Vergadering van Dinsdag 22 Rugustus 1922.
220 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 Juli 1922.
die werkloos is. Laat men dat los, dan is het armenzorg
en dan behoort het ook onder de Armenkamer.
De heer De Vos spijt het, dat hij niet mee kan gaan
met de wijziging van Burgemeester en Wethouders. De
kwestie is niet, dat hij den menschen niet een loop naar
de Armenkamer zou willen besparen, als dit mogelijk
was, maar hij gelooft dat, wat de Burgemeester als zijn
persoonlijke meening heeft geschreven in een nota, die
bij de stukken lag, juist is. Die meening is dat dit voor
stel in strijd is met artikel 28 der Armenwet en waar
spreker er van overtuigd is dat die meening volkomen
juist is, kan hij zich ook niet met dit nieuwe voorstel
vereenigen op grond van strijd met de Armenwet.
Mevrouw BuismanBlok Wijbrandi kan ook niet met
deze wijziging meegaan, omdat het voor haar vaststaat,
dat de Armenkamer het lichaam is, dat het allerbeste
controle kan uitoefenen.
De heer O. F. de Vries (wethouder) wil alleen even
terug komen op hetgeen de heer De Vos naar aanleiding
van de nota van den Burgemeester heeft gezegd. De
heer De Vos heeft de opmerking gemaakt dat hij ook
van meening is dat hier strijd is met de Armenwet.
Spreker wil dat niet heelemaal betwisten. Maar het
schijnt dat men daar in den laatsten tijd ook in Den
Haag van af is geweken. Bij de stukken is ook over
gelegd een advies van de commissie voor de werkloos
heidsverzekering, waarin wordt gezegd, dat deze steun
of uitkeering alle typische kenmerken van de werkloo-
zenverzekering mist. Spreker is het daarmee volkomen
eens. Maar men moet niet vergeten, dat de steunregeling
voor crisis-werkloozen, bij ministerieele circulaire vast
gesteld, ook heelemaal die typische kenmerken mist en
ook buiten de Armenwet om gaat. Als dan ook deze
regeling, die thans voor den Raad ligt, in strijd is met
de Armenwet, dan is ook de regeling, voor de sigaren
makers in Leeuwarden en voor de werkloozen uit andere
vakken in verschillende andere plaatsen getroffen, in
strijd met de Armenwet. Spreker zou dus op grond hier
van zeggen dat, waar het Rijk zelf hierin voorgaat, dit
geen bezwaar kan zijn voor deze regeling.
De heer Oosterhoff wil nog een vraag doen. Hij meent
zich te herinneren dat bij de stukken een schrijven lag
van het bestuur van de Arbeidsbeurs, waarin zich dat
bestuur vrij krachtig verzette tegen een uitbetaling door
de Arbeidsbeurs. Heeft het college nu de zekerheid dat
bij de getroffen regeling de uitbetaling toch kan geschie
den door de Arbeidsbeurs?
De heer O. F. de Vries (wethouder) zegt dat dit
misschien een misverstand is van den heer Oosterhoff.
Het vorige voorstel behelsde dat onderzocht zou worden
door de Armenkamer, wie ondersteuning toekwam en
dat die ondersteuning zou worden uitbetaald door de
Arbeidsbeurs. Nu was er in het college verschil van
meening over, wat er werd bedoeld met „Arbeidsbeurs".
Dat kon de heele instelling, maar ook de commissie
zijn. Nu hebben Burgemeester en Wethouders later
gezegd: er moet tóch een commissie zijn, laten we dan
de commissie voor de Arbeidsbeurs vragen of zij het
op zich wil nemen. En het is naar aanleiding van die
vraag geweest, dat de commissie voor de Arbeidsbeurs
zich hiertegen heeft verzet en heeft gezegd dat het niet
tot haar taak behoorde.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders sub a
wordt met algemeene stemmen aangenomen.
Aan de orde is het voorstel sub b 1.
De heer IJ. de Vries vraagt hoe dit voorstel thans
luidt.
De Voorzitter doet daarvan lecture.
De heer IJ. de Vries wil dan een vraag doen. Dat be-
teekent dus feitelijk dat er door de gemeente absoluut
geen controle meer zal worden uitgeoefend, dat het
totaal over de organisaties gaat?
De heer De Boer: Dit is 't zelfde als wat Uw fractie
voorstelt!
De heer IJ. de Vries: Neen, dit is 't voorstel van den
heer Lautenbach. Onze fractie werkt zooveel niet samen
als U meent.
Spreker is er een groot voorstander van dat de orga
nisaties er mede in gekend worden, maar dat er abso
luut geen controle zal zijn van gemeentewege, daar
huivert hij wel eenigszins voor.
De heer O .F. de Vries (wethouder) kan de vraag
heel kort beantwoorden. Het is wel de bedoeling van
Burgemeester en Wethouders dat er wel degelijk con
trole zal worden uitgeoefend als het noodig is, n.l. door
de commissie.
De Voorzitter wil er nog op wijzen dat waar staat
onder b 1 voor ongehuwden, niet bij de ouders
inwonende, op 70 van de werkloozenuitkeering of
1.75 per dag of 9.50 per week, dit laatste
bedrag moet wezen 10.50.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders sub b 1
wordt met 14 tegen 5 stemmen aangenomen.
Vóór stemmen: de heeren Dijkstra, Van der Werff,
Tiemersma, M. Molenaar, Tulp, Koopal, O. F. de Vries,
Collet, De Boer, Berghuis, Westra, B. Molenaar, Muller
en IJ. de Vries.
Tegen stemmen: de heeren De Vos, Van Weideren
baron Rengers, mevrouw BuismanBlok Wijbrandi,
de heeren Oosterhoff en Cohen.
De overige punten van het voorstel van Burgemeester
en Wethouders worden met algemeene stemmen aan
genomen.
De Voorzitter stelt thans aan de orde:
V. Benoeming van een onderwijzer(es) aan ge
meenteschool no. 6a (vacature R. J. Sipkens) (mede-
deelingen sub 7c).
Wordt benoemd E. van der Bos, te Oude-Pekela, met
18 stemmen en 1 stem op mej. M. van Borssum Waalkes.
Niets meer te behandelen zijnde, wordt de vergade
ring door den Voorzitter gesloten.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 22 Augustus 1922. 221
Tegenwoordig 20 leden, te weten: de heeren Visser,
Van der Werff, Dijkstra, mevrouw BuismanBlok Wij
brandi, de heeren Tiemersma, Zandstra, Koopal, Van
Weideren baron Rengers, Tulp, Lautenbach, Fransen,
O. F. de Vries, IJ. de Vries, M. Molenaar, De Boer, De
Vos, Muller, Jansen, Berghuis en Westra.
Afwezig 5 leden, waarvan met kennisgeving de heeren
Cohen, B. Molenaar en Collet, zonder kennisgeving de
heeren Dijstra en Oosterhoff.
Voorzitter de heer Jhr. Mr. J. M. van Beyma,
Burgemeester.
1. Wordt medegedeeld:
1. dankbetuiging namens H. M. de Koninging-Moe-
der voor de op 2 Augustus ontvangen gelukwenschen.
2. dat Gedeputeerde Staten:
a. hebben goedgekeurd de raadsbesluiten d.d. 13
Juni 1.1. tot vaststelling van een verordening op den keu
ringsdienst van vee en vleesch en van instructies voor
den keuringsveearts, de hulpkeurmeesters en de ambte
naren die met de herkeuring zijn belast, d.d. 27 Juni 1.1.
tot wijziging der gemeentebegrooting dienst 1921, d.d.
11 Juli 1.1. tot het verleenen van garantie voor de terug
betaling van gelden, opgenomen door de woningstich
ting „St. Joseph" voor de uitvoering van den bouw van
19 woningen en d.d. 25 Juli 1.1. tot het instellen van een
rechtsvordering tegen B. H. Kerkhof tot ontruiming van
het perceel St. Jacobsstraat no. 33, om met A. en S. J.
van der Noord en mej. dewed. K. van der MadeZandstra
en F. van der Made een overeenkomst aan te gaan om
trent het eigendomsrecht der gemeente op grond aan
de Oosterkade en tot onderhandsche verhuring van een
bleekveld aan Oldegalileën aan A. J. Ponjee;
b. de ontvangst hebben bericht van het raadsbesluit
d.d. 13 Juni 1.1. tot wijziging van de verordening op de
marktpolitie.
c. hebben medegedeeld dat bij Koninklijk besluit van
2 Augustus 1.1. no. 10100 zijn goedgekeurd de raadsbe
sluiten d.d. 14 Februari 1.1. tot wijziging der verorde
ningen op de heffing van een bijzondere belasting we
gens den aanleg van een riool respectievelijk in de
Spoorstraat, den Harlingerstraatweg en den Stieneerweg.
De punten sub 1 en 2 worden voor kennisgeving
aangenomen.
3. beschikkingen van de Ministers van Arbeid en
Financiën, waarbij aan de gemeente voorschotten zijn
toegekend:
o. ten behoeve van de woningstichting „St. Joseph"
resp. van 10,250.— voor het verkrijgen van bouw
terrein en 74,219.voor den bouw van 19 arbeiders
woningen, onder toekenning van een jaarlijkscbe bijdrage
in de betaling der annuïteit van laatstbedoeld voorschot
tot een maximum van 1149.56;
b. ten behoeve der Vereeniging voor Volkshuisves
ting resp. van 18,360.ten behoeve van het verkrijgen
van bouwterrein en van 79,500.voor den bouw van
20 arbeiderswoningen, onder toekenning van een jaar-
lijksche bijdrage in de betaling der annuïteit van laatst
bedoeld voorschot tot een maximum van 1379.85.
Wordt voorgesteld te besluiten deze voorschotten op
de gestelde voorwaarden te aanvaarden.
De beraadslagingen worden geopend.
Den heer M. Molenaar is het opgevallen dat „St.
Joseph" voor haar voorschot een rente van 5 moet
betalen, terwijl „Volkshuisvesting" moet betalen 6
Kan het college ook inlichtingen geven waaraan dit
renteverschil is toe te schrijven en of het niet mogelijk
is dat „Volkshuisvesting" het voorschot ook tegen 5
kan krijgen?
De heer O. F. de Vries (wethouder)De zaak zit zoo.
Het plan van „St. Joseph" was reeds in den Raad be
handeld vóór 30 November 1920 en na 30 November is
er een besluit van den Minister gekomen waarbij de
rente van voorschotten op 6 werd bepaald. Bij dit
besluit was echter deze bepaling, dat op de plannen,
die vóór 30 November 1920 reeds bij den Raad in be
handeling waren, het geld nog werd verstrekt tegen een
rentevoet van 5 Vandaar dat St. Joseph nog profi
teert van deze gunstige bepaling en daardoor 5 be
taalt, terwijl de andere 6 moet betalen.
De beraadslagingen worden gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
4. verzoek van het bestuur der Leewarder Industrie-
en Huishoudschool om ten opzichte van de uitbetaling
der achterstallige salarissen over 1920 aan personeel
zijner school eenzelfde besluit te nemen als is genomen
voor het personeel der school voor Middelbaar Tech
nisch en Ambachtsonderwijs.
Wordt afgedaan bij punt 10 der agenda voor heden.
5. schrijven van het bestuur der Leeuwarder Industre-
en Huishoudschool omtrent een spoedige inzending van
de door het Rijk gewijzigde en goedgekeurde rekening
over 1921.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
6. schrijven van het bestuur der woningvereeniging
Leeuwarden, waarbij wordt ingezonden de begrooting
1923 van de exploitatie van 130 woningen aan het Cam-
buursterpad.
Wordt in handen van Burgemeester en Wethouders
gesteld ter afdoening.
7. adres van den heer Z. S. Feddema, houdende ver
zoek hem met 1 September e.k. ontslag te verleenen als
ambtenaar van den burgerlijken stand.
Wordt besloten conform het verzoek, onder dankbe
tuiging voor de in die betrekking bewezen diensten.
8. schrijven van de Ouder-commissie van de ge-
gemeentescholen nos. 14ü en \4b omtrent niet-toepassing
van het uniforme leerplan aan de scholen nos. 2 en 3.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
De wethouder voor onderwijs, de heer Tulp, stelt
zich voor dit adres aan te roeren bij punt 27 der
agenda voor heden.
9. verzoek van B. de Jong e. a., bewoners van de
3e Klanderijdwarsstraat, om de aan die straat staande
lantaarns wederom te doen ontsteken.
Wordt in handen van Burgemeester en Wethouders
gesteld ter afdoening.
10. bericht van den Inspecteur der directe belastin
gen enz. dat het bedrag, hetwelk op de kohieren der
Rijks Inkomstenbelasting van den thans loopenden
dienst, wegens gemeentelijke inkomstenbelasting zal
worden uitgetrokken, is geraamd op 1,500,000.op
welk bedrag de voorloopige uitkeering aan de gemeente
als bedoeld is in artikel 243h der Gemeentewet, behou
dens eventueele nadere vaststelling, is bepaald.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
11. adres van het bestuur der vereeniging „Pro Ju-
ventute", houdende verzoek om over 1923 een, zoo
mogelijk verhoogd, subsidie te verleenen.
12. adres van het dagelijksch bestuur der vereeni
ging Kinderspeeltuin Rengerspark om over 1923 een
subsidie van 750.toe te kennen.
De adressen sub 11 en 12 zullen worden behandeld
bij de begrooting voor 1923.
13. aanbevelingen van curatoren voor de benoeming
aan het gymnasium van:
a. een tijdelijk leeraar in de wiskunde, cursus
1922/23;
b. een tijdelijke leerares in de oude talen voor de
maanden September en October 1922;