98 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 14 April 1925.
voor arbeiderswoningbouw beter leent vermoedelijk
wordt bedoeld het terrein aan den Groningerstraatweg
de Minister het gewenscht acht dat het terrein in zijn
geheel verkocht wordt.
Bij schrijven van 2 Maart j.l. nu stelt de woningver-
eeniging de gemeente in de gelegenheid het geheele
terrein te koopen. Zij verklaart zich bereid het af te
staan tegen een prijs, welke zal worden vastgesteld door
drie deskundigen, waarvan iedere partij één benoemt,
terwijl de twee aldus benoemden te zamen den derden
zullen aanwijzen. Verder is als voorwaarde gesteld dat
de taxatiekosten komen voor rekening van iedere partij
voor de helft en de overdrachtskosten ten laste van de
gemeente.
Wij zijn van meening, dat op het aanbod van de ver-
eeniging kan worden ingegaan. Voor de gemeente moet
het van veel belang worden geacht den eigendom te
hebben van een vrij groot terrein, gelegen in aansluiting
aan hare terreinen en onmiddellijk bij de stad. Met de
voorwaarden, welke de woningvereeniging stelt ten
aanzien van den koop, kan, naar het ons voorkomt, ge
noegen worden genomen. De wijze waarop de taxatie
zal plaats hebben verzekert der gemeente dat zij niet
meer dan den thans op de openbare markt te bedingen
koopprijs zal behoeven te betalen.
In verband met het bovenstaande hebben wij de eer
U voor te stellen te besluiten
van de woningvereeniging „Leeuwarden" aan te
koopen het kadastrale perceel, gemeente Leeuwarden,
Sectie D no. 267, weiland (thans in gebruik als bouw
land), ter grootte van 3.31.50 H.A., volgens den prijs
vast te stellen door drie deskundigen, waarvan door
iedere partij één wordt benoemd, terwijl de twee aldus
benoemden te zamen den derden deskundige zullen aan
wijzen en onder bepaling dat
deze deskundigen tot de vaststelling van de koopsom
eenstemmig zullen komen
de kosten van taxatie komen voor rekening van iedere
partij voor de helft
de kosten van overdracht komen ten laste van de
gemeente.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig de voorstellen van Burgemeester en Wethou
ders sub 36 (agenda sub 36).
7 (Agenda no. 7). Herstemming over het voorstel
van den heer Muller en Mevr. BuismanBlok Wijbrandi
omtrent het instellen van een gemeentelijken stortings-
en ophaaldienst, c. q. stemming over het voorstel van
Burgemeester en Wethouders.
De Voorzitter doet nogmaals lecture van het voorstel
van den heer Muller en mevrouw BuismanBlok Wij
brandi.
Dit voorstel wordt met 13 tegen 12 stemmen aange
nomen.
Vóór stemmen: de heeren Dijkstra, O. F. de Vries,
H. de Boer, K. de Boer, Visser, Tiemersma, mevrouw
BuismanBlok Wijbrandi, de heeren Van der Veen,
Van der Laan, Botke, Hooiring, Muller en B. Molenaar.
Tegen stemmen de heeren Lautenbach, Wölcken,
Fransen, Cohen, Oosterhoff, Koopmans, Weima, Hofstra,
Van der Schoot, IJ. de Vries, Westra en Beekhuis.
8 (Agenda no. 8). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan de vereeniging Zwembad Groote
Wielen" voor den bouw van een damesbad een voor
schot te verleenen van ten hoogste f 5000.
Dit voorstel luidt als volgt
Van het bestuur der vereeniging Zwembad „Groote
Wielen" ontvingen wij het verzoek te bevorderen, dat
de gemeente aan haar het ontbrekende kapitaal ad vijf
duizend gulden voorschiet voor den bouw van een af
zonderlijke zwem- en badinrichting voor dames.
In de bij het adres behoorende memorie van toelich
ting wordt er op gewezen dat de vereeniging tot nog
toe zonder eenigen steun van overheidswege in de be
hoefte aan zwemmen en baden van de Leeuwarder in
gezetenen heeft voorzien. Thans echter eischt het nieuwe
plan een bedrag van 6500.reeds zijn in eigen kring
150 aandeelen a 10.voor de oprichting van een
afzonderlijk damesbad toegezegd; het resteerende be
drag vraagt zij nu bij wijze van voorschot van de ge
meente. Door de stichting van het dames-bad kan de
inrichting, ten behoeve van een meer geregeld gebruik
op alle uren van den dag, voor de beide geslachten den
geheelen dag geopend blijven. Bovendien wordt daar
door de gelegenheid voor oefening van kinderen belang
rijk verruimd; de vereeniging verklaart zich bovendien
bereid, om, wanneer de gemeente te harer tijd de oefe
ning van de schoolgaande jeugd in het zwemmen als
onderdeel van de lichamelijke oefening wil bevorderen,
deze aangelegenheid zooveel mogelijk te steunen, ook
door de inrichting daarvoor beschikbaar te stellen, tegen
bijdragen naar draagkracht van de ouders.
Tegenover dit verzoek staan wij wel sympathiek
inderdaad is het zwembad aan de Groote Wielen een
uitstekende gelegenheid voor baden en zwemmen in
open lucht, waarvan een druk gebruik wordt gemaakt.
In 1924 werd het zwembad door 635 abonné's
bezocht, terwijl 2219 kaarten voor losse baden
werden uitgegeven. Wij meenen dan ook dat de ge
meente in het belang der volksgezondheid hare mede
werking kan verleenen die bovendien waarschijnlijk,
zoo al, slechts geringe offers van de openbare kas zal
vragen, waarom wij U in overweging geven te besluiten:
aan de vereeniging Zwembad „Groote Wielen", voor
den bouw nabij hare inrichting aldaar van een afzon
derlijk dames-bad aan den Groningerstraatweg, een
voorschot te verleenen van ten hoogste Vijf duizend
gulden 5000.of zooveel minder, als na aanbeste
ding zal blijken noodig te zijn, onder nader door Bur
gemeester en Wethouders met het bestuur der vereeni
ging overeen te komen voorwaarden.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Botke heeft met genoegen den raadsbrief
gelezen, die op dit punt betrekking heeft en wil zeggen
dat het voorstel van Burgemeester en Wethouders hem
zeer sympathiek is. Wanneer dit plan van Zwembad
„Groote Wielen" doorgaat, n.l. als dit voorstel van
Burgemeester en Wethouders wordt aangenomen en de
vereeniging haar plan kan uitvoeren en een dames
zwembad wordt opgericht, zal dit zeer zeker een ver
betering zijn voor de beoefening van de zwemsport.
Het bestuur der vereeniging Zwembad „Groote Wie
len" zegt in de toelichting dat de vereeniging tot nog
toe in de behoefte aan zwemmen heeft voorzien, maar
dat is wel wat te boud gesproken; daarvoor liggen de
Groote Wielen te ver van de stad af en is die inrichting
ook te duur voor verschillende menschen. Zij die daar
zwemmen spreker weet het ook bij ondervinding
zijn daarmee een heelen tijd kwijt en ook is het voor
velen niet gemakkelijk een abonnement te nemen van
6.— of 40 cent te betalen voor een los bad, teneinde
geregeld van het bad gebruik te maken. Doch als het
zwembad voor dames er komt, zal dit èn voor de dames
èn voor de heeren een belangrijke verbetering betee-
kenen.
Spreker is het volkomen met Burgemeester en Wet
houders eens dat de Wielen een uitstekende gelegenheid
is om te zwemmen; hij kan uit ondervinding spreken
en als hij tijd en gelegenheid heeft gaat hij er dikwijls
heen. Het aangenaamste uit dit voorstel is hem dat, als
het wordt aangenomen waaraan hij niet twijfelt
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 14 April 1925.
99
hij de mogelijkheid ziet dat wij binnen korten tijd een
begin kunnen maken met de kinderen van de lagere
scholen gelegenheid te geven daar te leeren zwemmen.
Waar ook de vereeniging Zwembad „Groote Wielen"
hare medewerking heeft toegezegd om daartoe te komen
en Burgemeester en Wethouders, voordat het voorschot
wordt gegeven, nog hun voorwaarden kunnen stellen,
meent spreker dat in deze richting veel kan worden ge
daan en zou hij de aandacht van Burgemeester en Wet
houders daarop willen vestigen, opdat, als dit voorstel
wordt aangenomen, wij binnen niet langen tijd hier
zullen kunnen beleven dat de kinderen van de lagere
scholen naar de Wielen zullen gaan om les in het zwem
men te krijgen. Waar spreker vermoedt dat het in den
aanvang niet zoo geweldig druk zal loopen aan het
dameszwembad, zullen er zeer zeker uren kunnen wor
den gevonden om het zwembad voor de kinderen dis
ponibel te houden.
De beraadslagingen worden gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
9 (Agenda no. 9). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om hen te machtigen tot doortrekking van
den steenen walmuur van de Sneekerkade tot de eigen
dommen der Friesche Coöp. Zuivel-Exportvereeniging
aan den Sneekertrekweg.
Dit voorstel luidt als volgt
Het bleek ons, dat de directie der Nederlandsche
Spoorwegen voornemens was, na het wegnemen van de
oude brug over den toegang naar de spoorweghaven,
welke binnenkort, zoodra de nieuwe haven geheel ge
reed is, zal worden gedempt, over te gaan tot het maken
van een houten walbeschoeiïng ter plaatse.
In verband met de bij ons aanhangige plannen tot het
leggen van een steenen walmuur langs den trekweg van
de Sneekerkade tot de fabriek der Friesche Coöperatieve
Zuivel-Exportvereeniging, kwam het ons gewenscht
voor, reeds aanstonds bij de directie der spoorwegen
pogingen aan te wenden dat in plaats van een houten
beschoeiing de walmuur in steen wordt doorgetrokken,
waardoor een betere toestand zou ontstaan. Die pogin
gen werden met succes bekroond; de directie verklaarde
zich bereid ongeveer 1400.waarop de kosten van
de houten beschoeiing worden geraamd, bij te dragen
in de kosten van het leggen van den steenen muur. Op
gemerkt dient nog, dat de directie de voorwaarde stelt,
dat zij in dezen zekerheid bekomt vóór den 26 April e.k.
(binnen een maand na dagteekening van haar schrijven,
26 Maart 1.1.). Na den datum van 26 April zou zij een
tijdelijke voorziening moeten treffen, en het bedrag van
1400.zou dan met de kosten van het tijdelijke werk
worden verlaagd..
Indien dus Uwe Vergadering ons de machtiging ver
strekt tot het doortrekken van den steenen walmuur van
de Sneekerkade langs de monding der oude spoorweg
haven tot de eigendommen der Friesche Coöperatieve
Zuivel-Exportvereeniging, komt bij de kosten hiervan,
welke nog niet kunnen worden opgegeven, waarom wij
omtrent de regeling van het financieele gedeelte nader
de noodige voorstellen zullen doen toekomen, in min
dering het bedrag van ongeveer 1400.dat de
directie der spoorwegen voor het bedoelde gedeelte kan
toestaan.
Wij hebben derhalve de eer U voor te stellen ons
deze machtiging te verleenen.
10 (Agenda no. 10). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om hun een crediet te verleenen voor
uitbreiding der school van middelbaar onderwijs voor
meisjes.
Dit voorstel luidt als volgt
Sinds de reorganisatie der Middelbare school voor
meisjes worden na de 11de klasse de leerlingen in twee
afdeelingen A en B gesplitst; dit brengt mede de nood
zakelijkheid van beschikking over meer leslokalen, een
behoefte, die zich tot heden nog niet zoozeer deed ge
voelen, daar nu nog slechts twee klassen der A-afdeeling
in werking zijn en door verschikking van lokaal
ruimten en doordat de scheikunde aan het gymnasium
werd gegeven, nog vrij behoorlijk in het tekort werd
voorzien. Intusschen komt er in den volgenden cursus
een klasse A V bij en het jaar daarop, wanneer de reor
ganisatie dus geheel doorgewerkt heeft, klasse A VI.
Vermoedelijk mede door de verandering der school, is
de laatste jaren de toeloop grooter, zoodat ook in de
laagste twee klassen, wegens het groot aantal leerlingen,
splitsing waarschijnlijk noodig is; hieromtrent zijn uit
voerige gegevens in den brief der directrice van 31 Ja
nuari 1.1. te vinden. Vermoedelijk zijn er dit jaar (cursus
1925/26) dus 2 leslokalen, het volgende jaar 3 leslo
kalen te kort, terwijl de bestaande ruimte reeds zoo is
uitgebuit, dat het bepaald onmogelijk is hierin nog meer
leerlingen onder te brengen, dan thans het geval is. Een
tweede moeilijkheid is deze dat, daar in het natuur-
kunde-lokaal tevens de lessen in de natuurlijke historie
gegeven worden, het aantal gezamenlijke lesuren te
groot wordt om beide vakken in dat zelfde lokaal te
blijven onderwijzen. Behalve dus 3 leslokalen is boven
dien nog noodig een natuurkunde-lokaal met laborato
rium, waardoor het ook mogelijk zal zijn, zoo noodig,
enkele scheikunde lessen weer op de eigen school te
geven.
Nu heeft, gelijk bekend, de school een grooten tuin,
die gelegenheid geeft tot het bijbouwen van lokalen,
zonder dat het bestaande gebouw hiervan door licht-
onderschepping nadeel ondervindt, indien althans ge
volgd wordt plan A door den Directeur der gemeente
werken, bij zijn rapport d.d. 1 dezer no. 490 ingezonden,
dat beoogt de oprichting van een bijgebouw met ver
dieping en waarin, behalve de noodige kleed- en berg
ruimte, privaten enz., beneden een natuurkunde-lokaal
met laboratorium en een leslokaal, en boven twee les
lokalen een plaats vinden, terwijl bovendien op de ver
dieping boven het laboratorium op den duur, zoo noodig,
nog een lokaal kan worden bijgebouwd. De directrice
spreekt n.l. in den aangehaalden brief den wensch uit
dat ook een aardrijkskunde-lokaal wordt toegevoegd,
daar de kaarten van het eene gebouw naar het andere
moeten worden overgebracht, wat zijne bezwaren mee
brengt voor de betrokken docent en waardoor de kaar
ten lijden. Voorloopig echter lijkt ons deze uitbreiding
nog niet dringend noodig.
Bij de uitvoering van plan B, door den Directeur ge
lijktijdig ingezonden, wordt een zóó groot gedeelte van
den tuin volgebouwd, dat hiervan slechts een onaan
zienlijk stuk overblijft en de lichttoetreding voor het be
staande gebouw belangrijk minder wordt.
Bij beide plannen wordt het nieuwe gebouw met het
bestaande verbonden door een open, overdekte gang.
Bij nadere beschouwing komt het echter raadzaam voor
deze gang gesloten te maken, waardoor de begrooting
der bouwkosten met 600.moet worden verhoogd.
De uitvoering is gedacht met houten buitenwanden,
van binnen bekleed met muren van drijfsteen het ge
heel op steenen voet de fundeering wordt van gewa
pend beton in het voetspoor van gebouwen ten behoeve
van onderwijs elders het gebouw is voorzien van eene
inrichting voor centrale verwarming. Een en ander is
met de directrice der school en de betrokken docenten
uitvoerig besproken en draagt hare goedkeuring weg.
De commissie voor de Openbare Werken en de com
missie van toezicht op het middelbaar onderwijs geven,
blijkens hunne adviezen, onderscheidenlijk van 8 en 7
dezer, eveneens de voorkeur aan plan A, het gebouw