1)8 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 8 Juni 1915. culaire van den Minister, doch alleen aan een wet of Koninklijk besluit, verordening, enz. Formeel lijkt spieker de zaak dan ook niet in orde. Maar, a la guerre comme a la guerre, in oorlogstijd doet men wel eens iets dat men anders niet zou doen en waar het een zaak betreft, die het publiek belang inboe zemt, heeft spreker geen bezwaar haar te bespre ken. Als de Raad er niets tegen heeft wil spreker den lieer Hiemstra in de gelegenheid stellen zijn vraag te doen. Hij laat de beslissing aan den Raad over. De beer de Vos heeft er alleen op willen wijzen dat dit een voor den Raad overbodige zaak is. Als men hieromtrent publiciteit verlangde had men het kunnen aanslaan aan het gebouw der S. D. A. P. Dit ware heter geweest dan te trachten het door middel van een interpellatie in de Courant te krij gen. Deze dingen behooren niet in den Raad thuis. Hierna wordt goedgevonden dat de Voorzitter den heer Hiemstra na afhandeling der agenda in de gelegenheid zal stellen zijn vraag te doen. VI. Wordt overgegaan tot behandeling der voor heden op den oproepingsbrief vermelde punten. Met algemeene stemmen wordt benoemd de heer J. A. C. Bleeker. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig liet voorstel van Burgemeester en Wet houders. Dft voorstel luidt als volgt: De Vereeniging van Zuivelfabrikanten in Neder land, gevestigd te Amsterdam, deelde ons mede dat op verlangen van de in Friesland en aangrenzende provinciën wonende leden zal worden overgegaan tot het instellen van wekelijksche keuringen van door hen gemaakte boter. Daarvoor is noodig een geschikt lokaal, waar de botermonsters van week tot week kunnen worden bewaard. Nu besloten is die keuringen in Leeuwarden te houden, verzoekt de vereeniging haar voor den tijd van ten minste één jaar in de bewaarplaats van de Waag een ruim te, ter grootte van 4X2 M., af te staan. Het verdient o.i. aanbeveling het verzoek in te willigen. De Waagmeester, wiens advies hiernevens gaat, is van gelijk gevoelen. Evenwel zullen aan de toestemming tot gebruik eenige voorwaarden verbonden moeten worden. Het gebruik zelf kan voor een jaar, tot 1 Juni 1916, wor den toegestaan met stilzwijgende verlenging van jaar tot jaar, uiterlijk tot 1 Juni 1920, behoudens op zegging. Als vergoeding meenen wij 25.'s jaars te moeten doen vorderen. Dit is alleszins billijk. Waar ons gebleken is, dat adressante op een afge sloten ruimte prijs stelt, zal zij bovendien de kosten van het in orde maken en houden en van het even tueel wegnemen van de afscheiding moeten dragen, terwijl zij verder aan de bewaarplaats en de Waag toegebrachte schade voor hare rekening moet her stellen. Met deze en nog enkele voorwaarden heeft ver zoekster genoegen genomen, zoodat wij U kunnen voorstellen te besluiten: aan de Vereeniging van Zuivelfabrikanten in Ne derland, gevestigd te Amsterdam, met ingang van 1 Juni 1915 tot 1 Juni 1916, met stilzwijgende verlen ging van jaar tot jaar, uiterlijk tot 1 Juni 1920, tenzij ten minste drie maanden vóór het einde van het loopende gebruiksjaar door een der partijen schriftelijke opzegging heeft plaats gehad, tegen de som van vijf en twintig gulden 's jaars ten gebruike af te staan een ruimte, groot 4X2 M., nader door den Waagmeester aan te wijzen, van de bewaar plaats in de Waag, onder de volgende voorwaarden: 1. De kosten van het in orde maken en houden en van het eventueel wegnemen van een afscheiding van de evenbedoelde ruimte worden op eerste aan zegging aan de gemeente betaald. 2. De vergoeding voor het gebruik over een ge bruiksjaar moet jaarlijks hij vooruitbetaling vóór den len September, voor het eerst vóór den len September 1915, ten kantore van den ontvanger dezer gemeente worden betaald. 3. Tot de in gebruik afgestane ruimte kan toe gang worden verkregen gedurende den tijd, dat de Waag voor het publiek is opengesteld en verder op de tijdstippen in overleg met den Waagmeester te regelen. 4. Telkens na gemaakt gebruik moet de ruimte behoorlijk zijn afgesloten ten genoegen van den Waagmeester. 5. Bij beschadiging van het gebouw en de zich daarin bevindende gemeente-eigendommen door of vanwege de gebruikster heeft de herstelling daar van voor hare rekening van gemeentewege plaats. Zij is verplicht de ter zake verschuldigde kosten op eerste aanzegging te voldoen ter plaatse daarbij vermeld. 6. Binnen één week na den dag, waarop het ge bruik van de ruimte ingevolge opzegging moet op houden, moet die ruimte ontruimd zijn, bij gebreke waarvan het op kosten van de gebruikster van ge meentewege zal geschieden. De beraadslaging wordt geopend. De heer Peletier heeft in het algemeen niets te gen het voorstel. Hij heeft alleen eenige bedenking tegen den huurprijs, daar hij die afwijkend laag vindt. Als er voor Burgemeester en Wethouders geen bijzondere overwegingen zijn geweest om die huurprijs zoo laag te stellen, wil spreker voorstellen de huur te bepalen op 100.per jaar. De Voorzitter antwoordt dat Burgemeester en Wethouders bebben gemeend den huurprijs zoo laag te moeten stellen, omdat het een heel kleine ruimte betreft, de vereeniging nog andere kosten heeft te maken en het gemeentebelang er zijdelings bij be- ti'okken is. De heer Peletier doet opmerken, dat het een ka pitaalkrachtige vereeniging geldt. De huur be draagt 50 cent per week en de leden hebben daar voor Vrijdags en ook misschien Donderdags toe gang tot de ruimte. Het onderhoud en de inrichting van de Waag kost veel en daarin zou spreker eene aanleiding kunnen vinden om meer huur te vragen. Spreker wil nog doen opmerken dat de leden vol gens voorw. 3 van het voorstel ook buiten de Waaguren toegang tot het gebouw hebben. Hij vraagt of ze onder gewonen beurstijd ook de ge wone entrée moeten betalen en of er ook entree wordt geheven voor het bezoek buiten beurstijd. Dat kan nog van invloed zyn. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 8 Juni 1915. 99 De heer üosterhoff (wethouder) wil er de aan dacht op vestigen dat het een zeer kleine ruimte van slechts 8 M-. betreft. Het is een stukje dat wordt afgenomen van eene ruimte, die de Waag meester te zijner beschikking heeft. Spreker vindt 3.per M2. een behoorlijken prijs. Wat het bezoek buiten de waaguren betreft, het is de bedoeling dat de leden, als zij den waagmees ter daarvan te voren mee in kennis stellen, in de afgesloten ruimte kunnen komen. Zij betalen dan geen entrée maar moeten op de gewone uren de gewone entrée betalen. De heer Peletier is ervoor de huur te verhoogen. De heer Oosterhoff heeft gezegd dat 3.per M2. een behoorlijke huur is. Spreker geeft toe dat dit hoog lijkt, maar de gemeente moet zich niet op dat standpunt stellen. Zij moet aldus redeneeren, dat de vereeniging, als zij deze gelegenheid niet heeft, een ander lokaal moet huren en dat zij daarvoor wel 100.per jaar zal moeten betalen. De Waag is echter een meer geëigend lokaal voor de vereeni ging, die wel geen bezwaar zal maken 100.te betalen. Den heer Beekhuis heeft het ook gefrappeerd dat er 25.huur wordt gevraagd, maar op andere wijze dan den heer Peletier. Spreker ziet hierin toch een gemeentebelang en is van oordeel dat er om die reden geen huur behoefde te worden ge vraagd. De ruimte had in bruikleen of op een der gelijke manier kunnen worden afgestaan. Hij vindt het dan ook niet goed de huur te verhoogen. Nu de vereeniging met een huurprijs van 25.accoord gaat, zal spreker zich daartegen niet verzetten, maar hij meent dat in dergelijke gevallen de ge vraagde ruimte gratis kan worden afgestaan. De heer Peletier kan wel met den heer Beekhuis accoord gaan, waar deze zegt dat een lokaal gratis moet worden afgestaan als het gemeentebelang er bij is betrokken. Wanneer echter verhuring wordt voorgesteld is 25.te weinig. Wil de Raad zich stellen op het standpunt van den heer Beekhuis, dan gaat spreker daarmee accoord. De heer Oosterhoff (wethouder) doet opmerken dat het bezwaarlijk gaat de ruimte gratis af te staan. Het gemeentebelang is toch bij de eene zaak meer gemoeid dan bij de andere en dan zal men zich bij elk geval moeten afvragen: in hoeverre is hier bij het gemeentebelang betrokken. Wanneer het gemeentebelang onmiddellijk aanwijsbaar is zal over gratis-afstaan gedacht kunnen worden, in an dere gevallen moet er een vaste maatstaf zijn. De Condensed Milk Company nu heeft de heele groote ruimte in de Waag indertijd gehuurd voor 360.per jaar en nu kan men met recht volhou den dat deze huur van 25.in verhouding billijk is te noemen. De beraadslaging wordt gesloten. Met 21 tegen 1 stem, alleen de heer Peletier stemt vóór, wordt het amendement-Peletier verworpen. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeeester en Wet houders. Dit voorstel luidt als volgt: Bij ons is ingekomen een verzoek van J. Koop- mans alhier, om hem vergunning te verleenen tot het maken en hebben van een loopbrug boven de Weerklanksteeg, ter verbinding van de perceelen Noordvliet nos. 29 en 31. Omdat er uit een oogpunt van verkeer of ander algemeen belang tegen de inwilliging van het ver zoek geen bezwaar bestond, hebben wij de vergun ning, met afwijking van het bepaalde bij artikel 64, le lid, letter c der bouwverordening, verleend. Het komt ons evenwel gewenscht voor ter zake een jaarlijksehe recognitie te doen heffen. Derhalve hebben wij de eer F in overweging te geven: voor het hebben van een loopbrug boven de Weer klanksteeg ter verbinding van de perceelen Noord- vliet nos. 29 en 31, als erkenning van den eigendom der gemeente op den grond, waarboven die loop brug ligt, eene recognitie van een gulden 1. 's jaars te doen heffen. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wet houders. Dit voorstel luidt als volgt: Bij ons college is ingekomen een schrijven van het gemeentebestuur van Westdongeradeel, houdende mededeeling dat door den Raad dier gemeente is be sloten tot het aangaan met deze gemeente van eene gemeenschappelijke regeling omtrent de toelating van kinderen uit die gemeente tot openbare lagere scholen alhier, op den voet van de in Uwe vergade ring van den 28 December 1909 (gemeenteblad no. 32 van dat jaar) vastgestelde verordening, zooals deze nader is gewijzigd (gemeentebladen no. 13 van 1913 en 27 van 1914). Waar reeds met onderscheidene naburige ge meenten eene dergelijke regeling getroffen is, be staat er naar onze meening geen bezwaar die ook met bovenbedoelde gemeente aan te gaan. De bij artikel 121 der gemeentewet bedoelde machtiging is reeds door Gedeputeerde Staten der provincie Friesland verleend bij besluit van 12 Mei 1915, No. 8, 2e af deeling. Wij hebben derhalve de eer U voor te stellen te besluiten: met ingang van den dag waarop dit besluit door Gedeputeerde Staten zal zijn goedgekeurd, aan te gaan op den voet van de verordening, houdende be palingen waarop kunnen worden aangegaan ge meenschappelijke regelingen met naburige gemeen ten omtrent de toelating van kinderen uit die ge meenten tot openbare lagere scholen te Leeuwarden, eene gemeenschappelijke onderwijsregeling met het gemeentebestuur van Westdongeradeel, waartoe bij besluit van Gedeputeerde Staten der provincie Friesland van 12 Mei 1915, No. 8, 2e afdeeling, be reids machtiging is verleend. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorste] van Burgemeester en Wet houders. Dit prae-advies luidt als volgt: Th. van Weideren baron Rengers te Oenkerk en U. Kooistra alhier, hebben in hunne hoedanigheid 1. Benoeming van een onderwijzer aan gemeenteschool no. 1, vacature C. F. Beidel. 2. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan mejuffrouw F. Posthuma, onderwijzeres aan gemeente school no. 3, op haar verzoek eervol ontslag te verleenen. 3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan het bestuur van de vereeniging van zuivel fabrikanten in Nederland vergunning te verleenen, van de waag gebruik te maken voor liet houden van boterkeuringen. 4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het heffen van Koopmans alhier van eene recognitie voor het hebben van een loopbrug over de Weerklanksteegter verbinding van aan hem behoorende panden. 5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om met de gemeente Westdongeradeel een gemeenschappelijke onderwijsregeling aan te gaan. 6'. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op het adres van het bestuur der coöperatieve vereeniging tot bereiding van melkproducten, om vergunning tot het leggen van rails in den openharen weg vóór die fabriek en tot liet aanbrengen van twee aanlegsteigers in en tegen dien weg.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1915 | | pagina 2