342 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Donderdag 27 December 1923 Voortzetting der vergadering op Vrijdag 28 December. iO millioen en nu is bij spreker de vraag gerezen of het is verantwoord dat het Dagelijksch Bestuur dit risico in dien zin draagt, dat alleen door de Onderlinge Brand waarborg-Maatschappij te Leeuwarden deze posten zijn gedekt, als men weet dat ook de Vereeniging van Neder- landsche Gemeenten deze risico's dekt. Spreker zou daarom Burgemeester en Wethouders in overweging willen geven deze zaak eens te overdenken en, als het mogelijk is, niet verder de risico's bij één maatschappij uit te breiden. De heer Visser heeft, toen de heer Molenaar zijn motie indiende, gezegd Alweer een motie. Men weet dat spreker niet voor moties stemt. De heer B. Molenaar: Dat weet ik niet. De heer Visser heeft vroeger, als door de sociaal-de mocraten moties werden ingediend, ook wel gezegd wat voor waarde heeft een motie? Men moet komen met concrete voorstellen. Deze motie zegt dat wij betere verkeerswegen moeten hebben en dat dit moet worden geregeld. Spreker gelooft dat er geen enkel lid van den Raad is, dat daar niet voor is. Maar wat bereikt men ermee als hier voor stemt? Niets anders dan een ken nisgeving aan Burgemeester en Wethouders dat er be tere verkeerswegen moeten komen, maar in wezen, in de elementaire b' itanddeelen blijft de zaak zoo. Mevr. Buisman is het in 't algemeen met de motie eens, maar noemt ten minste iets, wijst op een onderdeel in het centrum der stad en spreekt dit uit in een concreet iets. Spreker zou wel voor deze motie kunnen stemmen, maar wat waarde heeft zij' Wat wenscht men er practisch mee te bereiken? Een motie zegt niets. Wat men er wel mee wenscht te bereiken is dit: Wij hebben voor de verbetering van de verkeerswegen geijverd. Doch voor zoover dit financieel mogelijk is zit hier ook nog een college en een Raad, die zegt: tot hiertoe en niet verder. In beginsel is spreker het met de motie eens. Maar zij zou ook een reclame in de eene of andere richting kunnen zijn. Wat de plantsoenen betreft, meent spreker ook dat die post zou kunnen worden verlaagd. Het vorige jaar heeft hijzelf het voorstel gedaan om den post voor de plantsoenen met 5000.te verlagen en hij wil zich thans aansluiten bij degenen die meenen dat die post te hoog is en met een voorstel zullen komen dat een lager bedrag zal worden gevoteerd. De heer K. de Boer wil alleen een paar vragen stellen. In de eerste plaats wil hij zijn vraag van gister herhalen aan het adres van den heer Oosterhoff, of deze kans ziet op deze begrooting 40.000.a 50.000.te be zuinigen, zooals hij in zijn rede voor „Gemeentebelang" ten opzichte van de begrooting van verleden jaar heeft aangekondigd. In de tweede plaats wil spreker den heer Visser, die verleden jaar zelf is gekomen met dat tamelijk dwaze voorstel om den post voor de plantsoenen te verlagen, vragen, of hij dat voorstel nu weer zal doen, nu er een Katholiek wethouder achter de groene tafel zit De heer Visser: Dat doet er niet toe voor mij. De heer K. de BoerIn de derde plaats wordt van het voorstel van de heeren Molenaar en De Vries het opschrift veranderd en komt in plaats van het woord „motie" te staan „voorstel". Het is inderdaad een voor stel en geen motie en dan is de heer Visser ook tevreden en kan hij voor stemmen. In de vierde plaats wil spreker een paar woorden zeggen over wat hier staat onder Afdeeling II, Kapitaal- dienst. Daar staan een aantal posten als: „Het bestraten met vierkante keien van den weg Ruiterskwartier tot de Schaverneksbrug" Verbetering bestrating St. lacobs- straat enz.", „Het opnieuw in orde maken van het plant soen Mariahof enz.", enz. Spreker zou nu aan Burge meester en Wethouders de vraag willen stellen of deze posten inderdaad thuis hooren op den Kapitaaldienst. Als dat onderhoudswerken zijn als verbetering van stra ten, die in den loop van den tijd zijn opgebruikt, dan hooren die posten niet op den buitengewonen- maar op clen gewonen dienst. Alleen als het betreft verbetering van straten in verband met het veranderde verkeer, dan j zou er iets voor te zeggen zijn om de posten te zetten op den buitengewonen dienst. Naar sprekers meening komt daar echter in geen geval voor in aanmerking volgno. 205 „Het opnieuw in orde maken van het plantsoen Mariahof en het maken van een afkeering met harmonicagaas daaromheen". Uit die post blijkt al dat het is een onderhoudspost. Ten slotte een opmerking aan den heer Oosterhoff. Deze heeft voorgesteld voor den Kapitaaldienst van de begrooting een grootere post voor algemeene onkosten te bewaren dan, zooals uit zijn redeneering blijkt, noodig is. Spreker zou juist willen voorstellen op den Kapitaal dienst zoo weinig en op den gewonen dienst zooveel mogelijk van die onkosten te plaatsen, omdat dit ge deelte inflatie beteekent, waar de heer Oosterhoff ook zoo bang voor is en men anders het inflatiekwaad in de hand gaat werken. De heer Weima staat ook op het standpunt dat de tijd daar is om zooveel mogelijk te bezuinigen en uit dat oogpunt heeft hij ook de begrooting bekeken. Hij betwist in dien zin wat de heer Molenaar heeft gezegd, j dat het er zoo rooskleurig voor staat. Spreker bedoelt niet de gemeente als zoodanig maar viij algemeen de menschen, die de belasting betalen. Van dien kant moet ook de zaak worden bekeken. Als spreker zoo eens rondom zich ziet naar verschillende dingen, dan gelooft hij, dat- de naaste toekomst zal leeren dat het voor de menschen een vrij harde dobber wordt om aan hun ver plichtingen inzake de belastingen te voldoen. Aan den oenen kant lijkt het spreker dan ook zeer wenschelijk en een daad van wijs beleid wanneer het gemeente bestuur ook maar zoo eenigszins mogelijk tracht te be zuinigen en nalaat waar men vrij van kan. Daartegenover kan men stellen spreker is dit met den heer Molenaar eens en als deze er een voorstel van maakt zal hij dat graag ondersteunen dat de gemeente alles moet doen in 't belang van handel en nijverheid. Op wat door den heer Beekhuis naar voren is ge bracht, was ook sprekers aandacht gevallen. Op het onderhoud van de plantsoenen kan zeker worden be zuinigd. De heer Beekhuis heeft er al op gewezen dat alleen aan loon 21.152.wordt betaald, terwijl er nog 2600.— extra voor grasmaaien bij komt. Dit lijkt spreker verbazend veel toe en hij zou den wethouder willen vragen of dit wel noodzakelijk is. Ook is 1000. uitgetrokken voor overuren en ten slotte staat onder het hoofd plantsoenen ook nog 500.voor onderhoud kinderspeelplaatsen. Spreker gaat in dit opzicht lijnrecht in tegen den heer Van der Schoot, het lijkt hem toe dat het op 't oogenblik de tijd niet is om speciale aandacht te schenken aan en geld uit te geven voor kinderspeel plaatsen. Zal men het goed toepassen, spreker is het daarmee eens, dan moet men het niet op een plaats maar ook op andere plaatsen van de stad doen. Doch spreker meent dat men op dit terrein in elk geval moet trachten te bezuinigen; het mag nuttig wezen, noodzakelijk is het niet. Ten opzichte van het verkeerswezen is spreker het geheel met den heer Molenaar eens, dat het tijd wordt om die zaak ernstig onder de oogen te zien. De heer Molenaar heeft verschillende dingen naar voren ge bracht, spreker zou speciaal willen wijzen op het verkeer over den Grachtswa! vanaf de Eerste Kanaalsbrug. Vooral op Donderdag en op Vrijdagsmorgens is het daar een ernstie vraagstuk en voor spreker is het gevaar niet Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Voortzetting der vergaderin denkbeeldig dat er nog eens dooden zullen komen. Er gebeuren herhaaldelijk ongelukken en als de school- kinders er langs komen, is de toestand onhoudbaar. Spreker zou het college daarom allereerst in overweging willen geven dien toestand daar onder de oogen te zien en met bekwamen spoed te wijzigen. Het grootsche plan van den heer Molenaar juicht spreker toe, al is hij huiverig voor de financiën. Hij staat niet aan de zijde van mevrouw Buisman; het lijkt hem toe dat men hier niet kan beoordeelen op welke wijze het verkeer in de stad zich zal regelen. Men kan hier wel enkele lijnen aangeven, maar 't lijkt hem beter toe dat door ter zake kundigen een plan wordt opge maakt, waardoor men niet alleen voor nu maar ook voor de naaste toekomst klaar zal zijn. Dan ziet spreker hier nog een post staan „Aankoop petten plantsoenarbeiders 85.Spreker zal er niet veel van zeggen, het is een klein bedrag. Maar hier staat ook nog een post voor petten van de brugwachters. Wenscht men die posten te handhaven, dan moeten de petten ook worden gedragen, dan zou spreker den wet houder in elk geval in overweging willen geven dat de hand daaraan wordt gehouden. Men moet die menschen er uit kennen en kunnen weten of de eerste of tweede brugwachter er staat. De brugwachters hebben een zeer verantwoordelijken post, spreker komt daags een keer of tien langs de Eerste Kanaalsbrug, men moet den post van die menschen niet onderschatten. Waar er nu toch een uitgaaf voor de petten wordt gevoteerd, meent spreker dat die ook moeten worden gedragen, opdat de menschen van het scheepvaartverkeer en het publiek hen er uit kennen. De heer Muller wil een paar woorden zeggen naar aanleiding van wat de heer Van der Schoot heeft ge zegd over den treurigen toestand aan de Noorderbe graafplaats. Hij zal daar niet verder op ingaan, maar meent wel, dat het van het grootste belang is, dat daar zoo spoedig mogelijk verandering in komt. Hij meent ook dat èn het college van Burgemeester en Wethouders èn de Raad niet eerder tegenover de burgerij zijn verant woord dan dat is getracht deze zaak tot een goede op lossing te brengen. Spreker hoopt dat Burgemeester en Wethouders dezen wenk ter harte zullen nemen en met voorstellen dienaangaande zullen komen. De heer Cohen zou ook een paar wenken aan het college willen geven, in de eerste plaats over de brug- sluiting. Niet alleen wat betreft het tegenwoordige ver keer maar ook ten opzichte van de steeds grooter wor dende bevolking van de buitenwijken gelooft spreker, dat het op zijn plaats is, als hij het college van Burge meester en Wethouders den wenk geeft om bij de slui tingsuren van de bruggen vooral met de vertrekuren van treinen, in het bijzonder die van 8 uur en van 7 uur 's morgens, rekening te houden. Het komt veel voor dat bewoners van buiten de Vrouwenpoort een groot kwar tier voor het vertrek van hun trein van huis gaan, doch dan 10 minuten voor de brug moet wachten en den trein niet meer kunnen halen. Nu kan men wel zeggen dat die menschen dan vroeger van huis moeten gaan, doch als de trein 7 uur vertrekt en zij 20 voor zeven van huis gaan, doch een kwartier moeten wachten, dan geeft dit nog niets. Spreker zou graag willen dat niet alleen bij de bruggen in de onmiddellijke nabijheid van het station rekening werd gehouden met de vertrekuren van de treinen hij weet dat dit gebeurt bij de Wirdumer- poortsbrug en de Prins Hendrikbrug maar dat ook bij de bruggen van de buitenbuurten daarmee rekening werd gehouden. Wat betreft volgno. 109, heeft spreker met genoegen gezien dat Burgemeester en Wethouders bij deze be grooting hebben voorgesteld een nieuw urinoir bij het station te plaatsen. Spreker gelooft toch dat Burge meester en Wethouders van hun macht om vele van deze eeuwarden van Donderdag 27 December 1923. 343 op Vrijdag 28 December. inrichtingen op te ruimen, wel wat ruim gebruik hebben gemaakt" We hebben er een gehad bij de Noorderbrug, daar, waar thans de badinrichting staat, nu is er echter vanaf de Gasfabriek tot aan de oude begraafplaats niet een dergelijke gelegenheid. Om deze te veel op te ruimen is ook niet goed.Spreker zou het college den wenk willen geven om in die omgeving weder een te plaatsen. Ten slotte een wenk, dien spreker ook heeft gegeven in de commissie voor de Lichtbedrijven, n.l. wat betreft de bestratingen. We hebben het genoegen gehad dat de laatste jaren enkele straten op een werkelijk goede wijze zijn gelegd. Maar het duurde niet lang, want een of twee weken, nadat zij waren gelegd, werden de straten weer opgebroken voor het leggen van kabels enz. en daarna wel weer in orde gemaakt, maar niet zoo als zij oor spronkelijk waren. Spreker zou daarom graag aan Bur gemeester en Wethouders den wenk willen geven dat er meer samenwerking dient te komen tusschen Gemeen tewerken en de andere bedrijven, dat, als Gemeente werken een straat gaat leggen, het zich eerst in ver binding stelt met de Gasfabriek en het Electriciteitbedrijf of de straat binnenkort ook weer zal worden opge broken. De Voorzitter stelt namens Burgemeester en Wet houders voor om een punt, dat van ochtend is aange roerd, in besloten vergadering te behandelen. Te 11.20 uur voormiddags wordt de openbare verga dering geschorst en in geheime zitting overgegaan. Te 12.10 uur wordt de openbare vergadering her opend. De heer Weima heeft tijdens de geheime zitting de vergadering verlaten. De Voorzitter wil namens Burgemeester en Wethou ders op een paar vragen antwoord geven, de heer Fransen zal dan de andere sprekers antwoorden. De heer Oosterhoff heeft gesproken over de algemeene onkosten en de heer K. de Boer heeft daar ook een paar dingen over gezegd. Die omslag van de algemeene on kosten is iets nieuws en het lijkt spreker goed even een uitleg te geven wat wordt beoogd met die 25 De heerOosterhoff heeft volkomen gelijk; spreker wil even verklaren waarom er verschillende percentages zijn ge nomen. Of dit goed is of niet goed, zal later blijken. De kwestie is deze. Spreker wil maar den eersten den besten post opslaan en vindt toevallig den post voor onderhoud van schoollokalen enz. Vroeger werd die post geraamd overeenkomstig de uitgaven die speciaal voor de herstellingen door de gemeente noodig waren, b.v. voor het leggen van een nieuwen vloer enz. Nu was er echter bij de gemeente ingesteld een dienst van Gemeen tewerken, zoodat men eigenlijk kan zeggen dat de di recteur van Gemeentewerken arbeid doet voor het on derhoud van de schoollokalen, niet alleen van de lagere scholen maar ook van het Gymnasium enz., dat die directeur ten slotte ook arbeid doet ten behoeve van het onderhoud van straten, van het Raadhuis enz., dat hij eindelijk arbeid doet ten behoeve van alles, wat bij zijn dienst voorkomt en niet alleen hij, maar ook de boek houder en het andere personeel, zoowel de hoogst aan gestelde als de laagst aangestelde bij Gemeentewerken, tenzij hij een bepaald onderdeel bedient, zooals de brug wachters. Nu is in het nieuwe voorschrift van Gedeputeerde Staten gezegd: Wanneer de technische dienst, de ad ministratieve dienst en de boekhouding van Gemeente werken diensten verrichten voor het onderhoud van schoollokalen, het onderhoud van straten, enz., dan zal men ook een deel van de kosten van die diensten moeten brengen op het onderhoud van scholen, een deel op het onderhoud van straten en op alle mogelijke andere

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1923 | | pagina 27