340 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 December 1917. voor ile stichting van 10 burgerwoningen op een terrein aan de Tjerk Hiddesstraat. 4. Alsvoren tot vaststelling van een reglement betreffende de geldelijke verhouding van de brand- stoffencommissie tot de gemeente. De stukken 11 hebben ter visie gelegen om nog heden te worden behandeld. 5. Alsvoren om voor den van gemeentewege plaats gehad hebbenden bouw van 101 woningen aan den Hollanderdijk uit 's R\jks kas een voorschot en een bydrage in de jaarlijksche annuïteit aan te vragen. Wordt gedrukt als bijlage tot het raadsverslag bij de leden rondgezonden en te zijner tijd behan deld. 6. Alsvoren om de woningen St. J acobstraat 33 en Ossekop 2a ondershands te verhuren onderschei denlijk aan G. Geerdink en J. van der Meulen. 7. Prae-advies van Burgemeester en Wethou ders op de bezwaarschriften tegen aanslagen in de belasting op het houden van honden, dienst 1917. 8. Alsvoren op het adres van het hoofdbestuur van „Nosokomos", Nederlandsche Vereeniging tot bevordering der belangen van verpleegsters en ver plegers, waarbij onderscheidene verzoeken worden gedaan ten opzichte van de rechtspositie en dienst- voorwaarden der verpleegsters en leerlingen in de gemeentelijke inrichtingen tot verpleging van zie ken. 9. Alsvoren op het adres van D.. Audier, secre- ta ris-boekhouder der Stadsarmenkamer, om verhoo- ging van zijne jaarwedde. 10. Alsvoren op het voorstel van de heeren Zandstra en Schaafsma om voor voeding en klee ding van schoolkinderen een bedrag van 25.000.— op de begrooting voor 1917 uit te trekken. 11. Voordrachten voor de benoeming van drie onderwijzeressen aan gemeenteschool no. 4, wegens uitbreiding van personeel: a. 1. mej. T. Kooistra, tijdelijk onderwijzers aan gemeenteschool no. 4; 2. mej. D. Slijper, idem, idem; 3. mej. S. Gramsma, idem, idem. b. 1. inej. D. Slqper, voornoemd; 2. mej. S. Gramsma, voornoemd; 3. mej. T. Kooistra, voornoemd. c. 1. mej. S. Gramsma, voornoemd; 2. mej. T. Kooistra, voornoemd; 3. mej. D. Slijper, voornoemd. 12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging der Algemeene Politieverordening voor de gemeente Leeuwarden (gemeenteblad 1910 no. 12, zooals dit nader is gewijzigd) en der veror dening op de marktpolitie (gemeenteblad 1916 no. 15).. De stukken '512 zullen in eene volgende verga dering worden behandeld. IV. De Voorzitter deelt mede, dat de heer Ny holt eene motie heeft ingediend betreffende de Huurcommissiewet, luidende: „de Raad, overwegende dat te Leeuwarden de in vloed van de Huurcommissiewet voor een groot deel wordt te niet gedaan, doordat vele huurders, als gevolg van d'e huizenschaarschte en het niet meer voor verhuring beschikbaar stellen, gedwon gen zijn door koop tegen buitensporig hooge prij zen zich een onderdak te verschaffen, verder overwegende dat de uitbreiding der wet tot huizen van eene hoogere huurwaarde dan thans gewenscht is, besluit: bij de regeering aan te dringen op spoe dige herziening en uitbreiding der wet." Spreker verzoekt den heer Nyholt deze motie, daar de agenda nog al lang is, na afhandeling daar van toe te» lichten. De heer Naholt: „ik had niet gedacht dat U zou voorstellen het voorstel nog heden te behandelen. De Voorzitter wil dat ook niet. Het is een voorstel vreemd aan de orde van den dag en het Reglement van Orde bepaalt daaromtrent: de Voorzitter deelt die voorstellen aan den raad mede en geeft dadelijk of later vóór den aanvang der beraadslaging, aan den voorsteller het woord, om zijn voorstel toe te lichten. Indien de Raad be sluit het voorstel in overweging te nemen, wordt daarmede gehandeld zooals omtrent het onderzoek van stukken in dit reglement is bepaald. De heer Nyholt: „ik zou deze zaak gaarne in de eerstvolgende vergadering willen behandelen. De Voorzitter: „de Raad moet daartoe eerst het voorstel kennen. Daarom geef ik u het woord tot toelichting van Uw voorstel." De lieer Nyholt zal gaarne na afhandeling der agenda eene korte toelichting geven. V. De Voorzitter wil den Raad eene mededeeling doen betreffende de aardappelen. De Minister heeft aan die gemeenten, waar kleiaardappelen worden gebouwd, toegestaan alleen kleiaardappelen te ge bruiken. De heer Dijkstra: „dus aan Leeuwarden ook". De Voorzitter vervolgt: „Aangezien hier geen aardappelen worden gebouwd, valt Leeuwarden daar niet onder." Een week of zes geleden nu heeft spreker gevraagd of het ook mogelijk is dat Leeu warden, dat midden in de klei ligt, ook kleiaardap pelen kon krhn-en. Daarop nu heeft spreker geen antwoord ontvangen. Van af Januari mogen wij onze reserve van kleiaardappelen aanspreken en dan kunnen er deels klei-, deels zandaardappelen worden gedistribueerd. De heer Koopmans wil den Voorzitter in over weging geven niet direct in Januari de reserve aan te spreken. Als er strenge vorst komt zal dat ook niet gaan en het tydperk, dat de gemeente er op moet teren, is nog zoo lang. Spreker zou gaarne zien dat de Voorzitter nog pogingen deed om alsnog kleiaardappelen te krijgen. En, lukt dat niet, dan nog zou hij liever niet direct van den voorraad af nemen. De Voorzitter antwoordt dat de reserve niet klein is en dat die weer wordt aangevuld. Het soort zand- aardappels dat wij nu hebben, schijnt duurzamer dan kleiaardappelen. Die reserve is voor onze ge meente zoo groot, vergeleken by het verbruik, dat liet rantsoen grooter kan zijn dan elders n.l. 6 K.G., terwijl het officieele rantsoen 4 KG. is. Hiermede is deze zaak afgehandeld. VI. De heer Peletier zou, als de Voorzitter zulks veroorlooft, gaarne een enkel woord willen zeggen over het dakloozen tehuis. Burgemeester en Wethou ders hebben aangeboden prae-advies over het rap port uit te brengen. Spreker heeft nu niet kunnen merken of dit een wensch is van den Raad of dat het eenvoudig eene aanbod is van Burgemeester en Wethouders. Is dit zoo, dan zou spreker gaarne zien dat dit prae-advies in de eerstvolgende verga dering werd uitgebracht, daar de zaak haast heeft. De Voorzitter is het met den heer Peletier eens, Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 December 191 dat deze zaak haast heeft. Burgemeester en Wet houders zullen hun uiterste best doen het prae-ad vies spoedig uit te brengen. Het verzoek om prae- advies uit te brengen is niet van den Raad uitge gaan, maar in dergelijke belangrijke zaken wordt in den regel door Burgemeester en Wethouders ad vies uitgebracht. Dit is liet laatst nog het geval geweest met het rapport over het badhuis. Ook toen hebben Burgemeester en Wethouders uit zich zelf gepraeadviseerd. Als de Raad echter geen prae-ad vies verlangt, willen Burgemeester en Wethouders het ook niet opdringen. De heer Peltier gelooft niet dat de Commissie be zwaar heeft tegen het uitbrengen van prae-advies door Burgemeester en Wethouders. Den Voorzitter komt het van zeer veel belang voor dat Burgemeester en Wethouders de zaak be zien. De heer Peletier: „dat is ook niet mijn bezwaar. Het zwaartepunt van myn vraag ligt daarin, of het prae-advies in de eerstvolgende vergadering kan worden tegemoet gezien". De Voorzitter: „Burgemeester en Wethouders zullen hun uiterste best doen. Als er geen onver hoopte beletselen komen hoop ik dat het zal kun nen". VII. Wordt overgegaan tot behandeling dei- voor heden op den oproepinsgbrief vermelde pun ten. 1 (agenda no. 2). Rapport der Commissie, belast ge weest met het onderzoek van de rekening van het Stads ziekenhuis, dienst 1916. De conclusie van het rapport, strekkende tot goedkeuring der rekening, wordt met algemeene stemmen aangenomen. 2 (agenda no. 3). Benoeming van een lid der Com missie van voorlichting ter uitvoering van de distribu- iiewet 1916 vacature P. A. de Haan). Utgebracht zijn 21 stemmen, verdeeld als volgt: op den heer S. Tulp 16 stemmen, op elk der heeren: P. Attema, W. Fransen, H. P. de Haan, A. de Vos 1 stem, terwyl 1 stem, uitgebracht op den heer mr. A. G. Menzel, van onwaarde is. De heer S. Tulp is alzoo benoemd. 3 (agenda no. 4). Benoeming van een lid der com- missie voor de exploitatie van het sportterrein der afd. Leeuwarden van den Bond voor lichamelijke opvoeding daarin vertegenwoordigende de gemeente (vacature P. A. de Haan). Uitgebracht zijn 21 stemmen, verdeeld als volgt: op elk der heeren: mr. D. van Weideren baron Rengers en A. de Vos 8 stemmen, op den heer A. Cohen 2 stemmen, op elk der heeren L. Zandstra en S. Tulp 1 stem, terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd. Daar niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, wordt overgegaan tot eene tweede vrije stemming, waarvan de uitslag is dat zyn uitge bracht: op den heer A. de Vos 11 stemmen, op den heer mr. D. van Weideren baron Rengers 9 stemmen, op den heer L. Zandstra 1 stem. De heer A. de Vos is alzoo benoemd. 4 (agenda no. 5). Benoeming van een lid der Com missie van toezicht op het lager onderwijs, wegens perio dieke aftreding van mr. A. G. Menzel. Met algemeene stemmen wordt benoemd de heer mr. A. G. Menzel. 5 (agenda no. 6). Benoeming van vier leden dier commissie, vacature mej. J. M. C. Aalbers en dr. C. J. A. Meerdinken ter uitbreiding der commissie met twee leden. Voor de eerste vacature zijn uitgebracht 21 stern- men, verdeeld als volgt: op mevr. M. C. StoopSeeuwen 18 stemmen, op mevr: A. J. DijkstraSonnega 3 stemmen. Mevr. M. C. StoopSeeuwen is alzoo benoemd Voor de tweede vacature wordt met algemeene stemmen benoemd de heer P. B. Westerhuis. Voor de derde vacature wordt met algemeene stemmen benoemd de heer K. de Boer. Voor de vierde vacature wordt met 20 stemmen benoemd de heer J. de Bruin. Op den heer dr. A. A. Eecen is 1 stem uitge bracht. 6' (agenda no. 7). Benoeming van een lid der com missie van toezicht op het Middelbaar Onderwijs, wegens periodieke aftreding van H. P. de Haan. Met algemeene stemmen, 1 briefje is in blanco in geleverd, wordt benoemd de heer H. P. de Haan. 7 (agenda no. 8). Benoeming van een lid der com missie van administratie der Stads Bank van Leening, we gens periodieke aftreding van A. R. van der Sluis. Met algemeene stemmen wordt benoemd de heer P. A. Silvergieter Hoogstad. 8 (agenda no. 9). Benoeming van een lid der com missie tot wering van schoolverzuim uit de ouders enz. der in de gemeente op een lagere school ingeschreven kinderen, wegens vertrek uit de gemeente van J. M. D. Brink. Met algemeene stemmen wordt benoemd de heer S. Goedemoed. 9. (agenda no. 10). Benoeming met ingang van 1 Januari 1918 van een plaatsvervangend voorzitter van het scheidsgerecht, wegens periodieke aftreding van mr. C. W. Stheeman. Uitgebracht zijn 21 stemmen, verdeefil als volgt: op den heer mr. C. W. Stheeman 18 stemmen, A. G. Menzel 3 De lieer mr. C. W. Stheeman is alzoo benoemd. 10. Herstemming over het voorstel-Dijkstra om Bur gemeester en Wethouders uit te noodigtn het salaris van den Directeur der gem. arbeidsbeurs met f 200.te verhoogen, over welk voorstel in de raadsvergadering van 27 November l.l. bij de behandeling van volgno. 284 der uitgaven op de ontwerp-begrooting van 1918 de stemmen staakten. De heer de Vos heeft den vorigen keer niet meege- stemd. Hy vraagt of Burgemeester en Wethouders hem ook kunnen inlichten omtrent den werkkring van den directeur der arbeidsbeurs. Het is voor spreker moeilyk zjjn stem uit te brengen zonder dat hij daar iets van weet. De Voorzitter antwoordt dat het twijfelachtig is of de beraadslagingen mogen worden heropend over een voorstel, waarover de stemmen hebben gestaakt. Dat is een academische kwestie. Hier is altijd beslist dat het wel kan. Voor spreker is het echter moeilijk den heer de Vos inlichtingen te ge-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1917 | | pagina 2