:'j j je*. sv
b. aan H. J. Heimig op zijn verzoek eervol ont
slag hebben verleend als opzichter der Stadsreini
ging;
d. bij openbare aanbesteding aan B. van dei-
Zee te Leeuwarden voor 8.790,hebben gegund
het afbreken van de Panfabriek, gelegen aan
Oklegalileën en het van de afbraak bouwen van 20
houten hulpwoningen.
b. vacature-P. Attema Dzn.:
b. school 12:
'ttf* *jSl4- V.» Atj
262 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 14 November 1916.
slag staat, waar deze zaak tijdens zijn vacantie is be
handeld. Hij stond er dan ook geheel onpartijdig
tegenover, maar heeft niet een oogenblik getwij
feld, welke houding hij moest aannemen, toen van
de meergenoemde bevoegdheid gebruik kon wor
den gemaakt. Hij meent dan ook, dat deze bepaling
met het oog op dergelijke gevallen is gemaakt.
De lieer Schaafsma zegt dat uit de door den
Voorzitter gegeven toelichting is gebleken dat de
geneesheer heeft gesproken van agravatie. Dat
is iets, dat. hoogst moeilijk te bewijzen is. Daar
tegenover evenwel staat ook dat het voor den be
trokken persoon moeilijk is duidelijk te maken dat
hij niet simuleert of agraveert. Als de behande
lende geneesheer verklaart dat het moeilijk te con-
stateeren is dat de betrokkene simuleert of agra
veert, is het voor dezen al even moeilijk aan te
toonen dat hij pijn heeft. Deze kwestie komt ook
dikwijls voor bij het Rijk en spreker wil de gelegen
heid niet laten voorbijgaan om Burgemeester en
Wethouders op het hart te drukken bij dergelijke
kwesties van ontslag zeer voorzichtig te werk te
gaan, teneinde het prestige van Burgemeester en
Wethouders niet in gevaar te brengen.
Spreker wil nog een enkele opmerking maken
raar aanleiding van het feit dat de dokter gewei
gerd heeft eene verklaring af te geven. Een van
sprekers collega's was ook ziek en moest een dok
tersbriefje hebben. Hij kreeg echter van denzelfden
arts ten antwoord: in Amsterdam hebben ze met al
die soesah ook niets te maken, en hier behoeft dat
ook niet. Iemand zal niet thuis blijven als hij niet
ziek is. Het is dan ook wel mogelijk dat hij aan van
Biessum om dezelfde reden een attest geweigerd
heeft. Spreker wil Burgemeester en Wethouders
in overweging geven in dit geval groot te zijn..
De heer Schaafsma: „men kan groot zijn zonder
slap te wezen." Laat Burgemeester en Wethou
ders groot zijn, vervolgt spreker, en laat het col
lege toonen dat de ernstige wil bestaat den be
trokkene in dienst te houden. Laat ze den man
terugnemen en laat dit geval voor allen een ernstige
waarschuwing zijn dat Burgemeester en Wethou
ders niet met dergelijke dingen spelen en dat zij
als het noodig is zullen ingrijpen. Als Burgemeester
en Wethouders den man in de gelegenheid stellen
zyn dienst weer op te vatten, heeft hij zjjn zes
dienstjaren voor pensioen ook niet weggegooid.
Wat nu de vergoeding betreft, spreker meent
dat die niet zoo groot is. De betrokkene toch heeft
90,voor zijn pensioen gestort. Dat bedrag
is hij kwijt. Hij krijgt 72,terug als vergoeding,
dus nog niet eens wat hij voor pensioen heeft be
taald. Spreker dringt op clementie aan en geeft
Burgemeester en Wethouders in overweging van
Biessum weer in dienst te stellen.
De heer Beekhuis wijst erop, dat het debat het
breede standpunt gaat verlaten, waarop het door
den heer Hiemstra is ingezet. Het zal de meeste
raadsleden zijn gegaan als spreker, n.l. dat zy na
lezing der stukken en het aanhooren van het door
den lieer Hiemstra gesprokene, veel voelden voor
diens standpunt, dat hetgeen nu is gebeurd geen
regel moet worden, maar uitzondering moet blijven
en dat ook Burgemeester en Wethouders zich in
het algemeen bij de uitspraak van het Scheidsge
recht moeten neerleggen. Dat is een breede opzet.
De Voorzitter heeft hieromtrent reeds geant
woord dat er in dezen van een regel geen sprake
is. Door de latere sprekers nu wordt de zaak waar
het om gaat uit het oog verloren en de heer
Schaafsma roept zelfs de clementie voor den be
trokkene in. Dat is iets dat den Raad niet aangaat
dat is een kwestie van Burgemeester en Wethou
ders. Als het zoo was dat Burgemeester en Wet
houders de uitspraken van het Scheidsgerecht een
voudig naast zich zouden neerleggen, dan zou
spreker volkomen met den heer Hiemstra meegaan.
Dat moet geen regel worden. Er is echter voldoende
aangetoond dat dit niet is het standpunt van Bur
gemeester en Wethouders. Dat college heeft in dit
geval wel degelyk een uitzonderingsgeval gezien
en zij hebben gemeend dat in dit geval, ook na de
voor den betrokkene gunstige uitspraak van het
Scheidsgerecht, het ontslag moest blijven gehand
haafd. Spreker kan zich voorstellen dat er derge
lijke uitzonderingsgevallen bestaan.
De heer de Vos heeft uit het door den Voorzitter
en den heer Binnerts gesprokene den indruk ge
kregen dat het bewuste artikel voorloopig onver
anderd kan blijven. De Raad kan dan bij eene
volgende gelegenheid weer zien. De zaak-van
Biessum is voor den Raad afgedaan, zij behoort by
Burgemeester en Wethouders thuis. Spreker heeft
er alleen op willen wijzen dat het Scheidsgerecht
een slag in het aangezicht heeft gekregen door het
niet opvolgen zijner conclusie.
De heer Hiemstra noemt het standpunt van den
heer de Vos eigenaardig. Als men toch zelf erkent
dat er iemand op niet billijke wijze is ontslagen,
gaat het niet aan te zeggen: wij zullen eene volgen
de gelegenheid afwachten. Spreker dringt dan ook
nogmaals op aanneming der motie aan om te be
vorderen dat de rechtspositie der gemeentewerk
lieden beter wordt gewaarborgd.
De beraadslaging wordt gesloten.
De motie-Hiemstra wordt met 17 tegen 8 stem
men verworpen.
Vóór stemmen de heeren: Hiemstra, Schaafsma,
H. P. de Haan, Tulp, Tiemersma, Terpstra, Zand-
stra en Dijkstra.
Tegen de heeren: Cohen, van Weideren baron
Rengers, de Vos, Peletier, P. A. de Haan, Beekhuis,
Koopmans, Menalda, Haversehmidt, Attema, van
Sloterdijck, Oosterhoff, Berghuis, Binnerts, Vonck,
Fransen en Schoondermark.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt thans met algemeene stemmen aangenomen.
26. adres van de afd. Leeuwarden van den Bond
van werklieden in openbare diensten en bedrijven,
houdende verzoek het minimumloon voor de laagste
of eerste werkliedenklasse te brengen op 12,60
per week en verder een toeslag op alle loonen te
geven, zoodat die zich behoorlijk aanpassen aan den
tègenwoordigen duren tijd.
Zal bij de stukken worden gevoegd.
27. adres van IJ. Tijsma, houdende verzoek de
met hem aangegane huurovereenkomst van de
zathe en landen aan het Kalverdijkje te ontbinden
en een nieuwe overeenkomst aan te gaan met zyn
zoon S. Tijsma, of hem te vergunnen met dezen
een overeenkomst van onderhuur aan te gaan.
Wordt om prae-advies in handen van Burge
meester en Wethouders gesteld.
28. dat zich in deze gemeente een voorloopig
comité heeft gevormd teneinde te geraken tot het
oprichten van een nieuwe vereeniging in het be
lang der volkshuisvesting, welk comité bestaat uit
de lieeren mr. I. Wolff, B. Henny, G. J. Ooiman,
N. Siebesma, H. A. Vosman, W. Wachter.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 14 November 1916. 263
De mededeeling sub 28 wordt voor kennisgeving
aangenomen.
29. wordt voorgesteld overeenkomstig het be
sluit van 9 November 1909 over te gaan tot de
benoeming eener commissie van onderzoek voor
de rekening en verantwoording der Stads Bank
van Leening, dienst 1916.
De Voorzitter wyst, daar de Raad de benoe
ming niet aan zich wenscht te houden, daarvoor
aan de heeren van Sloterdijck, Cohen en Attema.
30. dat Burgemeester en Wethouders:
a. hebben benoemd tot 3en klerk bij den dienst
der gemeentewerken, le afd., mej. G. Zadel, thans
tijdelijk als zoodanig werkzaam;
t'. in erfpacht hebben afgestaan van de bouw
terreinen aan de Vredeman de Yriesstraat:
aan M. Spandaw 190 e.A., waarde 1.520,
jaarlijksche erfpachtssom 68,40;
aan L. W. de Vries 240 MC, waarde
2.160,jaarlijksche erfpachtssom 97,20;
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
III. Wordt het tafel gebracht:
1. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
om aan W. Bakker op zijn verzoek eervol ontslag-
te verleenen als onderwijzer aan gemeenteschool
no. 9.
2. Alsvoren, zulks naar aanleiding van door
Gedeputeerde Staten gemaakte opmerkingen, tot
wijziging van het raadsbesluit van den 15 Augustus
1916, no. 354R/176, tot het verleenen van steun aan
de Woningvereeniging „Leeuwarden" voor haar
bouwplan nabij het Cambuursterpad en den Ooster
singel (Bijlagen nos. 33 en 43).
3. Nader voorstel van Burgemeester en Wet-
houders om aan enkele ambtenaren der gemeente
lijke gasfabriek in verband met de vermeerdering
hunner werkzaamheden tydens de vacature van
den Directeur dier fabriek, een gratificatie toe te
kennen.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot aankoop van de woning Wolvesteeg no. 8
5. Alsvoren tot verlenging van den termijn van
ontruiming van enkele onbewoonbaar verklaarde
woningen.
6. Alsvoren in verband met de kosten van den
provincialen keuringsdienst tot wijziging der ge-
meentebegrooting, dienst 1916.
7. Alsvoren om aan J. Rypkema op zijn verzoek
eervol ontslag te verleenen als onderwijzer aan ge
meenteschool no. 10.
De stukken 1—7 hebben ter visie gelegen om neg
heden te worden behandeld.
8. Aanbeveling voor de benoeming van twee
leden der commissie voor het gemeentelijk werk-
loozenfonds te Leeuwarden, ter voorziening in de
vacatures, welke op 1 December 1916 zullen ont
staan door periodieke aftreding van H. P. de Haan
en P. Attema Dzn.
De aanbevelingen luiden als volgt:
a. vacature-H. P. de Haan:
1. H. P. de Haan.
2. Th. A. Overmeer.
1. P. Attema Dzn.
2. R. Buisman.
9. Voordrachten voor de benoeming van een
onderwijzer aan elk der gemeentescholen nos. 4 en
12, wegens uitbreiding van personeel en ter voor
ziening in de vacature-S. IJsbrandy, voortdurende
door het bedanken van C. Syperda.
a. school 4:
1. F. Heymauns, tijdelijk onderwijzer aan ge
meenteschool no. 4;
2. A. Roders, onderwijzer aan gemeenteschool
no. 9;
3. W. Haenen, onderwijzer te Grouw.
1. A. Govers, onderwijzer te Rotterdam;
2. F. Heijmanns, tijdelijk onderwijzer aan ge
meenteschool no. 4;
3. A. Roders, onderwijzer aan gemeenteschool
no. 9.
10. Aanbeveling voor de benoeming van een
plaatsvervangend lid-werkman in de commissie
voor die gemeentelijke arbeidsbeurs;
1. H. Snoek, metaalbewerker, alhier;
2. J. van Dijk, schilder, alhier.
11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
om aan B. de Metz vergunning te verleenen tot
het maken van een inrit vóór zijn perceel aan het
Zwitserswaltje, achterzijde van het perceel Unia-
buurt no. 4, kadastraal bekend Sectie B, no. 3312.
12. Aanbeveling voor de benoeming van twee
schoolartsen voor het tijdvak van 1 Januari
1 Juli 1917:
Dr. J. Hingst.
P. B. Westerhuis, arts.
13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
om ten behoeve van de doortrekking van de 6e
Saskiadwarsstraat, een bouwverbod te leggen op
de perceelen Sectie G. nos. 8027, 9877, 9804, 9806,
9810, 9815 en 3485.
De stukken 8—13 zullen in eene volgende ver
gadering worden behandeld.
.14. De memorie van antwoord op het verslag
van rapporteurs omtrent liet in de secties verhan
delde over de ontwerp-begrooting, dienst 1917.
Is gedrukt als bijlage 42 tot. het raadsverslag en
reeds bij de leden rondgezonden.
Het voornemen is de begrooting te behandelen
op Dinsdag 21 dezer 's voormiddags 10 uur, zoo
noodig voort te zetten Woensdag 22 dezer 's voor
middags te 10 uur.
15. Alsvoren tot herziening van onderscheidene
verordeningen omtrent de belooning van gemeente
ambtenaren en- werklieden.
Is gedrukt als bijlage 39 tot het verslag van
verslag van 's Raads handelingen, reeds bij de
helen rondgedeeld en zal te zyner tijd worden be
handeld.
IV. De Voorzitter verzoekt den leden om na af
handeling der agenda even te blijven voor eene zit
ting met gesloten deuren.
V. De Voorzitter heeft nog twee mondelinge
voorstellen te doen, welke niet op de agenda kon
den worden gebracht en die hy toch gaarne heden
zag behandeld.
In de eerste plaats zouden Burgemeester en Wet
houders gaarne gemachtigd worden om eene pro
cedure in te stellen tegen D. Swart, die nalatig is
gebleven in de betaling van zijn aandeel in de
kosten van slootdemping.
Met algemeene stemmen wordt de gevraagde
machtiging verleend.
De Voorzitter deelt verder mede dat de aanbe
steding heeft plaats gehad van de woningen, die
