Vergadering van Dinsdag 27 April 1920.
b. vacature H. C. BuismanBlok Wijbrandi, voort
156 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 13 April 1920.
Dit punt wordt eveneens tot de volgende vergade
ring aangehouden.
VI. De Voorzitter moet den Raad nog meedeelen
dat van den heer IJ. de Vries het volgende verzoek
is ingekomen
„Ondergeteekende verzoekt den Raad beleefd in de
„gelegenheid gesteld te worden, eenige opmerkingen
„te mogen maken, naar aanleiding van bladzijde 17
„van het verslag der Gezondheidscommissie, betreffende
„het onderwerp: „Straatprostitutie en geslachtsziekten".
Spreker stelt voor den heer IJ. de Vries de vol
gende vergadering hiertoe in de gelegenheid te stellen.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
Niets meer te behandelen zijnde wordt de vergade
ring door den Voorzitter gesloten.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 April 1920. 157
Tegenwoordig 24 leden, te weten: deheeren Terpstra,
Dijstra, Tiemersma, Fransen, Schaafsma, Van der Werfï,
Dijkstra, O. F. de Vries, mevrouw BuismanBlok
Wijbrandi, de heeren Nijholt, Collet, Van Weideren
baron Rengers, Tulp, Visser, De Boer, Lautenbach,
Zandstra, De Vos, mevrouw BesuyenLindeboom,
de heeren Oosterhoff, Berghuis, Postma, IJ. de Vries
en Jansen.
Afwezig met kennisgeving de heer Schoondermark.
Voorzitter de heer Jhr. mr. J. M. van Beyma, Bur
gemeester.
I. Het verslag van de vergadering van 24 Februari
1920 wordt onveranderd vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1. dankbetuiging van Z. K. H. den Prins der
Nederlanden voor den gelukwensch, hem namens het
gemeentebestuur aangeboden ter gelegenheid van zijn
verjaardag op 19 April 1.1.
2. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd
het raadsbesluit d.d. 23 Maart 1.1 waarbij Burge
meester en Wethouders zijn gemachtigd tot aanvaar
ding van de schenking-de Koo (verzameling nage
laten werken van Pier Pander).
3. bericht van Gedeputeerde Staten naar aanleiding
van een nader schrijven van Burgemeester en Wet
houders, dat zij thans geen termen aanwezig achten,
om op hunne beslissing inzake de vaststelling der
jaarwedden van de wethouders dezer gemeente op
2500.terug te komen, doch, dat zij bereid zijn de
zaak nader onder de oogen te zien bij de behandeling
der gemeentebegrooting 1921.
4. besluit van Gedeputeerde Staten, opgenomen in
prov. blad 1920, no. 22, houdende mededeeling
van de vaststelling der jaarwedden van de burge
meesters, secretarissen en ontvangers in de provincie
Friesland.
De mededeelingen onder de punten 14 worden voor
kennisgeving aangenomen.
5. verslag van den toestand der Stads-Armenkamer
te Leeuwarden over het jaar 1919.
Ligt nog eenigen tijd voor de leden ter visie.
6. schrijven van het bestuur der woningvereeniging
„Leeuwarden" waarbij wordt medegedeeld, dat D.
Blanson Henkemans periodiek aftreedt als lid in dat
bestuur, vertegenwoordigende de gemeente, en dat
deze voor eene herbenoeming wordt aanbevolen.
Heeft ter visie gelegen om nog heden te worden
behandeld.
7. bericht van D. Bakker, dat hij zijne benoeming
tot onderwijzer aan gemeenteschool no. 12 aanneemt.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
8. aanbeveling der commissie van administratie
der Stads-Bank van Leening voor de benoeming van
een lid in die commissie, vacature K. E. Brunger
1. G. Pijselman.
2. H. Wuite.
Heeft ter visie gelegen om nog heden te worden
behandeld.
9. aanbeveling der commissie van toezicht op het
Lager Onderwijs voor de benoeming van drie leden
dier commissie als
a. vacature A. Engelsman, voortdurende door het
bedanken van J. E. van Buuren
1. J. Feitsma, Emmakade 87.
2. D. Wolvius, Emmakade 22.
3. G. C. Bijlenga, Voorstreek 235a.
durende door de intrekking van het raadsbesluit wat
betreft de benoeming van mej. A. Oosterling
1. mevr. S. H. Pullde Jong, Nieuwestad 135,
2. J. Hoven— Sybouts, Korenmarkt 199,
3- C. J. Brouwer-Gorter, Spanjaardslaan 9.
c. vacature Dr. H. F. Th. Ringnalda, voortdurende
door de intrekking van het raadsbesluit wat betreft
de benoeming van P. van der Molen
1. G. Botke, van Asbeckstraat 12,
2. H. de Boer, Emmakade 139,
3. F. J. A. Fritzlin, Oranje Nassaupark 4.
Zal in een volgende vergadering worden behandeld.
10. adres van de afdeeling Leeuwarden van den
Nederlandschen Federatieven Bond van Personeel in
Openbaren dienst, waarbij wordt ingezonden een in
een openbare vergadering aangenomen motie betref
fende herziening van de loonen der gemeentewerklieden.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
11. adres van de afdeelingen Leeuwarden van den
Bond van werklieden in openbare diensten en be
drijven, van den Centralen Nederlandschen Ambte-
naarsbond en van den Algemeenen Nederlandschen
Opzichters- en Teekenaarsbond om in afwachting van
een definitieve salarisherziening aan de werklieden en
ambtenaren in volledigen gemeentedienst een voor
schot op de toe te kennen verhooging te verleenen
van 150.
De Voorzitter deelt mee, dat het voorstel van Bur
gemeester en Wethouders omtrent de salaris-herziening
spoedig aan de orde zal komen, en stelt derhalve
voor, het adres voor kennisgeving aan te nemen.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer Terpstra merkt op, dat hij in de loon-
commissie heeft voorgesteld om een voorschot op
de eventueele loonsverhooging te geven. Spreker
voorzag dat dit niet zoo vlug van stapel zou loopen.
De commissie besloot evenwel om daarop niet in te
gaan, maar nu van de zijde van belanghebbenden
weer een verzoek in die richting wordt gedaan, stelt
spreker voor, het verzoek toe te staan, 't Zal nog
wel wat duren voor de zaak zijn beslag gekregen
heeft. De voorstellen zullen toch nog aan de organi
saties moeten worden gezonden en met die organisa
ties moet nog worden geconfereerd, zoodat de be
handeling in den Raad nog wel een heelen tijd zal
uitblijven. En terwijl nu nog in de laagste klassen
loonen verdiend worden van f 21.00—/ 24.00
80 pCt. van de arbeiders verdient slecht 't volle loon,
zoodat nog 20 pCt. van de arbeiders een loon heeft
van beneden de f 24.00 daar meent spreker dat
een voorschot zooals is gevraagd, zeer wel te billijken
is. En ook om tijd te hebben voor een goede be
handeling van het salaris-ontwerp is inwilliging van
het verzoek gewenscht.
De heer Berghuis (wethouder) merkt op dat de
Raad er wel aan moet denken, dat als straks de
loonvoorstellen aan de orde komen, dat dan ook ge
zocht moet worden naar dekking van de uitgaven.
Ging men nu besluiten een voorschot te geven, dan
zou men dat voorschot doen van geld dat niet door
de begrooting is gedekt.
De heer Terpstra. 't Gaat niet op om den finantieelen
nood van de gemeente af te wentelen op de ambte
naren en werklieden. Voor een voorschot is, meent
spreker, altijd een leening te sluiten. Zoo zou men
nu f 150.kunnen geven, en dan straks de loons
verhooging bepalen. Dat voor een voorschot geleend
kan worden, is altijd het standpunt van den wet
houder geweest.