300 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 21 November 1916
„aflevering van het gemeentelijk drukwerk door
„het gebrek aan spoed, waardoor de stukken wel
„eens worden opgehouden, tot het verbreken van
„het contract met Mereurius kan dit h. i. thans nog
„geen aanleiding geven."
Is het contract nu nog van langen duur, dan
zou spreker Burgemeester en Wethouders in over
weging willen geven te trachten op aannemelijke
voorwaarden eraf te komen. Duurt het niet zoo lang
meer, dan kan wel worden gewacht.
De Voorzitter antwoordt dat het contract als het
niet wordt opgezegd, in 1918 afloopt, Overigens
kan het elk jaar vóór November worden opgezegd.
Burgemeester en Wethouders zijn van meening,
dat het gewoon moet afloopen.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgno. 111 wordt onveranderd vastgesteld.
Volgnos. 112130 worden onveranderd vastge
steld.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Tiemersina heeft by de behandeling der
vorige begrooting gevraagd of ook niet het tweede
kiesdistrict in stemdistrieten kan worden verdeeld.
Burgemeester en Wethouders hebben beloofd dit
te zullen onderzoeken. Tot nu toe is daaromtrent
geen voorstel ingekomen. Het tweede kiesdistrict
is door zijn uitgebreide ligging zoowel als wat het
aantal uitgebrachte stemmen betreft, met het
derde gelyk te stellen.
De Voorzitter antwoordt dat deze kwestie door
Burgemeester en Wethouders is besproken. Zij
hebben echter nog geen resultaat kunnen bereiken,
want zij stuitten af op de moeilijkheid van het niet
aanwezig zijn van een geschikt stemlokaal. Spreker
zegt toe deze aangelegenheid nogmaals bij Burge
meester en Wethouders ter sprake te zullen
brengen.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgno. 131 wordt onveranderd vastgesteld.
Volgnos. 132152 worden onveranderd vastge
steld.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Schaafsma zegt dat er bij de vorige be
grooting gesproken is over den vrijen Zaterdag
middag. In de Memorie van Antwoord staat: dat
het onderzoek daarnaar nog niet in een dergelijk
stadium is, dat daaromtrent mededeelingen kun
nen worden gedaan. Spreker vraagt of die voor
de behandeling der volgende begrooting kunnen
worden gedaan.
De Voorzitter kan die toezegging wel doen.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgno. 153 wordt onveranderd vastgesteld.
Volgnos. 154162 worden onveranderd vastge
steld.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Dijkstra doet opmerken dat in de Me
morie van Antwoord staat:
„Het is Burgemeester en Wethouders niet be-
„kend dat het snoeien der hoornen minder oordeel
kundig geschiedt."
Spreker weet niet of daarover zoo in de sectie
is gesproken. Hij althans heeft zich zoo niet uitge
drukt, want hij is van oordeel dat de opzichter
der plantsoenen hier op uitstekende wijze zijn
plicht vervult, waarvoor hem een woord van hulde
niet mag worden onthouden. De boomen in het
Rengerspark b.v. zien er magnifiek uit.
Spreker heeft het niet snoeien der boomen aan
den Stienserstraatweg ter sprake gebracht. Daar
heerscht een toestand van verwaarloozing. De Mei
doorn aan den kant hangt 30 tot 60 c.M. over het
voetpad, dat als zoodanig niet is te gebruiken.
Alleen bij de mooie plaats van den heer Wassenaar
is het goed in orde.
Spreker meent dit onder de aandacht van Burge
meester en Wethouders te moeten brengen.
Nog wil spreker onder de aandacht brengen dat
er aan den Westersingel achter den nieuwen wal-
muur veel baggerspecie is geworpen. Dit is de
ongeschiktste specie daarvoor. Aan den Stienser-
weg zit modder genoeg om voor dit doel te worden
gebruikt. Wat er nu aan is gebeurd acht spreker
weggeworpen geld.
Verder heeft spreker voor een 14 dagen gezien
dat de Stienserweg met de machinale bezem is
schoongemaakt. Dat was geen overtollige weelde,
want de wielrijders vielen bij massa's tegen den
grond. Dat mag niet voorkomen. Ook hierop ves
tigt spreker de aandacht.
De Voorzitter zal de aandacht der betrokken
ambtenaren op de verschillende zaken vestigen.
Verder doet spreker opmerken dat het opvullen
van het gat achter den walmuur met baggerspecie
spoedig is gestaakt. Hij zal laten nagaan of er aan
den Stienserweg grond zit voor opvulling.
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgno. 163 wordt onveranderd vastgesteld.
Volgnos. 164169 worden onveranderd vastge
steld.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Terpstra is ten opzichte van de verblijf
plaatsen der hulpbrugwachters verwezen naar de
Handelingen 1915. Hij heeft nagelezen wat daar
omtrent is gezegd en gevonden dat van het maken
van huisjes voor de hulpbrugwachters wordt af
gezien met het oog op de buitengewone omstandig
heden. Spreker meent dat deze toestand niet lan
ger mag blijven bestaan. Men kan wel zeggen dat
de hulpbrugwachters bij de brugwachters thuis
kunnen zyn. Als het echter stormweer is en er komt
een schip aan, dan is het als de brugwachter uit
zijne woning moet komen, niet mogelijk de brug op
tijd te draaien.
De Voorzitter wijst erop dat het een besluit van
den Raad is en niet van Burgemeester en AVethou
ders. Het bezwaar van het niet tijdig kunnen
draaien van de brug heeft spreker nog nooit ge
hoord. Als dat zoo was, dan zou er al eerder op
zijn gewezen, ook door de schippers. Spreker, die
er wel iets voor voelt, zal deze zaak met den Direc
teur der Gemeentewerken bespreken.
De heer Terpstra zal afwachten wat Burgemees
ter en Wethouders doen en anders te zjjner tijd een
voorstel indienen.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 21 November 1916. 301
De beraadslaging wordt gesloten.
Volgno. 170 wordt onveranderd vastgesteld.
Volgnos. 171184 worden onveranderd vastge
steld.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Zandstra wijst erop dat in de Memorie
van Antwoord staat:
„Zelfs al moge binnenkort tot de verplaatsing
„van het Aschland worden besloten, dan zal deze
„zaak nog niet zoo dadelijk een feit geworden zijn,
„of enkele uitgaven, die de goede uitoefening van
„den dienst bepaald eisclit, zooals de onderhavige,
„zullen nog wel noodig blijken."
Spreker vraagt of binnenkort een rapport of
prae-advies is te wachten omtrent de verplaatsing.
De Voorzitter: „het is in handen van Burgemees
ter en Wethouders ten fine van prae-advies."
De heer Zandstra: „kan dat advies spoedig wor
den verwacht?"
De Voorzitter antwoordt dat het binnenkort bij
Burgemeester en AArethouders ter sprake komt. Zij
hebben gemeend nog enkele inlichtingen te moeten
vragen. Spreker durft geen termijn noemen, maar
zegt toe deze zaak zooveel mogelijk te zullen be
spoedigen.
De heer Zandstra zegt dat deze zaak al zoolang
in studie is en telkens op bezwaren stuit. Spreker
dringt op spoed aan en zal afwachten.
De beraadslaging wordt gesloten.
A^olgno. 185 wordt onveranderd vastgesteld.
ATilgnos. 186191 worden onveranderd vastge
steld.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Terpstra heeft de belooning van het
brandweerpersoneel besproken en dankt voor de
toegekende verhooging. Er is echter iets niet in
orde. Iedere wijk moet bij brand afwachten tot zij
wordt opgebeld. Nu had men onlangs een flinke
brand en toen is de betrokken wijk opgeroepen, in
plaats van nu, toen er hulp noodig was, de tweede
wijk te alarmeeren, is er los personeel in dienst ge
nomen. Dat is, meent spreker, niet de bedoeling van
de indeeling in wijken. Spreker geeft Burgemees
ter en Wethouders in overweging in overleg te tre
den met de brandmeesters. Blijft men deze methode
hier volgen, dan kweekt dat onverschilligheid bij
de brandgasten, wat niet ten goede kan zijn van de
zaak.
De Voorzitter kan op deze zaak niet ingaan. Hij
meent dat losse hulp wel kan zijn genomen omdat
het bleek dat het onnoodig was een tweede wijk te
alarmeeren. Spreker wil dit met de brandmeesters
bespreken.
De beraadslaging wordt gesloten.
Arolgno. 192 wordt onveranderd vastgesteld.
De heer P. A. de Haan wil even nog iets zeggen
omtrent volgno. 191.
De Voorzitter vraagt den Raad of deze het goed
kan vinden terug te keeren tot volgno. 191.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heer P. A. de Haan wil even de gelegenheid
aangrijpen, om zijne waardeering uit te spreken
voor de verbetering der verlichting op verschillen
de punten der stad.
Volgnos. 193201 worden onveranderd vastge
steld.
De beraadslaging wordt geopend.
Den heer Schaafsma doet het genoegen dat in
de sectie de vleeschkeuring en de wijze waarop die
geregeld is, ter sprake is gebracht! Spreker zal
daarover niet uitweiden. Hij is een voorstander
van een abattoir. Het door Burgemeester en Wet
houders gegeven antwoord heeft hem echter niet
bevredigd. Zjj zeggen:
„De eindadviezen inzake de oprichting van een
„openbaar slachthuis zijn onlangs bij Burgemees
ter en Wethouders ingekomen en de aangelegen-
„heid is dezer dagen op hun agenda geplaatst. Of
„voorstellen intussclien den Raad spoedig zullen
„bereiken, kan daarom thans nog niet met zeker-
„lieid worden gezegd."
Spreker kan zich dat eensdeels voorstellen. Bij
Burgemeester en Wethouders zal de overweging
der groote kosten zwaar zyn. Zij hebben echter
meer gedaan. Zij zeggen n.l. dat in de organisatie
van den dienst verbetering is gebracht en geven
den eenen keurmeester 750,den anderen
150,salaris. Alsof daardoor de kwestie tot op
lossing kan worden gebracht.
Verbetering kan alleen worden aangebracht door
herziening der betrekkelijke verordening, waar
door voor de leekenkeuring eene gecentraliseerde
wetenschappelijke keuring in de plaats moet ko
men. In verschillende plaatsen mag vleesch uit
Leeuwarden niet worden ingevoerd. Het wordt er
evenwel ingesmokkeld door de post. Die achter
stand moet worden opgeheven en er moeten twee
of drie wetenschappelijke keurmeesters worden
aangesteld, die al het vleesch moeten keuren. Dat
dit noodig is, blijkt wel hieruit dat in Zwolle bij
17 %van de koeien en 8 van de varkens tuber
culose is geconstateerd. Als er een Rijkswet komt,
moet Leeuwarden toch een abattoir hebben. Als er
nu personeel voor de keuring wordt aangesteld,
kan dat later wel bij het abattoir in dienst gesteld
worden. Spreker geeft Burgemeester en Wethou
ders in overweging zoo spoedig mogelijk met voor
stellen te komen.
Den Voorzitter is van een wetsontwerp, waarbij
wordt voorgeschreven, dat Leeuwarden een abat
toir moet stichten, niets bekend. AVel zal subsi
die kunnen worden verleend aan gemeenten die
een abattoir bouwen. Wat de verdeeling der be
zoldiging betreft, doet spreker opmerken, dat deze
niet van invloed zal zijn op de keuring. Spreker
weet wel dat de keuring niet is zooals die moet
zijn, maar het is hem niet bekend dat er speciale
bepalingen zijn gemaakt ten opzichte van vleesch
uit Leeuwarden afkomstig. Alle deskundigen zijn
het er evenwel over eens dat er in groote gemeen
ten geen behoorlijke keuring is te krijgen zonder
abattoir. Waar nu spreker kan mededeelen dat
Burgemeester en Wethouders binnen betrekkelijk
Volgno. 131. Kosten van de kiezerslijsten en van het
uitoefenen enz. van de kiesverrichtingen f 1500
Volgno. 153. Jaarwedde van de ambtenaren der ge
meentewerken f 14166.
Volgno. 163. Onderhoud plantsoenen f 5004.
Volgno. 170. Onderhoud van brugwachterswoningen,
verblijven, opslagplaats, kweekerij, stadstimmerwinkel,
smederij en bergplaats en uitgaven voor watergebruik en
brandstoffen f 1075.
Volgno. 185. Uitgaven ter zak2 van de Vuilnisver
zameling f 115.248,42
Volgno. 192. Onderhoud bewaarplaatsen, brandspui
ten eu verder materieel, kosten van voorzorgsmaatrege
len, beheer, dienstpersoneel, enz. f 7.663,50
Volgno. 191. Straatverlichting f 29.851,79
Volgno. 202. Jaarwedden van de keurmeesters van
vleesch, visch en garnalen f 900.