450 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 30 November 1920.
ning dit een zeer belangrijk punt is, dit voorstel aan
te houden, 't Is alweer hetzelfde spreker heeft geen
tijd gehad om de zaak te bestudeeren.
De Voorzitter Wordt dit voorstel ondersteund
De heer OosterhofF ondersteunt het voorstel-De Boer.
Met algemeene stemmen wordt besloten het voorstel
van Burgemeester on Wethouders aan te houden.
14. (Agenda no. 15). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot wijziging van het raadsbesluit d.d. 11
Mei/13 Juli 1920 betreffende uitgifte in erfpacht van
terrein aan den Harling er straatweg en het verleenen van
steun voor den bouw van 70 woningen aldaar aan de
Coöperatieve Vereeniging Woningbouw1'' (bijlage no. 57)
De beraadslagingen worden geopend.
De heer OosterhofF wenscht een vraag te doen. Dit
is een voorstel tot het doen bouwen van 70 burger
woningen door de Coöperatieve vereeniging „Woning
bouw". Nu heeft er een paar dagen geleden een op
roeping in de courant gestaan voor adspirant-Ieden
dier vereeniging. Spreker kent nu iemand die zich
als zoodanig had aangegeven en deze persoon stond
op no. 103 of 104, terwijl er slechts 63 woningen
beschikbaar zijn. Het feit, dat de advertentie is ge
plaatst, wijst er nu op, dat er reeds meer dan 40
adspirant-leden zijn afgevallen. De oorzaak daarvan
is dat de huren steeds in prijs stijgenspreker meent
dat de laagste huren eerst waren f 365.a 370.
en nu is de laagste huur al 508.Een menigte
personen, die zich oorspronkelijk hadden opgegeven,
hebben zich naar aanleiding van die hooge huurprijzen
terug getrokken.
Nu rijst bij spreker do vraag wanneer er aan derge
lijke woningen een zoo geringe behoefte bestaat, dat
er een oproep voor adspirant-leden in de krant moet
worden geplaatst, is het dan niet een gewaagde onder
neming om met een dergelijke vereeniging nog verder
in zee te gaan? Spreker meent dat er totaal slechts 63
woningen beschikbaar zijnde regeering neemt 1/10
gedeelte over, daarvoor moeten er dus 7 ter beschik
king zijn. De 104e aangifte is er al geweest, men doet
nu nog een oproep, dus is men met het aantal adspi
rant-leden al gekomen beneden de 63.
De heer Berghuis (wethouder) kan geen antwoord
hierop geven. Wat zal het college hiervan zeggen?
Dat moet de vereeniging weten.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt
met algemeene stemmen aangenomen.
15. Agenda no. 16). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot het verleenen van steun aan de woning
stichting „St. Josephvoor den bouw van 79 woningen
nabij den Oroningerstraatweg bijlage no. 58).
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
16. Agenda no. 17). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot het verleenen van steun aan de woning
stichting „Ons Belang" voor den bouw van 68 woningen
nabij den Oroningerstraatweg bijlage no. 59).
De beraadslagingen worden geopend.
De heer OosterhofF heeft zich bij de vorige voor
stellen tot woningbouw tegen het toestaan van de
benoodigde gelden niet verzet, omdat de zaak daarbij
al een zekere historie had en de Raad met deze ver-
eenigingen al min of meer ver in zee was gegaan,
waardoor men zich niet meer terug kan trekken. Hier
is echter een voorstel dat nog geheel nieuw is, de
Raad heeft daaromtrent nog geen enkelen stap gedaan,
zoodat hij nog geheel vrij is. Nu is bij spreker de
vraag gerezenIs werkelijk op het oogenblik deze
geweldige aanbouw van woningen nog wel noodig,
zijn we nog niet zoo ver dat er een moment moot
komen dat we dezen bouw moeten stop zetten en het
zoo verder eerst maar eens moeten aanzien? Een
van de wethouders schudt van „neen", maar spreker
zou dan graag van de tafel van Burgemeester en
Wethouders willen hooren hoever men nu reeds sedert
Januari gevorderd is. Toen is door den wethouder
meegedeeld dat er in 2 jaar tijds 1U00 woningen ge
bouwd moesten worden, of ongeveer 500 per jaar.
Spreker zou nu willen weten hoeveel er reeds ge
bouwd is of in aanbouw is en voor hoeveel woningen
het geld reeds is aangevraagd.
De heer IJ. de Vries heeft ook de vorige posten
zonder eenig bezwaar laten gaan en hij heeft tegen
dit punt ook geen ander bezwaar, dan dat deze post
wordt aangevraagd door de woningstichting „Ons
Belang". Als spreker goed is ingelicht, dan is deze
stichting opgericht door de onderofficiersvereeniging
„Ons Belang", met de bedoeling, dat er in de eerste
plaats gebouwd zal worden voor de onderofficieren,
in garnizoen te Leeuwarden. Waar het nu vrijwel
vast staat dat het garnizoen uit Leeuwarden zal ver
trekken, zoodat het misschien mogelijk is dat, als het
volgend jaar de woningen klaar zouden zijn, het gar
nizoen hier zou worden opgeheven, is het voor spreker
de vraag of het wel goed is zoo'n vereeniging, die
gezeteld is te Amersfoort en niet te Leeuwarden, een
zoo belangrijk crediet te verleenen. Mocht de Raad
hier al toe overgaan dan hoopt spreker, dat Burge
meester en Wethouders er aan hebben gedacht een
bepaling te maken, dat, zoodra het garnizoen hier
wordt opgeheven en dus de woningen niet meer noodig
zijn voor de onderofficieren, het college oogenblikko-
lijk maatregelen kan nemen om de woningen over te
nemen voor de gemeente. Spreker is voor dit voor
stel een beetje huiverig, juist omdat de woningstich
ting zetelt te Amersfoort. Als het in deze plaats
was zou hij er nog in mee kunnen gaan maar nu heeft
hij groot bezwaar. Hij meent dan ook dat Burge
meester en Wethouders voorloopig beter een afwach
tende houding konden aannemen.
De heer 0. F. de Vries (wethouder) kan, in ant
woord op de vraag van den heer Oosterhoff, wel zeggen
dat hij bij de vorige begrooting, toen hij een lijstje
van te stichten woningen heeft opgenoemd, ook daarbij
heeft gerekend de woningen van „Ons Belang". De
heer Oosterhoff vraagt verder of de nood zoo groot
nog is, dat deze woningen er bij moeten. Spreker
heeft toen gezegd dat er een tekort was van 1000
woningen en dat er, als de nood eenigszins gelenigd
zou worden vóór 1 Januari 1922, minstens 1000 wo
ningen moesten worden gebouwd, terwijl dan, om de
zaak bij te houden, volgens den inspecteur van het
woningtoezicht, er elk volgend jaar 235 woningen nog
bij gebouwd moesten worden. Het is hier met don
wpningnood al even ellendig als elders in de grootere
steden, de bouw schiet lang niet hard genoeg op.
Het is dan ook van groot belang dat deze woningen
wel worden gebouwd.
De heer IJ. de Vries heeft bezwaar tegen de ver
eeniging. „Ons Belang" is de landelijke vereeniging,
gesticht op initiatief van de onderofficiersvereeniging
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 80 November 1920. 451
„Ons Belang". Van de woningstichting „Ons Belang"
zijn echter zoowel burgers als militairen lid er zitten
zelfs evenveel burgers in als militairen. Er behoeft
dan ook heelemaal geen vrees te bestaan dat, als het
garnizoen hier al wordt opgeheven, de woningen on
bewoond znllen blijven of dat de vereeniging zal
worden opgedoekt. Dat zijn ten slotte ook zaken, die
men niet steeds vooruit kan zien ook bij andere wo-
ningvereenigingen kan zich de noodzakelijkheid voor
doen, dat de gemeente de woningen moet overnemen.
De heer OosterhofF moet tot zijn leedwezen zeggen
dat hij door het antwoord van Burgemeester en Wet
houders niet overtuigd is van zijn ongelijk. Het ant
woord, dat hij heeft ontvangen, is bijzonder vaag,
daarin is eenvoudig in algemeene termen gezegd dat
de nood nog zoo groot is dat men dit moet toestaan.
Spreker had gehoopt op cijfers, om daaraan eenig
houvast te hebben, maar in dit opzicht is hij teleur
gesteld. Hij heeft deze cijfers nu zelf uitgezocht en
deze wekken een geheel anderen indruk dan die, welke
door de mededeeling van de tafel van Burgemeester
en Wethouders is gewekt. Bij de behandeling der
begrooting voor dit jaar is van de tafel van het col-
lege gezegd dat er in 2 jaar tijd, n.l. vóór 1 Januari
1922, 1000 woningen moesten worden gebouwd en dat
daarna op normale wijze moest worden voortgegaan.
Spreker heeft dit getal vergeleken met wat door den
heer Thorn Prikker is medegedeeld aan het eind van
zijn woningrapport. Deze komt, allerlei omstandigheden
daarbij in aanmerking nemende, waaronder ook onbe
woonbaarverklaringen, tot een getal van 465 te bouwen
woningen per jaar dus iets lager dan het college;
volgens hem zou dit in 2 jaar 930 woningen zijn.
Die mededeelingen kloppen dus wel ongeveer met
elkaar. Dat zal dus wel ongeveer het getal woningen
zijn dat noodig is om aan den nood tegemoet te komen.
Nu heeft spreker vóór zich een lijstje van woningen
waarvoor gelden zijn aangevraagd en die reeds ge
bouwd of gedeeltelijk gebouwd zijn. De coöperatieve
vereeniging „Woningbouw" bouwt 70 middenstands
woningen; de gemeente aan den Groningerstraatweg
40 middenstandswoningen, Patrimonium 18 en 108
arbeiderswoningen, de gemeente aan den Groninger
straatweg 77 arbeiderswoningen.
De heer 0. F. de Vries (wethouder)Die 108 van
Patrimonium stonden er toen al.
De heer OosterhofFGoed, dan trek ik die er straks
af 't komt op eenige niet aan de woningvereeniging
„Leeuwarden" 63 arbeiderswoningende woning
stichting „St. Joseph" 79 arbeiderswoningen. Dat is
totaal 455 woningen, terwijl er grond gekocht is
voor woningen door de vereenigingen „Beter wonen"
en „Volkshuisvesting", de eene voor 120 en de andere
voor 409 woningen. Dat is dus alles big mekaar, als
men die 108 woningen er af laat, 876 woningen, waar
men nu mee bezig is, die er al gedeeltelijk staan of
waaraan nu nog begonnen moet worden.
De heer De BoerNiet in één jaar
De heer OosterhofFNiet in één jaar, maar we
hebben de mededeeling gehad dat er in 2 jaar 1000
moeten komen. Ik zou dus zeggen dat we met het
aantal te bouwen woningen al aardig op dreef zijn
op dit oogenblik. Laat men maar nagaan de mede
deelingen die door de deskundigen zijn gedaan, dan
is er volstrekt geen dringende noodzakelijkheid om
nog met bouwen door te gaan. Spreker blijft de vrees
koesteren dat men op den duur te veel woningen
krijgter zijn nu reeds een groot aantal bijgebouwd.
Men kan dan wel tot op zekere hoogte redeneeren
dat moeten de vereenigingen maar weten, maar ten
slotte is het toch de gemeente weer, die voor de
tekorten moet staan. En waar deze vereeniging hier
bovendien niet gevestigd is, zal spreker zijn stem
niet aan dit voorstel kunnefi geven.
De heer 0. F. de Vries (wethouder) begrijpt de
redeneering van den heer Oosterhoff heelemaal niet.
Na de mededeeling, die spreker bij de vorige begroo
ting heeft gedaan hij wil intusschen nog opmerken
dat die 63 woningen van de woningvereeniging
„Leeuwarden" toen al lang bewoond waren, dus die
moeten er ook nog af na dien tijd dan zijn er
nog slechts 100 woningen klaar gekomen, De gemeente
bouwt nu juist 40 middenstandswoningen, de 78
woningen der gemeente zullen binnenkort besteed
worden, dan zijn er plannen hangende van 79 woningen
van „St. Joseph", 68 van „Ons Belang" en 70 van
„Woningbouw", maar met dit al komt men lang niet
tot het getal van den heer Oosterhoff. Als men den
toestand goed beziet, moet men nu den bouw niet
gaan tegenhouden. Men moet ook niet vergeten dat,
als vandaag het plan hier wordt goedgevonden, het
altijd nog eenige maanden duurt, vóór de zaak in
Den Haag en door Gedeputeerde Staten is goedge
keurd. Het duurt dan altijd nog wel 3 a 4 maanden
vóór men met bouwen kan beginnen, zoodat, als
vandaag de zaak wordt goedgekeurd, de woningen
pas in Juli of Augustus van het volgend jaar klaar
kunnen zijn. Spreker weet dan ook niet aan welk
motief de heer Oosterhoff zijn tegenstand ontleent,
't Is wel jammer dit moet spreker den heer Oos
terhoff toegeven dat er niet een goede en nauw
keurige statistiek kan worden opgemaakt. Maar dit
is op het oogenblik onmogelijk. Met het thans in
aanbouw zijnde aantal woningen kan met het echter
per sé niet doen. Met een statistiek zal zoo spoedig
mogelijk worden begonnen.
De heer Tulp vraagt of het, waar de cijfers van
den Oosterhoff en die van wethouder De "Vries zoo
uiteenloopen, niet beter is, dit punt aan te houden
tot de Raad over de officieeie cijfers beschikt. Volgens
de cijfers van den heer Oosterhoft zijn we er bijna
om dan nog maar door te gaan met bouwen, daar is
het geld toch ook te duur voor. Maar volgens wet
houder De Vries zijn we er nog lang niet. Wie heeft
nu gelijk De heer Oosterhoff heeft toch ook de zaak
bestudeerd.
De heer De Boer vindt het jammer dat men niet
kan beschikken over cijfer- en feitenmateriaal, om
daarmee precies aan te geven hoe de toeBtand is.
Spreker weet niet of sommige heeren ook persoonlijk
eens een zitting van de huurcommissie hebben bijge
woond, anders zouden ze daar tot de conclusie zijn
gekomen, dat het gewoonlijk ondoenlijk is om de
menschen uit de woningen te krijgen Er zijn steeds
massa's aanvragen tot uitzetting van de bewoners uit
de huizen een teeken dat de woningnood nog lang
niet geweken is. Een andere vraag is het echter aan
welk soort van woningen de grootste behoefte bestaat.
Daarom was het goed dat er een nauwkeurige statis
tiek bestond.
Spreker wil er in dit verband nog even aan her
inneren dat het vorige jaar bij de begrooting een
voorstel van hem e. a. tot het doen instellen van een
gemeentelijk statistisch bureau, in handen is gesteld
van Burgemeester en Wethouders om prae-advies.
Dit prae-advies is er nog Bteeds niet. Spreker hoopt
dat het spoedig komt.
De heer OosterhofF vraagt nog even het woord naar
aanleiding van wat de heer de Boer heeft gezegd.
Dit kan eenigen indruk hebben gemaakt bij de andere