102 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 22 April 1924. Wat die „nader verkregen opgaven" zijn, blijkt niet uit de stukken. Spreker vindt onder de gewijzigde posten o. a. een van den directeur der Lichtbedrijven. Spreker zou haast zeggen dat de directeur der Lichtbedrijven ook voor het vorige plan een prijsopgave en een begrooting zal heb ben gemaakt. Wat heeft den directeur van de Lichtbe drijven dan genoopt zijn opgave te wijzigen? Zijn de materiaalprijzen gewijzigd of worden er meer gebruikt? Wat is de oorzaak? Spreker meent gehoord te hebben dat de electriciteit enkel noodig is voor de verlichting en voor een motor van 2 P.K. om een pomp te drijven. Hij kan zich niet voorstellen dat de directeur van de Lichtbedrijven zich zóó zou vergissen dat zijn opgave van thans een verschil van 2000.maakt met zijn eerste begrooting. Spreker ziet in de laatste plaats dat „mede als gevolg van de daling der prijzen van sommige bouwmaterialen niet onbelangrijk kan worden bezuinigd." Die wijziging in de prijzen van de bouwmaterialen is dus een factor, waardoor het plan goedkooper kan worden uitgevoerd. Dat is een geluk, maar spreker zou ook graag weten, wat die andere factoren zijn. Spreker heeft getracht zijn licht op te steken bij een paar leden van de commissie voor de Reiniging, maar het is hem niet gebleken dat dit gewijzigde voorstel die commissie niet is gepasseerd en dat zij hier niets van afweet en dus ook niet in staat is, dit nieuwe plan uit een reiniging-technisch oogpunt te bekijken. Evenmin is dit voorstel gepasseerd de commissie voor Openbare Werken, deze weet ook van wat de uitvoering van dit plan betreft niets af. Waar de Raad hier staat voor de niet onbelangrijke verhooging van het crediet met 50.000.zou spreker het op prijs stellen dat de Raad nauwkeurig werd inge licht wat daarvan de oorzaak is. dat het vroeger toe gestane crediet van 260.00.- met 50.000.moet worden verhoogd. Spreker meent dat de Raad daar recht op heeft en om het verkrijgen van de inlichtingen, die de Raad moet hebben, in goede banen te leiden, zou spreker willen voorstellen dat dit punt 12 van de agenda niet in openbare behandeling komt vóór het de com missie voor de Reiniging en de commissie voor Open bare Werken is gepasseerd. Indachtig de goede raad geving van zoopas van den Voorzitter, neemt spreker de vrijheid zijn voorstel op papier in te dienen, zoodat er geen vergissing kan plaats hebben. De Voorzitter zou eerst willen voorstellen eerst dit voorstel tot uitstel te behandelen, maar misschien dat enkele leden hun stem afhankelijk stellen van het ant woord van het college, waarom spreker alleen mede deelt dat het voorstel van den heer K. de Boer mede een punt van bespreking uitmaakt. De heer Fransen (wethouder) merkt op dat de heer K. de Boer is begonnen met te zeggen dat de Raad zich het vorig jaar heeft vastgelegd op een plan dat zou wor den uitgevoerd, nadat daaromtrent verschillende tech nische inlichtingen waren verkregen en dat daarin nu wijziging is aangebracht en het college komt met een ander plan. Dat is niet juist; hier ligt geen ander plan dan het plan dat indertijd is aangenomen. Dit is geheel gehandhaafd, er is geen verandering in dat plan ge bracht. De eerste opmerking van den heer De Boer was dat het aschland eenigszins is verschoven in oostelijke rich ting, waarmee in verband staat het verlengen van den weg. Alles is even verder van de boerderij af geplaatst en dit beteekent betrekkelijk heel weinig, maar het plan zelf heeft geen wijziging ondergaan. Wat de technische uitvoering van de zaak betreft, deze is iets anders. Die zaak is ook al bij de begrooting besproken en spreker heeft toen op een opmerking van den heer Dijkstra, dat het dezen verwonderde dat men nog niet verder was, terwijl het plan reeds in Juli van het vorige jaar was aangenomen en men er al lang mee aan !t werk had kunnen zijn, meegedeeld dat, toen het nieuwe college was samengesteld, dit tot de ontdekking kwam dat er van uitvoering van het plan niets kwam, doordat de zaak op een hoogte bleef, omdat de directeur van Gemeentewerken en de directeur van de Reiniging eigenlijk op elkaar wachtten met overleg plegen. Zoo kon de zaak niet doorgaan. Ten slotte zijn er toen ver schillende conferenties geweest en heeft spreker ook een bijeenkomst gehad met den directeur van Gemeente werken en den adjunct-directeur, den directeur van de Reiniging en den ingenieur Boer, die het vorig jaar voor dit plan was aangenomen als technisch adviseur van de afdeeling Reiniging. Bij die bespreking bleek dat de technische adviseur het werk, wat het gewapend beton aangaat, niet kon uitvoeren en dat hij daarvoor ook niet de gelegenheid zou krijgen van zijn schoolbestuur. Hij had alleen het project gemaakt en verder niet. Spreker heeft toen gevraagd of de heer Boer er accoord mee kon gaan dat zijn project werd uitgevoerd en of hij dan de verantwoording op zich wilde nemen. Dat wilde de heer Boer niet doen en spreker kan zich dat voorstellen. Toen heeft spreker den directeur van Gemeentewerken gevraagd of het project van den heer Boer door hem kon worden uitgevoerd en hij daarvoor de verantwoordelijk heid wilde dragen. De directeur van Gemeentewerken was daartoe echter niet genegen en de directeur van de Reiniging bedankte er ook voor. Spreker heeft toen ge zegd: Ik ga niet in zee met die 3 heeren en een bedrag van 2J/2 ton te verwerken voor rekening van de ge meente, zonder dat er een verantwoordelijk persoon is voor het werk, die het moet uitvoeren. Spreker heeft toen de zaak weer naar het college gebracht en het col lege heeft daarop besloten en spreker meent ook ze ker dat dit de instemming heeft van den geheelen Raad dat de directeur van Gemeentewerken feitelijk het werk moest uitvoeren en de verantwoording moest dra gen. Er is echter uitdrukkelijk bij voorop gesteld dat het plan geheel en al de goedkeuring moest hebben van den directeur der Reiniging en dat het, zooals het verleden jaar is ingediend, en door den Raad aangenomen, onge wijzigd moest blijven. En dat is het gebleven, alleen met dit klein verschil, dat in plaats van 2 gierputten naast elkaar achter op het terrein één dubbele wordt gemaakt, wat volkomen de goedkeuring heeft van den directeur van de Reiniging. Dat is de eenige wijziging, zoodat men niet moet zeggen dat Burgemeester en Wethouders komen met een gewijzigd plan. Dat is de voorgeschiedenis. Nu is men aan 't werk gegaan en heeft de directeur van Gemeentewerken, spr. kan gerust zeggen op hoogst serieuze wijze, deze zaak voor elkaar gebracht en ook een begrooting moeten op zetten, omdat hij de verantwoordelijke persoon was voor het werk. Toen bleek spreker meent dat Burge meester en Wethouders alle gegevens in de stukken heb ben neergelegd, waar, omdat het plan niet veranderde, bijlage 17 geheel werd gehandhaafd behoudens de cij fers dat verschillende begrootingscijfers niet juist waren en dat verschillende posten waren vergeten. Zooals hier al is genoemd is niet gerekend op afsluiting van het terrein a 1100.op renteverlies tijdens den bouw a 6325.— en op kosten van loodsen, directie keet en wachthouden a f 1750.De weg is in overleg met den directeur van de Reiniging van 2.75 M. op een breedte van 4 M. gebracht, waardoor ook de kosten zooveel hooger worden. Nu is bij de aanbesteding ge bleken dat men een paar duizend guldens beneden de nieuwe begrooting zal blijven, maar de kosten van den weg zijn toch nog 3000 - hooger dan op de begrooting in bijlage 17. Dat zijn de kosten die absoluut bij het werk moesten komen. Onder de posten, die te laag zijn geraamd, komt voor de post voor verlichting, watervoorziening en rioleering. Nu heeft de heer De Boer gevraagd: Heeft de directeur Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 22 April 1924. 103 van de Lichtbedrijven het vorig jaar ook niet een be grooting gemaakt? Spreker moet daarop het antwoord schuldig blijven, hij weet dit niet. Maar het is toch wel frappant dat deze post, die het vorig jaar is geraamd op 2500.thans moet worden verhoogd tot 15.040.Alleen voor de rioleering is al noodig 5000.en spreker begrijpt niet hoe men tot een zoo lage raming van dezen post heeft kunnen komen, tenzij men heelemaal geen buizen enz. wilde leggen en alle water maar wilde laten loopen tot het in de grachten kwam. De directeur van de Lichtbedrijven heeft een op gaaf gegeven van 8040.waarvan, volgens zijn ge heel gespecificeerde opgave op het terrein noodig is voor 4390.terwijl voor de kabel vanaf de tweede Kanaalsbrug tot het aschland 3500.noodig is. De directeur meende eerst dat er een hoogspanningskabel moest worden gelegd doch gaf later toe dat dit voorloo- pig niet noodig is en eventueel later altijd nog een hoog spanningskabel kan worden gelegd, zoodat die kabel achterwege is gebleven. Alleen op dit postje voor ver lichting, watervoorziening en rioleering, vroeger ge raamd op 2500.komen nu dus posten voor van 8000.alleen voor licht en van 5000.voor rio leering. Spreker begrijpt niet hoe men het vorig jaar zoo bij den Raad heeft kunnen komen; men kan voelen en tasten dat hier een vergissing heeft moeten zijn. De heer De Boer heeft verder gevraagd of de tech nische adviseur van de gemeente niet heeft onderzocht of de draagkracht van den bodem voldoende was. In het eerste stuk staat dat er 1 M, kleilaag onder de teelaarde zat. Die meter kleilaag is door een paar bo ringen vastgesteld, doch bij het doen van meerdere bo ringen bleek dat men eerst toevallig op gunstige plaat sen had geboord en dat er over 't algemeen niet meer dan 60 a 70 cM. klei boven het veen zit. De directeur van Gemeentewerken was al direct van meening dat op dien slappen grond enkel een betonfun- deering gevaarlijk was. Spreker heeft bij de begrooting ook meegedeeld dat 14 dagen te voren een proefpaaltje van 5 M. lengte er in ging als koek; een gepunte paal ging er tamelijk vlug in en een zonder punt op 1 M. af stand nog vlugger. De grond is daar zeer drassig en slap, er moet een heifundeering onder. De beoordeeling van bouwgrond leert men niet uit de boeken of met for mules, maar wanneer men wil bouwen op een bepaalden grond, moet men dien onderzoeken; dan beproeft men dit en probeert men dat. Dat is ook hier gebeurd. Spr. weet niet of de vorige technische adviseur ook proeven heeft genomen; hij weet wel dat deze heeft geboord maar of die adviseur ook proeven heeft genomen wat de grond onder een zekeren druk kan doorstaan, gelooft spreker niet, want dan had hij tot de ontdekking moeten komen dat het hier niet zonder een paalfundeering kan. Voor een leek is het heel moeilijk te oordeelen over den druk, dien de grond kan doorstaan, maar spr. zal toch enkele cijfers noemen waaruit het ook voor een leek duidelijk is dat het ontoelaatbaar was het hier zon der paalfundeering te doen. Spr. heeft hier een staatje van het onderzoek. Men heeft eerst van 1 M2. grond de kleilaag afgegraven en die M-'. veen belast, om te weten hoe ver het veen zou indrukken -spreker komt straks tot de belasting met de kleilaag er bij Bij de eerste proefneming gaf een belasting van 2000 kilo op 1 M2. veen een zakking van 10 m.M. en 2 dagen later nog een van 4 m.M. Toen men er nog 1000 Kilo bij deed zakte het tot 21 m.M., den volgenden dag tot 26 m.M. en daarna tot 28 m.M. Weer 1000 Kilo er bij gaf zakkingen tot 39, 42 en 43 m.M., nog eens 1000 Kilo zakkingen tot 61.63 en 66 m.M. en nog eens 1000 Kilo totaal 6000 Kilo zakkingen van 89, 94 en 104 m.M. Toen was dus de grond al meer dan 10 c.M. ingedrukt. Nadat men er nog eens 1000 Kilo bij had gedaan, gingen de zakkingen door tot 132, 143, 149, 161, 167 en 174 m.M. Bij een belasting van 7000 Kilo werd dus de grond 17.5 c.M. weggeknepen. Die belasting was nog veel te gering voor het bouwwerk dat de grond moet dragen, omdat de compostloodsen een druk geven van 4500 Kilo en men niet mag bouwen zonder ten minste een 3-vou- dige zekerheid, zoodat de grond een belasting van 13.500 Kilo zou moeten kunnen dragen. Pas als de grond die belasting weerstond, zou men zonder paal fundeering mogen bouwen en waar nu reeds een zakking van 17.5 c.M. werd geconstateerd bij de helft van dat gewicht, was dit natuurlijk ontoelaatbaar. Dat is de belasting op zuiver veen. Daarna is de teelaarde van een stuk terrein afgenomen en is boven op de klei de belasting aangebracht. Men kreeg toen den toestand, zooals er gebouwd zal worden; men zal alleen de zoden en teelaarde verwijderen en dan komen daarop de vloeren van de loodsen. Men heeft dan op de kleilaag, die men heeft laten zitten, eerst een belasting op 1 M2. gemaakt van 2400 Kilo. Deze zakte den eersten dag niet. Nadat men er 1000 Kilo bij had gedaan kreeg men den eersten dag een zakking van 5 m.M. en den volgenden dag nog een van 5 m.M. Toen men er weer 1000 Kilo bij had gedaan men was toen op 4400 Kilo zakte het tot 15 m.M. en bleef verder ongeveer zoo staan. Men had toen nog niet de directe belasting van het gebouw; er was een belasting van 4400 Kilo, terwijl het bouwwerk zelf, als het gevuld is, een druk van 4500 Kilo per M2. zal geven. Toen men er daarna nog 1000 Kilo bij deed, daarmee op 5400 Kilo kwam en dus even over den druk van het gebouw heen was, zakte de grond tot 48 m.M. Men is er toen maar onmiddellijk mee opgehouden; toen bleek dat de grond nog 5 c.M. inkneep als men maar 1000 Kilo boven de werkelijke belasting was en men den grond niet mag bebouwen tenzij met een 3-voudige zekerheid, is Openbare Werken op grond daarvan tot de conclusie gekomen dat men niet anders mag bouwen dan op een paalfundeering. Uit deze cijfers is het nu ook een leek misschien wel duidelijk dat, waar met een dergelijken druk op den grond nog lang niet is bereikt wat men moet hebben, men het voor dezen grond niet kan doen zonder een heifundeering. Verder is o. a. door den heer De Boer gezegd dat in het voorstel van Burgemeester en Wethouders staat dat ook bezuinigd kan worden, mede tengevolge van daling van den prijs van sommige bouwmaterialen. Maar waarop kan dan worden bezuinigd Zeker, de daling van sommige bouwmaterialen is ook mede de oorzaak, dat de andere kosten met 21.494.kunnen worden teruggebracht, met bezuiniging op andere werken kan werkelijk dit bedrag worden bezuinigd. Dit komt door dat, nu er een paalfundeering wordt gemaakt, men met een lichtere constructie voor7de vloeren van gewapend beton kan volstaan, terwijl bij den bouw verder ook andere bezuinigingen zullen worden uitgevoerd o. a., zooals hier staat, ten opzichte van de zandaanvulling, de kademuren, de grondwerken, compostloodsen, ge bouwen, enz. Die bedragen zijn alle iets gewijzigd, doordat men thans in dienst heeft een ingenieur voor het gewapend betonwerk en deze heeft uitgerekend en op papier gezet dat dit bedrag zal kunnen worden bezuinigd. De posten, die op de eerste pagina van het voorstel staan, zijn bijna alle op de vorige begrooting vergeten of te laag geraamd. Als de begrooting van het vorige plan goed was geweest, hadden Burgemeester en Wet houders eigenlijk niet eens bij den Raad behoeven te komen, omdat het verhoogde bedrag voor de paalfun deering dan meer dan bezuinigd had kunnen worden uit de andere werken. Het zal den Raad betrekkelijk wel onverschillig zijn, als het plan eenmaal is vast gesteld, wanneer een zware gewapend betonfundeering wordt veranderd in een heifundeering met lichtere betonfundeering; wanneer dit niet meer kost en het beter is, zal de Raad daarmee wel accoord kunnen gaan. Dit plan is niet duurder dan dat van verleden jaar. alleen heeft men toen de begrooting te laag opgezet.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1924 | | pagina 7