146 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 24 Augustus 1926.
De directeur der gemeentewerken heeft tegen den
afstand van het terrein geen bezwaar.
Onder overlegging van de stukken geven wij U in
overweging te besluiten
aan G. Giezen, alhier, tot 31 December 1990 in erf
pacht af te staan een perceel bouwterrein aan de noord
westzijde van de Bernhardus Bumastraat, gelegen on
middellijk naast en ten noordoosten van het terrein, dat
aldaar reeds in erfpacht aan hem is uitgegeven, ter
breedte langs den weg gemeten van 17 M., zooals op
de bijbehoorende situatieteekening met een roode arcee
ring is aangewezen, ter grootte van ongeveer 382 M2.,
de juiste grootte nader door een landmeter van het
kadaster uit te meten, zulks op de volgende voor
waarden
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van 7.per M2. en een rentevoet van
6 per jaar
2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van het raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis heeft bekomen, een bedrag van 133.ten
kantore van het gemeentelijk grondbedrijf als waarborg
voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hem,
na voldoening daaraan, op aanvraag zal worden terug
gegeven
3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door den
dienst der gemeentewerken worden aangegeven
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
bebouwing door derden niet plaats hebben
5. overigens zijn van toepassing voor zoover
mogelijk en met het bovenstaande niet in strijd de
bepalingen betreffende de uitgifte in erfpacht van bouw
terreinen gelegen tusschen Oostersingel en Cambuur-
sterpad en toebehoorende aan de gemeente Leeuwarden.
b.
De heeren G. de Wilde en A. Winters, alhier, hebben
tot ons het verzoek gericht om het perceel bouwterrein,
hetwelk is gelegen op den stratenhoek, welke wordt
gevormd door de Merelstraat en de Kievitstraat, in erf
pacht te mogen ontvangen.
De directeur der gemeentewerken is van oordeel, dat
op het verzoek van de adressanten gunstig kan worden
beschikt.
De adressanten hebben met de gebruikelijke voor
waarden genoegen genomen.
De bedongen grondprijs is 9.per M2., welk be
drag voldoende moet worden geacht.
Onder overlegging van de stukken geven wij U in
overweging te besluiten:
aan G. de Wilde en A. Winters, alhier, tot 31 Decem
ber 1990 in erfpacht af te staan het perceel bouwterrein,
gelegen op den stratenhoek, welke wordt gevormd door
de Merelstraat en de Kievitstraat, kadastraal bekend
gemeente Leeuwarden sectie D no. 1868, groot 6.79 Are,
zulks op de volgende voorwaarden
1. de canon wordt berekend naar een grondwaarde
van 9.per M2. en een rentevoet van 6 per jaar;
2. de erfpachters moeten binnen tweemaal 24 uren,
nadat zij van de toewijzing in erfpacht kennis hebben
bekomen, een waarborgsom van 305.storten ten
kantore van het gemeentelijk grondbedrijf voor de na
koming der voorwaarden, welk bedrag hun, na voldoe
ning daaraan, op aanvraag wordt teruggegeven;
3. de rooiïng der te stichten gebouwen zal nader
door den dienst der gemeentewerken worden aange
geven
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
gedurende dien tijd bebouwing door derden niet plaats
vinden;
5. de bepalingen betreffende de uitgifte in erfpacht
van bouwterreinen, gelegen tusschen Oostersingel en
Cambuursterpad en toebehoorende aan de gemeente
Leeuwarden, worden voor zoover mogelijk en met
het bovenstaande niet in strijd op dezen afstand in
erfpacht van kracht verklaard.
c.
Bij adres van 17 Juli 1926 richtte de heer J. J. van
der Kam te Huizum tot ons het verzoek om aan M. Ben-
ninga, alhier, een perceel bouwterrein aan de zuid
westzijde van de Marssumerstraat in erfpacht af te
staan.
De directeur der gemeentewerken geeft in zijn des
betreffend advies te kennen, dat hij geen bezwaar heeft
om aan het verzoek van den adressant te voldoen.
De belanghebbende heeft met de gebruikelijke voor
waarden genoegen genomen.
De bedongen grondprijs is 7.per M2., welk be
drag ook als grondslag heeft gestrekt voor de bereke
ning van de erfpachtscanons voor omliggende terreinen.
Onder overlegging van de stukken geven wij U in
overweging te besluiten
aan M. Benninga, alhier, tot 31 December 1990 in
erfpacht af te staan een perceel bouwterrein aan de
zuidwestzijde van de Marssumerstraat, ter breedte van
12.50 M. langs den weg gemeten, aanvangende op 1 M.
uit den zuidoostgcvel van de aldaar staande gemeente
woningen, zooals op de bijbehoorende teekening met
een roode arceering is aangegeven, ter grootte van
ongeveer 275 M2., de juiste grootte nader door een
landmeter van het kadaster uit te meten, zulks op de
volgende voorwaarden
1. de canon wordt berekend naar een grondwaarde
van 7.— per M2. en een rentevoet van 6 per jaar;
2. de erfpachter moet binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van de toewijzing in erfpacht kennis heeft
bekomen, een waarborgsom van 96.storten ten
kantore van het gemeentelijk grondbedrijf voor de
nakoming der voorwaarden, welk bedrag hem, na vol
doening daaraan, op aanvraag wordt teruggegeven;
3. de rooiïng der te stichten gebouwen zal nader
door den dienst der gemeentewerken worden aange
geven;
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
gedurende dien tijd bebouwing door derden niet plaats
vinden;
5. de bepalingen betreffende de uitgifte in erfpacht
van bouwterreinen gelegen tusschen Oostersingel en
Cambuursterpad en toebehoorende aan de gemeente
Leeuwarden worden voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd voor dezen afstand in
erfpacht van kracht verklaard.
d.
Van den heer M. Spandaw ontvingen wij het verzoek
om aan hem een perceel bouwterrein aan de noordwest
zijde van den weg Achter de Hoven in erfpacht af te
staan. Het bedoelde terrein heeft een breedte van 22 M.
langs den weg gemeten, aanvangende aan de zuidwest
zijde van de Verstolkstraat, ter oppervlakte van onge
veer 550 M2. De adressant heeft met de gebruikelijke
voorwaarden genoegen genomen. De bedongen grond
prijs bedraagt 8.50 per M2., welk bedrag voldoende
moet worden geacht.
Onder overlegging van de stukken geven wij U in
overweging te besluiten
aan M. Spandaw, alhier, tot 31 December 1990 in
erfpacht af te staan een perceel bouwterrein, gelegen
aan de noordwestzijde van den weg Achter de Hoven,
ter breedte van 22 M. langs den weg gemeten, aanvan
gende bij de zuidwestzijde van de Verstolkstraat, zooals
op de bijbehoorende situatieteekening in rood is aan
gegeven, ter grootte van ongeveer 550 M2., de juiste
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 24 Augustus 1926. 147
grootte nader door een landmeter van het kadaster uit
te meten, zulks op de volgende voorwaarden
1. de canon wordt berekend naar een grondwaarde
van acht gulden vijftig cent 8.50) per M2. en een
rentevoet van 6 per jaar
2. de erfpachter moet binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van de toewijzing in erfpacht kennis heeft
bekomen, een waarborgsom van 232.storten ten
kantore van het gemeentelijk grondbedrijf voor de nako
ming der voorwaarden, welk bedrag hem, na voldoening
daaraan, op aanvrage wordt teruggegeven
3. de rooiïng der te stichten gebouwen zal nader
door den dienst der gemeentewerken worden aange
geven
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
gedurende dien tijd bebouwing door derden niet plaats
vinden
5. de bepalingen betreffende de uitgifte in erfpacht
van bouwterreinen, gelegen tusschen Oostersingel en
Cambuursterpad en toebehoorende aan de gemeente
Leeuwarden voorzoover mogelijk en met het boven
staande niet in strijd worden voor dezen afstand in
erfpacht van kracht verklaard
6. indien de Verstolkstraat moet worden verbreed,
moet de erfpachter op eerste vordering van Burge
meester en Wethouders zooveel van zijn aan die straat
en voor de rooilijn gelegen terrein afstaan als genoemd
college noodig zal oordeelen, waarna de erfpachtscanon
naar evenredigheid zal worden verminderd.
De Voorzitter merkt, ten aanzien van het voorstel sub c
op. dat daarin een kleine rectificatie moet worden aan
gebracht. Zooals de voordracht luidt, zou Van der Kam
namens Benninga hebben verzocht en het verzoek geeft
ook aanleiding tot die meening. Dit is echter niet juist;
zij verzoeken beiden, maar Van der Kam heeft het ge
vraagd en die was het met de voorwaarden eens, als
Benninga daar ook in medeging. Het is dus een verzoek
dat hen beiden geldt en het besluit zal dus ook moeten
wezen
„aan M. Benninga, alhier, en J. J. van der Kam, te
Huizum, tot 31 December 1990 in erfpacht af te
staan enz."
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig de voorstellen van Burgemeester en Wethou
ders sub ad, wat sub c betreft met inachtneming van
de wijziging, daarin namens Burgemeester en Wethou
ders door den Voorzitter aangebracht.
9 (Agenda no. 10). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan K. O. van der Meuten in koop af
te staan een strookje grond ten noorden van het
Noordvliet.
Dit voorstel luidt als volgt
Aan den heer K. O. van der Meulen, alhier, eigenaar
van het pand aan het Noordvliet, kadastraal bekend ge
meente Leeuwarden sectie G no. 4484, is door den voor-
maligen eigenaar van het perceel kadastraal bekend als-
voren no. 8248 vergund, om de tusschen die perceelen
liggende sloot te dempen en een scheidingshek te plaat
sen ten noorden van die sloot. De gemeente is later
eigenares geworden van laatstgenoemd perceel en heeft
daarop thans een stratencomplex aangelegd. Bij name
ting der perceelsgrenzen is gebleken, dat door de plaat
sing van het bedoelde hek een strookje grond, dat
thans aan de gemeente in eigendom toebehoort, in ge
bruik is genomen, ter lengte van zt 6.75 M. en ter
breedte van 1.25 M., ter grootte alzoo van ongeveer
8.50 M. De gebruiker heeft verzocht om dat strookje
grond van de gemeente te mogen aankoopen, tegen
betaling van 5.per M2. Wij hebben hiertegen geen
bezwaar, daar de prijs ons voldoende voorkomt.
De directeur der gemeentewerken kan zich met den
verkoop vereenigen.
Onder overlegging van de stukken geven wij U in
overweging te besluiten
aan K. O. van der Meulen, alhier, te verkoopen een
strookje grond ten noorden van het Noordvliet, zijnde
een zuidelijk middengedeelte van het perceel kadastraal
bekend gemeente Leeuwarden sectie G no. 11995 en
gelegen onmiddellijk achter en ten noorden van het
perceel kadastraal bekend alsvoren no. 4484, zooals op
de bijbehoorende situatieteekening met een zwarte ar
ceering is aangegeven, ter grootte van ongeveer 8.50
M2., zulks, behalve op de gebruikelijke voorwaarden,
op de volgende bedingen
1. de koopprijs bedraagt 42.50
2. alle kosten op den verkoop en de levering val
lende zijn ten laste van den kooper.
De Voorzitter moet ook hierbij een opmerking maken.
In dit voorstel staat: „zooals op de bijbehoorende situa
tieteekening met de zwarte arceering is aangegeven".
Die teekening was echter niet geheel juist; er was een
klein stukje te weinig gearceerd. Er is nu een nieuwe
teekening gemaakt, waarbij het gearceerde stukje wat
langer is geworden en thans in rood aangegeven, zoodat
thans de nieuwe situatieteekening de juiste is.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders,
met inachtneming van de opmerking van den Voorzitter.
10 (Agenda no. 11). Voorstel van Burgemeester en
Wethouders om aan het Provinciaal Electriciteitsbedrijt
vergunning te verleenen tot het plaatsen en hebben van
een draaikraan in den berm van den Kancalweg N.Z.
Dit voorstel luidt als volgt
De directeur van het Provinciaal Electriciteitsbedrijt
verzoekt bij zijn schrijven van Juli 1926 vergunning tot
het oprichten van een electrische draaikraan in den
berm van den Kanaalweg N.Z. vóór het terrein der elec
trische centrale. Blijkens de bij het adres overgelegde
omschrijving is de soliditeit van de fundeering vol
doende verzekerd. De directeur der gemeentewerken,
in wiens handen wij het adres stelden, heeft tegen de
plaatsing geen bezwaar, zoodat de gevraagde vergun
ning kan worden verleend indien bepaalde voorschriften
worden in acht genomen.
Wij stellen derhalve U voor te besluiten
aan het Provinciaal Electriciteitsbeclrijf vergunning te
verleenen tot het plaatsen en tot wederopzeggens toe
hebben van een electrische draaikraan in den berm van
den Kanaalweg N.Z., onder de volgende voorwaarden
1. De juiste plaats van de draaikraan, waarvan de
fundeering dient te worden uitgevoerd volgens de inge
zonden omschrijving, moet in nader overleg met den
directeur der gemeentewerken worden bepaald achter
de bestaande oeververdediging, zoodat deze intact kan
blijven.
2. Gedurende de uitvoering moet het werk met vol
doende afkeeringen worden afgesloten.
3. De overtollige grond moet onmiddellijk buiten het
aan de gemeente toebehoorend terrein worden vervoerd.
4. De kraan met toebehooren moet steeds in goeden
staat en netjes worden onderhouden, ten genoegen van
Burgemeester en Wethouders.
5. Wanneer de vergunning wordt ingetrokken of er
geen gebruik meer van wordt gemaakt, moet de kraan
met toebehooren binnen een door het gemeentebestuur
te stellen termijn worden opgeruimd en de berm van
den weg in den oorspronkelijken toestand worden terug
gebracht, naar genoegen van Burgemeester en Wet
houders.