2 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 Januari 191b. heimaatschappij Gebied Leeuwarden tot liquidatie dier vennootschap en om in beginsel te besluiten tot overdracht der electriciteitfabriek aan de pro vincie Bijlage no. 4 van 1916). De stukken 14 hebben ter visie gelegen om nog heden te worden behandeld. 0. Alsvoren om aan H. Yalkema op zijn verzoek eervol ontslag te verleenen als onderwijzer aan ge meenteschool no. 6. 6. Alsvoren tot vaststelling van het kohier dei- belasting krachtens artikel 240 j der Gemeentewet vooj- de Spoorstraat. W ordt gedrukt als bijlage tot het Raadsverslag en Dij de leden rondgezonden om te zijner tijd te wor den behandeld. 7. Alsvoren, tot opheffing der verplichting, welke de eigenaar van het perceel Kelders no. 207 moet dulden tot het van gemeentewege aanplakken van kennisgevingen en reclames aan den noordelij ken zijgevel van zijn huis Korfmakerstraat No. 207. De stukken 57 zullen in eene volgende vergade ring worden behandeld. IY. De Voorzitter deelt nog mede, dat de benoe ming van een vierden wethouder in de volgende vergadering aan de orde zal worden gesteld. Wordt overgegaan tot behandeling der voor heden op den oproepingsbrief vermelde punten. 1. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders strek kende om ingevolge de motie-Peletier over te gaan tot de benoeming van een commissie uit den Raad betref fende verbetering of verplaatsing van een tehuis voor dakloozen, en c.q. benoeming dier commissie. Dit prae-advies luidt als volgt: ln onze handen werd om prae-advies gesteld een in de raadsvergadering van 9/10 November 19.15 aangenomen motie van het lid Peletier van den vol genden inhoud: „1 )e Raad benoeme eene commissie ad hoe uit zijn „midden tot het onderzoeken van- en casu quo doen „van voorstellen betreffende verbetering of ver plaatsing van het tehuis voor dakloozen." Daar tegen de benoeming van een dergelijke com missie bij ons geen bezwaar bestaat, hebben wij de eer 1' in overweging te geven daartoe over te gaan. Met algemeene stemmen wordt de motie-Peletier aangenomen. Wordt overgegaan tot de benoeming eener com missie van drie leden. Oor de eerste vacature zijn uitgebracht 25 stem men, te weten: op den heer H. J. Peletier 23 stemmen, mr. D. van Weideren ba ron Rengers 1 stem. terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd. De heer Peletier is alzoo benoemd. Yoor de tweede vacature zijn uitgebracht 25 stem men, verdeeld als volgt: op den heer H. Tiemersma 15 stemmen dr. A. Vonck 5 W. Fransen 2 elk der heeren A. de Vos, N. T. Ha- verschmidt en D. Lautenbach 1 stem. De heer H. Tiemersma is alzoo benoemd. Voor de derde vacature zijn uitgebracht 25 stem men, verdeeld als volgt: op den heer D. Lautenbach 14 stemmen dr. A. Vonck 5 W. Fransen 3 op den heer J. Koopmans 2 stemmen, v A. de Vos 1 stem. De heer I). Lautenbach is alzoo benoemd. 2. Benoeming van drie. onderwijzeressen uan gemeente school no. 12, wegens uitbreiding van personeel. 1 >e Voorzitter deelt mede dat een der leden heeft verzocht vóór de benoeming de deuren te laten slui ten. Spreker zal aan dit verzoek voldoen. Na heropening wordt tot de benoeming overge gaan. óór de eerste vacatr.-e zijn uitgebracht 25 stem men, verdeeld als volgt: op mcj. T. W alda 18 stemmen, G. Leopold 5 T. M. A. Deinema 1 stem. Mej. T. W'alda is alzoo benoemd. Y oor de tweede vacature zijn uitgebracht: op mej. M. J. Stoett 24 stemmen, terwijl 1 briefje van onwaarde wordt verklaard. Mej. M. J. Stoett is alzoo benoemd. Voor de derde vacature zijn uitgebracht: op mej. E. Zendyk 22 stemmen, R. Winters 3 Mej. E. Zendijk is alzoo benoemd. 3. Benoeming van een voorzitter en een plaatsvervan gend voorzitter der commissie voor de gemeentelijke Arbeidsbeurs, wegens periodieke aftreding van de heeren Mr. A. van Giffen en Mr. M. Goslings. oor de vacature van voorzitter zijn uitgebracht: op den heer mr. A. van Giffen 24 stemmen, v n mr. M. Goslings 1 stem. De heer mr. A. van Giffen is alzoo benoemd. oor de vacature van een plaatsvervangend voorzitter zijn uitgebracht: op den heer mr. M. Goslings 24 stemmen, S. Molenaar 1 stem. De heer mr. Yl. Goslings is alzoo benoemd. 4. Benoeming van 2 leden en 2 plaatsvervangende leden-werkgevers en 2 leden en 2 plaatsvervangende leden-werklieden van die commissie. Voor de eerste vacature van lid-werkgever wordt met algemeene stemmen benoemd de heer D. Lan- deweer. Voor de tweede vacature zijn uitgebracht: op den heer W. Fransen Jzn. 23 stemmen, op elk der heeren J. A. Beeftink en A. J. Woltring 1 stem. De heer W Fransen is alzoo benoemd. oor de eerste vacature van plaatsvervangend lid-werkgever wordt met algemeene stemmen be noemd de heer J. A. Beeftink. oor de tweede vacature wordt met algemeene stemmen benoemd de heer J. H. Stoett. Voor de eerste vacature van lid-werknemer wordt met algemeene stemmen benoemd de heer D. H. Everaarts. oor de tweede vacature zijn uitgebracht: op den heer K. Dijkstra 21 stemmen. J. van Dijk 4 De heer K. Dijkstra is alzoo benoemd. Voor de eerste vacature als plaatsvervangend lid werknemer zijn uitgebracht: op den heer D. van der Werf 24 stemmen, T. Terpstra 1 stem. De heer D. van der Werf is alzoo benoemd. oor de tweede vacature wordt met algemeene stemmen benoemd de heer T. Terpstra. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 Januari 1916. 3 o. Praeadvies van Burgemeester en Wethouders op het adres der Bataafsche Petroleum Maatschappij te s-Gravenhage, om ten behoeve van de oprichting van een benzinedepót vergunning te bekomen tot het dempen van een gedeelte der sloot aan den Harlingertrekweg langs haar perceel sectie D. no. 285 enz. Dit prae-advies luidt als volgt: Bij adres, d.d. 8 September 1915, richtte de 13a- taatsche Petroleum Maatschappij te 's-Gravenhage tot Fwe Vergadering het verzoek haar vergunning- te verleenen tot het dempen van een sloot langs, liet berijden van, het bouwen van een aanlegsteiger tegen en het leggen van een smalspoor in den Har lingertrekweg, alles ten behoeve van een door haar le stichten benzinedepót op liet perceel, kadastraal bekend sectie D no. 285. Voor inrichtingen aan dien weg zijn reeds eerder soortgelijke vergunningen verleend en ook in het onderhavige geval kan daartoe worden besloten. Wordt elders bij slootdemping gewoonlijk de aan de gemeente behoorende helft aan den anderen eige naar afgestaan, hier behoort dat niet te gebeuren. Waar de weg ter plaatse niet breed is, is het in tegendeel gewenscht, dat de gemeente den eigendom ook van de andere helft verkrijgt. Hiervan is aan verzoekster mededeeling gedaan evenals van de voorwaarden, waaronder wij bereid waren het ver leenen van de gevraagde vergunning te bevorderen. Toen haar daaruit bleek, dat ten behoeve van de doorloopende afwatering van de sloot langs den Harlingertrekweg in het geheele door demping te verkrijgen terrein een duiker moest worden gelegd, gaf adressante te kennen het op prijs te zullen stel len, wanneer zij slechts verplicht werd de langs haar perceel loopende sloot over geen grootere breedte dan van 7.25 M. te dempen. Hoewel artikel 2, 2e lid, der Bouwverordening voorschrijft, dat de sloot vóór een op te richten gebouw althans over de lengte van den naar de straat gekeerden gevel moet worden gedempt, meenen wij hieraan voor dit afgelegen gebouw geen grond te moeten ontieenen, om het ge vraagde te weigeren. Bereids is daarom medege deeld, dat wij te zijner tijd gebruik zullen maken van de ons bij het laatste lid van het aangehaalde artikel toegekende bevoegdheid, om tot wederop- /eggens toe van het zoo juist weergegeven voor schrift vrijstelling te verleenen. Met de verder meegedeelde voorwaarden werd genoegen genomen. Terwijl wij U de ter zake gewisselde stukken hierbij overleggen, hebben wij de eer 1' voor te stel len te besluiten aan de Bataafsche Petroleum Maatschappij te 's Gravenhage, Lange Vijverberg No. 2, domicilie kiezende te Leeuwarden ten kantore van de Maat schappij „Aeetylena", Weerd no. 13, vergunning te verleenen: a. tot het dempen van een gedeelte sloot, gele gen tusschen het perceel, kadastraal bekend ge meente Leeuwarden sectie D no. 285, en den Harlin gertrekweg; b. om den Harlingertrekweg naar en van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden sectie D no. 285, van en naar de stad tot wederop- zeggens toe te berijden c. behoudens de rechten van derden, tot het bou wen en tot wederopzeggens toe hebben van een aan legsteiger met twee meerpalen tegen den Harlin gertrekweg tegenover het benzinedepót, dat op het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden sectie D no. 285, zal worden gebouwd; d. tot het aanleggen en tot wederopzeggens toe hebben van een smalspoor van brugrails van den onder c bedoelden aanlegsteiger af naar het daar genoemde benzinedepót; een en ander onder de volgende voorwaarden 1. De sloot tusschen het perceel kadastraal be kend gemeente Leeuwarden, sectie D no. 285, en den Harlingertrekweg wordt over een lengte van 7.2.) AL, ter plaatse op de bij brief van 15 November 191.) overgelegde teekening aangegeven, en over de volle breedte op de bij artikel 74bis der Bouwverorde ning voorgeschreven wijze met goeden grond, welke niet krimpt, door en op kosten van adressante en ten genoegen van Burgemeester en Wethouders ge dempt tot een hoogte gelijk aan die van den voor- liggenden weg en afwaterend naar de Harlinger- trekvaart. 2. Het door demping van dit slootsgedeelte ver kregen terrein wordt en blijft van het overige, wes telijk en oostelijk gedeelte door een walbeschoeiïng afgescheiden. 3. Ten behoeve van de voortdurende afwatering- van de naastgelegen slootsgedeelten wordt in het door demping verkregen terrein en over de geheele lengte daarvan ter hoogte van F. Z. P. een duiker, inwendig wijd tenminste 25 c.AL, gelegd, onderhou den en schoongehouden. 4. Het door demping verkregen terrein wordt verhard en het westelijk en het oostelijk talud in de sloot met zoden belegd. 5. De aan adressante behoorende helft van het door demping verkregen terrein wordt voor de som van één gulden aan de gemeente in eigendom over gedragen. 6. De kosten van uitmeting, van overdracht en van levering van het onder 6 bedoelde gedeelte van het terrein, alsmede de verstrekking van een nota rieel afschrift der akte ten behoeve van het gemeen tearchief worden door adressante gedragen. 7. Het toegangshek, dat het terrein van adres sante zal afsluiten van het door demping verkregen terrein, wordt geplaatst en gehouden op de grens tusschen het na overdracht aan de gemeente behoo- rend gedempt slootsgedeelte en adressante's eigen dom. 8. De steiger wordt gemaakt en het spoor gelegd volgens de overgelegde teekening. 9. De steiger wordt, behoudens de rechten van derden, in gemeentegrond gesteld en het geheele talud van den weg, liggende onder den steiger, en tot op 1 Meter ter weerszijden en tot een hoogte van 0.50 Meter boven tot 0.50 M. beneden F. Z. P. be- stort met harde puin en als zoodanig onderhouden. 10. De voet van de in gemeentegrond geplaatste steigerpalen worden en blijven rondom met puin bestort. 11. De rails zijn zoogenaamde groef rails of rails met contra-rails, welke overal met den bovenkant gelijk met den kruin van den weg worden gelegd en onderhouden en aan het einde bij den wal voorzien zijn en blijven van een stootblokje of wel kwart-cir kelvormig zijn omgebogen, in beide gevallen wit te verven en als zoodanig te onderhouden. 12. De smalspoorbaan, voor zoover die op ge meentegrond komt te liggen, wordt en blijft bestraat over een breedte van 75 c.M. ter weerszijden van de as dier baan met klinkers op hun kant in een zand- bed, dik 25 c.M., en opgesloten door een kantlaag van twee rijen klinkers op hun kop gestraat. 13. Nimmer mag eenig voorwerp onbeheerd op of tusschen de rails staan. 14. Indien van de verleende vergunning gehee; of gedeeltelijk geen gebruik meer wordt gemaakt of de vergunning geheel of gedeeltelijk wordt inge trokken, moet hetgeen, waarvan geen gebruik meer wordt gemaakt of waarvoor de vergunning is inge trokken, binnen één maand nadat Burgemeester en

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1916 | | pagina 2