Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 Juli 1920.
De heer De Boer merkt op dat er in punt IX staat
dat er elk kwartaal een proefbalans aan Burgemeester
en Wethouders zal worden ingeleverd betreffende den
toestand van dien en dien datum. Het woord „proef
balans" is hier echter absoluut onjuist, het moet zijn
„balans". Een proefbalans is eenvoudig een telling van
de posten van het grootboek. Dit woord moet dus
vervallen en daarvoor in de plaats moet komen te
staan „balans".
De heer Schaafsma (wethouder) zegt dat, voor zoo
ver hij zich herinnert, het de bedoeling van den
directeur is om ieder kwartaal een balans in te zenden.
Vroeger gebeurde het elke maand maar dat brengt
te veel moeite mee. Daarom gebeurt het nu ieder
kwartaal. Hier staat nu „proefbalans" doch de bedoeling
is, dat er telkens een driemaandelijksche balans wordt
ingezonden.
De Voorzitter vraagt of de Raad goed vindt, dat
op voorstel van den heer De Boer het woord „proef
balans" wordt veranderd in „balans."
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De beraadslagingen worden gesloten.
De wijziging sub IX op de oude artt. 16 en 17
wordt, met inachtneming van de wijziging door het
voorstel-De Boer, vastgesteld.
De wijziging sub X op het' oude art. 18 wordt
onveranderd vastgesteld.
Punt XI.
(Is door een abuis behandeld vóór punt VI).
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Nijholt zal heel graag in aansluiting met
het voorstel-Oosterhoff, dat niet werd ondersteund,
(behoud vergoeding buizenleidingen) een voorstel
indienen en heeft hoop, dat dit meer succes zal hebben,
omdat dit het tegengestelde beoogt. In het nieuwe
artikel 17 is onder de lasten onder letter n genoemd
„een winstuitkeering aan de gemeente". Er staat
echter niet bij hoe groot deze winstuitkeering zal zijn,
zij wordt elk jaar opnieuw bepaald. Spreker meent
echter dat het beter is dat die winstuitkeering heelemaal
verdwijnt om reden, ook reeds genoemd door den
Wethouder van de Bedrijven: zoolang we een winst
gevende gasfabriek hebben, beteekent dit voor de
ingezetenen een belasting omgeslagen per M3. verbruikt
gas en dit zou spreker niet graag willen behouden.
Deze belasting is niet progressief en men zal dus
de Leeuwarder ingezetenen er allen in dezelfde mate
mee treffen. Neen, zelfs dat nog niet, hij 't die minste
betalen kan, zal men het zwaarste treffen, omdat men
de groote gezinnen het meeste treft. Het gevolg van
deze winstuitkeering aan de gemeente is dus, dat de
hoofdelijke omslag iets wordt verlaagd, dat een deel
van de progressie van de belasting verdwijnt en men
in plaats daarvan krijgt een belasting, die niet
progressief is. 't Is waar, misschien zal spreker worden
toegevoegd, dat dit hier wel staat maar dat toch elk
jaar opnieuw de uitkeering moet worden vastgesteld.
Maar het is toch de laatste jaren gebleken, dat dit
niet zoo gemakkelijk gaat. Bij de begrooting is ook
gezegddat staat hier wel, maar 't bedrag staat nog
niet vast, als de rekening komt kunnen we het pas
vaststellen.
De vorige vergadering is echter duidelijk gebleken,
dat het winstaandeel, dat eenmaal op de gemeente-
begrooting gebracht is, daarvan niet gemakkelijk meer
te verwijderen is, omdat men er met alles op rekent,
dat het vaststaat. Spreker meent dan ook dat het
niet opgaat deze clausule te laten staan.
Er is ook gesproken over een commercieele rekening,
doch daarin past zeker niet een winstuitkeering aan
de gemeente. Het is trouwens geen winst maar een
steun in de algemeene onkosten der gemeente. Deze
wordt er maar bovenop gelegd, de gasprijs wordt er
mee verhoogd en dan blijft er van een commercieele
rekening niet veel over.
Spreker wil hier nog één ding aan vastkoppelen,
wat hem ook zou kunnen worden toegevoegd, n.l.
dat het noodzakelijk is, dat de gasfabriek een deel
betaalt in de algemeene onkosten, omdat er ook alge
meene onkosten zijn, die niet direct uit het bedrijf van
de gasfabriek zelf kunnen worden betaald. Spreker
meent dat het goed is de clausule onder art. 17 (nieuw)
II n te vervangen voor een andere waartoe hij met don
heer De Boer het volgende amendement daarop indient
„Art. 17 ti te lezen
een aandeel in de algemeene onkosten der gemeente
in verhouding tot de diensten, door de gemeente aan
het bedrijf verleend".
Het zal moeilijk zijn dit bedrag vast te stellen met
het vaststellen der begrootingmen dient dan zoo
goed mogelijk te weten, wat de gemeente voor het
bedrijf zal moeten doen. Maar het zal altijd een be
trekkelijk gering bedrag blijven, dat een logischen
grondslag heeft. Het lot dat het voorstel, door den
heer Oosterhoff onderteekend, heeft ondergaan, doet
spreker echter verwachten, dat zijn voorstel gemak
kelijk zal worden aangenomen.
De heer IJ. de Vries zou in tegenstelling met diens
redeneering van het voorstel van den heer Nijholt
verwacht hebben, dat hij ook wenschte dat geschrapt
zou worden wat staat onder hetzelfde artikel onder
punt f der baten, n 1. „een uitkeering van de ge
meente aan het bedrijf ten bedrage van het zuivere
verlies, voor zoover dit verlies niet uit het reserve
fonds wordt bestreden". Als de gemeente dan abso
luut geen winst mag hebben van de gasfabriek, dan
ook geen verlies, dan moeten alle kosten door het
bedrijf worden gedekt. Waar de Raad ten allen tijde
het recht heeft, een eventueele winst een bepaalde
bestemming te geven, moet men het eene tegenover
het andere plaatsen. Krijgt de gemeente geen winst,
dan mag zij ook geen verlies dekken, dat wordt ook
betaald uit de zakken der verschillende ingezetenen.
De heer Berghuis (wethouder) zal zich niet inlaten
met theoretische beschouwingen over de al of niet
wenschelijkheid van een winstuitkeering aan de ge
meente. Spreker mag veronderstellen dat hetgeen
daarover in den lande al te doen is geweest voldoende
bekend is, evenals daarop reeds in meerdere of mindere
mate is teruggekomen. Hij zou haast zeggen dat de
partij, die de heer Nijholt vertegenwoordigt, zelf in
ziet, dat de post moet worden bestendigd en dat zij
er nu een loopje mee wil nemen, waardoor de post
toch blijft bestaan. Spreker gelooft met het amende
ment mee te zullen gaan, dan weet hij ten minste
zeker dat er een post komt te staan voor winstuit
keering onder den vorm van diensten door de gemeente
aan het bedrijf verleend. Bij de wijziging der sala
rissen heeft de heer Collet gesproken over verhooging
van den gasprijs en heeft spreker verzocht den post
betreffende de winstuitkeering te laten staandat
behoeft hij dan niet meer te verzoeken, omdat de
post dan blijft bestaan. Spreker heeft daarom niets
tegen het amendement en zal er voor stemmen.
Den heer Nijholt doet het genoegen dat de Wet
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 Juli 1920.
315
houder van Financiën voor het amendement kan
stemmen, ofschoon deze eigenlijk probeert het eenigs-
zins belachelijk te maken, 't Is echter ook sprekers
redeneering dat, wanneer de gemeente algemeene
onkosten heeft, speciaal voor het gasbedrijf, het van
zelf spreekt, dat het bedrijf deze betaalt. Dat is dan
echter geen winst en ook geen belasting, maar een
zuiverder berekening van den gasprijs. Het bedrag
kan dan ook niet worden opgevoerd tot b.v. 100,000.
maar zal altijd gering ten minste betrekkelijk gering
blijven het zal niet veel grooter zijn dan het juiste
gedeelte der gemeentelijke onkosten, die ten laste
moeten komen van het bedrijf.
Wat de heer IJ. de Vries zegt over den verliespost,
dat men nu consequent moet zijn en ook dezen moet
schrappen, spreker heeft daar niets tegen. Hij is het
er mee eens, dat het bedrijf zichzelf moet dekken,
dai er niet met een verlies mag worden gewerkt, dat
op de gemeentelijke inkomsten drukt. Dat gevaar is
echter niet erg groot, 't Is bovendien de vraag of
het mogelijk is het geheele artikel te schrappen, omdat
het verlies ten slotte toch wordt gedragen door de
gemeente. Het bedrijf is toch geen rechtspersoon, die
groote verliezen kan lijden zonder de gemeente daarin
te betrekken. Maar spreker is het er mee eens, dat
getracht moet worden geen verliezen te maken.
De heer Schaafsma (wethouder) zou niet een op
merking hebben gemaakt, maar wil nu vragen of het
niet noodig is om de commissie voor de gasfabriek
dit punt nog te laten bespreken. Het is door haar
op deze wijze nog niet besproken, waarom spreker
had verwacht dat er werd voorgesteld dit punt aan
te houden. Van zijn kant is daar geen bezwaar tegen,
als er van den kant van de voorstellers geen bezwaar
tegen is, dan zou de commissie eerst nog kunnen
worden gehoord.
De heer De Boer begrijpt het heele voorstel-Schaaf-
sma niet. Deze zaak heeft niets te maken met de
gasfabriek, maar alleen met de verhouding van de
gasfabriek tot de gemeente. Dat ligt niet op den weg
der gascommissie. Als het op iemands weg zal liggen
dan doet het dit eerder op den weg der financieele
commissie dan op dien der gascommissie.
De Voorzitter wil toch voorstellen om dit punt met
het daarop ingediende amendement aan te houden.
Daar zal toch wel geen bezwaar tegen zijn. Als de
voorstellers de overtuiging hebben dat hun voorstel
goed is, kunnen zij er toch niets tegen hebben om
dit punt aan .e houden
De beraadslagingen worden gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten punt XI
met het daarop ingediende amendement van de heeren
Nijholt en De Boer aan te houden.
De wijzigingen sub XII-XVIII op de oude artt.
2033 worden onveranderd vastgesteld.
De vaststelling der geheele wijziging van de ver
ordening en het voorstel sub b worden in verband
met de aanhouding van punt XI mede aangehouden.
13 Agenda no. 15.) Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot wijziging van de besluiten tot heffing
van rechten voor het gebruik van de beurs en op de in
vordering van waagrechten bijlage no. 34).
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt met algemeene stemmen onveranderd aan
genomen.
De Voorzitter stelt thans voor in geheime vergade
ring over te gaan ter behandeling van
14 (Agenda no. 12.) Rapport der commissie voor de
bezwaarschriften omtrent reclames in eersten aanleg tegen
aanslagen in de plaatselijke directe belasting naar het
inkomen, diensten 1918 en 1919.
De heer De Boer wil nog voorstellen punt 17 der
agenda aan te houden en over te leggen het jaar
verslag van den schoolarts, opdat de leden daarvan
een inzicht krijgen. Er hebben eenige aanhalingen
uit dit verslag in de Leeuwarder Courant gestaan,
maar spreker zou het wel wenschelijk achten dat de
leden het heelemaal zien.
De Voorzitter: Daar is niets tegen.
De heer De Boer: Dus wordt het ter visie gelegd?
Kan het ook gedrukt worden en bij de leden rond
gezonden?
De Voorzitter kan hieromtrent geen toezegging doen.
Ter behandeling van punt 14 (agenda no. 12) wordt
in geheime vergadering overgegaan.
Na heropening der openbare vergadering deelt de
Voorzitter mede dat door den heer De Boer is voor
gesteld punt 17 der agenda, te weten:
Voortzetting der behandeling van het voorstel van
Burgemeester en Wethouders tot wijziging der verorde
ning, regelende de aanstelling en den werkkring van
schoolartsen bij het lager onderwijs en het bewaarschool-
onderwijs (gemeenteblad 1918 no. 22 en 1919 no. 43),
(bijlage no. 15) en prae-advies van Burgemeester en Wet
houders op de voorstellen dienaangaande van de heeren
De Boer en Zandstra (bijlage no. 33).
aan te houden tot de volgende vergadering en over
legging van het jaarverslag van den schoolarts.
Of het college kan voldoen aan het verzoek van
den heer De Boer, dat het verslag wordt gedrukt en
bij de leden rondgezonden, kan spreker niet toezeggen.
Hij wil er echter wel zijn best voor doen.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel-De Boer. Punt 17 der agenda
wordt dus aangehouden, terwijl het jaarverslag van
den schoolarts voor de leden ter visie zal worden
gelegd.
15. (Agenda no. 16). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot het houden van eene bijeenkomst van
raadsleden tiaar aanleiding van het nieuwe voorstel tot
voorloopige vaststelling van het uitbreidingsplan bijlagen
nos. 19 van 1919 en 26 van 1920).
De beraadslagingen worden geopend.
De Voorzitter licht toe dat het de bedoeling is van
Burgemeester en Wethouders dat het uitbreidingsplan
in een vergadering besproken zal worden in bijzijn
van de leden der gezondheidscommissie en den direc
teur der gemeentewerken, 't Is nu maar de kwestie,
wanneer dat zal gebeuren. Burgemeester en Wet
houders komen nu met het voorstel de bepaling van
den datum aan hen over te laten, omdat het toch
moeilijk gaat om hier den datum met z'n vijf- en
twintigen te bepalen.
De heer Fransen wil vragen of de ontwerper van
het plan er niet bij komt,