144
ploiteeren. Wil de nieuwe vereeniging huizen ex-
ploiteeren aan den Groningerstraatweg, den Wes
tersingel of waar dan ook, spreker zou dat uitste
kend vinden. Niet echter vlak naast de bestaande
Woningvereeniging, daar de nieuwe vereeniging
als oppositievereeniging tegen de oude opgericht,
niet te best met deze zal harmonieeren. Op grond
van een en ander stelt spreker voor de „Woning
vereeniging Leeuwarden" uit te noodigen de ex
ploitatie der woningen op zich te willen nemen.
De heer Hiemstra moet even opkomen tegen de
voorstelling van den heer van Sloterdyck, alsof
door aanneming van het voorstel van Burgemees
ter en Wethouders zou worden besloten, dat de
nieuwe woningvereeniging deze woningen zal ex-
ploiteeren. Dat toch is niet juist. Er staat toch in het
voorstel:
Burgemeester en Wethouders te machtigen, in af
wachting van hun nadere voorstellen, enz.
Over de exploitatie d.i. wie deze zal ter hand
nemen wordit dan ook niet nu, maar later be
slist. Spreker heeft dit willen constateeren, opdat
de uitlating van den heer van Sloterdijck later
niet zal worden aangegrepen om te zeggen: de
Raad heeft reeds uitgemaakt dat de exploitatie
door de nieuwe vereeniging zal geschieden.
De heer Beekhuis heeft opgemerkt dat Burge
meester en Wethouders nog niet kunnen voorstel
len de exploitatie der woningen te doen geschie
den door de vereeniging voor Volkshuisvesting,
omdat deze nog geen rechtspersoonlijkheid heeft.
De Voorzitter: „Zij heeft die wel. De statuten
zijn erkend maar zij is nog niet toegelaten."
De heer Beekhuis zegt dat, nu de woningen nog
niet door de nieuwe Woningvereeniging kunnen
worden geëxploiteerd, de gemeente dat moet doen.
Waaarom doet de gemeente dat? Wij hebben toch
eeue Woningvereeniging, die, naar hem door be
stuursleden is verzekerct, niet met werk overladen
is en die deze woningen best kan exploiteeren. Als
de nieuwe vereeniging de zaak kon aanpakken had
spreker dit niet geopperd. Waarom zal echter de
gemeente de woningen tijdelijk exploiteeren en
geeft men ze niet direct aan de bestaande vereeni
ging voor wie de taak, zooals gezegd, niet te
zwaar is.
De Voorzitter wil in de eerste plaats verklaren
het met den heer Hiemstra eens te zijn, dat er
thans alleen een» besluit wordt genomen in zake
een overgangstoestand. Het voorstel toch luidt om,
in afwachting van nadere voorstellen, de gemeente
met de exploitatie der woningen te belasten. Als die
voorstellen later komen, dan is de Raad volkomen
vrij om de exploitatie op te dragen aan de vereeni
ging die hy wil.
De heer van Sloterdijck nu is van het denkbeeld
uitgegaan dat de woningen door de nieuwe Wo
ningvereeniging zullen worden geëxploiteerd. De
statuten zijn wel erkend maar de vereeniging is
nog niet toegelaten.
De heer van Sloterdijck heeft als bezwaar ge
noemd dat de woningen der Woningvereeniging
en de nieuwe één complex vormen. Dit is echter, al
doet het er niet veel toe, niet het geval. De nieuwe
aanleg is te vergelijken met een groot hofje, ronds
om gebouwen en in het midden een plein. Het is bo
vendien een geheel ander type van woningen. Eén
complex is het dus niet.
De heer van Sloterdijck noemt het een bezwaar
dat de huren verschillend zijn. Waarschijnlijk zal
de Woningvereeniging de huren wel moeten ver-
hoogen. Er is reeds eene mededeeling uit den Haag
gekomen, dat dit zal moeten gebeuren by Patrimo
nium, daar anders de rijksbijdrage zal worden in
gehouden. De woningen evenwel zijn niet gelyk en
eene volmaakte vergelijking gaat dan ook niet op.
Er zyn in de gemeente zooveel verschillende hu
ren. En wat is nu, vraagt spreker, het bezwaar dat
men op de eene plaats meer huur moet betalen dan
op de andere? In andere gemeenten bestaan vele
woningvereenigingen. Waar de eene vereeniging
goedkooper bouwt dan de andere, zal de eerste ook
goedkooper kunnen verhuren.
Spreker heeft er nooit van gehoord, dat dit een
bezwaar is. De heer van Sloterdijck vindt verder de
exploitatie door de bestaande Woningvereeniging
zoo aantrekkelijk, omdat er dan minder kosten be
hoeven te worden gemaakt. Spreker kan zich niet
voorstellen dat daardoor kosten van eenige betee-
kenis worden bespaard. Het bestuur verricht al het
werk belangeloos, het huurophalen moet toch ge
schieden en de administratie wordt door centrali
satie ook niet eenvoudiger.
Met den heer van Sloterdijck is spreker het eens,
dat er tegen gemeente-exploitatie wel bezwaren
zyn. Het gemeentelijk personeel toch heeft werk ge
noeg en daarom is het goed dat de exploitatie dooi
de gemeente maar kort zal duren.
lederen dag wordt de toelating der nieuwe ver
eeniging verwacht.
Wat evenwel de voorbereidende werkzaamheden
betreft, die zijn al achter den rug en de gemeente
is reeds in het bezit van de gegevens om de wonin
gen te kunnen verhuren. Zij heeft die gekregen door
eigen onderzoek en met behulp van de bestaande
Woningvereeniging.
De heer van Sloterdijck beschouwt nu de vereeni
ging voor Volkshuisvesting als eene oppositie-ver-
eemging tegen de bestaande Woningvereeniging.
Niets is minder juist. Dikwijls heeft spreker het al
gezegd dat de nieuwe vereeniging juist geen oppo
sitie wil voeren, maar dat zij op de meest mogelijke
samenwerking hoopt.
Burgemeester en Wethouders evenwel hebben be
zwaar om de geheele woningpolitiek in handen van
één vereeniging te brengen. De motieven daarvoor
heeft spreker indertijd reeds medegedeeld' en die
motieven bestaan nog. Meerdere vereenigingen in
eene gemeente zijn goed, omdat daardoor de ver
schillende inzichten en meeningen tot hun recht
kunnen komen. Het is bewezen dat, als de exploi
tatie van arbeiderswoningen in één hand zit, Bur
gemeester en Wethouders gedwongen zyn zich tot
in de puntjes te voegen naar het bestuur dier ver
eeniging. En dat achten Burgemeester en Wethou
ders niet gewenseht.
Zij achten de gemeentelijke woningpolitiek een
zaak van te groot belang om die aan het inzicht
van een paar mensehen over te laten. Burgemees
ter en Wethouders zijn daarvan zoo overtuigd, dat,
als de Baad alle arbeiderswoningen bij de Woning
vereeniging wil onderbrengen, de meerderheid van
het college voor gemeente-exploitatie is.
De heer Beekhuis heeft gezegd dat de bestaande
Woningvereeniging niet met werk is overladen.
Spreker is er echter van overtuigd dat het werk
der Woningvereeniging zoo'n omvang heeft aange
nomen, dat het ook uit dat oogpunt niet wensehe-
lijk is haar met meer te belasten. Het bewijs daar
voor wordt geleverd door de weinige voortvarend
heid die de vereeniging toont met het bouwen van
arbeiderswoningen aan het Cambuursterpad, of dat
het althans aan de Woningvereeniging is het be
wijs van het tegendeel te leveren. De gemeente is
er in enkele maanden in geslaagd een 100-tal aan
te bouwen. Het bestuur der Woningvereeniging had
in October al bouwvergunning en nu zijn nog geen
woningen beschikbaar. Spreker geeft toe dat de om
standigheden hier een rol hebben gespeeld, maar
hij meent dat het bestuur der Woningvereeniging
het evengoed had kunnen doen als de gemeente, die
qua gemeente geen enkel voordeel heeft gehad. Wat
de Directeur der Gemeentewerken- heeft gedaan
had iedere architect kunnen doen.
Spr. is overtuigd, dat ook bij dezen aanbouw
meer spoed had kunnen worden betracht, maar dat
het bestuur te veel hooi op de vork heeft.
Dit wettigt echter niet om de nieuwe vereeniging
oppositie tegen de oude te verwijten. Bij de op
richting is uitdrukkelijk liet tegendeel vastgesteld.
De heer van Weideren baron Rengers moet even
opkomen tegen liet laatste gedeelte van, de rede van
den voorzitter, waarin wordt gezegd dat de Wo
ningvereeniging met werk overladen is. Als be
wijs daarvoor wordt aangehaald dat de bouw van
de 61 woningen op het terrein bij het Cambuurster
pad nog niet is afgeloopen. Dat is nu niet de schuld
van het bestuur. Het zijn allerlei omstandigheden,
onafhankelijk van zijn- wil en macht geweest, welke
den bouw hebben, vertraagd. Door het bestuur is
zeer veel gedaan ter bespoediging, maar het is op
allo mogelijke manieren tegengewerkt.
Het tweede argument van den Voorzitter was
dat de Woningvereeniging, als zij er dit complex
huizen bykreeg, te veel macht zou krygen. Dit ar
gument heeft de Voorzitter in November jl. ook
gebruikt. Spreker is zelf lid van het bestuur der
Woningvereeniging en is, als hij ziet, hoe men ge
controleerd wordt, van oordeel dat de vereenigin
gen niets te zeggen hebben. Van uit den Haag
wordt gezegd: zoo en zoo moet de huur zijn. Ook in
ander opzicht blijft er van de zelfstandigheid der
vereenigingen weinig over.
Spreker wenseht nog iets te zeggen over de op
positie-kwestie. Hij is zelf ook tegen de oprichting
eener nieuwe vereeniging en weet hoe zijne mede
bestuurders erover denken. Persoonlijk evenwel
wil spreker gaarne samenwerking met de nieuwe
vereeniging om zoo mogelijk geheel bij elkander te
komen.
De heer van Sloterdijck zegt dat de Voorzitter en
de heer Hiemstra beweren, dat het hier geen prin-
cipieele kwestie betreft. Spreker is dat niet met
hen eens. In liet voorstel toch staat:
in afwachting van hunne nadere voorstellen tot
exploitatie door de Vereeniging voor Volkshuisves
ting Leeuwarden enz.
Die voorstellen zullen dus ter tafel komen
De heer Hiemstra: „daarover beslissen w- nu
niet".
De Voorzitter: „die voorstellen komen later."
De heer van Sloterdijck vervolgt en zegt. dat., als
dit voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt aangenomen, daarmee implieite is beslist, dat
de vereeniging voor volkshuisvesting Leeuwarden
de woningen zal exploiteeren. Spreker heeft dat ten
minste zoo opgevat.
De Voorzitter heeft verder beweerd, dat al ge
beurt dit, de kosten gelijk zullen zijn.
Spreker blijft van oordeel, dat het goedkooper
zal uitkomen als de 101 woningen in de administra
tie worden ondergebracht bij de Woningvereeni
ging. Dan is er één kantoor, een administrateur,
enz. Dat komt goedkooper uit. Als de huurophaler
langs den geheelen Hollanderdijk loopt, dan kan
hij het ook goedkooper doen dan wanneer er twee
ophalers zijn.
De Voorzitter heeft de verwachting uitgespro
ken, dat het Rijk spoedig zal voorschrijven de huren
te verhoogen. Spreker gelooft dat eigenlijk niet.
Het is echter mogelijk, maar dan zou dat een meten
met twee maten zijn. Het is bekend dat de Regee
ring naar aanleiding van de wet op de personeele
belasting erop heeft gewezen, dat niet te rade moet
worden gegaan met de door de omstandigheden
verhoogde huren. En nu zou zij zelf aan de Woning
vereeniging hoogere huren gaan voorschrijven?
Spreker kan dit nog niet gelooven.
Spreker heeft geen bezwaar tegen een tweede
bouwvereeniging een derde is al in wording
maar wel tegen het door twee vereenigingen ex
ploiteeren van twee naast elkander liggende wo
ningcomplexen. Dit is sprekers groote bezwaar, dat
men, als iemand zegt: ik woon Hollanderstraat 83,
moet vragen: hoor je nu bij de Oude of de Nieuwe
Woningvereeniging. Burgemeester en Wethouders
hebben zelf voorgesteld de doorloopende straten de
zelfde namen te geven als die van het complex der
oude vereeniging. Daarom ook blijft spreker het be
ter achten dat de woningen in exploitatie worden
aangeboden aan de Woningvereeniging „Leeuwar
den."
De heer Beekhuis heeft met verwondering ge
hoord dat de Raad met dit besluit geen principieele
beslissing zoude nemen ten aanzien van dit com
plex woningen. Spreker is het daarmee niet eens.
Hij meent dat, als het voorstel wordt aangenomen,
er geen sprake van is, dat dan aan de Woningver
eeniging „Leeuwarden" de exploitatie kan worden
opgedragen. Daarom ziet spreker in deze beslissing
wel eene principiëele. Als men toch wil dat de Wo
ningvereeniging de woningen later in exploitatie
krijgt, laat men dat dan nu dadelijk doen. Dan
heeft men geen tusschenperiode van gemeentelijke
exploitatie noodig. Men wil dat niet en dus moet er
wel in principe over deze zaak worden beslist. Waar
nu de nieuwe vereeniging nog niet is toegelaten, is
er alles voor deze 101 woningen in explojtatie te ge
ven aan de Oude Woningvereeniging.
Men zegge niet, dat die oude vereeniging te groot
wordt. Misschien is er iets voor te zeggen dat er
een tweede vereeniging komt, maar men bewere
niet, dat haar werk is afgedaan en dat zij zich al
leen heeft te bemoeien met wat ze heeft. De exploi
tatie van meerdere woningen mag niet afstuiten op
de bewering dat eene vereeniging groot genoeg is.
Eene vereeniging, die zich niet meer mag uitbrei
den, is ten doocle opgeschreven. Het werkt verlam
mend voor eene vereeniging als zij weet dat haar
werk ten einde loopt. De prikkel, om met ambitie te
werken, ontbreekt dan geheel.
Spreker heeft niet gezegd dat de oprichting der
nieuwe vereeniging niet goed is en hij wil de op
richting van meer vereenigingen niet tegengaan,
maar hij wil deze 101 woningen aan de bestaande
woningvereeniging in exploitatie geven en daar
mede gemeente-exploitatie voorkomen.
De heer Haverschmidt is van meening dat de wo
ningbouw aan den Hollanderdijk niet verder zal
worden voortgezet. Het terrein dat er nog over is
leent zich daartoe slecht, want het is doorgaans in
dichte rook gehuld van de locomotieven.
Het groote complex woningen dat er nu staat en
een afgerond geheel vormt, zag hij ook gaarne be
heerd door één vereeniging.
Spreker constateert dat de loop der zaken den
voorzitter drijft in een richting, die deze zelf niet
wenseht te volgen, namelijk gemeente-exploitatie:
juist dit was een der redenen waarom de voorzitter
'meer woning-vereenigingen wenschte.
De heer Hiemstra denkt er anders over en ziet
juist heil in gemeente-exploitatie.
v..v.w.v v
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 22 Mei 1917.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 22 Mei 1917. 145