374 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 September 1920. geven. Wel kan spreker dit zeggen, dat de directeur hem heeft meegedeeld dat het systeem-Braat een zoo danig meerder werkloon en een meerdere hoeveelheid materiaal eischt, dat de meerdere kosten daardoor zeer begrijpelijk zijn. De heer De Vries zal ook wel begrijpen dat de betrokken commissies zijn geraadpleegd en dat Burge meester en Wethouders zeker niet met zoodanige voorstellen bij den Raad zullen komen, als zij daarin niet gesteund worden door het advies van de des kundigen der gemeente, waarop zij zich moeten ver laten. Ten opzichte van de tochtdeuren staat het al even zoo. De heer De Vries acht ze mogelijk niet geschikt als te duur; daar moet echter de deskundige over oordeelen, spreker kan er geen ander antwoord op geven dan dat de deskundige der gemeente ze prefe reert en in het belang van de gemeente vindt. Wat de heer De Boer zegt zou terecht en waar zijn, indien de opzet der begrooting niet was gemaakt op grond van de Gemeentewet, welke voorschrijft dat men met de inkomsten niet mag gaan boven de uit gaven. Nu zal de heer De Boer zeggen dat, wanneer men afschrijvingen opneemt, dan de uitgaven hooger worden. Maar hot moet hem toch ook zijn opgevallen dat ook bij de vroegere sommen geen afschrijvingen zijn genomen. Anders stond die f 10,000.als per centage van de oorspronkelijke stichtingskosten er nu ook niet meer op, dan waren die kosten in al die jaren al lang grootendeels door afschrijvingen ver vallen. De ontvangsten zouden dan de uitgaven meer dan dekken. Dat het percentage van het grondkapitaal laag is, is volkomen waar. Maar als de heer De Boer de pre missie van het prae-advies gelezen heeft zal hij be grijpen dat dit niet hindert, omdat de vooruitgang in ontvangsten aan de beurs veel hooger is dan de rente van het kapitaal. De ontvangsten van vroeger a 11,000.worden nu f 22,000.a f 23,000. De heer Rengers stelt namens de financieele com missie een verhooging van rechten voor de toelating tot het beurs- en waaggebouw voor. Het voorstel der commissie springt van 20 op 30 cent, maar spre ker had al willen meedeelen, dat Burgemeester en Wethouders in plaats van 20 cent hadden bedoeld 25 cent. Dat blijkt ook wel met het oog op de door het college voorgestelde abonnementsgelden. Spreker kan thans namens het college meedeelen, dat Burgemeester en Wethouders het amendement van de financieele commissie overnemen. De beraadslagingen worden gesloten. De onderdeelen A, B en C van het voorstel van Burgemeester en Wethouders worden achtereenvolgens met algemeene stemmen aangenomen. Aan de orde is daarna onderdeel D. De artikelen van ontwerp I worden achtereenvol gens onveranderd vastgesteld, met inachtneming van de wijziging van art. 2 bij amendement van de finan cieele commissie, zooals dit door Burgemeester en Wethouders is overgenomen, waarna de geheele ver ordening wordt vastgesteld. De artikelen van Ontwerp II worden achtereen volgens onveranderd vastgesteld, waarna de geheele verordening wordt vastgesteld. Ter behandeling van 11 Agenda no. 12). Rapport der commissie voor de reclames omtrent bezwaarschriften in eersten aanleg en in beroep tegen aanslagen in den Hoofdelijken Omslag dienst 1919, wordt in geheime vergadering overgegaan. Na heropening der openbare vergadering stelt de Voorzitter aan de orde 12. Rapport van de commissie van onderzoek inzake woningbouw met een goedkooper steensoort en voorstel van Burgemeester en Wethouders om tot dezen bouw te be sluiten. De Voorzitter memoreert dat in de vorige vergade ring is besloten tot het bouwen van 78 gemeente woningen en dat thans aan da orde is de bespreking over het bouwmateriaal. Namens Burgemeester en Wethouders stelt spreker nu voor van de 78 woningen, tot welker bouw in de vorige vergadering is besloten, er 52 te doen bouwen van bim8cementsteen, d. i. de soort steen, die voor den Raad ter visie heeft gelegen. Het college doet dit voorstel vooral naar aanleiding van het belang rijk lager bedrag, dat voor den bouw noodig zal zijn. De kosten bedragen n.l. in totaal 50,000.minder of per woning ongeveer 1000.minder. De beraadslagingen worden geopend. De heer Fransen herinnert er aan dat toen in de vorige vergadering door den wethouder van openbare werken machtiging werd gevraagd tot het bouwen van 52 van de 78 woningen in een soort bimsbeton- steen, spreker toen heeft gevraagd of het niet mogelijk was een monster van die steen voor den Raad ter inzage te leggen. Door den heer Dijkstra is spreker toen toegevoegd dat men hier toch geen verstand had van die steen. Nu wil spreker in de eerste plaats opmerken dat het heel moeilijk is eens andermans ver stand te taxeeren. Maar men behoeft niet zoo heel veel kennis van steen te hebben om te zien dat dit artikel van zeer inferieure kwaliteit is. Spreker is tot de conclusie gekomen dat, wanneer het artikel wordt geklopt en gewreven, het niet veel beter is in klank dan gewone beschuit. Het is samengesteld van puim- steengruis, zand en cement, het is zoo poreus, dat het er wel heerlijk door zal waaien en regenen. Door de commissie, die het rapport heeft uitgebracht, zoo staat in dat rapport vermeld, is aan de maat schappij gevraagd een prijs op te geven van het woningtype, zooals dat aan het Kalverdijkje zal worden gebouwd. De commissie heeft toen ten antwoord ge kregen dat die woningen, met de voorgestelde steen soort gebouwd, 1600.a 2000.lager in prijs zouden komen dan met gewone baksteen. Die raming is echter volgens Burgemeester en Wethouders zeker wel erg overdreven, zij komen ten minste nu al met de helft. Volgens den fabrikant zou er op die 60 woningen f 100,000.bespaard worden; van de zijde van het college wordt nu medegedeeld, dat die be sparing f 50,000.is. Spreker moet, gezien de kwaliteit, dit artikel voor buitenmuren ten zeerste ontraden. Het rapport zegt dat de fabrikant beweert dat de weerstand tegen druk zoo groot is, dat er gerust woningen van twee hoog van gebouwd kunnen worden. Als dit er bij wordt ge zegd, dan beteekent dit voor spreker, dat de weer stand tegen druk al zeer miniem is. Het wil spreker dan ook voorkomen, wat hij in de vorige vergadering ook reeds heeft gezegd, dat het een zeer gevaarlijke proef voor de gemeente is om van die steen 52 woningen te bouwen. Als de Raad wil besluiten het voorloopig bij 2 woningen te laten, wil spreker zich daartegen niet verzetten, maar nog liever heeft hij, dat die proef eerst eens door een ander wordt genomen, opdat de Raad zich daaraan kan spiegelen. Spreker weet niet of er hier in ons land al woningen van deze steen zijn gebouwd, anders wou hij ze wol eens zien. Zoo moet hij den bouw ten sterkste ontraden. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 September 1920. 375 Terwijl men hier ook voor den middenstandswoning- bouw moest rondzien om met een lager cijfer te bouwen, omdat het bedrag te hoog was om de rijks bijdrage te kunnen krijgen, heeft men getracht den architect van dien woningbouw te bewegen deze steen te gebruiken. Maar de architect heeft geweigerd, omdat hij de verantwoording niet kon en niet wou dragen. De steen is goed voor afscheiding binnenin voor geluiddempende afscheidingen in de gebouwen kan ze goede diensten bewijzen. Maar het bouwen met deze steen moet spreker ten zeerste ontraden, omdat voor buitenmuren het te ontraden is. De heer 0. F. de Vries (wethouder) wil den heer Fransen wel antwoorden dat, toen de aanbiedingen oorspronkelijk kwamen, hij daar heel weinig voor gevoelde. Bij betonbouw is toch doorgaans de con structie goed, doch het aanzicht is niet mooi. Omdat het verschil in prijs echter zoo groot was, heeft spreker gemeend de kwestie in openbare werken ter sprake te moeten brengen. De heer Fransen was daar toen niet aanwezig. Het werd daar echter toen van belang geacht om het resultaat van een dergelijken bouw eens te onderzoeken. De commissie, daarmee belast, is toen naar Duitschland geweest en nu kan spreker wel verklaren dat de woningen hem en ook de andere commissieleden 100 °/0 zijn meegevallen. Ze zijn werke lijk goed, er mankeert niets aan. De steen is natuurlijk niet van een kwaliteit als baksteen, maar de constructie is zoodanig, dat van doorslag door regen of van door waaien geen sprake is. Men moet niet vergeten dat er in de buitenmuren 3 wanden komen met 2 spouwen, zoodat er absoluut geen reden is om te vreezen voor doorslag. De drukvastheid is niet zoo groot als die van klinkers behoort te zijn, waarvan de buitenmuren worden opgezet. Maar wel kan spreker verzekeren dat het materiaal een ruim voldoende drukvastheid bezit, zoodat men meer dan voldoende zekerheid heeft voor de woningen, die hier worden gebouwd. Wanneer' er eenigszins sprake van zou zijn dat de arbeiderswoningen, van deze steen gebouwd, ook maar eenigszins minder voor de bewoners zouden zijn dan andere woningen, dan zou spreker er niet over denken, trots het groote verschil in prijs, om met een dergelijk voorstel in den Raad te komen. Hij raadt dan ook ten sterkste aan een dergelijke proef te nemen. De woningen zijn werkelijk uitstekend. En er komt nog bij dat de buitenmuren worden gestucadoord met een laag van 1 cM., om ze nog meer dicht te maken. De heer Fransen: Anders waaiden de menschen ook weg De heer IJ. de Vries moet eerlijk erkennen geen deskundige te zijn. Hij heeft echter de steen gezien, die als monster is binnengekomen en moet naar aan leiding daarvan zijn standpunt, in de vorige vergadering uiteengezet, vol houden, nl. dat het is een oorlogs procédé van vrij minderwaardige kwaliteit. Spreker zou den Raad dan ook niet verstandig vinden als hij besloot, een proef te nemen met 52 woningen. Laat men het bij 2 of 5 blijven, dan is dat nog iets anders. Ook is de steen wel voor binnenmuren te gebruiken, maar voor buitenmuren niet. Gezien de steen, is spreker tegen het voorstel. De heer Dijstra gevoelt, omdat het verschil in prijs nog al beduidend is, veel voor een proef. Het lijkt hem echter niet zonder bezwaar om die te nemen met 52 woningen. Is het college ook genegen met een geringer aantal een proef te nemen Spreker wil aan een proef wel zijn stem geven, doch voor een zoo groot aantal niet. De heer OosterhofT wil zich met een enkel woord bij de woorden van den heer Dijstra aansluiten. Spreker vindt ook het verschil in prijs van dien aard, dat, wanneer men inderdaad met dit materiaal goede woningen kan krijgen, hij het werkelijk van belang acht om de gelegenheid daartoe niet ongebruikt te laten in de toekomst. Hij meent echter ook dat nu een proef op zoo groote schaal wel wat heel moeilijk is. Spreker heeft toevallig bij zich een nummer van het Handelsblad, waarin een artikel staat over den nieuw-woningbouw te Amsterdam en waar de directeur van gemeentewerken, de heer Keppler, zijn oordeel uitspreekt over een soortgelijke steensoort, al is deze dan ook fan eenigszins ander materiaal. Met die steen zullen proeven worden genomen door daarvan een 20 a 25 woningen te bouwen. Dit geldt echter voor Amsterdam, en dan vindt spreker een aantal van 52 woningen als proef voor Leeuwarden geweldig groot. Spreker zou er zich wel mee kunnen vereenigen als men die proef beperkte tot 3 of 5 woningen. De heer Berghuis (wethouder) wil, omdat hier telkens van een „proef" wordt gesproken, opmerken dat proeven met de steen al reeds genomen zijn. Er is al mee gebouwd, men behoeft dus hier ook geen nieuwe proeven meer te nemen. Spreker meent dat de gebouwen, die de commissie heeft gezien, al een aantal jaren gestaan hebben. De heer 0. F. de Vries (wethouder): Ze hebben een paar jaar gestaan. De heer Fransen heeft gehoord dat de wethouder van openbare werken heelt gezegd, dat de buitenmuren bestaan uit 3 muren met 2 spouwen. De heer 0. F. de Vries (wethouder): Drie wanden! De heer FransenDrie wanden met twee spouwen dan. Maar nu het materiaal zelf! Als de heeren het hebben gezien 't is, om het maar platweg uit te drukken, bocht. Als men met dien rommel gaat bouwen zal de zuinigheid de wijsheid bedriegen. Spreker wil heel graag meewerken om zoo goedkoop mogelijk te bouwen, maar dit avontuur is hem te groot. In Duitschland gaat het misschien nog om met deze steen te bouwen, maar om dat in ons vochtig klimaat te doen, daarvoor wil spreker den Raad waarschuwen. De buitenmuur wordt geportland zegt de wethouder, maar als dat ook niet gebeurt, waait men ook uit de kamers weg. Wat in Amsterdam wordt onderzocht, zooals de heer Oosterhoff juist mededeelde, is nog vrij wat beter dan ditdaar gebruikt men beton, terwijl dit is beschuit heeft spreker 't zoo pas genoemd en dat is de kwaliteit ook zoo ongeveer. Spreker waarschuwt nogmaals dat de zuinigheid hier de wijs heid zal bedriegen. Alhoewel hij graag zuinig mee wil zijn, durft hij hiervan de verantwoording niet dragen. De heer Lautenbach zegt dat hij niet dan met schroom het woord vraagt omdat hij allerminst deskundige is. Dezen morgen probeerde echter iemand met een zak mes in de steen te boren en dat ging zoo goed dat spreker tot de conclusie kwam dat een van onze bel hamels in een goed uur zoo'n muur doorboord heeft. Spreker schrok er van. 't Is rommel! De Voorzitter: Doet een van de leden een voorstel? De heer Fransen wil dan voorstellen bij wijze van proef 2 woningen met dit soort steen te bouwen en de andere woningen verder op de gewone wijze af te bouwen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1920 | | pagina 10