146
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 7 Juli 1914
10. Bij het ontstaan van een gebrek aan de lift
of hare onderdeelen wordt het vervoer dadelijk
gestaakt en de toegang tot den toren gesloten, ter
wijl van dat ontstaan dadelijk aan den Directeur
der gemeentewerken wordt kennisgegeven.
11. De concessionaris draagt zorg voor het op
zijne kosten reinigen van den toren, zoowel inwen
dig als van de straat tot op 5 Meter afstand van
den toren, ten genoegen van Burgemeester en Wet
houders. Hij draagt de kosten van herstelling van
alle beschadigingen, die door of tijdens het door
hem van den toren gemaakte gebruik zijn ontstaan,
waarvan hij dadelijk aan den Directeur der ge
meentewerken kennis geeft. Bij niet dadelijke her
stelling hiervan ten genoegen van Burgemeester en
Wethouders zal deze op kosten van den concessio
naris door de gemeente worden verricht. De toe
gang tot den toren wordt gesloten en het vervoer
gestaakt, totdat de beschadigingen zijn hersteld,
ter beoordeeling van Burgemeester en Wethouders.
12. De concessionaris doet toezien, dat in den
toren niet wordt gerookt.
13. De volgens het oordeel van Burgemeester en
Wethouders voor het aanbrengen en exploiteeren
van de lift noodige wijzigingen in de samenstel
ling van den toren of zijn onderdeelen worden door
en op kosten van den concessionaris verricht, op
aanwijzing van den Directeur der gemeentewerken.
14. Alleen in de lift mogen reclames worden
aangebracht, doch niet anders dan na goedkeuring
van Burgemeester en Wethouders.
15. Wanneer de lift niet gebruikt of niet van
wege den concessionaris bewaakt wordt, moet zij
zelf en hare onderdeelen zoodanig zijn vastgezet,
dat derden haar niet in beweging kunnen bren-
gen.
Yoor eventueel door derden aan de lift en hare
onderdeelen toegebrachte schade is de gemeente
niet aansprakelijk.
16. De vergunning mag niet aan anderen worden
overgedragen dan met toestemming van Burge
meester en Wethouders en met inachtneming van
de door dezen nader te stellen voorwaarden.
17. Gedurende den tijd dat door den concessio
naris aan het publiek geen gelegenheid wordt ge
geven om van de lift gebruik te maken, behouden
Burgemeester en Wethouders zich de bevoegdheid
voor op den thans geldenden voet publiek tot den
toren toe te laten.
Alsdan zal het toezicht van gemeentewege worden
gehouden.
18. Bij niet nakoming van deze voorwaarden
wordt de vergunning ingetrokken, ten ware Burge
meester en Wethouders genoegen nemen met eene
voor elk geval door hen te bepalen geldboete, door
den concessionaris te voldoen.
19. Binnen twee maanden na het eindigen van
de vergunning moeten alle door den concessionaris
in den toren gebrachte materialen, werktuigen enz.,
te zamen de lift en haar drijfwerk uitmakende, uit
den toren verwijderd zijn en deze zoowel als diens
onderdeelen teruggebracht zijn in den staat, waarin
zij, voordat van de vergunning gebruik was ge
maakt, verkeerden, een en ander door en op kosten
van den concessionaris en ten genoegen van Bur
gemeester en Wethouders.
20. De concessionaris is verplicht, bij het aan
vaarden van de vergunning een waarborgsom van
twee honderd gulden te storten ter gemeente-secre
tarie, hetzij in contanten, hetzij in vooraf door Bur
gemeester en Wethouders goed te keuren fondsen,
ten einde de gemeente, des noodig, zich zelf daaruit
kunne voldoen hetgeen haar door den concessio
naris krachtens deze concessie verschuldigd is.
De coupons of dividendbewijzen van gedeponeer
de fondsen worden na den vervaldag aan den con
cessionaris op zijn verzoek ter hand gesteld.
Wanneer het verhaal, als in het le lid bedoeld,
heeft plaats gehad, dan is de concessionaris gehou
den dadelijk na kennisgeving de waarborgsom tot
het bovenvermelde bedrag weder, ten genoegen van
Burgemeester en Wethouders, aan te vullen.
21. Binnen veertien dagen na de ontvangst van
het raadsbesluit, waarbij de vergunning is ver
leend, zendt de concessionaris aan Burgemeester
en Wethouders een op zegel gestelde verklaring,
dat hij de daarin opgenomen voorwaarden aan
vaardt.
Bij dit voorstel komt in behandeling eene motie
van de heeren Tiemersma, Hiemstra en Zandstra
luidende:
de Raad,
kennis nemende van het voorstel van Burgemeester
en Wethouders om concessie te verleenen aan de
Naamlooze Yennootschap „lift Oldehove" voor het
plaatsen en exploiteeren van een electrische per
sonenlift in de Oldehove,
van oordeel, dat een dergelijke exploitatie dooi
de gemeente behoort te geschieden,
noodigt daarom Burgemeester en Wethouders uit
met voorstellen te komen voor liet plaatsen en ex
ploiteeren van een electrische personenlift in de
Oldehove.
De Voorzitter wijst erop dat deze motie eigenlijk
een nieuw voorstel is. Waar er echter tusschen dit
voorstel en dat van Burgemeester en Wethouders
een onmiddellijk verband bestaat, stelt spreker voor
den heer Tiemersma het woord te verleenen tot toe
lichting van zyn voorstel.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heer Tiemersma zegt dat men de vraag of het
noodzakelijk is dat er een personenlift in de Olde
hove wordt aangebracht, verschillend kan beoor-
deelen. Spreker is het met Burgemeester en Wet
houders eens dat het bezoek een zoodanigen omvang
heeft genomen dat liet te probeeren is, te meer daar
men door de lift 120 treden minder heeft te klim
men, waardoor liet bestijgen van den toren aantrek
kelijker wordt. Dat zal het bezoek ten goede ko
men, want de resteerende 40 treden wegen dan
zoo zwaar niet meer.
Spreker denkt echter anders over de exploitatie
van de lift dan Burgemeester en Wethouders
Evenals zoovele andere bedrijven, lichtfabricage,
watervoorziening, reiniging, zwem- en badinrich
ting, personenvervoer, is dit ook een zaak, die door
de gemeente moet worden geëxploiteerd. Welke be
zwaren zijn daartegen aan te voerenIs het de risi
co, dat er een financiëel verlies kan worden ge
leden? Dan zou men daaruit kunnen afleiden, dat
de behoefte aan een personenlift nog niet in vol
doende mate aanwezig is. Spreker is echter van
meening dat, al zou dit het geval zijn, de ge
meente nog niet mag terugdeinzen voor het aan
brengen en exploiteeren van een lift. Hij geeft toe
dat de verordening, volgens welke de concessie
wordt verleend, bij eene goede naleving zekerheid
geeft voor de veiligheid van het publiek, maar hij
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 7 Juli 1914.
147
meent dat het toch beter is baas te blijven in eigen
huis.
Het doel, waarmee de lift wordt geëxploiteerd,
kan verschillend zijn n.l.: het kan zyn een exploitatie
met het eemge doel om winst tè maken en een
exploitatie dienstig voor het gemeenschappelijk be
lang of genot zonder dat het maken van winst
wordt voorop gezet.
aar nu door het aanbrengen van de lift de be
klimming van den toren zal worden vergemak-
kelijKt en het bezoek daardoor grooter zal kunnen
worden, zou dit eene aanleiding kunnen zijn tot het
verlagen van den toegangsprijs. Wordt echter de
concessie verleend, dan geeft de gemeente de zaak
10 jaar uit handen en zit zij gedurende dien termyn
aan den toegangsprijs vast. Deze overwegingen heb
ben er spreker en zijne partygenooten toe geleid ge
meente-exploitatie voor te stellen.
De heer Peletier wil na het betoog van den heer
Tiemersma doen opmerken dat de aanvragers dei-
concessie het zeker niet doen uit winstbejag Men
zou uit de redeneering van den vorigen spreker
deze conclusie kunnen trekken, maar spreker ge
looft met zekerheid te kunnen zeggen, dat zulks
absoluut niet in de bedoeling ligt.
De Voorzitter heeft geen bepaald motief voor ge
meente-exploitatie gehoord. Spreker kan zich begrij
pen, dat men daarvóór of ertegen is, maar hij heeft
alleen het algemeen beginsel hooren verkondigen,
dat het beter is baas te blyven in eigen huis. Spre
ker ziet niet in dat door particuliere exploitatie
van de lift de zeggenschap der gemeente over haar
eigendom vermindert. Er is verschil van gevoelen
geweest over de vraag of een lift in de Oldehove
reden van bestaan zou hebben. Spreker voor zich
gelooft niet aan de kip met de gouden eieren. Wan
neer er particulieren worden gevonden die het
willen probeeren, kan de gemeente alle waarborgen
nemen voor haar gebouw. De zaak is niet zoo be
langrijk dat de gemeente haar ter hand moet nemen.
Spreker zal in verband met het zooeven medege
deelte omtrent het voorstel van de heeren Tiemer
sma c.s., als niemand meer het woord verlangt, het
voorstel van Burgemeester en Wethouders het eerst
in stemming brengen, omdat hij dat van den heer
Tiemersma c.s. niet als een amendement kan be
schouwen. Hij kan zich niet voorstellen dat er leden
zullen zijn, die tegen het voorstel van Burgemeester
en Wethouders zullen stemmen met de bedoeling
dat de lift door de gemeente moet worden geëxploi
teerd.
De heer J. Koopnians wil niet over de motie spre
ken, maar vraagt of de gemeente, als het voorstel
van Burgemeester en Wethouders wordt aangeno
men, ook te maken heeft met de Hinderwet en of
zij ook in moeilijkheden kan komen met de Veilig
heidswet. Spreker vraagt op wie de bezwaren dier
wetten drukken.
De Voorzitter: „op den concessionaris. Deze heeft
de voorwaarden na te leven en alle kosten komen
te zijnen laste."
De heer Hiemstra zegt dat de Oldehove een be
zienswaardigheid in Leeuwarden is, welke het ei
gendom der gemeente is. Nu zal de gemeente het
recht om haar eigendom te laten beklimmen, af
staan aan particulieren. Spreker meent dat zulks
niet te verdedigen is. Wanneer de gemeente een ge
bouw bezat, voor het bezien waarvan een zekere
entree werd geheven, dan zou zij dat evengoed kun
nen verpachten. Spreker meent dat de gemeente de
vrije beschikking over hare eigendommen moet be
houden en ook het recht om zelf de entree vast te
stellen.
Als de concessie wordt verleend zit zij 10 jaar
aan de nu vast te stellen entree vast. Nu kan het
gebeuren dat het bezoek zoodanig toeneemt dat de
entrée kan worden verlaagd. Daarmee moet dan
10 jaar worden gewacht. De gemeente moet baas
blijven over hare eigen instellingen, ook als het be
zienswaardigheden zijn. Dat alleen is reeds een re
den om het verzoek af te wyzen.
Spreker wil nog eene opmerking maken. De Voor
zitter heeft medegedeeld eerst te zullen laten stem
men over het voorstel van Burgemeester en Wet
houders, daarna over de motie. Spreker is echter
van oordeel dat de stemming in omgekeerde volg
orde moet plaats hebben en herinnert aan de kwes
tie, die ontstaan is bij de behandeling van de ver
plaatsing van het gebouw voor dakloozen. De heer
Zandstra had toen voorgesteld een dergelijk gebouw
te doen exploiteeren door de gemeente. De Voorzit
ter heeft toen ook eerst het voorstel van Burge
meester en Wethouders, daarna dat van den heer
Zandstra in stemming gebracht, hoewel over het
voorstel Zandstra als een verder strekkend amende
ment het eerst moest zijn gestemd. De voorstanders
van het meerdere zyn toen niet in de gelegenheid
geweest zich voor het mindere uit te spreken. Zoo
gaat het ook hier. In het algemeen heeft een amen
dement den voorrang. Spreker weet niet of deze
motie als een amendement wordt beschouwd, maar
het meest verstrekkende voorstel moet het eerst in
stemming worden gebracht. Hij verzoekt daarom
den Voorzitter de volgorde om te keeren en eerst
te laten stemmen over de motie.
De heer Fransen meent te mogen opmerken, dat
de zaak iets anders is dan de heer Hiemstra haar
voorstelt. Het is de bedoeling niet zoozeer om den
toren te bezien, maar om gemakkelijk boven te
komen voor het vergezicht. De Oldehove is een be
zienswaardig gebouw, dat is waar, maar men gaat
toch niet met een lift omhoog om den toren te be
zien, daarvan zou al weinig terecht komen, doch
om van het panorama van de omstreken te ge
nieten.
De heer Beekhuis kan niet meegaan met de rede
neering van den heer Hiemstra. Dit raadslid be
schouwt de motie als een amendement. Spreker kan
dat onmogelijk doen, want het is, zooals door den
Voorzitter reeds terecht is gezegd, een geheel an
der voorstel. Dit blykt reeds hieruit dat de Raad
niet bekwaam is om thans over dat voorstel te oor-
deelen. Daarvoor zou de Raad eerst een kosten-bere-
kening moeten kennen.
Wanneer dan ook Burgemeester en Wethouders
met een dergelijk voorstel waren gekomen, dan zou
er een kosten- en exploitatierekening by zijn ge
voegd. Die ontbreken nu en daarom alleen reeds
kan het voorstel Tiemersma c.s. niet reeds nu wor
den aangenomen.
Spreker wil daarmee niet zeggen, dat het voorstel
van Burgemeester en Wethouders moet worden aan
genomen, maar hy komt er tegen op dat de motie
is een amendement op het voorstel van Burgemees
ter en Wethouders. Daarom moet eerst over dat
voorstel worden gestemd. Wordt het verworpen,
dan kan de motie in behandeling worden gebracht,
hoewel spreker dan nog zou willen adviseeren dat
niet te doen, maar haar in handen te stellen van
Burgemeester en Wethouders ten fine van prae-
advies. Dan krijgt de Raad cijfers onder de oogen.