ontsierd worden als deze gerooid werd. Dit komt vooral goed uit als men op eenigen afstand staat. Bovendien laat de Gemeentewet de regeling dezer kwesties over aan Burgemeester en Wethouders, die ze naar hunne in zichten zullen behandelen. De heer G. W. Koopmans kent nu de motieven, waarom Burgemeester en Wethouders den boom niet willen missen. Het pad voor het oude huis liep niet recht op den boom aan. Thans is dit door de ver bouwing wel het geval. Voor den eigenaar is het zeer onpleizierig als de boom moet blijven. Spreker geeft Burgemeester en Wethouders in overweging nog eens over de zaak te denken en als het kan een ander besluit te nemen. De heer Tulp sluit zich geheel bij den heer Fransen aan. Al zou de gemeente zich een klein offer moeten getroosten, dan zou zij dat moeten doen, want voor den bewoner is het een groot gerief als de boom verdwijnt. Het gaat niet aan om gefortuneerde menschen uit de provincie, die zich hier vestigen, te plagen met een boom. Dit recommandeert niet. Spreker vraagt ook of het niet verstandig is dit kleine offer te brengen en den boom te rooien. De beraadslaging wordt gesloten. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. 6. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het adres van K. H. Postma te Surhuisterveen en andere veehandelaren, om op de veemarJct, naast de bestaande, een vierde gelegenheid aan te brengen voor het wegen van varkens. Dit prae-advies luidt: K. Postma en 37 andere veehandelaren, bezoekers van de Vrijdagsche markt alhier, verzoeken, ten einde oponthoud, tot schade van den handel, bij het wegen van varkens te voorkomen en dit geregelder te doen afloopen, een vierde gelegenheid voor wegen van dit vee aan te brengen. Het adres, dateerende van 16 Februari 1.1. en ingekomen den 21en d.a.v., is in onze handen gesteld ten fine van prae-advies. Uit de overgelegde adviezen van den marktmeester der Veemarkt en den Directeur der gemeentewerken blijkt, dat er twee wijzen zijn waarop door bij plaatsing aan de zuidzijde van het bestaande dubbele weeghuis van een nog aanwezige bascule aan het verzoek kan worden voldaan, n.l. hetzij door verplaat sing van den zuidelijken muur of alleen door inwendige verruiming van het zuidelijke gedeelte der waag. Met dit laatste, inclusief een in alle geval aan te brengen berghok voor de te wegen dieren, zal een uitgaaf van 280 gemoeid zijn. Bovendien wijst de marktmeester er op, dat even eens uitbreiding van het bedienend personeel nood zakelijk zal zijn. Wij hebben, ons vereenigende met het advies van den marktmeester, dat inwilliging van het ingediende verzoek mag worden aangeraden, de eer U voor te stellen te besluiten 1. Burgemeester en Wethouders een crediet te verleenen van 280 ten laste van volgno. 268 der loopende begrooting van uitgaven „onderhoud van de veemarktplaats, gebouwen enz." voor de inrichting van de bestaande dubbele varkenswaag voor nog eene weeggelegenheid, alsmede hen te machtigen uit volgno. 117 dierzelfde begrooting „jaarwedden van de gaarders der inarktgelden enz." te bestrijden de kosten van tijdelijke aanstelling, indien vereischt, van het noodige personeel voor den dienst bij die waag, een en ander in afwachting van hunne voorstellen tot versterking, zoo noodig, van een of beide be- grootingsposten 2. adressanten te doen weten dat op hun verzoek is gelet. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. 7. Benoeming van een lid in het bestuur der woning- vereeniging Leeuwarden"wegens periodieke aftreding van den heer J. de Vries. Uitgebracht zijn op den heer J. de Vries 20 stemmen, terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd. Daar het verschil tusschen het aantal ingeleverde briefjes en dat der aanwezige leden van geen in vloed is geweest op de stemming, wordt de heer J. de Vries alzoo benoemd verklaard. De Voorzitter schorst de openbare vergadering en de Raad gaat in comité generaal. Na heropening is ook de heer Haverschmidt aanwezig en wordt, daar niets meer te behandelen is, de ver gadering door den Voorzitter gesloten.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1912 | | pagina 4