tagaitatog van Dinsdag 23 Mei 1922.
Bv«r
152 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 9 Mei 1922.
De heer Tulp (wethouder)Ik wil mede namens den
heer Berghuis verklaren dat wij als wethouders gaarne
hebben medegewerkt tot een voorstel-georganiseerd
overleg, zooals dit door Burgemeester en Wethouders
is aangeboden. Maar nu daarin verandering is aange
bracht en er dwang zal worden uitgeoefend, kunnen
wij ons daarmee niet meer vereenigen en daarom zullen
wij tegen stemmen.
De heer Visser: Ik had ook bezwaar tegen dat artikel,
maar ik heb geen bezwaar tegen de heele verordening.
De heer De Boer: Daar spreekt weer de arbeider uit!
De beraadslagingen worden gesloten.
De geheele verordening, zooals die nader is gewij
zigd, wordt met 17 tegen 7 stemmen aangenomen.
Vóór stemmen: de heeren Lautenbach, M. Molenaar,
Koopal, Tiemersma, Dijstra, Van der Werff, Visser,
mevrouw BuismanBlok Wijbrandi, de heeren De
Boer, Muller, Dijkstra, Jansen, Zandstra, Westra, IJ. de
Vries, B. Molenaar en O. F. de Vries.
Tegen stemmen: de heeren Oosterhoff, Fransen, Tulp,
Berghuis, De Vos, Cohen en Van Weideren baron
Rengers.
Ontwerp II wordt met algemeene stemmen aange
nomen.
Ten opzichte van de motie-Muller, ingediend in de
vergadering van 8 November 1921, wordt overgegaan
tot de orde van den dag.
Niets meer te behandelen zijnde, wordt de vergade
ring door den Voorzitter gesloten.
t
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Mei 1922. 153
Tegenwoordig alle leden.
Voorzitter de heer jhr. Mr. J. M. van Beyma,
Burgemeester.
I. De notulen der vergadering van 14 Maart 1922
worden onveranderd vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld:
1. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd:
de raadsbesluiten d.d. 25 April 1.1. betreffende aan
wijzing van het gebouw der voormalige burgerdag- en
avondschool voor het onderbrengen van leerlingen van
gemeentescholen nos. 10a en 10b, onderhandsche aan
besteding van het aanbrengen eener electrische ver
lichting c.a. in het beurs- en waaggebouw aan K. A.
Niermeijer alhier, onderhandsche verhuring van het
winkelhuis Wirdumerdijk no. 1 aan H. van der Veen,
onderhandsche verhuring van een terrein aan den Snee-
kertrekweg aan K. Hoogland, wijziging van een der
voorwaarden voor den verkoop van een terrein aan
het Nieuwe Kanaal en de Tijnjestraat aan M. en J. Kui
pers, de gemeente-begrooting, dienst 1922, zooals die
bij raadsbesluiten van 27 December 1921, 17 Januari
1922 en 11 April d.a.v. is gewijzigd.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
2. verslagen van bezoeken, ingevolge artikel 179,
letter t der Gemeentewet, door Burgemeester en Wet
houders gebracht aan het Stads-Armhuis en het Nieuwe
Stadsweeshuis.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer M, Molenaar: Bij het lezen van deze stukken
heeft mij getroffen de uitdrukking: „Het is duidelijk dat
ook aan dit gebouw de tand des tijds zijn sporen heeft
achtergelaten".
Is dat een onheilspellende uitdrukking of valt het wat
mee?
De Voorzitter: Wij hebben wel duidelijk gezien het
nieuwe gedeelte laat ik er buiten dat het oude ge
deelte een heel oud gebouw is en dat waarschijnlijk
onder den invloed van den oorlog, doordat de onder
houdskosten te duur waren, is nagelaten om de zaak te
maken, zooals het eigenlijk moest. De bedoeling be
grijpt U; het gebouw heeft dezen indruk op ons ge
maakt, wel niet dat het zal omvallen, maar dat het
is een oud gebouw. Vooral ten opzichte van de slaap
zalen kan men duidelijk het verschil zien tusschen het
oude en het nieuwe gebouw. Ook de voogd wees ons
daarop. Dat is de bedoeling van deze uitdrukking ge
weest.
De heer M. Molenaar In beide stukken stond dat
tijdens Uw bezoek de bewoners der gebouwen afwezig
waren. Was het, wat dat betreft, niet beter, de bezoeken
af te leggen op tijdstippen, dat de bewoners wèl aan
wezig zijn, opdat dezen ook persoonlijk kunnen worden
ondervraagd?
De Voorzitter Het heeft ons ook gefrappeerd dat
toevallig in beide inrichtingen niemand aanwezig was.
Wij hadden er niet aan gedacht dat het juist school
vacantie was. De schoollokalen waren leeg, het was
prachtig weer, een warme dag, en waar het dus niet
alleen een vacantiedag, maar ook een uitgaansdag was,
was ieder uit. Zoodoende is de indruk, dien wij kregen,
een leege indruk geweest. Ik geloof ook wel dat het
beter is dat er een volgenden keer aan wordt gedacht
om te komen als de bewoners aanwezig zijn. Maar wij
merkten hun afwezigheid pas, toen we er waren en toen
konden we toch moeilijk zeggen: nu draaien we maar
weer om, nu er niemand is.
De beraadslagingen worden gesloten.
De verslagen sub 2 worden voor kennisgeving aan
genomen.
3. bericht van Th. van der Meuten dat hij wegens
vertrek ontslag vraagt als lid der commissie van admi
nistratie der Stads Bank van Leening.
Wordt conform het verzoek eervol ontslag verleend,
onder dankbetuiging voor de in die betrekking aan de
gemeente bewezen diensten.
4. adres van het bestuur der afdeeling Leeuwarden
van den Nederlandschen Bond van leeraren en leerares-
sen bij het nijverheidsonderwijs om spoedig hun adres
te behandelen betreffende volledige betaling aan het
onderwijzend personeel aan particuliere nijverheidsscho
len van het achterstallig salaris.
Wordt gevoegd bij de stukken die onder punt 5 der
agenda voor heden aan de orde zijn gesteld.
5. adres van de afdeeling Leeuwarden van den Bond
van Nederlandsche Onderwijzers om het lid der Com
missie van toezicht op het lager onderwijs, den heer
rnr. C. W. Stheeman, daarin aangewezen als ouder van
een leerling der openbare lagere school, van dat lidmaat
schap te ontheffen, aangezien hij een actie is gaan voe
ren tot het stichten van een bijzondere school.
Burgemeester en Wethouders stellen voor dit adres
voor kennisgeving aan te nemen, onder opmerking dat
de heer Stheeman zijn hoedanigheid, krachtens welke
hij in de commissie zitting heeft, niet heeft verloren.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer De Boer: lk zou willen voorstellen dat deze
zaak een keer wordt aangehouden, opdat de raadsleden
en Burgemeester en Wethouders in de gelegenheid zul
len zijn hun gedachten daarover eens te laten gaan.
De Voorzitter: Ik denk er zoo over. Als het kind van
den heer Stheeman komt op een bijzondere lagere
school, dan is het volkomen waar dat, waar de heer
Stheeman in de commissie is gekozen als ouder van een
kind van een openbare lagere school, zulks dan niet
meer geldt. Maar zoolang zijn kind nog gaat naar de
openbare lagere school, kan men moeilijk zeggen dat
de heer Stheeman zijn kwaliteit als lid of voorzitter der
commissie heeft verloren.
De heer De Boer: Aten kan hem verzoeken om af te
treden.
De Voorzitter: Dat is een tweede kwestie. Dat kan
men altijd doen. Maar hier wordt gevraagd of de Raad
hem van zijn lidmaatschap wil ontheffen. Spreker ver
zoekt den Secretaris lecture te doen van het adres, om
dat dit niet ter visie heeft gelegen. Dan weten de leden
precies wat er in staat.
De Secretaris doet lecture van het adres.
De Voorzitter vraagt of het voorstel-De Boer tot aan
houding van de beslissing op het adres sub 5, wordt
ondersteund.
Dit blijkt wel het geval te zijn.