1 104 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 Juni 1912. spoedigen, hebben wij het dadelijk tot ons genomen voor het uitbrengen van prae-advies. De commissie voor de fabriek, door ons gehoord, geeft bij het hierbij gevoegd advies in overweging de inwilliging van het verzoek te bevorderen, niettegenstaande bij artikel 2 der betrekkelijke verordening, gemeenteblad no. 11 van 1911, is bepaald, dat het ontslag niet eerder ingaat dan drie maanden na den dag, waarop de ontslagaanvrage is ingekomen, in casu 9 Mei 1.1. Aanvankelijk bestond bij ons bezwaar dit verzoek met een gunstig advies aan U over te leggen. Er is ons echter gebleken, dat de administratieve werk zaamheden aan de gasfabriek in de komende maanden van dien aard zullen zijn, dat de aanwezigheid van den boekhouder niet steeds direct noodzakelijk is. Bovendien verklaarde adressant zich bereid ook na zijn vertrek de boekhouding aan zijn opvolger over te dragen en tot diens komst, uiterlijk tot September e.k., zich alhier te belasten met het maandelijks journaliseeren. Blijkens een door hem ingezonden verklaring zijn Burgemeester en Wethouders van Oldenzaal geneigd hem het daarvoor noodige verlof tot afwezigheid toe te staan. In deze omstandigheden willen wij de strikte na leving van het bovenaangehaalde voorschrift niet blijven vorderen, doch U in overweging geven daar van voor ditmaal af te wijken. Mitsdien hebben wij de eer U voor te stellen te besluiten aan A. C. M. Mercx, op zijn verzoek, met ingang van 15 Juni 1912 eervol ontslag te verleenen als boekhouder aan de gemeentelijke gasfabriek. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. 6. Alsvoren om aan E. Bourgogne wed. S. Pollius, eervol ontslagen weegster aan de Waag, een pensioen uit de gemeentelcas te verleenen. Dit voorstel luidt als volgt Bij ons besluit van heden, no. 1413/460, in af schrift hierbij overgelegd, werd aan E. Bourgonje weduwe S. Pollius, op haar verzoek wegens lichame lijke ongeschiktheid, met ingang van 1 Juni 1912 eervol ontslag verleend als weegster aan de Waag. Zij is thans 76 jaar oud en heeft 32 dienstjaren, zoodat zij volgens artikel 1 der betrekkelijke ver ordening (gemeenteblad no. 2 van 1910) in aanmerking komt voor pensioen vanwege de gemeente. Onder bijvoeging van een staat, waarin het pensioen is berekend, dat haar krachtens de artikelen 35 der aangehaalde verordening kan worden toegekend, hebben wij de eer U voor te stellen te besluiten: aan E. Bourgonje weduwe S. Pollius, met ingang van 1 Juni 1912, een pensioen uit de gemeentekas te verleenen ten bedrage van 39.'s jaars. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. 7. Alsvoren om aan Cesar Sidoli, tijdelijk te Straats- burg, voor de plaatsing van zijn circus met toebehoor en I in gebruik af te staan gedurende 6 a 10 achtereen volgende dagen tusschen midden Augustus en midden October 1913 een nader aan te wijzen plaats op het Wilhelminaplein. Dit voorstel luidt als volgt Door César Sidoli, houder van het Koninklijke Roemeensche circus, thans te Straatsburg, is gevraagd gedurende 6 a 10 dagen tusschen midden Augustus en midden October 1913 met dat circus eene stand plaats op gemeenteterrein alhier te mogen innemen. Op ons verzoek verklaarde adressant genoegen te nemen met de gewone U bekende voorwaarden, welke hier steeds voor dergelijke vergunningen gesteld worden, en bereid te zijn, behalve de belasting op tooneelvertooningen, een staangeld van 1550.te betalen. Het marktgeld is in dit bedrag begrepen en zal aan den betrokken pachter door de gemeente worden voldaan. Na aftrek hiervan, begroot op ten hoogste f 50.zal het staangeld f 100.meer zijn dan hetgeen bij Uw besluit van 19 December 1.1., no. 491R/243, van P. Althoff voor een standplaats in 1912 is gevraagd. Tegen de inwilliging van het verzoek bestaat thans bij ons evenmin bezwaar als bij den Commissaris van Politie, wiens advies en de verdere ter zake gewisselde stukken wij hierbij overleggen. Wij hebben dan ook de eer U voor te stellen te besluiten: aan César Sidoli voor de plaatsing van zijn circus met toebehooren in gebruik af te staan gedurende 6 a 10 achtereenvolgende dagen tusschen midden Augustus en midden October 1913, het juiste tijdvak nader in overleg met Burgemeester en Wethouders te bepalen, een nader door dat college aan te wijzen plaats op het Wilhelminaplein, onder voorwaarde dat voor die plaats worde betaald een bedrag van 1550 met inbegrip van het verschuldigde marktgeld, en wijders op de door Burgemeester en Wethouders noodig geachte voorwaarden. De beraadslaging wordt geopend. De heer Burger wenscht Burgemeester en Wet houders een vraag te doen. Uit de stukken blijkt, dat er twee verzoeken zijn ingekomen, n.l. één van Carré en één van Sidoli. Het blijkt nu nergens waar het verzoek van Carré is gebleven. Spreker zou daaromtrent gaarne inlichtingen ontvangen. De Voorzitter antwoordt dat het verzoek van Sidoli eerder is ingekomen dan dat van Carré. Daar om hebben Burgemeester en Wethouders het eerst met eerstgenoemde onderhandeld. Waren de voor waarden niet aangenomen, dan zou Carré aan de beurt zijn geweest. De beraadslaging wordt gesloten. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders. 8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hen te machtigen om gedeelten van eenige transformator- zuilen, hetzij in het openbaar hetzij ondershands, te verhuren voor het beschilderen met aankondigingen. Dit voorstel luidt als volgt In navolging van hetgeen in sommige steden ge schiedt, meenen wij, dat ook in deze gemeente eenige transformatorzuilen, welke daarvoor het meest in aan merking komen, gedeeltelijk bestemd kunnen worden voor het beschilderen met aankondigingen van par ticulieren. Naar het oordeel van den Directeur der gemeente werken, neergelegd in diens nevensgevoegd advies, waarmede wij ons vereenigen, behooren daarvoor te v r worden aangewezen de transformatorzuilen op het Gouverneursplein bij het plantsoentje, bij het Paleis van Justitie, op de Nieuwestad (Deinumer Suupmarkt) voor de Kleine Kerkstraat, op de Yoorstreek vóór het St. Bonifacius hospitaal, op de Oude Veemarkt bij den Wirdumerdijk tegenover hotel Amicitia en in de Sophialaan bij het Station. Van die zuilen zou dan het gedeelte, hooger dan 1.10 M. boven de straat, voor het aangegeven doel benut worden, terwijl het in de bedoeling ligt de zich daaronder bevindende ruimte, die voor de straatjeugd minder veilig is, evenals de overige transformatorzuilen op eenvoudige en nette wijze van gemeentewege te doen verven, zooals dit met die aan de Emmakade Z.Z. nabij de Kanaalstraat reeds is gebeurd. Met het oog op de belangen van het gemeentelijk electriciteitbedrijf be staat tegen de uitvoering van dit voornemen, blijkens mondelinge mededeeling van den Directeur, geen bezwaar. Ofschoon het hier eene andere wijze van annonceeren betreft, dachten wij toch het meest in den geest van het bepaalde bij artikel 2 van de hierbij overgelegde voorwaarden voor de verhuring der gemeentelijke aanplakzuilen en -borden te handelen door den be trokken huurder aan te bieden ook de ruimte op de vorengenoemde transformatorzuilen te huren. Deze verklaarde echter daartoe niet bereid te zijn, zoodat die zuilen thans rechtstreeks van gemeentewege bij gedeelten aan gegadigden, hetzij in het openbaar, hetzij ondershands, al naar gelang dit voor de ge meente het meest voordeelig is, kunnen worden ver huurd, om daarop geschilderde aankondigingen te plaatsen op eene, naar ons oordeel, voldoend smaak volle wijze. Op grond van het voorafgaande hebben wij de eer U voor te stellen te besluiten: Burgemeester en Wethouders te machtigen de ruimte, hooger dan 1.10 M., boven de straat, van de tranformatorzuilen op het Gouverneursplein, bij het Paleis van Justitie, op de Nieuwestad (Deinumer Suupmarkt) vóór de Kleine Kerkstraat, op de Voor streek vóór het St. Bonifacius hospitaal, op de Oude Veemarkt bij den Wirdumerdijk tegenover hotel Amicitia en in de Sophialaan bij het Station, hetzij in het openbaar hetzij ondershands, al naar gelang dit voor de gemeente het meest voordeelig is, te verhuren voor het beschilderen met aankondigingen tegen den prijs en op de voorwaarden, welke Bur gemeester en Wethouders het meest geraden zullen voorkomen. De beraadslaging wordt geopend. De heer Tijsma vraagt of het niet tegen het belang van den pachter der aanplakzuilen is, dat de gemeente gedurende den pachttijd gelegenheid geeft om de transformatorzuilen met reclames te beschilderen. Dat is een concurrentie, die niet in het leven mag worden geroepen gedurende het loopende pachtcontract. De Voorzitter beschouwt dit als een geheel andere zaak. Bij de aanplakzuilen geldt het het aanplakken van biljetten, iets tijdelijks dus. Bij de transforma torzuilen wordt de reclame er op geschilderd en is van meer blijvenden aard. Burgemeester en Wethouders zouden met het con tract in de hand den pachter der aanplakzuilen wel kunnen dwingen ook deze ruimte te beplakken, maar zij hebben zulks niet gedaan, daar zij meenden dat het een andere zaak was. De beraadslaging wordt gesloten. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeeeter en Wethouders. 9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verhuring aan het Rijk van het perceel plaatselijk bekend Gouverneursplein no. 42, ten behoeve van de stichting van een gebouw voor kantoorlokaliteit enz. Dit voorstel luidt als volgt Het huis aan het Gouverneursplein no. 42, tot 1 November 1912 nog in gebruik bij de Industrie- en Huishoudschool, behoeft, zooals zich de zaak thans laat aanzien, in de eerstvolgende jaren voor de ge meente ten behoeve van uitbreiding der bureauruimte niet te worden gebezigd. Plannen tot eene andere indeeling der in het stadhuis gevestigde bureaux zullen den Raad binnenkort bereiken en voor zoover sommige dezer elders onder dak zullen moeten worden gebracht, is voldoende huisvesting in andere gebouwen te vinden. Ons voornemen was dus geweest tegelij kertijd met die stadhuisplannen U zoo mogelijk een voorstel aan te bieden aangaande de bestemming van het bedoelde perceel aan het Gouverneursplein. Inmiddels hebben zich daarvoor reeds nu een tweetal gegadigden aangemeld. De eene biedt blijkens ingekomen aanvrage voor een huur van 15 achter eenvolgende jaren per jaar 600.aanhet gebouw, een automobielgarage, dat hij voor zijne rekening na amotie van het bestaande wil stichten, komt zonder verdere kosten na expiratie der huur aan de gemeente. De tweede aanbieding, waarover overeenstemming verkregen is, en wéarop wij, als voor de gemeente de gunstigste, U in overweging willen geven in te gaan, is die van het Rijk, dat ter plaatse noodig heeft een gebouw voor bureaux ten behoeve van de kantoren der registratie. Voorloopig is met den Directeur der Registratie overeengekomen, dat de gemeente het perceel volgens van Rijkswege gegeven aanwijzingen bouwt voor ten hoogste 26000.en voor 15 jaar verhuurt. Van die bouwkosten, vermeerderd met de huur van den grond tijdens den bouw en vergoeding van rente voor de uitgaven die de gemeente tijdens den bouw moet doen (alles tezamen op f 27000. geraamd), zal als huur 6 verschuldigd zijn daaren boven wordt als vergoeding voor den grond 500.— betaald. Dit laatste bedrag is gevonden door 4 te nemen van de op f 50.per cA. geschatte waarde van den grond de oppervlakte van het perceel is 250 cA. Van beide aanbiedingen is het voordeel, dat de grond eigendom der gemeente blijft, een belang dat voor terrein, zoo in het centrum en nabij stadhuis en politiebureau gelegen, niet over het hoofd mag worden gezien. Wij hebben de eer U voor te stellen te besluiten aan den Directeur der Registratie alhier, als ge machtigde van den Minister van Financiën, met ingang uiterlijk van 12 Mei 1913, of zooveel eerder als het na te noemen gebouw zal zijn voltoid, voor den tijd van 15 achtereenvolgende jaren te verhureneen kantoorgebouw, door de gemeente volgens de door het Rijk aan te bieden plannen op het perceel, ge meente Leeuwarden sectie A no. 650, thans bekend als huishoudschool en erf, groot 2.50 A. voor ten hoogste 26000.te stichten en uiterlijk 12 Mei 1913 te voltooien, waarvoor als huur per jaar zal ver schuldigd zijn A. een som van 500.als vergoeding voor het gebruik van den grond B. 6 van de som der navolgende bedragen 1°. de werkelijke bouwkosten 2°. een evenredig deel van de bovengenoemde grondhuur, berekend naar het tijdstip dat vóór 12 Mei 1913 met den bouw wordt begonnen li. J--T JL

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1912 | | pagina 2