Vergadering van Dinsdag 10 October 1916.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 October 1916. 235
Tegenwoordig 24 leden, te weten de heeren:
Cohen, Binnerts, Zandstra, Peletier, van Weideren
baron Rengers, Tulp, Beekhuis, de Vos, H. P. de
Haan, Haverschmidt, Schaaf sma, Tiemersma,
Berghuis, Koopmans, Oosterhoff, P. A. de Haan,
Menalda, Hiemstra, Vonek, Fransen, van Sloter-
dijck, Schoondermark, Terpstra en Dijkstra.
Afwezig zonder kennisgeving de heer Attema.
Voorzitter: de heer mr. J. A. N. Patijn, Burge
meester.
I. De notulen van de op Dinsdag 26 September
1.1. gehouden vergadering worden vastgesteld.
II. Aan de orde is:
De beëediging der nieuw inkomende leden, de heeren
L. Dijkstra en T. Terpstra.
De Voorzitter doet mededeeling van de resolutie
van Gedeputeerde Staten, waarbij voor kennis
geving is aangenomen het bericht van toelating
van den Raad van de heeren T. Terpstra en
L. Dijkstra, en zegt dat de beide nieuwe leden de
plaatsen innemen van de heeren van de Vall en
Lautenbach. De heer van de Vall werd benoemd
op 22 Juni 1915 en geïnstalleerd op 7 September
d.a.v. Reeds den 7en April 1916 gaf hij kennis, dat
hij door vertrek naar elders ontslag nam als lid
van den Raad. Hij is dus slechts kort raadslid ge
weest. De heer Lautenbach echter is benoemd op
18 Juni 1899 en heeft met eene kleine onderbreking-
zitting gehad tot op heden. Hij is lid geweest van
de commissie voor de lichtfabrieken en vroeger ook
van de commissie voor het stedelijk muziekkorps.
Het is den Raad bekend dat de heer Lautenbach
altijd een levendig aandeel heeft genomen in de
behandeling der gemeentezaken en hij heeft bij
spreker den indruk gewekt dat hij altijd rond uit
kwam voor zijne sterke overtuiging, waaraan hij
de in behandeling zijnde voorstellen toetste.
Spreker vertrouwt de meemng van den Raad
uit. te spreken ais hij hoopt dat het de beide afge
treden raadsleden in hun verder leven wel moge
gaan.
Spreker verzoekt den secretaris de nieuwbe
noemde leden binnen te leiden.
De heeren L. Dijkstra en T. Terpstra leggen de
bij artikel 39 der Gemeentewet voorgeschreven be
loften en verklaringen af in handen van den Voor
zitter.
De Voorzitter weuscht de heeren geluk met hunne
benoeming en hoopt dat zij tot hunne voldoening
in het belang der gemeente werkzaam mogen zijn.
Spreker verzoekt hun de voor hen bestemde plaat
sen in te nemen.
III. Wordt medegedeeld:
1. dat Gedeputeerde Staten
A. hebben goedgekeurd:
a. de raadsbesluiten van:
5 September 1.1. tot het aangaan van een over
eenkomst van dading met D. B. Kalina inzake erl-
pacht op een terrein aan den Nieuweweg,
tot verweer tegen een rechtsvordering inzake de
openbaarheid van het Jelsumerbinnenpad,
aankoop van het Panwerk aan de Dokkumer Ee
en eenige panden aan het Pieterseliewaltje,
het in gebruik afstaan aan D. Meindersma te
Lekkum van een gedeelte van den Ouden Lekku-
merweg boven liet terreintje dat hem reeds in ge
bruik is gegeven;
26 September 1.1. waarbij Burgemeester en Wet
houders zijn gemachtigd maatregelen te nemen tot
ontruiming van het door W. Schippers gehuurde
gedeelte van het perceel Groot Schavernek no. 9;
b. het le suppletoir kohier van den Hoofdelijken
Omslag, dienst 1916;
B. hebben verdaagd hunne beslissing omtrent het
raadsbesluit van den 15 Augustus 1.1. inzake ver
koop aan de Woningvereeniging „Leeuwarden" van
een gedeelte grond nabij het Cambuursterpad.
2. besluit van den Commissaris der Koningin
in deze provincie, houdende o.a. benoeming van mr.
L. R. van Sloterdijck, P. Attema Dzn. en H. W.
Sonnega tot leden van het college van zetters in
deze gemeente voor 's rijks directe belastingen.
3. rapport ingevolge de toezegging, gedaan in
de raadsvergadering van 23 Mei 1916, omtrent liet
onderzoek van het gas der gemeentelijke gas
fabriek.
4. procesverbaal van de opneming van de boe
ken en de kas van den ontvanger der gemeente
Leeuwarden.
De mededeelingen 14 worden voor kennisge
ving- aangenomen.
5. de begrooting der ontvangsten en uitgaven
van liet Nieuwe Stads Weeshuis, dienst 1917.
Wordt in handen gesteld van de heeren Haver
schmidt, Peletier en Attema om onderzoek en
rapport.
6. adres van liet. comité voor de oprichting van
een symphonieorchest in deze gemeente om het
stedelijk muziekkorps in dien zin te organiseeren
dat ook symphonieuitvoeringen mogelijk worden en
om in verband daarmede het subsidie uit de ge
meentekas op de begrooting voor 1917 uit te trek
ken tot een bedrag van 15.500,
Wordt in handen gesteld van Burgemeester en
Wethouders ten fine van prae-advies.
7. adres van het Centraal Comité voor Drank
bestrijding alhier, houdende verzoek de verorde
ning regelende de politie op de openbare vermake
lijkheden en plaatsen van vereeniging (gemeente
blad 1914, nos. 6 en 21) in dien zin te wijzigen dat
het sluitingsuur voor vergunningslokaliteiten op
9 uur 's avonds wordt gesteld.
Wordt gesteld in handen der commissie voor de
strafverordeningen ten fine van prae-advies.
8. adhaesie-betuigingen met bovenstaand adres
van de afdeelingen Leeuwarden van „Patrimo
nium", de Vrije Evangelische Zenddngsgemeente, de
Kleermakersvereeniging „Ons belang", af deeling
Leeuwarden van den Ned. Bond in de Kleeding-
industrie en aanverwante vakken, den Christelijken
Besturenbond, den Kerkeraad der Gereformeerde
Kerk, den Ned. R. K. Grafischen Bond.
9. adres van W. F. Hjjgenaar en A. J. IJpes,
onderwijzers in de gymnastiek alhier, houdende
verzoek aan hunne betrekking, gelijk voor de on
derwijzers bij het lager onderwijs, het genot van
een vergoeding voor woning-huur te verbinden.
Wordt voorgesteld eene afwijzende beschikking-
te nemen.
De heer de Vos merkt op dat de Voorzitter zegt,
dat deze kwestie bij Burgemeester en Wethouders
ter sprake is geweest en dat zij concludeeren tot
onmiddellijke afwijzing van het verzoek.
Het wil spreker voorkomen, dat de vraag van de
gymnastiekonderwijzers niet onbillijk is en hij zou
gaarne een praeadvies van Burgemeester en et-
houders ter zake zien uitgebracht. De Raad kan
dan de gronden voor de afwijzing beter beoor-
deelen.