366 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 22 December 1919, Voortzetting der vergadering op Dinsdag 23 December 1919. meegedeeld. Spreker behoeft dus daaiover geen in lichtingen meer te vragen. Ook is reeds medegedeeld, dat het college van plan is, de gemeente zelf te doen overgaan tot woningstichting, wat spreker moet appre- cieeren. In dit verband is wel gesproken, dat er bij den bouw andere lijnen zouden worden gevolgd, door ten opzichte van den stijven bouw te veranderen, doch spreker gelooft, dat wanneer men nu begint met aan alles een mooi kantje te geven, en de woningen van buiten gaat herzien, men, vooral met het oog op de samenleving in het huisgezin, direct ook moet overgaan tot een meer gemakkelijke inrichting der woningen zelf, wat toch meer dan noodig is. Spreker zou ook willen dat de aandacht der woningvereeni- gingen daar ook eens op gevestigd werd. De 8-urige arbeidsdag en de vrije Zaterdagmiddag zien slechts op de loontrekkenden, de huismoeder heeft er geen voordeel van. De eersten hebben een vrij groote vergemakkelijking van hun dagtaak gekregen en, al zal nu menig huisvader zijn meerderen tijd benutten om de vrouw het een en ander uit de handen te nemen, de algemeene toestand bij de huismoeders is toch zoo, dat haar dagtaak begint des morgens bij het opstaan en pas eindigt bij het ter ruste gaan. En nu is het wel moeilijk dezen arbeidstijd te verkorten, tenzij er iets anders op te vinden is. De Friesche huisvrouw is over 't algemeen nog wel wat conservatief ten opzichte van de mogelijkheid om haar arbeid te verlichten. Zij zou haar wasch naar oen centrale inrichting kunnen sturen, het eten uit de centrale keuken kunnen halen, doch daartoe is zij moeilijk te bewegen. Er moet echter een poging worden gedaan om de woningen boter is te richten. Spreker vindt in hot tijdschrift „Gas" een artikel dat later in 'n brochure verwerkt is, dat de aandacht vestigt op het aanbrengen van heet-water-apparaten. Dit is wel noodzakelijk omdat heet water in een huis houding een van de eerste behoeften is en de huis vrouw bij haar verrichtingen daar steeds op moet wachten. Door het aanbrengen van deze apparaten zullen natuurlijk de bouwkosten worden verhoogd, maar wanneer een huis wordt gebouwd, met die gemakken, zal men meer huur kunnen bedingen. Spreker zou gaarne willen, dat men vooral op deze apparaten bij het bouwen de aandacht vestigde, omdat men daarmede de huisvrouw zeer belangrijk in hare werkzaamheden kan verlichten. 't Is ook een zaak van belang de woningen niet alleen aan te sluiten op het gas, maar ook op electri- citeit. Het gas is voor koken noodzakelijk en aan den aanleg van electrische aansluitingen zijn wel belang rijke kosten verbonden, doch men moet niet vergeten dat men ook zeer gemakkelijk electriciteit kan ge bruiken voor strijken enz., wat ook voor de huisvrouw een groot gemak is. Als Burgemeester en Wethouders toezeggen om deze gemakken onder de aandacht te brengen van de bouw ondernemingen ten einde de nog te bouwen woningen daarvan te voorzien en als de gemeente zelf besluit dat bij haar woningen ook te doen, dan heeft spreker voorloopig zijn doel bereikt. En spreker vertrouwt wel als dergelijke propaganda onder de huisvrouwen zelf wordt gevoerd om die apparaten ook te gaan gebruiken, men dan daarmee wel zooveel verder komt, dat het in de geheele gemeente tot stand wordt gebracht. De heer De Boer moet nog even den heer Tiemersma aanvullen. In verband met de uitvinding van de heer Van der Woude te Groningen, die een eenvou diger en goedkooper systeem heeft geconstrueerd, lijkt het sprekelijk wenschelijk toe, waar wij in deze gemeente twee warmtebronnen hebben, n 1. het pro vinciaal electriciteitbedrijf en de gasfabriekdeze warmtebronnen te gebruiken voor de voeding der centrale verwarming in de nieuwe stadswijken. Dit zal meteen een groote bezuiniging geven, omdat er heel veel warmte, die gebruikt kan worden, onnut de lucht in gaat, die dan economische aanwending kan vinden. De heer Tulp„Vuurwerk De Voorzitter kan namens Burgemeester en Wet houders meedeelen dat over de opmerkingen van de heeren Tiemersma en De Boer zal worden gesproken en men daar attentie aan zal schenken. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 209 wordt onveranderd vastgesteld. Volgno. 210. Annuïteit aan het Eijk verschuldigd wegens ontvangen voorschotten in het belang van de ver betering der volkshuisvesting 91238.34. De beraadslagingen worden geopend. De heer De Boer zou gaarne een overzicht willen hebben omtrent de annuïteiten, die hier zoo verspreid liggen in de begrooting, in tabellen. De Voorzitter meent, dat de heer De Boer dus vraagt een speciaal overzicht van de annuïteiten, ver schuldigd aan het Rijk, welke hier zeer verspreid liggen in de begrooting. Spreker belooft dat dit overzicht gegeven zal worden. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 210 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 211218 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 219. Maatregelen bij het dreigen van be smettelijke ziekten f 100. De beraadslagingen worden geopend. De heer Nijholt herinnert eraan, dat indertijd bij het dreigen der besmettelijke vlektyphus door den Raad aan Burgemeester en Wethouders machtiging is ge geven om die maatregelen te treffen, welke noodig waren en dat er toen belangrijke maatregelen zijn genomen. Dit is echter nooit officieel ter oore van den Raad gekomen, spreker weet het dan ook niet anders dan door de courant. Wanneer Burgemeester en Wethouders belangrijke maatregelen nemen, zal het spreker aangenaam zijn, dat zij daarvan mededeeling doen aan den Raad, opdat deze zoo goed mogelijk van alles op de hoogte is. De Voorzitter wil hieromtrent wel toezegging doen en meteen mededeelen, dat het niet mededeelen om trent de getroffen maatregelen onwillekeurig is gebeurd. Het college kan dat achterna nu nog wel doen, doch er zal nu wel geen prijs meer op worden gesteld. Spreker moet eerlijk zeggen dat er toen niet aan gedacht is, doch in 't vervolg zullen Burgemeester en Wethouders er aan denken. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 219 wordt onveranderd vastgesteld. Volgno. 220 wordt overanderd vastgesteld. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 22 December 1919. 367 Voortzetting der vergadering op Dinsdag 23 December 1919. Volgno. 221. Kosten van ontsmettingen f 3100. De beraadslagingen worden geopend. De heer Tiemersma zou eenige inlichtingen wen- schen. Zijn Burgemeester en Wethouders tevreden met den gang van zaken bij den ontsmettingsdienst, zooals die nu is? Er komen veel klachten, dat deze zeer langzaam werkt. Spreker zou daaromtrent graag inlichtingen hebben. De Voorzitter zegt, dat er op 't oogenblik bij de ontsmetting een groote crisis is. Bepaalde klachten hebben het college echter nooit bereikt. Dat het echter langer duurt dan goed is, dat kan plaats hebben. Er is ook bij Burgemeester en Wethouders over gesproken, en deze voelen daar veel voor, om een eigen ontsmettingsdienst in te richten. Maar dan zit er ook aan vast dat de gemeente zelf een ontsmettings oven moet inrichten en deze is zeer prijzig. Nu is al aan den Inspecteur der Volksgezondheid gevraagd I of men niet gebruik kan maken van een ontsmettings- j oven, die in particuliere handen is, doch de Inspec teur heeft daar op geantwoord dat hij niet aanraadde op die manier te werk te gaan, omdat men dan geen rijkssubsidie meer krijgt. De gemeente is dus dan zelf verplicht een oven in te richten en nu is op 't oogenblik een van de grootste bezwaren daartegen, dat, waar men den ontsmettingsdienst bij den reini gingsdienst moet aansluiten, het mede aan de ver plaatsing van het aschland vast zit. En een eigen oven brengt ook verbazend hooge kosten mee. Het mooiste zou zijn dat de gemeente zelf een oven inrichtte en de dienst ergens anders geschiedde dan op het aschland, doch dit is niet gelukt. Spreker moet zelf erkennen, dat al mag men aan de kwaliteit ervan niets afdoen de ontsmettingen veel te lang duren. De omstandigheden zijn echter het Groene Kruis boven 't hoofd gegroeid. Burgemeester en Wet houders blijven evenwel ten opzichte van deze kwestie diligent. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 221 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 222226 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 227. Kosten van het gemeentelijk woning toezicht f 6900. De beraadslagingen worden geopend. De heer Fransen zegt, dat zooeven door den heer Tulp is gevraagd of er ook toezicht of controle werd uitgeoefend op den bouw door woningvereenigingen. Als spreker nu het antwoord op die vraag goed heeft begrepen, zou de opzichter, die daarvoor vrij is ge maakt, een opzichter zijn, die op 't oogenblik behoort bij gemeentewerken Als dat zoo is, dan heeft spreker daar bezwaar tegen. Woningbouw en Open bare Werken zijn twee takken van dienst, de opzichter van het gemeentelijk woningtoezicht behoort op den bouw toe te zien, dus die bedoeld in post 227. Waar nu het plan bestaat om den opzichter van gemeente werken te belasten met toezicht op den woningbouw, achtte spreker het beter, dat men dit toezicht bracht onder dezen post, doch niet onder gemeentewerken. De heer 0. F. de Vries (wethouder) wil van het idee niet veel zeggen, doch de heer Fransen vergeet, dat 't hier twee afgescheiden zaken zijn. De eene is n.l. belast met de richtige uitvoering der bouwver ordening in 't algemeen, de andere is belast met het toezicht op den bouw der woningvereenigingen, die met rijks- en gemeentesubsidie bouwen, is voor de controle of alles wordt gemaakt volgens bestek en teekeniDg, zooals het den Raad is aangeboden. En nu vonden Burgemeester en Wethouders het veel beter hiermede een der opzichters speciaal te belasten, welke dan de controle uitoefent, die Burgemeester en Wethouders meenen dat noodig is. Spreker is het niet met den heer Fransen eens om het den opzichter van het gemeentelijk woningtoezicht te laten doen. De heer Fransen zou dan willen voorstellen dat voor het woningtoezicht iemand speciaal werd aan gesteld, die geregeld controle hield op den bouw, zooals vroeger al reeds is toegezegd. In dat geval kan men dan ook samenkoppelen. Spreker geeft in overweging om een persoon voor beide afdeelingen te benoemeD, daar komen we vandaag of morgen toch aan toe. De heer 0. F. de Vries (wethouder) voelt voor dit laatste wel veel en wil dit dan ook wel in overweging nemen. Er komt toch een reorganisatie bij gemeente werken en Bouw- en Woningtoezicht. De heer Schaafsma (wethouder) wil er nog aan toevoegen, dat de heer Fransen beide zaken verwart zonder het zelf te willen. Zooals de heer De Vries al heeft meegedeeld, heeft de opzichter van gemeente werken een heel andere functie dan hij, die toezicht op de uitvoering van de bouwverordening houdt, het welk is opgedragen aan den inspecteur van het woning toezicht. Diens werkzaamheden strekken zich uit tot de heele bouwwereld, terwijl de opzichter van gemeente werken zich bepaalt tot de woningvereenigingen. De beraadslagingen worden gesloten. Volgno. 227 wordt onveranderd vastgesteld. Volgnos. 228 en 229 worden onveranderd vastgesteld. Volgno. 230. Ten laste van de gemeente komende kosten van de badinrichting in de Oude Waag f 1500. De beraadslagingen worden geopend. Mevrouw Buisman—Blok Wijbrandi vraagt of het niet de bedoeling was van het voormalig hotel Wei- dema op het Schavernek een badinrichting te maken. Wat gebeurt daar op het oogenblik, nu het niet meer wordt gebruikt voor distributie De Voorzitter zegt, dat er op het oogenblik nog een distributie-lokaal in is. Tot voor korten tijd was een ander lokaal in gebruik bij den controleur der gemeentebelastingen en diens personeel. Een achter kamer wordt gebruikt voor opbergen van goederen en de sombere achterzaal staat leeg. Dan zijn er boven drie lokalen in gebruik bij de administratie der Stads reiniging en is één lokaaltje tot wederopzeggings toe verhuurd aan een militaire autoriteit. De concierge woont er nog in, benevens 3 gezinnen achter, welke huur betalen. Spreker geeft echter toe, dat het tijd wordt het gebouw voor andere doeleinden te gebruiken. Wan neer er dan ook een aanvraag komt van de een of andere commissie, om het voor een bepaald doel te huren, kan dit gebeuren. Mevrouw Buisman—Blok Wijbrandi begrijpt, dat het dus niet tot badinrichting zal worden ingericht. Zijn er echter ook geen plannen bij Burgemeester en Wet houders om een andere badinrichting te maken?

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1919 | | pagina 37