Vergaderino van Dinsdag 10 Juni 1924.
138 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 27 Mei 1924.
is het noodig tegen hem een rechtsvordering daartoe in
te stellen.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
VI. Aan de orde is de vraag van den heer Van der
Schoot (sub IV).
De interpellatie wordt geopend.
De heer Van der Schoot merkt op dat het geven van
machtiging voor het houden van optochten op Zondagen
iets is wat geheel tot de competentie van den Voorzitter
behoort; spreker laat dat dan ook geheel voor diens
rekening. Toch zou hij een vraag willen doen, n.l. of de
Voorzitter in verband met het eventueel houden van
optochten op Zondagen rekening wil houden met anders
denkenden zoo, dat die optochten niet worden gehouden
tijdens het beginnen van kerkdiensten, want dat werkt
daarop belemmerend. Spreker doet dus het verzoek om
daarmee rekening te willen houden.
De Voorzitter zal, nu de heer Van der Schoot over
de kwestie zelf niet spreekt, daarover ook niet spreken.
Hij wil echter graag toezeggen dat, als het ooit het ge
val is geweest dat er vergunning is gegeven een optocht
te houden op het moment dat de kerken aan gingen, dit
dan een vergissing is geweest en dat hem dit dan ont
komen is. De heeren, met wie spreker het houden van
de verschillende optochten heeft besproken, zullen ook
wel weten dat spreker uitdrukkelijk heeft gezegd hij
wil er direct in het openbaar bij zeggen dat hij per
soonlijk niet is voor het houden van optochten op
Zondag, maar daarom toch geen reden vindt om het te
weigeren en steeds op den voorgrond heeft gesteld
om aan alle kanten te denken aan de kerkdiensten. Nu
spreker dit gezegd heeft tegen de personen, die hem
vergunning kwamen vragen, ligt het dus wel in zijn lijn
om daar in het vervolg nog beter om te denken.
De interpellatie wordt gesloten.
Niets meer te behandelen zijnde, wordt de vergadering
door den Voorzitter gesloten.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 10 Juni 1924. 139
Tegenwoordig alle leden.
Voorzitter de heer jhr. Mr. J. M. van Beyma,
Burgemeester.
1. Wordt medegedeeld:
1. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd de
raadsbesluiten d.d. 13 Mei 1.1. tot koop van een strook
grond ten behoeve van de verbetering van den Sneeker-
trekweg, afstand in erfpacht aan R. Dijkstra alhier van
terrein hoek Bleeklaan—Tjerk Hiddesstraat;
2. rapport van de opneming der kas van het ge
meentelijk grondbedrijf en het bedrijf der gemeente
werken.
De punten sub 1 en 2 worden voor kennisgeving aan
genomen.
3. verslag van de gemeentereiniging over 1923.
Ligt nog eenigen tijd voor de leden ter inzage.
4. advies van den rechtsgeleerden raadsman der
gemeente Mr. J. M. van Hettinga Tromp omtrent hem
door Burgemeester en Wethouders gestelde vragen in
zake de verplichting van het Rijk tot het houden van
een garnizoen in deze gemeente.
Dit advies is overgelegd in verband met een door het
lid, den heer Mr. C. Beekhuis, bij de behandeling der
gemeente-begrooting voor 1924 gestelde vraag.
Het advies wordt voor kennisgeving aangenomen.
5. adres van H .J. Craye om hem eervol ontslag te
verleenen als directeur der Algemeene Begraaf
plaatsen.
Het gevraagde ontslag wordt verleend, onder bepa
ling dat de juiste datum nader door Burgemeester en
Wethouders zal worden vastgesteld.
6. dat Burgemeester en Wethouders:
a. bij openbare aanbesteding hebben gegund:
het verbeteren van een gedeelte van den weg Achter
de Hoven en het doortrekken van de Verstolkstraat met
bijkomende werken aan B. van der Kooij voor
24.890.—;
de levering ten behoeve der gemeentereiniging van
150 H.L. haver aan B. Wiebenga voor 10.75 de 100
K.G. en van 500 zinken deksels aan W. van der Hoop
te Makkum voor 147.60;
b. namen aan nieuw aangelegde straten hebben toe
gekend gelijk nader in hun in afschrift aan den Raad
overgelegd besluit zijn opgenomen.
Deze benaming luidt als volgt:
1. aan de straat, aanvangende aan den Westersingel
onmiddellijk ten zuiden van de plek waar de molen
„het Lam" heeft gestaan, en loopende eerst evenwijdig
aan de Fonteinstraat in westelijke richting, daarbij
snijdende de Engelsche straat, daarna met twee ombui
gingen, onderscheidenlijk naar het zuidwesten en het
zuiden, uitkomende op de ontworpen verlengde Fon
teinstraat Molenstraat;
2. aan de straat van het Kalvcrdijkje, loopende in
noordwestelijke richting naar den Groningerstraatweg
en vormende het verlengde van de Auke Stellingwerf
straat, mede Aukc Stellingwerf straat;
3. aan de straat, loopende" van het Kalverdijkje naar
den Groningerstraatweg, nagenoeg evenwijdig aan de
straat sub 2 en vormende het noordwestelijk verlengde
van de Schapestraat, mede Schapestraat;
4. aan de straat, loopende oostwaarts uit die sub 3
halverwege tusschen het Kalverdijkje en den Groninger-
straatweg en evenwijdig aan deze laatste Lommerstraat;
5. aan de ten oosten van die sub 3 van het Kalver
dijkje naar het noorden loopende en die sub 4 snijdende
straat Pinkstraat.
7. dat het met het oog op de ontvangst van het
congres van de Vereeniging van Nederlandsche Ge
meenten in het voornemen van den Voorzitter ligt de
eerstvolgende vergadering te beleggen op 1 Juli in plaats
van op 24 dezer en vervolgens, bijzondere omstandig
heden voorbehouden, op 15 en 29 Juli, terwijl dan, naar
de Voorzitter nog aanvult, zooals te doen gebruikelijk
is, in Augustus waarschijnlijk één vergadering zal wor
den gehouden.
De mededeelingen sub 6 en 7 worden voor kennis
geving aangenomen.
II. Wordt overgegaan tot behandeling van de voor
heden op den oproepingsbrief vermelde punten.
1 (Agenda no. 2). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan mej. Ar. Glas en aan D. Bakker
op hun verzoek eervol ontslag te verleenen onderschei
denlijk als reserve-onderwijzeres bij het openbaar lager
onderwijs en als onderwijzer aan gemeenteschool no. 12
alhier.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
2 (Agenda no. 3). Benoeming van een onderwijzeres
aan gemeenteschool no. 12, vacature D. Bakker.
Overeenkomstig de voordracht van Burgemeester en
Wethouders wordt met algemeene stemmen benoemd
mej. A. de Vries, reserve-onderwijzeres bij het openbaar
lager onderwijs te Leeuwarden.
3 (Agenda no. 4). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders tot afstand van terreinen in erfpacht:
a. aan R. Jellema (hoek Schapestraat en Groninger
straatweg) b. aan J. en M. Lerk (hoek Bleeklaan en
Paardestraat)c. aan A. en J. Negenman en J. Bakker
(weg Achter de Hoven bij de Verstolkstraat).
Deze voorstellen luiden als volgt:
a.
Van den heer R. Jellema, alhier, ontvingen wij een
verzoek om aan hem een perceeltje bouwterrein, hetwelk
is gelegen op den oostelijken hoek van de verlengde
Schapestraat en den Groningerstraatweg, in erfpacht
af te staan.
Wij hebben den adressant met de gebruikelijke voor
waarden in kennis gesteld en van hem bericht ontvan
gen, dat hij daarmede kan instemmen. Daar dit terrein
zeer gunstig aan een breeden verkeersweg is gelegen
hebben wij gemeend den prijs te moeten vaststellen op
10.— per M2.
De Directeur der gemeentewerken kan zich, blijkens
zijn hierbijgaand advies, met dezen afstand in erfpacht
vereenigen.
Onder overlegging van de stukken geven wij U in
overweging te besluiten:
aan R. Jellema, alhier, tot 31 December 1990 in erf
pacht af te staan een gedeelte van het perceel kadastraal
bekend gemeente Leeuwarden sectie F no. 3752, ge
legen op den oostelijken hoek van den Groningerstraat
weg en de Schapestraat, ter lengte langs den Groninger
straatweg gemeten van 9.50 M. en ter diepte van 30 M.,
zooals op de bijbehoorende situatieteekening in rood is
aangegeven, ter grootte van ongeveer 284 M2., de juiste
grootte nader door een landmeter van het kadaster uit
te meten, zulks op de volgende voorwaarden:
1. de erpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van 10.per M2. en een rentevoet van
6 per jaar;
2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van het raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis heeft bekomen, een bedrag van 142.ten kan
tore van het gemeentelijk grondbedrijf als waarborg
voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hem
na voldoening daaraan op aanvrage zal worden terug
gegeven;
