142 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 22 Mei 1917.
J. Bylsma, Zuiderstraat 1.
B. Voor de verkiezing van leden van den Ge
meenteraad:
le kiesdistrict:
H. van Belkum, VVybrand de Geeststraat;
D. A. Hettema, St. «Jacobsstraat;
P. A. Wilhelmy, Heerenwaltje;
(J. C. Hoekstein, Heerenwaltje;
P. Hilarius, VVeerd 26;
J. Otnui, YY irdumerdijk;
J. Süthoff, St. Jacobsstraat IJ;
A. M. Pull, Nieuwestad 135;
V. Tysnia, Kal verdijkje 76;
H. Eeddeina, Gouverneursplein;
W. Wachter, Eewal 50;
Mr. A. Burger, Raadhuissplein;
J. H. Gerritsen, Nieuwestad 113;
2e kiesdistrict:
E. H. Boddé, Stieuserstraat 24;
J. Meindersma, Noorderweg 20;
E. Lampe, Noorderweg 18;
W. Bekker, Spanjaardslaan 137;
P. J. Srnids, Spanjaardslaan 131;
E. San tee, Trans vaalstraat 24;
J. H. Haverschmidt, Spanjaardslaan 86;
P. Hacquebard, Spanjaardslaan 193;
T. van Huystee, Spanjaardslaan 101;
G. Jongstra, Hulstbuurt 1;
P. van Asperen, Spanjaardslaan 33;
H. Attema, Spanjaardslaan 135;
J. H. Heep, Noordersingel 86;
J. de Boer, Spanjaardslaap 9;
G. B. Deibei, Noordersingel 94;
E. van Solkema, Spanjaardslaan 109;
E. 1 Blaauw, Steynstraat 44;
W. de Jong, Spanjaardslaan 80;
P. Bergenia, Spanjaardslaan 34.
3e kiesdistrict:
C. H. van Duisen, Willemskade;
I. J. Ibelings, Prins Hendrikstraat 14;
M. Hosbach, Willemskade 24;
li. Gorter, Nieuwestad;
S. Kooistra, Nieuwestad 126;
Mr. L. J. van Apeldoorn, Willemskade 39;
Mr. J. W. Tysnia, Willemskade;
N. Ottema, Prins Hendrikstraat;
T. G. Jukkenekke, Nieuwestad 94;
J. W. Sterkenburg, Nieuwestad 140;
W. H. Taconis, Alma Tademastraat 16;
B. J. Schoppert, Willem Lodewijkstraat;
G. S. Bergman, Zuidvliet;
E. H. Ooiman, Willem Lodewijkstraat;
N. Dijkstra, Emmakade 52;
Mr. Ti. Römer, Vredeman de Vriesstraat 39;
W. Mylius, Gvsbert Japicxstraat 38:
J. Kramer, Emmastraat 15:
J. L. v. d. Meulen, Wybrand de Geeststraat 31;
K. van Riesen, Emmakade 18;
L. Visser, Willuni Lodewijkstraat 89.
2 (cujenda no. 3). Benoeming van een lid der com
missie van voorlichting ter uitvoering van de Distribu-
tiewet 1916.
Uitgebracht zijn 21 stemmen, verdeeld als volgt:
op den heer A. Cohen 19 stemmen, op elk der
heeren W. Fransen en H. P. de Haan 1 stem.
De heer A. Cohen is alzoo benoemd.
3 agenda no. 4). Voorstel van Burgemeester en Wet
houders om aan de vereeniging tot exploitatie van lawn
tennisbanen vergunning te verleenen tot het leggen van
een bruggetje over een sloot aan den Poppeweg.
Het voorstel luidt als volgt:
De vereeniging tot exploitatie van een of meer
lawntennisbanen, gevestigd te Leeuwarden, heeft
tot toegang tot een tennisveld nabij den Poppeweg
een bruggetje noodig over een ten deele aan de ge
meente behoorende sloot, benevens het recht van
overgang over een tusschen die sloot en den Poppe
weg liggend strookje weiland, kadastraal bekend
sectie G no. 7744, een en ander zooals op de over
gelegde teekening en terreinschets is aangegeven.
Tegen inwiliging van het verzoek, om daarvoor
de noodige vergunning tot wederopzeggens te be
komen, bestaat geen bezwaar, behoudens de nale
ving van te stellen voorwaarden, zoodat wij U daar
toe kunnen raden.
Telkens, althans eenige malen in liet jaar, komen
soortgelijke verzoeken in, waarvoor eene beslissing
van Uwe Vergadering wordt vereischt. Daardoor
gaat, veelal ten ongerieve van belanghebbenden, een
niet onbeduidende tijd verloren, terwijl de agenda
voor Uwe vergaderingen met die minder belangrij
ke punten wordt bezwaard. Het wil ons om die re
denen eenvoudiger, en in het belang van een spoe
dige afdoening beter voorkomen, wanneer Burge
meester en Wethouders worden gemachtigd op die
verzoeken een besluit te nemen.
In verband met het vorenstaande hebben wij de
eer U voor te stellen, te besluiten:
I. aan de vereeniging tot exploitatie van een
of meer lawntennisbanen, gevestigd te Leeuwar
den, vergunning te verleenen
a. tot het maken en hebben, voor zooveel de
rechten der gemeente' aangaat en behoudens die
van derden, van een bruggetje over de sloot tus
schen de perceelen, kadastraal bekend gemeente
Leeuwarden sectie G nos. 7744 en 2880;
b. ter bereiking van dat bruggetje gebruik te
maken van het gedeelte van evengenoemd perceel
no. 7744, dat in het westelijk verlengde van dat
bruggetje ligt, tot het als weg verharde gedeelte
van dat perceel
Een en ander ten behoeve van het tennisveld, op
perceel no. 2880 voormeld, onder de door Burge
meester en Wethouders vast te stellen voorwaar
den;
II. Burgemeester en Wethouders te machtigen
tot het nemen van beslissingen op verzoeken om
vergunning tot het maken en hebben van brugge
tjes, vonders en dergelijke over slooten en daarme
de gelijk te stellen vaarten, welke gemeenteeigen-
dom zijn en tot het leggen en hebben van eenvoudi
ge overgangen op gemeente-eigendom.
De heer van Sloterdijek heeft tegen liet eerste ge
deelte van het voorstel geen bezwaar. Wat het
tweede gedeelte betreft, de algemeene machtiging,
daartegen moet hij bezwaar maken, omdat hij meent
dat een dergelijke algemeene machtiging in strijd
is met de Gemeentewet. Spreker meent dat een der
gelijke delegatie van rechtsmacht van den Raad
aan Burgemeester en Wethouders niet te verdedi
gen is. De reden, waarom dat voorstel by den Raad
is ingekomen, vindt mede zjjn oorzaak in het be
paalde bij art. 137 der Gemeentewet. Het is toch
het bezwaren van eigendom der gemeente. De alge
meene opvatting is deze, dat alles tot de compe
tentie van den Raad behoort, tenzij het speciaal is
opgedragen aan Burgemeester en Wethouders. Ook
in dit geval is art. 137 van toepassing. Een vrije
eigendom wordt bezwaard met voetpad en een
brug. Spreker meent dat in dezen ook art. 137 moet
worden toegepast en dat dit besluit dus moet wor
den onderworpen aan de goedkeuring van Gedepu
teerde Staten. Spreker vindt nergens in de Ge
meentewet eene bepaling, die een dergelijke dele
gatie van macht toestaat.
De beraadslaging wordt geopend.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden Van Dinsdag 22 Mei 1917. 143
De Voorzitter is het niet geheel eens met den
heer van Sloterdijek. Art. 137 Gemeentewet luidt:
„De Raad besluit tot het koopen, ruilen of ver
vreemden, het bezwaren of verpanden van ge-
„meente-eigendommen, het treffen van dadingen
„daaromtrent en het aanvaarden der aan de ge-
„ineente gemaakte legaten of gedane schenkm
an"
Hier zal nu worden toegestaan om tot wreder-
opzeggens over een stuk gemeente-eigendom te
mogen loopen en om een bruggetje te leggen. Dat
is niet liet bezwaren van gemeente-eigendom. Het
is eene simpele vergunning om daarmee iets te mo
gen doen, niet evenwel in den vorm van een.zake
lijk recht. Aan het „bezwaren" in art. 137 Gemeen
tewet bedoeld, is het begrip van een zakelijk recht
verbonden. Als spreker iemand b.v. vergunning
geeft om door zijn tuin te loopen, dan kan hij daar
aan altijd onmiddellijk een einde maken. Het „be
zwaren" van art. 137 Gemeentewet moet dan ook
zoo worden opgevat, dat daaruit een onmiddellijk
recht op het gemeente-eigendom ontstaat. Op dien
grond meent spreker dat genoemd artikel in dit ge
val niet van toepassing is.
De heer van Sloterdijek moet eensdeels toegeven
dat het twijfelachtig is of dit voorstel wel thuis is te
brengen onder het „bezwaren" van gemeente-eigen
dom. Hij heeft er evenwel Oppenheim op nagezien
of deze hieromtrent oök iets te berde brengt, maar
niets kunnen vinden, tenzij het zou zijn te brengen
onder kleine beschikkingen van administratieven
aard. Om nu het geven van een recht tot het heb
ben van een voetpad en het vergunnen van het
leggen van een bruggetje onder die kwalificatie te
brengen, lijkt spreker te ernstig. Hij zal, als de
Raad dan ook geen bezwaar maakt, zich niet tegen
het voorstel verzetten, en ook geen stemming uit
lokken, maar heeft toch gemeend dit even onder
'sRaads aandacht te moeten brengen.
De beraadslaging wordt gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders.
4. (agenda no. 5). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om hen te machtigen in afwachting van
nadere voorstellen daaromtrent tot verhuring van de
door de gemeente gebouwde woningen achter den Hol
landerdijk.
Het voorstel luidt als volgt:
By raadsbesluit van 9 Januari 1917 no. 12R/10
werd Burgemeester en Wethouders machtiging ver
leend tot de uitvoering van den daarby, in het be
lang der volkshuisvesting, toegestanen bouw van
101 arbeiderswoningen op de kadastrale percee
len, gelegen achter den Hollanderdijk, sectie G nos.
S652, 4784 en 4983 over te gaan in afwachting van
hun nadere voorstellen met betrekking tot de ex
ploitatie dier woningen.
Zooals in het tot dat raadsbesluit strekkende
voorstel werd medegedeeld, ligt het in de bedoe
ling die exploitatie op te dragen aan de onlangs
opgerichte woningvereeniging (Vereeniging voor
Volkshuisvesting Leeuwarden).
Tot dat einde hebben wij ons met haar voorloo-
pig bestuur in verbinding gesteld, onder bijvoeging
van een voorloopige kasrekening. Dit bestuur deci
de ons evenwel mede, dat, waar de statuten der ver
eeniging nog niet zijn goedgekeurd en zij zelve der
halve nog niet krachtens de woningwet is erkend
en toegelaten, omtrent de overneming in exploita
tie van de woningen nog geen voorstel kan worden
gedaan, doch dat het zich in beginsel daarmede kan
vereenigen.
Intusschen zullen, naar de Directeur der gemeen
tewerken ons heeft medegedeeld, verschillende wo
ningen op 1 Juni a.s. ter bewoning gereed zijn. Het
is daarom, in afwachting van de overdracht in ex
ploitatie aan genoemde vereeniging, gewenscht, dat
de gemeente zelve reeds tot de verhuring overgaat.
Dit kan het eenvoudigst geschieden, wanneer daar
toe door II aan ons machtiging wordt verleend.
Derhalve hebben wij de eer U in overweging te
geven te besluiten:
Burgemeester en Wethouders te machtigen, in
afwachting van hun nadere voorstellen tot exploi
tatie door de Vereeniging voor Volkshuisvesting
Leeuwarden, de 161 arbeiderswoningen, krach
tens raadsbesluit van 9 Januari 1917 no. 12R/10 ge
bouwd op de kadastrale perceelen, achter den Hol
landerdijk, sectie G nos. 9652, 4784 en 4983, te ver
huren van week tot week aan hen, die daarvoor vol
gens hun oordeel liet meest in aanmerking komen,
tegen een wekelijksche huursom van 2.25 voor
woningen van type a; 2.50 voor die van type a1 en
b; ƒ2.90 voor die van type a2 en d; ƒ3.voor die
van type b1 en 3.50 voor die van type c en ver
der op de door Burgemeester en Wethouders noo
dig geachte voorwaarden.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer van Sloterdyck wyst erop dat bij dit
voorstel de principiëele vraag aan de orde komt,
aan wie zal worden verzocht de exploitatie der wo
ningen op zich te nemen. Thans wordt voorgesteld
dat de gemeente het voorloopig zelf zal doen om
de exploitatie daarna over te dragen aan de Ver
eeniging voor Volkshuisvesting alhier. Spreker nu
is Zondag naar den Hollanderdijk gewandeld en
heeft de zaak bekeken zoo goed het hem mogelijk
en het hek voor hem geen beletsel was. En nu komt
het hem voor dat er een groot practiseh bezwaar
bestaat tegen de exploitatie door de nieuwe wo
ningvereeniging, nl. dit, dat dan aan de eene zijde
van het hek een complex woningen wordt geëx
ploiteerd door de nieuwe vereeniging, terwijl er
zich aan de andere zijde een complex bevindt dat
door de bestaande Woning-vereeniging wordt ge
ëxploiteerd. Die beide complexen grenzen aan el
kander en het is een mooi geheel voor de exploitatie
door één vereeniging. Er zijn, meent spreker, ern
stige bezwaren tegen de exploitatie door twee ver-
eenigingen. Een van die bezwaren is dit. De ge
meentelijke woningen doen betrekkelijk hooge hu
ren. Als er nu menschen komen om een woning
van ƒ1.50, ƒ1.75 of 2.— per week, dan zal de ge
meente moeten zeggen: je moet naar de Woningver
eeniging gaan, want wij hebben geen goedkoopere
woningen dan voor 2.25 per week. De huurders
worden dan van den een naar den ander gestuurd.
Bovendien zullen, bij exploitatie door twee ver-
eenigingen, de kosten hooger worden. De admini-.
stratiekosten zullen verdubbelen en dat is niet het
geval als de Woningvereeniging met de exploitatie
wordt belast.
Er is nog een bezwaar, en wel dit, dat de ambte
naren der gemeente steeds klaar moeten staan om
de woningen te verhuren. Dikwijls hooren wij dat
de ambtenaren het in het algemeen zeer druk heb
ben. Waar nu de Woningvereeniging deze wonin
gen geschikt kan exploiteeren, zou spreker de eigen
ambtenaren niet met dat werk willen belasten.
Bovendien zijn bij de Woningvereeniging alle ge
gevens aanwezig om na te kunnen gaan wie in de
eerste plaats voor eene woning in aanmerking ko-,
men. Het lijkt spreker niet geschikt dat twee ver-
eenigingen onmiddellijk naast elkaar woningen ex-