Vergadering van Dinsdag 21 lilaait 1921. 68 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 11 Maart 1924. laat het was. Kreeg tamelijk wel direct aansluiting met telefoonkantoor. Ongeveer 15 minuten daarna was de politie aanwezig De agenten, aldus spreker, hebben dien geheelen afstand loopende moeten afleggen De heer IJ. de Vries: Dan hebben ze hard getippeld. De Voorzitter, het schrijven van den heer Feddema vervolgende: De brandweer gaf vóór half-één water (aldus Beef tink). De opperbrandmeester werd om 12.10 uur gewekt. Fietste naar den brand, waar de tractor reeds was en die de spuit ophaalde, welke direct water gaf. In zulke oogenblikken heeft de brandweer geen tijd om op het horloge te zien. Aan het kantoor is slechts één telefonist gedu rende den nacht. Zoodra een brandalarm komt moet hij wekken of bellen: 2 politieposten, brandgasten, reddingsbrigade, opperbrandmeester, adjunct-opper- brandmeester, chef- reddingsbrigade, 2 bluschmees- ters, 2 brandmeester, technisch beambte, directeur van de waterleiding, chef electriciteitbedrijf, Burge meester, Commissaris van de Koningin, Justitie, enz. enz. enz. Te veel om op te noemen. Ondertusschen moet hij letten op de nummers van politie of van den omtrek van den brand, omdat de politie of de brand weer meer hulp noodig zou kunnen hebben. Nu zijn er nog vele particulieren die bellen, dat er brand is, waar er brand is, enz. Deze moeten in die oogenblikken teleurgesteld worden. De brandweer gaat voor." De interpellatie wordt gesloten. De Voorzitter stelt zich voor tot het doen van een mededeeling in geheime vergadering over te gaan, in verband waarmede de deuren worden gesloten. Na heropening der openbare vergadering wordt, niets meer te behandelen zijnde, deze door den Voorzitter gesloten. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 25 Maart 1924. 69 Tegenwoordig 26 leden, te weten: de heeren Visser, Cohen, Lautenbach, Tiemersma, Koopmans, O. F. de Vries, Tulp, Fransen, Botke, H. de Boer, Dijkstra. Jan sen, Beekhuis, Oosterhoff, K. de Boer, M. Molenaar, Scheltema, mevrouw BuismanBlok Wijbrandi, de heeren Westra, Weima, Hofstra, Van der Schoot, Hooi- ring, Muller, B. Molenaar en IJ. de Vries. Afwezig, zonder kennisgeving, één lid, de heer Collet. Voorzitter de heer Jhr. Mr. J. M. van Beyma, Burgemeester. I. Wordt medegedeeld: 1. dat Gedeputeerde Staten: a. hebben goedgekeurd het raadsbesluit d.d. 26 Fe bruari 1.1. waarbij aan O. Meijer alhier in erfpacht is afgestaan een plek bouwterrein aan de Auke Stelling werfstraat; b. de ontvangst hebben bericht van het raadsbesluit d.d. 11 Maart 1.1. tot wijziging van de Algemeene Politie verordening, van de verordening op de Marktpolitie en van de Bouwverordening; 2. bericht van den heer J. A. Collet dat hij ontslag neemt als lid van den gemeenteraad; 3. afschrift van het proces-verbaal van het Centraal Stembureau voor de benoeming van leden van den Ge meenteraad, waarbij de heer A. van der Veen benoemd is verklaard tot lid van den Gemeenteraad, vacature J. A. Collet; 4. proces-verbaal van de opneming van kas en boeken van den gemeente-ontvanger. De punten sub 14 worden voor kennisgeving aan genomen. 5. bericht van het bestuur der Coöperatieve Veree niging „Woningbouw", dat in April e.k. periodiek als commissaris, vertegenwoordigende de gemeente, dier vereeniging aftreden de heeren H. van der Veen en 0. F. de Vries. De benoeming is op de agenda voor heden geplaatst onder punt 2. 6. schrijven van het bestuur der afdeeling Leeuwar den van den Algemeenen Nederlandschen Straatmakers- bond, houdende mededeeling dat H. Velt en D. Valk, voorzitter en secretaris der afdeeling, niet kunnen aan vaarden de hun krachtens openbare aanbesteding als particulieren verstrekte opdracht tot het leggen van een stratencomplex tusschen den Groningerstraatweg en het Kalverdijkje, met bijkomende werkzaamheden, voor de som van 24.999.wijl het hoofdbestuur van dien bond zich op het standpunt plaatst dat de bond alleen borg mocht worden voor de uitvoering van het werk, met uitsluiting van financieele verantwoordelijkheid, ter wijl borgstelling van andere zijde niet was te ver krijgen. In deze omstandigheden hebben Burgemeester en Wethouders teruggetast op den daaropvolgenden in schrijver, S. Verhoeve alhier, wien het werk is gegund voor 29.987.—; 7. schrijven van Burgemeester en Wethouders van Hemelumer Oldephaert en Noordwolde waarbij wordt verzocht adhaesie te betuigen aan een adres van den Raad dier gemeente aan H. M. de Koningin betreffende wijziging van de regeling der bijdragen, verschuldigd door de gemeenten in de kosten van het Hooger en Middelbaar Onderwijs. De punten sub 6 en 7 worden voor kennisgeving aan genomen. 8. adres van het Centraal Drankweercomité alhier om afwijzend te beschikken op het adres van den voor zitter van den Frieschen Bond van Hotel-, Café- en Societeithouders, betreffende de intrekking of buiten werking stelling van de verordening, houdende verbod van den verkoop van sterken drank in het klein op Zondagen en Christelijke feestdagen. Wordt bij de desbetreffende stukken gevoegd. 9. dat Burgemeester en Wethouders met ingang van 25 Maart e.k. de prijzen van de cokes der gemeentelijke gasfabriek per H.L. hebben bepaald als volgt ongeklopt afgehaald 1.35 (thans 1.10) parelcokes 1.55 1.30) geklopte cokes afgehaald 1.50 (thans 1.25). Wordt voor kennisgeving aangenomen. II. De Voorzitter deelt mede dat van den heer H. de Boer zijn ingekomen 2 interpellaties, n.l. a. „Is het college van Burgemeester en Wethou ders ook in staat den Raad mede te deelen, op welken datum de toelating der nieuwe leerlingen tot de O. L. Scholen is gesteld b. „Ondergeteekende zou gaarne willen weten op welke motieven het college van Burgemeester en Wethouders heeft gemeend afwijzend te moeten be schikken op het verzoek van den Leeuwarder Be- stuurdersbond om een collecte te mogen houden ten gunste van de uitgesloten textielarbeiders." Spreker stelt voor om, indien de Raad tegen het stellen dezer vragen door den heer H. de Boer aan Burge meester en Wethouders geen bezwaar heeft, deze dan na afhandeling der agenda aan de orde te stellen. Dienovereenkomstig wordt besloten. III. De heer Tulp (wethouder) wenscht den Raad mede te deelen dat de heer Reijnders, die in de ver gadering van 12 Februari j.l. met ingang van 1 Maart is benoemd tot tijdelijk leeraar in de natuurlijke historie aan de Hoogere Handelsschool, wegens ongesteldheid en dienstplicht niet in staat is geweest deze betrekking op 1 Maart te aanvaarden en dat Burgemeester en Wet houders nu, in overleg met en met goedvinden van den heer Reijnders, den datum van infunctietreding hebben bepaald op 1 April a.s. Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aange nomen. IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de voor heden op den oproepingsbrief vermelde punten. 1 (Agenda no. 2). Benoeming van twee commissa rissen der Coöperatieve Vereeniging „Woningbouw", daarin vertegenwoordigende de gemeente, wegens perio dieke aftreding van de heeren H. van der Veen en O. F. de Vries. De beraadslagingen worden geopend. De heer O. F. de Vries zou bij dit punt deze opmer king willen maken, dat bij de vorige benoeming namens Burgemeester en Wethouders is verklaard, dat de wet houder van Openbare Werken voor een benoeming werd aanbevolen en als zoodanig is spreker dan ook benoemd. Spreker gelooft dat het aanbeveling verdient thans de zelfde gedragslijn te volgen. De beraadslagingen worden gesloten. In de vacature-H. van der Veen wordt benoemd H. van der Veen met algemeene stemmen. In de vacature-O. F. de Vries wordt benoemd de heer Fransen met 20 stemmen, 3 stemmen op den heer O. F. de Vries en 1 stem op den heer IJ. de Vries, terwijl 2 biljetten blanco zijn ingeleverd. 2 (Agenda no. 3). Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan M. Mollema op zijn verzoek eervol ontslag te verleenen als onderwijzer aan gemeenteschool no. 14b.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1924 | | pagina 1