-1:1
Vergadering van Dinsdag 23 Segtember 1919.
1J it
il B
II Hi I
BH
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 September 1919. 205
Tegenwoordig 24 leden, te weten de heeren
Dijstra, Schaafsma, Terpstra, mevrouw Besuyen
Lindeboom, de heeren Tulp, Fransen, mevrouw Buis
man—Blok Wijbrandi, de heeren Dijkstra, Zandstra,
Lautenbach, Postma, Oosterhoff, Jansen, Nijholt,
Tiemersma, IJ. de Vries, De Vos, Visser, De Boer,
Berghuis, Van der Werff, Van Weideren baron Rengers,
0. de Vries en Schoondermark.
Afwezig met kennisgeving de heer Collet.
Voorzitterde heer Jhr. mr. J. M. van Beyma,
Burgemeester.
I. Wordt medegedeeld
1. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd
de raadsbesluiten
d.d. 19 Augustus 1.1 tot aankoop van grond aan
de Poppebuurt, van perceelen aan de Klanderijdwars-
straat, tot ruiling van grond aan de Blokhuissteeg
en den Nieuweweg, tot verhuring van een gedeelte van
het gebouw der v.m. vischmarkt aan de Oosterkade en
van terreinen aan den Harlingerstraatweg, tot wijziging
van het besluit tot vaststelling van het getal en de
bezoldiging der leeraren aan de Burgeravondschool
d.d. 9 September 1.1. tot wijziging van het raadsbesluit
dd. 24 September 1918, waarbij steun is verleend
aan de woningvereeniging ^Leeuwarden" voor den
bouw van 130 woningen aan het Cambuursterpad
'2. dat Gedeputeerde Staten voor kennisgeving
hebben aangenomen het raadsbesluit d d. 19 Augustus
1.1. tot wijziging van de instructie voor den gemeente
ontvanger
3. rapport omtrent de samenstelling van het gas
der gemeentelijke gasfabriek ingevolge de toezegging,
gedaan in de raadsvergadering van 29 Mei 1916.
De mededeelingen onder 13 worden voor kennis
geving aangenomen
4. adres van het bestuur van de afdeeling Leeu-
I warden van den Nederlandschen Federatieven Bond
van personeel in openbaren dienst om het weekloon der
gemeentewerklieden te bepalen op 30.voor den
j laagst bezoldigden werkman en om aan alle gemeente
werklieden een bedrag ineens uit te keeren van ƒ150
Wordt voorgesteld dit adres te stellen in handen
II van Burgemeester en Wethouders om prae-advies.
De heer Dijkstra zegt, dat in het adres is vervat
de aanvraag om verhooging van loon op twee manieren.
De eene aanvraag bedoelt een toeslag op het loon,
bestaande in een bepaalde som ineens, de andere om
de loonsverhooging te herzien. Spreker zou nu willen
vragen om de aanvraag om loonsverhooging in handen
te stellen van Burgemeester en Wethouders om prae-
I advies, doch dit over den toeslag ineens reeds de
I volgende vergadering uit te brengen, zoodat de Raad
I dan al een beslissing kan nemen.
De Voorzitter merkt op dat het voorstel is, het
gekeele adres in handen te stellen van Burgemeester
en Wethouders om prae-advies.
De heer Dijkstra is van oordeel dat de kwestie
van loonsverhooging nog al moeilijk zal zijn, omdat
er nog al wat aan vast zit, doch de kwestie om reeds
nu den menschen een toeslag toe te kennen is niet
zoo moeilijk. Deze zaak is beter te overzien dan de
andere. Dit is dan ook de reden, waarom spreker
- voorstelt dat het College reeds de volgende vergadering
prae-advies zal uitbrengen omtrent dit verzoek. Gezien
de tijd van 't jaar en de tijdsomstandigheden acht
spreker wel eenige spoed gewenscht en meent hij dat de
kwestie urgent is. Spreker blijft, ook naai aanleiding
hiervan, bij zijn verzoek.
De Voorzitter zegt, dat het dus de bedoeling is
van den heer Dijkstra om reeds de volgende vergadering
prae-advies te hebben op het verzoek om toeslag.
De heer Schoondermark (wethouder) zegt, dat de
heer Dijkstra de salaris-herziening wel moeilijk acht,
doch de bepaling van den toeslag niet. Spreker is
het hiermee niet eens. Als men van de verhooging
nog niets weet, zelfs niet of die al of niet wordt
toegekend, is het moeilijk den toeslag te bepalen, of
men moet behalve de verhooging den toeslag nog
cadeau geven.
Het is meer voorgekomen, dat terwijl een salaris
herziening onder de oogen werd gezien, intusschen een
voorschot werd gevraagd. Dit is echter moeilijk voor
Burgemeester en Wethouders, omdat dezen nog niet
weten hoeveel de betrokkenen zullen krijgen. Het voor
schot kan dan wel hooger zijn dan de toekomstige verhoo
ging en dan krijgt men ook weer onaangenaamheden.
De heer Dijstra zegt, dat 't geen de heer Dijkstra
naar voren heeft gebracht, ook zijn bedoeling is ge
weest. De heer Schoondermark heeft gezegd, dat het
moeilijk is de zaken van elkaar te scheiden, dat men
de loonsverhooging moet kennen om het bedrag ineens
te kunnen bepalen, en dat de kwestie eerst nog eens ern
stig onder de oogen moet worden gezien Door den Wet
houder is een nieuw element in 't midden gebracht,
dat door den heer Dijkstra niet is gevoeld. Volgens
spreker is de strekking van het adres niet, dat het
bedrag ineens wordt gevraagd als compensatie van
een latere loonsverhooging, doch dat dit is gevraagd
geheel afgescheiden van een eventueele loonsverhooging.
Deze zoowel als den toeslag acht spreker zeer ge
wenscht, doch het meest urgent schijnt hem toe niet
een voorschot maar een bedrag ineens. Hoe vlugger
men de menschen in dit opzicht gerust stelt, hoe
beter, omdat met het oog op den komenden winter
moeilijke tijden hen wachten. Spreker onderschrijft
het voorstel van den heer Dijkstra en vraagt mede
of het mogelijk is, dat Burgemeester en Wethouders
prae-advies kunnen uitbrengen reeds in de volgende
Raadsvergadering (waarschijnlijk over 3 weken), zoodat
dan de beslissing van den Raad kan vallen over het
gevraagde bedrag ineens.
De Voorzitter zegt, dat in het request staat, dat,
om den achterstand gedurende de oorlogsjaren in alles
ontstaan, weer in te halen aan den Raad wordt ver
zocht een bedrag ineens uit te trekken van f 150.
voor iederen werkman. Dit beteekent dus niet een
voorschot.
Burgemeester en Wethouders hebben thans echter
verschillende stemmen uit den Raad omtrent dit punt
gehoord en hopen aan deze wenschen gevolg te kun
nen geven.
Met algemeene stemmen wordt overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
5. Adres van den Algemeenen Christelijken Ambte-
naarsbond, afdeeling Leeuwarden, betreffende de be
taling van in 1919 gemaakte overuren, wijziging der
kantooruren bij de gemeentelijke lichtbedrijven, om
ook bij de gemeentelijke lichtbedrijven gelegenheid
te geven aan de le klerken bevordering te maken
en om de salarissen der ambtenaren in het algemeen
te herzien of tot uitkeering van een bedrag ineens
over te gaan.
Wordt in handen gesteld van Burgemeester en
Wethouders ter afdoening en om prae-advies, wat de
beide laatste punten betreft.