236 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 26 November 1912
aan mej. L. J. H. Visser op haar verzoek eervol
ontslag te verleenen als onderwijzeres in de nuttige
handwerken aan gemeenteschool no. 1.
4. Alsvoren om aan D. A. G. Vastenou alhier
op zijn verzoek eervol ontslag te verleenen als leeraar
in het boekhouden aan de Burgeravondschool.
5. Alsvoren tot wijziging
a. van de verordening voor het gymnasium (ge
meentebladen 1905 no. 14, 1906 no. 10, 1908 no. 19
en 1912 no. 25);
b. van de verordening tot vaststelling van het
getal en de jaarwedden der leeraren enz. aan het
gymnasium (gemeentebladen 1910 no. 11 en 1912
no. 26)
c. van de verordeningen tot regeling van de hef
fing en invordering van schoolgelden voor onderwijs
aan het gymnasium (gemeenteblad 1900 no. 5).
6. Alsvoren tot:
I. wijziging van de verordeningen
a. tot regeling van het lager onderwijs (gemeen
tebladen 1911 no. 23 en 1912 no. 6)
b. tot uitvoering van de verordening tot regeling
van hot lager onderwijs (gemeentebladen 1904 no. 14,
1905 no. 35 en 1911 no. 24);
c. houdende bepalingen waarop kunnen worden
aangegaan gemeenschappelijke regelingen met naburige
gemeentebesturen omtrent de toelating van kinderen
uit die gemeenten tot openbare lagere scholen te
Leeuwarden (gemeenteblad 1909 no. 32).
II. intrekking van de raadsbesluiten van 24 October
en 22 Augustus 1911, houdende vaststelling van ver
ordeningen, onderscheidenlijk tot heffing en op de
invordering van schoolgelden voor het openbaar lager
onderwijs en van het raadsbesluit d.d. 12 December
1911, houdende wijziging dier verordeningen.
De stukken sub 5 en 6 zullen worden gedrukt als
bijlage tot het raadsverslag en bij de leden rondge
zonden.
7. Aanbeveling voor de benoeming van een voor
zitter van het gemeentelijke werkloozenfonds, wegens
periodieke aftreding van mr. I. Wolff
1. mr. I. Wolff.
2. C. Uiterwijk.
De stukken 27 zullen in eeno volgende vergade
ring worden behandeld.
IV. Rapporten.
De heer J. Koopmans rapporteert dat de
commissie, belast geweest met het onderzoek der
begrooting van inkomsten en uitgaven van het
Nieuwe Stads-Weeshuis, dienst 1913, geene aanleiding
heeft gevonden tot het maken van op- of aanmer
kingen. Zij stelt derhalve voor die begrooting vast
te stellen in ontvang en uitgaaf beide tot een bedrag
van 29,119.39"'.
De Voorzitter stelt voor liet rapport en de begroo
ting in eene volgende vergadering in behandeling te
nemen, onder dankbetuiging aan de commissie voor
den door haar verrichten arbeid.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
V. Wordt overgegaan tot behandeling der voor
heden op den oproepingsbrief vermelde punten.
1. Benoeming van een lid der commissie voor het
gemeentelijke werkloozenfonds, vacature D. Harmens.
Uitgebracht zijn 19 stemmen, te weten
op den heer P. Attema Dz. 16 stemmen,
P. A. van Valkenburg 2
terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd.
De heer P. Attema Dz. is alzoo benoemd
2. Benoeming van 2 leden en 2 plaatsvervangende
leden-werkgevers en 2 leden en 2 plaatsvervangende
leden-werklieden van de commissie voor de gemeentelijke
arbeidsbeurs.
Voor de eerste vacature van lid-werkgever zijn
uitgebracht
op den heer D. Landeweer 19 stemmen,
J. Koopmans 1 stem.
De heer D. Landeweer is alzoo benoemd.
Voor de tweede vacature zijn uitgebracht
op den heer W. Fransen Jz. 19 stemmen
A. J. Woltring 1 stem.
De heer W. Fransen Jz. is alzoo benoemd.
Voor de eerste vacature van plaatsvervangend
lid-werkgever zijn uitgebracht
op den heer J. A. Beeftink 19 stemmen
L. J. Tijssen 1 stem.
De heer J. A. Beeftink is alzoo benoemd.
Voor de tweede vacature zijn uitgebracht:
op den heer J. II. Stoett 16 stemmen.
P. Godhelp 3
L. J. Tijssen 1 stem.
De heer J. H. Stoett is alzoo benoemd.
Voor de eerste vacature van lid-werkman zijn
uitgebracht
op den heer D. H. Everaarts 18 stemmen,
T. Terpstra 2
De heer D. H. Everaarts is alzoo benoemd.
Voor de tweede vacature zijn uitgebracht
op den heer K. Dijkstra 18 stemmen,
elk der heeren J. van Dijk en T. Terpstra 1 stem.
De heer K. Dijkstra is alzoo benoemd.
Voor de eerste vacature van plaatsvervangend
lid-werkman zijn uitgebracht
op den heer D. van der Werf 18 stemmen.
H. Snoek 1 stem.
terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd.
De heer D. van der Werf is alzoo benoemd.
Voor de tweede vacature zijn uitgebracht:
op den heer T. Terpstra 19 stemmen,
H. Snoek 1 stem.
De heer T. Terpstra is alzoo benoemd.
3. Benoeming van een voorzitter en een plaatsver
vangend voorzitter der commissie voor de gemeentelijke
arbeidsbeurs, wegens periodieke aftreding der heeren
mr. A. van Giffen en mr. M. Goslings.
Voor de benoeming van een voorzitter zijn uitge
bracht 19 stemmen, als
op den heer mr. A. van Giffen 15 stemmen, terwijl
4 briefjes in blanco zijn ingeleverd.
De heer mr. A. vau Giffen is alzoo benoemd.
Tot plaatsvervangend voorzitter wordt met algo-
meene (20) stemmen benoemd de lieer mr. M. Goslings.
4. Benoeming van een onderwijzer aan gemeenteschool
no. 11. vacature J. Kramer.
Uitgebracht zijn 20 stommen, te weten
op den heer H. van der Harst 18 stemmen,
II. Jongbloed 2
De heer H. van der Harst is alzoo benoemd.
5. Benoeming van een onderwijzer aan gemeenteschool
no. 8, vacature S. Lootsma.
Uitgebracht zijn 20 stemmen, te weten
op den lieer G. de Groot 14 stemmen,
H. Jongbloed 4
O. de Boer 1 stem.
terwijl 1 briefje in blaueo is ingeleverd.
De heer G. de Groot is alzoo benoemd.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 26 November 1912. 237
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
K. Postma alhier op zijn verzoek eervol ontslag te ver
leenen als onderwijzer aan gemeenteschool no. 7.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
7 Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
L. Pasma op zijn verzoek eervol ontslag te verleenen als
onderwijzer aan gemeenteschool no. 6.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
M. en I. de Vries te Amsterdam vergunning te verleenen I
tot het maken en hebben van een inrit in het trottoir
ten behoeve van het perceel Tweebaksmarkt no. 49.
Dit voorstel luidt als volgt:
Door M. en I. de Vries te Amsterdam is tot ons
het verzoek gericht in het trottoir vóór het hun
toebehoorende perceel Tweebaksmarkt no. 49 aan de
zijde van die straat een inrit te mogen hebben. Dit
verzoek stelden wij om advies in handen van den
gemeentelijken Inspecteur voor het Woningtoezicht,
die ons bij nevensgaand schrijven berichtte, dat het
naar zijne meening kan worden ingewilligd.
Aangezien tegen die inwilliging ook bij ons geen
bezwaren bestaan, hebben wij de eer, onder over
legging van het verzoekschrift, U voor te stellen te
besluiten
aan M. en I. de Vries te Amsterdam en hunne
rechtverkrijgenden vergunning te verleenen tot het 1
maken en tot wederopzeggens hebben van een inrit
in het trottoir vóór het hun toebehoorende perceel
Tweebaksmarkt no. 49, kadastraal bekend sectie B
no. 3184, aan de zijde van die straat, de juiste plaats
nader door of vanwege Burgemeester en Wethouders
aan te wijzen, onder bepaling dat worden in acht
genomen de voorwaarden, gesteld bij raadsbesluit van
26 Januari 1909 no. 12R/10, voor zoover naar het
oordeel van Burgemeester en Wethouders toepasselijk,
met dien verstande, dat als termijn, waarop de recog- 1
nitie, ad 1.ten kantore van den gemeente
ontvanger moet zijn betaald, worde gesteld 1 Mei,
voor het eerst echter 15 December 1912.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
M. Meijer, aannemer van het stichten van een hoofd
gebouw voor de electrischc centrale enz., kwijtschelding
te verleenen van beloopen boete.
Dit voorstel luidt als volgt
Door den aannemer van het stichten van een hoofd
gebouw voor de electrische centrale, een aanlegsteiger
en bijkomende werken, M. Meijer te Leeuwarden,
is niet voldaan aan artikel 7 (bladzijde 56) der derde
afdeeling van het bestek en voorwaarden waarnaar
bedoelde werken zijn aanbesteed, betreffende den tijd
waarbinnen een en ander moest zijn opgeleverd.
Blijkens mededeeling van den Directeur van ge
meentewerken is de aanlegsteiger 172 en het gebouw
91 dagen te laat opgeleverd. Door bedoelden Direc
teur wordt echter medegedeeld dat de gemeente door
te late oplevering van den steiger geen nadeel heeft
ondervonden, daar alle machines enz. per spoor werden
aangevoerd.
Van de te late oplevering van het gebouw is volgens
ededeeling van den Directeur van het gemeentelijk
electriciteitbedrijf alleen dit het gevolg geweest, dat
de aannemer van de schakelinrichting, aan wien was
medegedeeld dat den 1 Mei 1912 kon worden be
gonnen met de opstelling der cellen en de schakel
toestellen, eerst den 13 Mei 1912 met die opstelling
kon beginnen, daar pas dien dag het bekleedhout
boven het bovengedeelte van de schakelruimte is
aangebracht, zoodat eene door schuld van den aannemer
Meijer voor do gemeente nadeelige vertraging van
13 dagen ontstond.
Voor die 13 dagen moet dan ook naar onze meening
boete worden opgelegd, terwijl de rest, daar voor de
gemeente geen nadeel ontstaan is, kan worden kwijt
gescholden.
Onder mededeeling dat wij het voornemen hebben
de in artikel 7, derde lid, van bovenaangehaald be
stek en voorwaarden bedoelde boete te bepalen op
5.per dag, stellen wij U voor te besluiten
Marten Meijer te Leeuwarden, aannemer volgens
bestek no. 36, dienst 1911, van het stichten van een
hoofdgebouw voor de electrische centrale, een aan
legsteiger en bijkomende werken, kwijtschelding te
verleenen van de boete voor te late oplevering van
den aanlegsteiger en hem mede van de boete voor te
late oplevering van het hoofdgebouw der electrische
centrale kwijtschelding te verleenen over 78 dagen,
zoodat de boete over 13 dagen wordt berekend.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
10. Prae-aclvies van Burgemeester en Wethouders
op het adres van A. J. en J. G. Woltring om hun in
huur af te staan twee bleekjes aan het Oldehoofster
Kerkhof enz.
Dit voorstel luidt als volgt
In Uwe vergadering van 8 October 1.1. werd om
prae-advies in onze handen gesteld een adres van de
gebrs. A. J. en J. G. Woltring, waarbij wordt ver
zocht om, gelijk bij raadsbesluit van 14 Januari 1902
aan wijlen hunne moeder, thans aan hen te verhuren
de bleekjes en straatjes, kadastraal bekend gemeente
Leeuwarden, sectie C. nos. 1744 en 1745, gelegen
vóór hunne woningen Oldehoofster kerkhof nos. 26
en 28.
Met den Directeur der gemeentewerken, wiens advies
wij inwonnen, zijn wij van meening, dat het bedrag
der vroeger geheven recognitie ad f 1.50, het genot
van de bleekjes en de vermeerdering van de waarde
van den grond in aanmerking genomen, tot 5.
voor elk terreintje moet worden verhoogd, welk bedrag
tevens in overeenstemming is met de door de wed.
Suwijn en J. Loot betaalde huurprijzen. Adressanten,
met onze zienswijze in kennis gesteld, verklaarden
hiertegen evenmin als tegen de andere hun gestelde
voorwaarden bezwaar te hebben.
Naar aanleiding hiervan hebben wij de eer U in
overweging te geven te besluiten
aan A. J. en J. G. Woltring alhier, voor den tijd
van één jaar, gerekend met ingang van 12 November
1912 en eindigende 12 November 1913, in huur af
te staan de bleekjes en straatjes, kadastraal bekend
gemeente Leeuwarden, sectie C nos. 1744 en 1745,
gelegen vóór de woningen aan het Oldehoofster
kerkhof nos. 26 en 28, tegen eene vergoeding van
5.voor elk bleekje met straatje, mot bepaling