126 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 8 Mei 1917.
spraak op pensioen, zoodat hij dus ambtenaar
wordt. Daarnaast evenwel staat de bezoldiging per
vergadering en de persoonlijke vervulling van den
dienst. Er kunnen zich echter bij ziekte en ook an
dere omstandigheden voordoen, dat de verslaggever
verhinderd is zijn dienst te doen. Ligt het nu in
de bedoeling om hem dan geen salaris uit te beta
len'? Spreker begrijpt het misschien niet goed en
zou daaromtrent gaarne worden ingelicht.
De Voorzitter antwoordt, dat het de bedoeling is
den verslaggever per vergadering te blijven beta
len. Als de functionaris verhinderd is, krijgt hij
geen loon. Burgemeester en Wethouders zien geen
reden om daarin verandering te brengen. Zij willen
alleen, door hem eene vaste aanstelling te geven,
een recht op pensioen verzekeren. Spreker meent,
dat er in het voorstel hoegenaamd geen tegenstrij
digheid zit. Hij kan zich best voorstellen, dat een
vast ambtenaar betaald wordt naar gelang van het
werk dat hij verricht.
De heer de Vos zal er niet dieper op ingaan. Hij
begrijpt, dat Burgemeester en Wethouders die kwes
tie wel hebben overwogen. Spreker zou evenwel
gaarne willen, dat bij eventueele gevallen rekening
wordt gehouden met de redenen waarom de ver
slaggever verhinderd is zijn werk te doen.
De beraadslaging wordt gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig liet voorstel van Burgemeester en Wet
houders.
Dit voorstel luidt als volgt:
Door den aankoop van „het Panwerk" aan Olde-
galileën is de gemeente ook eigenares geworden van
de daarbij aanwezige meestersknechtswoning. Tot
nog toe werd deze gratis bewoond door den voor-
maligen meestersknecht der Erven Fontein, L. van
Vliet, als vergoeding voor het tijdens de afbraak
der pannenfabriek met bijbehoorende gebouwen te
houden toezicht. Dat toezicht zal 29 April 1917 ein
digen.
Tot 12 Mei d.a.v. kan de tegenwoordige bewoner
het blijven bewonen, doch dan tegen betaling van
huur, gelijk hem indertijd reeds werd medegedeeld.
Up dien datum zal hij het pand verlaten. Wij zou
den het dan in huur willen afstaan aan den on
langs door ons benoemden gasmeester bij de ge
meentelijke gasfabriek J. Schalkwijk, totdat de voor
dezen ambtenaar te bouwen dienstwoning aan het
Hoeksterpad door hem zal kunnen worden betrok-
ken.
Meenen wij, dat voor den korten huurtijd van Van
Vliet een weekhuur van 2.50 voldoende is, voor
Schalkwijk dient deze op 3.— te worden gesteld,
omdat, vóór deze het huis betrekt, daarin gelegen
heid tot verkrijging van drinkwater door een re
genbak moet worden gemaakt.
Op grond van het voorafgaande hebben wij de eer
U voor te stellen te besluiten:
de woning Panwerk no. 2, kadastraal bekend ge
meente Leeuwarden sectie F, nos. 2268 en 2269, on
dershands te verhuren:
a. van 29 April 1917 tot 12 Mei d.a.v. aan L.
van Vliet alhier tegen 2.50 per _week
b. met ingang van 13 Mei 1917 van week tot
week uiterlijk voor den tijd van twee jaar aan J.
Schalkwijk,'benoemd gasmeester bij de gemeente
lijke gasfabriek alhier, tegen 3.— per week.
en beiden verder op de door Burgemeester ei
Wethouders te stellen voorwaarden.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wet
houders.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wet
houders.
7. agenda no <S) Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot aankoop van de perceelen Berlikumermarkt
no 13 en Ossekop 'Ja van R. Buisman en van de per
ceelen Berlikumennarkt 15 en Ossekop 2 van Tj. de
Groot, koffiehuishouder, alhier.
Dit voorstel luidt als volgt:
Onderdeel van een plan tot verruiming der bin
nenstad, die beoogt de Kanaalbuurt een betere ver
binding met het centrum te geven, waartoe mede
de verbreeding der Keizersgracht behoort en om
trent welk plan wij hopen 1 binnen niet te langen
tijd nadere voorstellen aan te bieden, is de verbree
ding der Oude Oosterstraat tusschen Berlikumer-
markt en Ossekop. Die verbreeding zal door amotie
van panden aan de zuidzijde der straat gevonden
moeten worden en daarom zijn met Uw medeweten
reeds eenigen tijd geleden ten behoeve der gemeen
te in openbare veiling aangekocht de perceelen no.
13 Berlikurnermarkt (hoekhuis) en no. 2a Osse
kop, (het tweede huis van den hoek af gerekend).
Nu de pogingen om ook de hand te leggen op het
hoekhuis Ossekop en Oude Oosterstraat en op het
koffiehuis aan de Berlikumennarkt, dadelijk naast
het hoekpand aldaar, geslaagd zijn, zoodat thans
het blok van de vier, twee aan twee ruggelings aan
elkaar grenzende, huizen, in handen der gemeente
kan komen, kan in openbare vergadering mede de
evenbedoelde aankoop worden bekrachtigd. Wel is
waar zal dit gelieele blok voor de verbreeding niet
noodig zijn, maar aan te nemen is, dat daarna een
waardevol bezit overblijft, waarvan een deel de
kosten weer zal kunnen goed maken.
Wij stellen F voor te besluiten aan te koopen:
le. van den heer Boelof Buisman alhier, de per
ceelen Berlikumennarkt no. 13 en Ossekop no. 2a,
kadastraal bekend in sectie B nos. 722 en 724 als
huis, groot onderscheidenlijk 55 en 6(1 c.A., voor
de som van 19297,83, benevens een bedrag van
circa 1050.— gevallen op de openbare veiling dier
perceelen op 14 en 28 November 1916.
2e. van den heer Tjipke de Groot alhier, de
perceelen Berlikumennarkt no. 15 en Ossekop no.
2, kadastraal bekend in sectie B nos. 3453 en 3454
als huis en erf, groot onderscheidefilijk 84 en 40 c.A.
voor de som van 30000,en te aanvaarden on
derscheidenlijk 12'Mei 1918 en 12 Mei 1919.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorste] van Burgemeester en Wet
houders.
De beraadslaging wordt geopend.
Den heer Hiemstra doet het genoegen dat de
commissie voor het ontwerpen van strafverordenin
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 8 Mei 1917. 127
gen, de meerderheid althans, heeft voorgesteld om
af te wijzen het verzoek om de 8 uur sluiting weer
af te schaffen. Spreker zal daarover dan ook niet
redeneeren. Hij heeft alleen bezwaar tegen het nieu
we element dat de commissie meent in de verorde
ning te moeten brengen. Het is den Voorzitter be
kend, dat spreker afwezig was in de vergadering
der commissie. Ware hij tegenwoordig geweest, dan
zou hij zich ertegen hebben verzet. Het feit dat
men nu wil toelaten, dat de bedienden tot 9 uur
in de winkels aanwezig mogen zijn, wordt hiermee
geargumenteerd, dat de verordening, zooals die nu
luidt, te veel in de persoonlijke vrijheid ingrijpt.
Spreker leest toch:
„In de praktijk is n.l. gebleken, dat het moeilijk-
„heden kan opleveren, dat de winkelier, wil hij zich
„niet aan overtreding der verordening blootstellen,
„genoodzaakt is na het sluitingsuur zijne bedienden
„den winkel te doen verlaten. Dit grijpt te zeer in
„de persoonlijke vrijheid in."
Spreker begrijpt dit niet want ook bij aanne
ming van het voorstel der commissie is de winkelier
toch genoodzaakt de bedienden om 9 uur den win
kel te doen verlaten. Als het nu ingrijpen in de per
soonlijke vrijheid is als de bedienden om 8' 4 uur
weg moeten, is dat ook het geval als ze om 9 uur
er uit moeten zijn. Spreker begrijpt deze tirade dan
ook niet. in het algemeen toch is de winkelsluiting
een sterk ingrijpen in de persoonlijke vrijheid van
den winkelier. Als de voorgestelde maatregel dan
ook wordt ingevoerd, zal dat voor de bedienden be-
teekenen een teruggaan naar de 9 uur sluiting. De
maatregel is alleen voorgesteld zal men zeggen ten
behoeve van enkele winkeliers, die de bedienden
willen houden om wat op te ruimen, maar spreker
is van oordeel dat, als het voorstel wordt aangeno
men, vele winkeliers hunne bedienden tot 9 uur
zullen houden. Voor de bedienden beteekent dat
dan de 9 uur sluiting en dat is voor hen dus een
groote stap achteruit. De winkelsluiting is inge
voerd om den werkdag van de bedienden te verkor
ten. Wanneer nu dit voorstel wordt aangenomen,
heeft de 8 uur sluiting voor de bedienden weinig
beteekenis meer. Het is nu bekend, dat er onder de
winkeliers eene vrij sterke beweging bestaat voor
liet behoud van de 8 uur sluiting.
Misschien zijn er enkelen onder die eenige
bezwaren hebben tegen het wegsturen der be
dienden om 8j/4 uur, uit het adres evenwel blijkt
dat niet. Daaruit blijkt alleen, dat zij de 8 uur slui
ting willen behouden. Er zijn misschien enkelen
die, van de reis terugkomend, er eenig ongerief van
hebben dat de bedienden om 8V4 uur weg moeten
zijn, maar, door die enkelen te helpen zal de Baad
den bedienden een groot nadeel berokkenen. Boven
dien zal de controle zeer bemoeilijkt worden. Juist
om die controle is de bepaling gemaakt dat een
winkel wordt geacht geopend te zijn zoolang daar
in publiek of winkelbedienden aanwezig zijn. In een
groote zaak toch is het moeilijk om uit te maken of
daarin publiek is of dat aanwezigen tot het per
soneel behooren. Iemand uit de buurt toch kan
ongekleed in een winkel gaan en zoo voor een be
diende worden aangezien. De controle wordt daar
door bemoeilijkt en de drang van het publiek kan
dan wel zoo groot worden, dat de winkelier ge
noodzaakt wordt de verordening te overtreden. Zoo
lang er toch bedienden aanwezig zijn, zal er een
sterke pressie van het publiek uitgaan op de win
keliers en de ontduiking der verordening zal daar
door in de hand worden gewerkt.
Een groot deel der winkeliers voelt de bezwaren
der commissie niet en spreker meent dan ook dat
de Baad niet moet ingaan op het verzoek van de
enkelen, die de 9 uur sluiting wenschen. Hij hoopt
dan ook dat de Baad afwijzend zal beschikken op
het verzoek en het voorstel van Burgemeester en
Wethouders zal verwerpen.
De lieer Peletier is voorstander van vervroegde
winkelsluiting, doch tegen gedwongen sluiting en
zou dus konsekwent aan dit standpunt zich ten op
zichte der 8-uur sluiting tegen het advies van de
commissie moeten verklaren. Echter wijst spreker
er op, dat de maatregel der 8-uur sluiting is ge
troffen, ten einde tot de noodige gasbesparing te
komen. Het laat zich, volgens spreker, aanzien, dat
indien men nu zou besluiten, de winkels wederom
tot 9 uur open te laten, men voor de wintermaan
den toch weer tot die 8 uur sluiting zou moeten
overgaan, waar gasbesparing dan evenzeer nog
noodig zal zijn. Daarom wil spr. meegaan met het
eerste deel van het advies der commissie, omdat
terugtreden tijdelijk tot de 9 uur sluiting slechts
zou zijn inbreuk maken op de pas getroffen rege
lingen in elke zaak nopens de werk- en rusttijden
van het personeel.
Wat nu betreft het tweede gedeelte van het voor
stel der commissie voor het ontwerpen van straf
verordeningen, daarin kan spreker niet meegaan.
Het mooie van de gedwongen winkelsluiting heeft
hij altijd gevonden in de omstandigheid, dat deze
maatregel meebracht een betere regeling der werk
tijden van het personeel, zooals steeds voor hem
het leelijke daarin was de dwang, uitgeoefend op
den winkelier, waardoor het een vrije burger niet
langer werd toegelaten naar eigen inzichten zijn
maatschappelijk welzijn te bevorderen. Dit laatste
heeft voor spreker altijd zwaarder gewogen dan liet
eerste en wel omdat naar zijn meening het eerste
langs anderen weg, n.l. door een rijksregeling, door
wijziging der arbeidswet, te bereiken is. Vandaar,
dat spreker zich steeds tegen de verordening heeft
gekant. Nu deze er evenwel eenmaal is, kan spreker
niet meewerken om deze voor het winkelpersoneel
slechter te maken. Bij aanneming van het voorstel
der commissie zou dit het geval zijn. hetgeen spre
ker met den heer Hiemstra eens is.
De heer Tulp wil zich ook verzetten tegen het
verzoek om de 8 uur sluiting weer af te schaffen.
De winkeliers hebben geen nieuwe gezichtspun
ten geopend en alleen weer de oude bezwaren naar
voren gebracht, terwijl de 8 uur sluiting vooral
schadelijk moet zijn voor winkels in sigaren en eet
waren.
Spreker wil constateeren, dat sedert de invoe
ring der 9 uur sluiting de felle oppositie daartegen
is verdwenen, en dat zelfs nu vele van de toenma
lige opposante winkeliers vrijwillig vragen de 8 uur
sluiting voort te blijven zetten, ja dat zelfs door
een sigarenhandelaar nu de actie hiervoor mede is
op touw gezet.
Op deze lijst komen voor namen van winkeliers
in sigaren en banketbakkerswaren, dus een bewijs,
dat de commissie goed heeft gezien dat die zaken
geen schade ondervinden.
Te Amsterdam heeft de vereeniging van hande
laren in koloniale waren, dus ook van eetwaren,
een referendum onder hare leden (500) gehouden
over de 8 uur sluiting, en van de ingekomen ant
woorden waren er slecths (i die voor de 9 uur slui
ting waren. Dit is dus maar 1 terwijl de restee-
rende 99 waren vóór 8 uur sluiting.
Niet alleen groote zaken, waar het personeel ook
profiteert, maar ook kleine, waar de patroon alleen
de man is, die, nu hij het genot heeft leeren ken
nen van een vervroegd sluitingsuur en geen schade
ondervindt, dit zich niet wil laten ontnemen. Spre
ker kan zich met het eerste gedeelte van het v<x>r-
stel dan ook volkomen vereenigen. Wat het tweede
5. (agenda no 6j 1 'oorstel van Burgemeester en Wet
houders tot onderhandsche verhuring van eene woning
op het voormalige Panwerk aan Oldegalilien.
6'. (agenda no 7) Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot intrekking van de verordeningen betreffende
het gemeentelijke ff erkloozenfonds in verband niet de
rijksregeling der werkloosheidsverzekering enz. (bijlage
no 13).
X (agenda no 3) Prae-advies van de Commissie voor
het ontwerpen van strafverordeningen op onderscheidene
adressen betreffende het sluitingsuur der winkels en
voorstel dier commissie tot wijziging der verordening
op de winkelsluiting (gemeenteblad no 10 van 1916 en
nos 17 en 24 van 1917) Bijlage no 15).