416 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 12 December 1922.
geen onderwijs-inspecteur rijk is, dan zijn wij zoo vrij
dit grondig te betwijfelen."
Ik acht het noodig, nu deze bewering in den raadsbrief
wordt gelanceerd, dat ik even den gang van zaken om
trent de reorganisatie kortelings moet memoreeren.
Ik wil er op wijzen dat den 25 Januari 1921 door Bur
gemeester en Wethouders een plan is ingediend gewor
den. Dit plan is aangehouden tot in Maart, door een
motie, die ik heb voorgesteld en waarbij de heer Tulp,
de tegenwoordige wethouder van Onderwijs, zelf aan
vulde, dat hij bij deze belangrijke aangelegenheid graag
de nieuwe schoolcommissie zou doen hooren. Hij vond
het bovendien niet onverstandig om mijn motie om prae-
advies te zenden. Den len Maart wisten Burgemeester
en Wethouders nog niet, wie voor het bijwonen van de
vergadering, welke in die motie was gevraagd, in aan
merking kwamen. Den 29en Maart van hetzelfde jaar
is het verslag van die vergadering bij de stukken ge
voegd en eerst dit voorjaar is er een voorstel van Bur
gemeester en Wethouders gekomen, dat de reorganisatie
van het lager onderwijs bevatte. Er behoort nu, dunkt
mij, wel een zeer groote moed toe om te zeggen dat
de vertraging der reorganisatie een gevolg is van de
wenschen uit den Raad zelf gekomen.
Nu is ook in dezen raadsbrief gezegd dat ook reeds
in het antwoord op het sectieverslag is meegedeeld dat
er „een afzonderlijke afdeeling Onderwijs ter secretarie
in het leven zal worden geroepen, waardoor uit den
aard der zaak nog meer in de door den voorsteller ge-
wenschte richting wordt gehandeld". Wij willen dan
ook op het oogenblik het voorstel, in den vorm, waarin
wij dat hebben gedaan, terug nemen en in aansluiting
met wat hier is gezegd een nieuw voorstel indienen
„De leiding van het door Burgemeester en Wet
houders op te richten bureau voor de afdeeling On
derwijs wordt opgedragen aan een hoofdambtenaar,
die ook met onderwijs-technische aangelegenheden
volkomen op de hoogte is."
Ik geloof dat dit zeer nauw aansluit bij de meening
van Burgemeester en Wethouders zelve en dat wij dan
een goede algemeene leiding van het onderwijs in deze
gemeente zullen krijgen.
De Voorzitter: Ik moet er U even op attent maken
dat de Raad die ambtenaar niet kan benoemen. De be
noeming van ambtenaren is bij Burgemeester en Wet
houders.
Spreker doet lecture van het nieuwe voorstel-De Boer,
dat mede is onderteekend door den heer Zandstra.
De heer De Boer kan niet beoordeelen de juistheid
van wat de Voorzitter heeft gezegd, maar kan niet in
zien dat in het voorstel staat dat de Raad de benoeming
moet doen. De Raad oordeelt zoo'n ambtenaar noodig
of niet noodig, maar over de benoeming zelf wordt niet
gesproken.
De Voorzitter doet lecture van artikel 179, litt. p,
der Gemeentewet
„Tot het dagelijksch bestuur der gemeente, aan
Burgemeester en Wethouders opgedragen, behoort
a. enz.
p. het benoemen en ontslaan der ambtenaren en
bedienden bij de plaatselijke secretarie."
Spreker zegt dat het nieuwe voorstel op hem in elk
geval den indruk maakt dat men den ambtenaar nu niet
meer inspecteur noemt, maar dat in het wezen van de
zaak hetzelfde wordt bedoeld onder een anderen naam.
De heer De Boer: Maar in aansluiting met wat Bur
gemeester en Wethouders zelf willen.
De heer Visser begrijpt de zaak niet goed meer. De
heer De Boer spreekt, geeft een toelichting en nu is ten
slotte zijn voorstel ingetrokken?
De Voorzitter: Mag ik den heer De Boer vragen:
trekt gij Uw voorstel in?
De heer De Boer: Ja, en wij dienen een nieuw voorstel
in in aansluiting met wat Burgemeester en Wethouders
willen.
De Voorzitter: Dan zullen we dat in behandeling
nemen.
De heer Fransen: Dat komt nu toch niet in be
handeling?
De Voorzitter: Dat komt later in behandeling.
De heer De Boer: Dank IJ.
De Voorzitter: Het komt mij toch voor dat het nieuwe
voorstel in den aard der zaak hetzelfde is als dat van
den inspecteur. Het is alleen een andere vorm. Ik zou
willen voorstellen het nu maar af te werken. Is er een
van de leden die het woord daarover wenscht?
De heer IJ. de Vries: Ik wil daar nog wel over spreken,
maar het is al zoo laat. Ik zou daar later liever nog eens
over beginnen. In een van de vorige vergaderingen heb
ik mij deze groote vraag gesteld: is het onderwijs hier
nu zoo slecht, dat wij daaraan altijd zitten te tornen,
of wordt het ook eens tijd dat er eens rustig wordt ge
werkt? De kwestie is zoo dat of er een onderwijs-inspec
teur komt of dat er 10 komen, dit toch niets geeft, als
het onderwijs aan de kinderen zelf niet goed is. Zal
men daarvan iets terecht brengen, dan gebeurt er door
een inspecteur nog niets, omdat die toch niet in ieder
schoollokaal toezicht kan houden. Zal het onderwijs
aan de kinderen goed worden, dan moeten de onder
wijzers zelf goed onderwijs geven en dan is niet al die
omslag noodig van commissies, enz. enz. Als wij over
die zaak zullen debatteeren, wil ik daar graag wat meer
tijd voor hebben; dan wil ik er ook wel eens een kwar
tiertje over spreken. Dit is een heel belangrijke zaak,
waaraan echter altijd wordt gemorreld. Naar mijn be
scheiden meening zal het onderwijs pas vruchtbaar
worden als er rustig wordt gewerkt in het schoollokaal;
daar moeten de vruchten komen en niet hier.
De heer De Boer: Precies juist.
De heer Dijstra: Ik heb niet recht den gang van zaken
begrepen. Ik weet dat het prae-advies van het college
zijn waarde als zoodanig verliest, doordat het voorstel-
De Boer-Zandstra is teruggenomen. Maar wat zal er
nu met dat nieuwe gebak gebeuren? Gaat dat om
prae-advies?
De Voorzitter: Neen, ik wilde dat eigenlijk maar in
stemming brengen. Het komt op precies hetzelfde neer.
Ik wil voorstellen het nieuwe voorstel-De Boer in stem
ming te brengen. Wordt dat nieuwe voorstel onder
steund?
De heer De Boer: Dat behoeft niet gevraagd te
worden; er staan 2 onderteekeningen onder. Er is altijd
nog een reglement van orde!
De Voorzitter: Een mensch vergist zich wel eens.
De heer Visser: Is het een voorstel om het voorstel
om prae-advies te zenden.
De Voorzitter: Neen, om over het voorstel zelf direct
te stemmen.
De heer De Boer: Neen, waarachtig niet! Dan zal ik
nog een verdediging van 2 uur houden. Ik laat me niet
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 12 December 1922. 417
voor den gek houden. U hebt het voorstel gedaan om
ons voorstel aan te houden en prae-advies uit te brengen.
Toen zijn de discussies gesloten. En nu brengt U het
weer opnieuw in behandeling.
De Voorzitter: Neen, dat was maar een voorloopige
bespreking.
De heer Visser: Er is hier indertijd een voorstel in
gediend door de heeren De Boer en Zandstra. Op dat
voorstel is prae-advies uitgebracht door het college.
Nu trekken de heeren dat voorstel in en vervalt daarmee
ook het prae-advies. Nu komt er een nieuw voorstel en
nu moeten wij dat maar weer slikken. Ik meen dat wij
er over moeten beslissen of het al of niet om prae-
advies moet. Mijns inziens moet dat in stemming komen.
De heer De Boer: Het is al afgehandeld.
De heer Visser: Ik meen dat we hier een nieuw voor
stel hebben, dat wij niet zoo maar hebben te slikken.
Het is een concreet nieuw voorstel. Wij moeten de zaak
zuiver houden. Het oude voorstel is vervallen en wan
neer er dan een nieuw wordt ingediend, dan zullen wij
ten slotte ook weten wat er mee gebeurt, of het al of
niet om prae-advies zal worden gezonden.
De heer De Boer: De zaak is al afgehandeld.
De heer IJ. de Vries: Het nieuwe voorstel is een voor
stel vreemd aan de orde van den dag. Dat kan nu niet
in behandeling komen, wij gaan nu naar huis.
De heer De Boer: Juist.
De heer Visser: Wordt nu prae-advies uitgebracht op
het nieuwe voorstel?
De Voorzitter: Ik zou zeggen, we leggen het den
volgenden keer in de portefeuille van ingekomen stuk
ken. Als de Raad dan prae-advies wil kan de Raad
daartoe dan besluiten.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het voorstel-De Boer-Zandstra, waarop door Burge
meester en Wethouders prae-advies is uitgebracht, is
ingetrokken, waardoor het prae-advies is vervallen.
Het nieuwe voorstel-De Boer-Zandstra wordt aange
houden om de volgende vergadering bij de ingekomen
stukken te worden behandeld.
Niets meer te behandelen zijnde, wordt de vergade
ring door den Voorzitter gesloten.