J 2. H. P. A. van Hasselt, candidaat in de klassieke
letteren te 's Gravenhage.
242 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Augustus 1921.
verlangen dat zij zich alle afspraken of condities maar
op een gegeven moment zullen herinneren. Indien het
is, zooals de heer Jansen zegt, dan is dat heel gemak
kelijk na te gaan en daarom is prae-advies wel ge-
wenscht.
De heer Dijkstra (wethouder) merkt op dat hij thans
ook met de reiniging in aanraking komt en wenscht nu
in het bijzonder naar aanleiding van de opmerking van
den heer Jansen te zeggen, dat dit niets anders zijn dan
praatjes. In het college van Burgemeester en Wethou
ders spreker kan daaromtrent stellig de verzekering
geven en de Secretaris bevestigt dit ook is hiervan
niets bekend. Spreker zou niet willen beweren dat de
vorige directeur van gemeentewerken en Van Kampen
hierover niet hebben gesproken; deze kunnen dat wel
zoo hebben bepraat, maar het college weet daar niets
van. De zaak is niet beschreven en staat als zoodanig
niet vast. Wel staat vast dat, toen de boot aan de ge
meente is verkocht, Van Kampen in tijdelijken dienst der
gemeente is genomen. Nu de boot weer verkocht is
raakt, als gevolg daarvan, Van Kampen zonder betrek
king. Hij is reeds een man op jaren, men zal hem dus
op de eene of andere manier tegemoet moeten komen.
Spreker wil echter hier niet op vooruitloopen. 't Is hier
een geval van moeilijken aard, maar dit is niet het
eenige. Bij dergelijke gevallen is altijd de eerste moei
lijkheid dat men te doen heeft men een man op leeftijd.
Heeft men een zoodanig geval bij een jongen man dan
is er nog wel een andere plaats voor hem beschikbaar.
Die weg is hier echter niet mogelijk.
De heer Jansen heeft het geval ook niet ter sprake
gebracht, opdat Burgemeester en Wethouders prae-ad
vies zouden geven, maar hij heeft alleen willen toonen
hoe het verloop van de zaak is geweest. De heer Dijkstra
heeft al opgemeerkt dat Van Kampen een man op leef
tijd is. Spreker wil in dit geval van den heer Dijkstra
gaarne aannemen dat het college niets van de belofte
afweet, maar Van Kampen heeft aan spreker stellig de
verzekering gegeven dat het zoo wèl is gebeurd.
De Voorzitter merkt op dat Van Kampen in tijdelijken
dienst was en dat het college alle menschen, die tijdelijk
bij de gemeente werkzaam zijn, mag ontslaan, wanneer
ze slechts tijdig worden opgezegd. De bedoelde toezeg
ging is aan het college niet bekend en spreker gelooft
ook niet dat in het adres staat, dat die toezegging is
gedaan. Zoo ja, dan acht spreker het toch voldoende
dat het adres ter afdoening gaat naar Burgemeester en
Wethouders, waarbij dezen dan rekening zullen houden
met hetgeen heden in den Raad is besproken.
De heer Lautenbach acht het, nu de wethouder zelf
de onderstelling maakt dat het wel mogelijk is dat er
een afspraak is gemaakt tusschen den directeur en Van
Kampen, niet van belang ontbloot dat het adres om
prae-advies wordt gezonden. De directeur leeft nog en
woont hier, dus kan men een onderzoek instellen. Er
is niet de minste reden om geen prae-advies te geven.
Als de zaak dan is zooals Burgemeester en Wethouders
zeggen, welnu, fiat dan.
De heer Dijkstra (wethouder) wil antwoorden dat
Burgemeester en Wethouders ook in die richting hun
onderzoek zullen uitstrekken. Spreker wil er nog aan
toevoegen de Raad moge dan zoo bijzonder op prae-
advies gesteld zijn, wat spreker betrekkelijk koud laat
dat hij persoonlijk en ook het college de meest schappe
lijke houding tegenover Van Kampen wenscht aan te
nemen, wat er ook van de kwestie bekend wordt. Meer
kan het college toch niet zeggen, dat het voor Van
Kampen wenscht te doen wat het billijk acht.
De Voorzitter: Doet de heer Lautenbach een voorstel
om het adres om prae-advies te zenden naar Burgemees
ter en Wethouders?
De heer Lautenbach: Ja.
De Voorzitter: Wordt dit voorstel ondersteund?
De heer Fransen: Ja.
De Voorzitter deelt mede dat Burgemeester en Wet
houders het voorstel overnemen.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het adres sub 7 wordt in handen van Burgemeester
en Wethouders gesteld om prae-advies.
De heer Berghuis is intusschen ter vergadering ver
schenen.
8. adres van het Centraal Comité voor uitzending
van kinderen naar buiten om voor 1922 weder een
subsidie uit de gemeentekas toe te kennen.
Zal worden behandeld bij de begrooting voor 1922.
9. adres van den Christelijken Besturenbond betref
fende het treffen van een steunregeling voor uitge
trokken leden der werkloozenkassen, enz.
Wordt bij de desbetreffende stukken gevoegd.
10. adres van F. Rommerts e. a. om niet over te
gaan tot invoering van een zakelijke bedrijfsbelasting
in deze gemeente;
11. schrijven van de Algemeene Winkeliers-, Industrie-
en Handelsvereeniging te Leeuwarden tegen de invoe
ring van deze belasting.
12. schrijven van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken om niet over te gaan tot de invoering van
een zakelijke belasting op het bedrijf.
De stukken sub 1012 worden gevoegd bij die
welke onder punt 22 der agenda voor heden aan de
orde zijn gesteld.
13. adres van de afdeeling Leeuwarden van den
Bond van Nederl. Onderwijzers, waarbij wordt aan
gedrongen op een spoedige salarisherziening van de
vakonderwijzers in de gymnastiek.
Wordt voorgesteld dit adres bij de desbetreffende
stukken te voegen.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer De Boer zal hiertegen geen bezwaar maken,
als de zaak niet al te lang in handen van Burgemeester
en Wethouders blijft. Ze is al een heelen tijd onderweg,
spreker gelooft wel al een paar jaar. De gymnastiek-
onderwijzers willen ook wel eens een beetje verbetering.
De Voorzitter kan antwoorden dat hij èn den afge
vaardigde van den Bond èn den belanghebbenden lee
raren, die hierover bij hem zijn geweest, heeft toegezegd,
dat hij zoo spoedig mogelijk deze zaak in behandeling
zal nemen. Daarom verwondert het spreker wel eenigs-
zins dat dit adres is ingestuurd. De heer De Boer voelt
dus wel dat het geen jaren meer duren zal.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het adres wordt bij de desbetreffende stukken ge
voegd.
14. adres van W. D. Jansen e. a. om op het einde
van de Bleekerstraat een lantaarn te plaatsen.
Wordt ter afdoening in handen gesteld van Burge
meester en Wethouders.
15. schrijven van curatoren van het gymnasium om
aan den leeraar in de oude talen aan die inrichting dr.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Augustus 1921. 243
B. A. van Groningen met ingang van 13 September 1921,
nadat aan dr. W. H. C. van Esveld eervol ontslag zal
zijn verleend als conrector aan het gymnasium, die be
trekking op te dragen.
16. schrijven van dat college waarbij wordt aan
bevolen voor de benoeming van een leeraar in de oude
talen voor den tijd van zes maanden (vacature van Es
veld)
1. mej. C. M. Ribbink, candidate in de klassieke
letteren te Rotterdam;
2. H. P. A. van Hasselt, candidaat in de klassieke
letteren te 's Gravenhage.
17. schrijven van dat college, waarbij voor een
tijdelijke benoeming tot leeraar in de oude talen, vaca
ture mej. Bloemen, worden aanbevolen:
1. H. A. Teuwisse, candidaat in de oude talen, lee
raar aan het Gereformeerd gymnasium te Amsterdam;
De punten sub 1517 hebben ter visie gelegen om
nog heden te worden behandeld.
18. dat Burgemeester en Wethouders:
a. bij openbare inschrijving hebben:
gegund de levering van 250 H.L. inlandsche haver
ten dienste van de gemeentereiniging aan B. Wiebenga
Jr. alhier voor 13.95 per 100 K.G.;
verkocht ingevolge 's Raads machtiging van 28 Juni
1.1. de navolgende schepen der gemeentereiniging:
de sleepboot „Nautilus" aan gebroeders Westerbeek
te Harlingen voor 6026.
drie onderlossers aan K. Schoonboom te Voorburg
voor 3220.in totaal;
een bakpraam aan W. Zwolsman te Workum voor
857.—;
terwijl een andere bakpraam door het bedrijf der ge
meentewerken is overgenomen voor de hoogst inge
schreven som van 857.
b. hebben benoemd tot leden der Commissie voor
de Beurs en de Waag de heeren: K. Anema, R. Buisman,
T. Hoogslag en J. R. Yetsinga te Leeuwarden en P. Sin-
nema te Dronrijp.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
III. Wordt ter tafel gebracht:
1. Aanbeveling van Burgemeester en Wethouders
voor de benoeming van een tijdelijk directeur der ge
meentelijke drinkwaterleiding:
F. C. W. J. P. Soeters, thans directeur der Leeuwar
der Waterleiding-Maatschappij.
2. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om
mej. T. A. M. Stoett, onderwijzeres in de nuttige en
fraaie handwerken aan de tegenwoordige gemeente
school no. 4, over te plaatsen naar de te openen school
voor uitgebreid lager onderwijs.
3. Voorstellen van Burgemeester en Wethouders om
op verzoek eervol ontslag te verleenen:
a. aan mej. J. M. L. W. Zelle, als onderwijzeres aan
gemeenteschool no. 1
b. aan mej. A. Westra, als onderwijzeres aan ge
meenteschool no. 8;
c. aan H. v. d.' Heide, als onderwijzer aan gemeen
teschool no. 12;
d. aan C. Andriesse, als onderwijzer aan gemeente
school no. 12;
e. aan mej. E. Steinvoorte, als onderwijzeres in de
I nuttige handwerken aan gemeenteschool no. 5;
aan J. van Willigenburg, als leeraar in het hand-
teekenen aan de Burgeravondschool;
g. aan H. Annema, als directeur-leeraar en S. Sier-
sema, als leeraar aan de Middelbare Avondhandels
school.
4. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op
het beroepschrift van K. Kuperus te Menaldum, inzake
de hem geweigerde vergunning tot het bouwen van een
woonhuis aan den Harlingerstraatweg N.Z.
5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het instellen van een rechtsvordering tegen S. Kooistra,
wegens wanbetaling van aan het gemeentelijk electri-
citeitbedrijf verschuldigde gelden.
6. Alsvoren tot onderhandschen verkoop van het
aakschip der gemeentereiniging ,,Uz Heit".
7. Alsvoren om hun een crediet te verleenen voor
het leggen van een 10.000 volt electrischen stroomkabel
en in verband daarmede hen te machtigen tot aanvulling
van de stroomleveringsovereenkomst met de provincie.
8 Alsvoren om hun een crediet te verleenen voor de
verbouwing van het kantoor voor den telegraafdienst
op de Veemarkt.
9. Alsvoren om hun een crediet te verleenen voor
den bouw van een noodwoning voor den stalbaas op
het terrein der gemeentereiniging.
10. Alsvoren om goed te keuren den aankoop in
openbare veiling van de woningen aan de Krimp (Weer
klank) nos. 7 en 9.
11. Alsvoren om, met opheffing van de commissie
voor de gemeentelijke lichtfabrieken, in te stellen een
raadscommissie van bijstand voor de gemeentelijke
waterleiding en lichtbedrijven, met vaststelling van de
daarbij in ontwerp overgelegde verordening (bijlage no.
45).
12. Alsvoren om voorloopig de bepalingen van de
thans geldende verordeningen voor het openbaar lager
onderwijs, voorzoover die betrekking hebben op de op
geheven scholen der vierde klasse, op de school voor
uitgebreid lager onderwijs van toepassing te verklaren.
13. Het 6e suppletoir kohier van de plaatselijke di
recte belasting naar het inkomen, dienst 1919, het 3e
idem, dienst 1920 en 4e gedeelte van het primitief kohier
van die belasting, dienst 1921.
De punten sub 113 hebben ter visie gelegen om
nog heden te worden behandeld.
14. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
voortzetting der verhuring van de schietbaan aan het
Rijk.
15. Alsvoren om hun een crediet te verleenen voor
de uitbreiding van de magazijnruimte bij het kantoor
van het gemeentelijk electriciteitbedrijf.
16. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders
op het adres der bouwvereeniging „Beter wonen" te
Leeuwarden om vergunning tot demping en rioleering
van de slooten, welke hare terreinen ten zuiden van het
Cambuursterpad begrenzen.
17. Alsvoren op het adres van de afdeeling Leeu
warden van den Nederlandschen Federatieven Bond van
Personeel in openbaren dienst om artikel 59 van het
Werkliedenreglement te laten vervallen.
18. Alsvoren op het beroep, ingesteld door E. Vliet-
stra, tegen de hem verleende ontheffing op zijn aanslag
in de plaatselijke directe belasting naar het inkomen,
dienst 1920, wegens vertrek uit de gemeente.
De punten sub 1418 zullen in een volgende ver
gadering worden behandeld.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de voor
heden op den oproepingsbrief vermelde punten.
1. (Agenda no. 2). Benoeming van eene leerares
in de Duitsche taal en letterkunde aan de school voor
M. O. voor meisjes, wegens het verstrijken van den
termijn, waarvoor mej. G. H. Albers alszoodanig een
tijdelijke opdracht werd verstrekt.
Met algemeene stemmen wordt benoemd mej. G. H.
Albers.
2. (Agenda no. 3). Voorstel van Curatoren van
het gymnasium om aan dr. W. H. C. van Esveld op
zijn verzoek eervol ontslag te verleenen als leeraar,
tevens conrector aan het gymnasium.