98 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 April 1916. haar te willen leggen op tie schouders der gemeente door de spelen op de scholen te brengen. Waar de sympathie voor de zaak zelve bestaat en het ver schil alleen in de uitvoering zit, moet de Raad thans kiezen of deelen. Spreker heeft reeds in eerste in stantie gezegd dat, als de gemeente deze zaak maakt tot eene zaak van gemeentezorg, de Bond voor Li chamelijke Opvoeding in dit opzicht geen raison d'etre meer heeft. Hij zal dan misschien alleen tot taak behouden kinderen van hoogeren leeftijd nut tig bezig te houden. Waar het 0111 gaat is dus nu al leen dit: zullen de schoolkinderen thans in de gele genheid worden gesteld de openluchtspelen te be oefenen of niet. Alleen als men daartegen is zal men tegen het aangevraagde subsidie moeten stem men. Immers Burgemeester en Wethouders doen geen voorstel om reedis nu de spelen op de scholen te brengen. Wordt de aanvraag geweigerd dan krij gen de kinderen geen openluchtspel. i)e 500 kinde ren, die zich thans hebben aangemeld, worden dan van dit voorrecht verstoken. De Raad moet in deze eene principiëele beslissing nemen. De beraadslaging wordt gesloten. Met Ui tegen 4 stemmen wordt het voorstel van Burgemeester en Wethouders verworpen. Vóór stemmen de beeren: van Weideren baron Rengers, Berghuis, Oosterhoff en van Sloterdijck. Tegen de beeren: Hiemstra, Schaafsma, Tulp, de Vos. Lauteubach, Tiemersma, fransen, Peletier, H. P. de Haan, Vonck, Zand'stra, Binnerts, Beek huis, Attema, Menalda en Schoondermark. De Voorzitter doet opmerken, dat dit eene ne gatieve beslissing is. Er is nu nog eene andere op lossing mogelijk 11.I. deze, dat de gemeente het spel materiaal aankoopt en dat in eigendom behoudt. Spreker stelt voor dat deze kwestie bij Burgemees ter en Wethouders zal worden besproken. Den heer Schoondermark(wethouder)zou dit spij ten. Als de zaak wordt uitgesteld wordt het te laat. Met 1 Mei moet worden begonnen. Het denkbeeld om het materiaal voor gemeente- rekening aan te koopen is bij spreker opgekomen daar hij voelde dat hij niet gedaan zou krijgen wat hij wenschte. Hij dacht op die manier met een zadd lijntje iets gedaan te krijgen. Spreker heeft de zaak echter daarna nog eens onderzocht. Die is evenwel al in een zoover gevorderd stadium dat spreker de vrijmoedigheid vindt den Raad voor te stellen 350.subsidie te verleenen. De Voorzitter zal dit voorstel in stemming bren gen. Hij moet evenwel doen opmerken dat het wel zeer bedenkelijk is. dat de voorbarige beschikking door een vereeniging over de gemeentekas wordt aangevoerd als argument voor een dadelijke be slissing. De heer Hiemstra zegt dat het eigenaardig is dat als Burgemeester en Wethouders een zaak verlie zen, er een heel andere gang van zaken ontstaat dan wanneer dat niet het geval is. Het is toch regel dat als een dergelijk prae-advies is verworpen, het be trekkelijk verzoek is ingewilligd. Burgemeester en Wethouders hadden het anders in hun prae-advies moeten neerschrijven. Er is 350.subsidie ge vraagd. Het afwijzend prae-advies van Burgemees ter en Wethouders is verworpen en dat beteekent dat het subsidie is verleend. Spreker ontkent ten slotte dat er pressie op den Raad is uitgeoefend. De A oorzitter zegt dat uit de verwerping van een prae-advies kan volgen dat de Raad het tegenover gestelde standpunt inneemt. In dit geval hoeft dat niet zoo te zijn. De lieer Schoondermark, die het prea-advies bestreden heeft, wilde ook niet het ver zoek zonder meer inwilligen. De lieer Beekhuis heeft gezegd dat bij afwijzing een 500-tal kinderen zuilen worden teleurgesteld. Spreker doet nu opmerken dat dit niet dte schuld is van Burgemeester en Wethouders, maar van liet bestuur der af deeling. Dat had eerder moeten ko men met zijn aanvraag. De heer Beekhuis zegt dat de kinderen in zoo ven worden teleurgesteld, dat zijniet kunnen spe len. Wel wisten zij dat het afhankelijk was van het al of niet verleenen van het aangevraagde subsidie, maar er moesten voorbereidende maatregelen wor den genomen. De beraadslaging wordt gesloten. Met algèmeene stemmen wordt besloten overeen komstig het voorstel van den heer Schoondermark. Dit voorstel luidt als volgt: Aan de Friesche tuinbouwvereeniging alhier is tot 1 December 191b verhuurd, om te gebruiken als proeftuin, het oostelijk gedeelte, groot 1.28.70 H.A., van het perceel land aan de Huizumerlaan en de Potmarge, kadastraal bekend gemeente Huizum sectie B no. 892, voor 180.'sjaars en tot 1 No vember 1915 bet westelijk gedeelte, groot ongeveer 42 A., van dat land voor 10.'sjaars. De voorzitter dier vereeniging verzocht ons we der voor een tienjarig tijdvak wat het laatstbe doelde gedeelte betreft en een maand het land op dezelfde voorwaarden en tegen gelijken prijs te mo gen inhuren. Ons kwam dat minder gewenscht voor. Bij een in het laatst van het vorige jaar gehouden verhuring van het naastgelegen perceel weiland als gardeniersland werd een huursom verkregen van ruim 100.'s jaars per pondemaat. Wordt dit als een normale prijs aangenomen, dan wordt de tuin bouwvereeniging door de lage huur zijdelings een subsidie uit de gemeentekas verleend waar het Dij baar in gebruik zijnde land ruim 4.b() pondemaat groot is van 460.min 190.is 270.— 'sjaars. Naar onze meening waren er geen termen op die wijze langer met subsidieering voort te gaan. Daarom werd medegedeeld, dat wij bereid waren een wederinhuring te bevorderen, mits naar den maatstaf van J 100.'sjaars per pondemaat huur werd betaald. Ofschoon betreurende, dat niet meer in den ouden vorm van lage huur, gelijk dat ook elders ten aan zien van proeftuinen gebruikelijk is, aan den proef tuin steun zou worden verleend, verklaarde het be stuur der vereeniging zich niettemin tot betaling van een hoogeren prijs bereid in de veronderstelling dat het verschil tusschen de tot nog toe betaalde en de gevraagde som bij wijze van subsidie aan de vereeniging zou worden vergoed. Haar geldmidde len veroorloofden haar niet zelve dat meerdere te betalen. Evenwel achtte het bestuur bij een tienja- rigen huurtijd 100.— te veel en meende het met 75.te kunnen volstaan. Bij nadere overweging komt ook ons dat bedrag juister voor. Het bovenbedoelde terrein, dat naast den proeftuin is gelegen, was tot dusver als weiland gebruikt. Dit brengt mede, dat in de eerste jaren na de omwerking tot gardeniersland in het geheel niet of slechts weinig bemest behoeft te worden, wat een verschil in huurprijs van 25.'sjaars per ponde maat wel rechtvaardigt. Op een bedrag van 75.aanhoudende, wordt de jaarlijksche huurprijs dan rond 350.Voor tie vereeniging beteekent dit een meerdere uitgaaf van 160.Tot dat bedrag zou haar dan uit de gemeen tekas subsidie kunnen worden verleend. Voorshands willen wij dat beperkt zien tot 1917. Er bestaat toch geen afdoende reden, waarom alleen Leeuwarden den proeftuin zou steunen. Met dien tuin wordt niet uitsluitend een gemeentebelang, maar ook een pro vinciaal belang gediend. Er zijn dus alleszins ter men, dat ook van andere zijden steun wordt ver leend. Waar het echter onzeker is of de vereeniging dien steun reeds voor 1917 zal kunnen verkrijgen, is het niet onverantwoordelijk dat de gemeente voor dat jaar het geheele bedrag uitkeert. Volledigheidshalve worde nog vermeld, dat de vereeniging ten behoeve van haar tuinbouwwinter- cursus jaarlijks een subsidie van 60.ontvangt. Hieruit wordt bestreden de aan de gemeente te be talen vergoeding voor bet gebruik en het schoon houden van het voor dien cursus gebruikte school lokaal. Wij hebben de eer I alzoo voor te stellen te be sluiten: I. aan de Friesche Tuinbouwvereeniging te Leeuwarden voor het tijdvak van 1 November 1916 tot I November 1926 voor de som van drie honderd vijftig gulden 350.'sjaars te verhuren liet perceel land aan de Huizumerlaan en de Potmarge, kadastraal bekend gemeente Huizum sectie B no. 892, groot 1.70.70 H.A., om te dienen tot proeftuin en verder op de thans geldende voorwaarden; II. aan de Friesche tuinbouwvereeniging te Leeuwarden, ten behoeve van haar proeftuin, voor 1917 een subsidie uit de gemeentekas te verleenen van 160.nader op de gemeentebegrooting voor dat jaar te regelen. De beraadslaging wordt geopend. Be lieer Hiemstra zegt dat de Raad zooeven 350.heeft uitgegeven, maar dat hij nu in staat is 160.terug te halen. Spreker hoopt dat de Raad dlat zal doen en niet mee zal gaan met liet voorstel van Burgemeester en Wethouders. Bij de vereeniging zelf bestaat geen belangstelling voor de zaak en, waar die ontbreekt, behoeft de gemeente zeker geen geld ervoor uit te geven. Dat er geen be langstelling bij de vereeniging zelf is wil spreker even demoihstreeren. De ontvangsten op de begroo ting 1915 wijzen aan een som van 350.Hierbij is een opbrengst van den tuin van 1970.--, 1000.-- van het Rijk en 251).— van de Provincie. De le den betalen dus 30.of 2,5% van alle inkomsten. Als mi de gemeente 160.geeft stijgen die andere inkomsten tot 1440.en bedraagt de bijdrage dei- leden even 2%. Gedeputeerde Staten hebben ook op grond van dat gebrek aan belangstelling voorge steld geen subsidie te geven. De Provinciale Staten hebben het dezen keer nog gegeven. De tuinbouwers kunnen wel 100.betalen en de proeftuin is voor die rneiisclien van groot belang. Spreker meent dan ook dat er alle redenen is 0111 niet in te gaan op liet voorstel van Burgemeester en NN ethouders. De Voorzitter zegt dat Burgemeester en Wethou ders tot hun voorstel zijn gekomen omdat zij de huur hebben verhoogd. Zij willen echter het subsi die slechts voor één jaar geven en dén grond voor tien jaren verhuren. De opmerking- is gemaakt of het feitelijk niet een provinciale zaak was. Hot be stuur heeft gezegd: help ons nu, de huur verhoogd wordt, want het is te laat 0111 verhooging- van het provinciaal subsidie aan to vragen. Dit is voor Bur- gemeestr en Wethouders de voornaamste overwe ging geweest. De heer Hiemstra zegt dat belangheb benden het zelf wel kunnen betalen. Men zou ook kunnen zeggen: de landbouwwintersi hooi behoeft niet te worden gesubsidieerd, de landbouw kan dat zelf wel betalen. Hier worden proeven genomen, ook al ten dienste van liet onderwijs. Deze proefne mingen hebben geen onmiddellijk resultaat en Bur gemeester en Wethouders hebben gemeend dat liet altijd verdedigbaar zoude zijn deze zaak te steunen. Het kost de gemeente niets omdat de huur met het zelfde bedrag wordt verhoogd. Spreker zou liet be ter vinden bet principe het volgend jaar breeder te bespreken, omdat de vereeniging door de plotse linge1 verhooging der huur op grootere lasten is ge bracht. De heer Hiemstra zegt dat aks de huur billijk is de vereeniging het vel niet over den nek wordt ge haald. De Voorzitter zegt dat de buur nu plotseling wordt verhoogd. Als evenwel de belanghebbenden niet zooveel belangstelling toonen dat zij die 1(50.- willen opbrengen, is de tuin geen knip voor den neus waard. Men kan nu wel zeggen: laat de land bouw de landbouwwinterseliool betalen, maar de landbouw betaalt daarvoor een beduidend deel. Het subsidie der Provincie toch wordt hoofdzakelijk ge vonden uit belasting op de onbebouwde eigendom men. Spreker zou er geen bezwaar tegen hebben deze zaak te steunen, als hem bleek dat de belang hebbenden er zelf iets voor voelden. Waar zij echter slechts 30.bijdragen beteekent hunne belang stelling niets. De Voorzitter zegt 1111 wel: laten wij nu liet subsidie geven en de kwestie het volgend jaar meer principieel behandelen, maar daarvoor moet spreker waarschuwen. Het argument van Provinciale Staten is geweest dat het gegeven moest worden omdat anders de Regeering ook het subsidie zal intrekken. Daar zat liet bij de. Staten op vast. N oor den Raad is er evenwel nu geen re den om liet tekort der vereeniging te dekken. Dat kunnen de leden zelf doen. De beraadslaging wordt gesloten Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig onderdeel i van liet voorstel van Burge meester en Wethouders. Diet 11 tegen 9 stemmen wordt onderdeel 11 van het voorstel verworpen. Vóór stemmen de beeren: Van Welderen baron Rengers, Berghuis, Fransen, Peletier, Oosterhoff, Vonck, Binnerts, Menalda en Schoondermark. Tegen de beeren: Hiemstra, Schaafsma, Tulp, de Vos, Lauteubach, Tiemersma. H. P. de Haan, Zand- stra, Beekhuis, van Sloterdijck en Attema. Dit voorstel luidt als volgt: G. M. Sterenberg alhier, biedt bij nevensgaand schrijven aan de gemeente te koop aan de hem be- hoorende woningen met erven en bleekjes, plaatse lijk gemerkt Weerklank (Krimp) nos. 3 en 5, kada straal bekend sectie G 110. 2522 en 2521, onderschei denlijk groot 40 en 38 M2., voor de som van 900. dus 450.per woning), behalve de kosten van overschrijving. De huur bedraagt thans voor de eene 1.12 en voor de andere 1.20 per week. De woningen, op nevensgaand kaartje in roode kruisarcure aangeduid, verkeeren, zooals de Di- .9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan de Friesdie Tuinbouwvereeniging alhier voor den tijd van tien jaren te verhuren het perceel land aan de Huizumerlaan, kadastraal bekend gemeente Huizum sectie B no. 892 en om in verband daarmede aan de vereeniging een subsidie te verleenen uit de gemeentekas. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 April 1916. 10. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot aankoop van een tweetal woningen in de Weerklank van G. M. Sterenberg.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1916 | | pagina 5