118 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 8 Juni 1927. schen L. de Vries en H. Zalmstra, alhier, een Westelijk gedeelte, op de hierbij overgelegde situatieteekening met een roode omlijning aangeduid, in erfpacht te ontvangen. De erfpachtscanon zal worden berekend naar een grondwaarde van 9.per M-., welk bedrag ook voor andere bouwterreinen aan de Molenstraat is bedongen. Overigens zullen de gebruikelijke voorwaarden ook voor deze uitgifte van kracht zijn. Onder overlegging van de stukken geven wij U in overweging te besluiten aan L. de Vries en H. Zalmstra, alhier, tot 31 De cember 1990 in erfpacht af te staan een Westelijk gedeelte van blok X der terreinen van het voormalige Rijksopvoedingsgesticht, ter breedte van 25 M. langs den weg gemeten, aanvangende op de Westelijke grens van het blok, zooals op de bijbehoorende situatieteeke ning met een roode omlijning is aangegeven, ter grootte van ongeveer 625 M2., de juiste grootte nader door een landmeter van het kadaster uit te meten, zulks op de volgende voorwaarden 1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een grondwaarde van 9.— per M2. en een rentevoet van 6 per jaar; 2. de erfpachters storten binnen tweemaal 24 uren, nadat zij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht kennis hebben bekomen, een bedrag van 281.ten kantore van het gemeentelijk grondbedrijf, als waarborg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hun, na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden terug gegeven; 3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door den dienst der gemeentewerken worden aangegeven; 4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag bebouwing door derden niet plaats hebben; 5. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht van toepassing voor zoover mogelijk en met het bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo- rende aan de gemeente Leeuwarden. b. Van Th. D. Keuning, alhier, ontvingen wij een adres, houdende verzoek hem een perceel bouwterrein aan den Groningerstraatweg, gelegen onmiddellijk naast en ten Zuidwesten van het terrein, dat onlangs aan de firma Drontman en Zoon is uitgegeven en op de hierbij over gelegde situatieteekening in roode kleur is aangeduid, in erfpacht af te staan. De gegadigde heeft met de gebruikelijke voorwaarden en een grondprijs van 10.— per M2., welke ook voor het bovenomschreven aangrenzende terrein is bedongen, genoegen genomen. Onder overlegging van de stukken geven wij U mits dien in overweging te besluiten aan Th. D. Keuning, alhier, tot 31 December 1990 in eitpacht af te staan een perceel bouwterrein aan de Zuidoostzijde van den Groningerstraatweg, zooals op de bijbehoorende situatieteekening in roode kleur is aangegeven, ter grootte van ongeveer 400 M2., zulks op de volgende voorwaarden 1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een grondwaarde van 10.per M2. en een rentevoet van 6 per jaar; 2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren, nadat hij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht kennis heeft bekomen, een bedrag van 200.ten kantore van het gemeentelijk grondbedrijf, als waarborg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hem, na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden terug gegeven; 3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door den dienst der gemeentewerken worden aangegeven; 4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag bebouwing door derden niet plaats hebben; 5. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht van toepassing voor zoover mogelijk en met het bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo- rende aan de gemeente Leeuwarden. c. Bij een adres d.d. 16 April 1927 gaf H. Herrema, alhier, den wensch te kennen een perceel grond aan cfe Zuidzijde van de Vinkstraat in erfpacht te mogen ont vangen. Later deed de adressant tezamen met R. Dijk stra, alhier, het verzoek om het bedoelde terrein aan laatstgenoemde in erfpacht af te staan. Het terrein grenst ten Oosten aan den grond, die bij Uw besluit van 5 April 1927 no. 112R/67 aan genoem den Dijkstra werd uitgegeven, en is op de bijbehoorende situatieteekening met roode kleur aangeduid. In Uw vermeld besluit van 5 April zijn eenige bepa lingen opgenomen betreffende den aanleg van een voet pad en het behoud van de bestaande rioleering ten be hoeve van de eigenaren van eenige perceelen aan de Stienser Landbuurt, welke bepalingen ook van toepas sing moeten worden verklaard op de uitgifte van dezen grond. Overigens zulien de gebruikelijke voorwaarden gelden, terwijl de erfpachtscanon zal worden berekend naar een grondwaarde van 7.50 per M2., welke prijs ook voor het aangrenzende terrein is bedongen en vol doende kan worden geacht. Onder overlegging van de stukken geven wij U daarom in overweging te besluiten aan R. Dijkstra, alhier, tot 31 December 1990 in erf pacht af te staan het nog overblijvende bouwterrein aan de Zuidzijde van de Vinkstraat, zooals op de bijbehoo rende situatieteekening met roode kleur is aangegeven, ter grootte van ongeveer 285 M2., de juiste grootte nader door een landmeter van het kadaster uit te meten, zulks op de volgende voorwaarden 1. de canon wordt berekend naar een grondwaarde van 7.50 per M2. en een rentevoet van 6 per jaar: 2. de erfpachter moet binnen tweemaal 24 uren. nadat hij van de toewijzing in erfpacht kennis heeft bekomen, een waarborgsom van 106.storten ten kantore van het gemeentelijk grondbedrijf voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hem, na vol doening daaraan, op aanvrage wordt teruggegeven; 3. de rooiïng der te stichten gebouwen zal nader door den dienst der gemeentewerken worden aange geven; 4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag bebouwing door derden niet plaats vinden; 5. de erfpachter moet gedoogen, dat het in het ter rein aanwezige hoofdriool en de daarop aansluitende spruitriolen van de woningen aan de Stienser Landbuurt op den bestaanden voet behouden blijven en dat bij verstopping van de bedoelde spruitriolen desnoodig op zijn terrein opgravingen worden gedaan; het hoofdriool moet voldoende, ter beoordeeling van Burgemeester en Wethouders, door den erfpachter worden onderhouden; alle kosten daarvan komen voor zijne rekening; hij zal noch te dezer zake, noch ter zake van bovenbedoelde opgravingen eenigerlei recht tot schadevergoeding tegenover de gemeente kunnen doen gelden; 6. de erfpachter moet, indien zij zulks verlangen, in overleg en tezamen met de eigenaren der achtergelegen perceelen aan de Stienser Landbuurt een voetpad aan- leggen in de richting van het pleintje aan de Vinkstraat en daartoe '/2 M- van den aan hem uitgegeven grond beschikbaar stellen, zullende dit pad zijn ten dienste Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 8 Juni 1927. 119 van de bedoelde perceelen aan de Stienser Landbuurt en van die aan de Vinkstraat en komende de kosten van het onderhoud daarvan ten laste van de gezamenlijke eigenaren, respectievelijk erfpachter; de erfpachter moet echter, in dit geval, zoo dit voor eene verbinding van het pad met het pleintje van de Vinkstraat noodig mocht blijken, het pad bewesten de Oostgrens van het perceel no. 66b aan de Stienser Landbuurt, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden sectie D no. 842, geheel op den aan hem uitgegeven grond aanleggen; 7. overigens zijn van toepassing voor zoover mogelijk en met het bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende de uitgifte in erfpacht van bouw terreinen, gelegen tusschen Oostersingel en Cambuur sterpad en toebehoorende aan de gemeente Leeuwarden. d. Bij Uw besluit van 20 April 1927, no. 123R/71, werd aan K. de Haan en T. van der Hoek, alhier, een perceel bouwterrein aan de Noordzijde van de Dronrijperstraat in erfpacht afgestaan. De genoemde erfpachters wen- schen thans eveneens het ten Oosten van dat perceel gelegen stuk grond, op de hierbij behoorende situatie teekening met een roode omlijning aangegeven, in erf pacht te ontvangen. De bedongen grondprijs bedraagt 7.50 per M2., welk bedrag ook als grondslag voor de berekening van den erfpachtscanon voor het aangrenzende terrein strekt, terwijl overigens de gebruikelijke voorwaarden van toepassing zullen zijn. Onder overlegging van de stukken geven wij U der halve in overweging te besluiten aan K. de Haan en T. van der Hoek, alhier, tot 31 De cember 1990 in erfpacht af te staan een perceel bouw terrein aan de Dronrijperstraat, gelegen onmiddellijk naast en ten Oosten van het terrein, dat hun bij Raads besluit van 20 April 1927, no. 1 23r/7 1in erfpacht is uitgegeven, zooals op de bijbehoorende situatie teekening met een roode omlijning is aangegeven, ter grootte van ongeveer 420 M2., de juiste grootte nader door een landmeter van het kadaster uit te meten, zulks op de volgende voorwaarden 1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een grondwaarde van 7.50 per M2. en een rentevoet van 6 per jaar 2. de erfpachters moeten binnen tweemaal 24 uren, nadat zij van de toewijzing in erfpacht kennis hebben bekomen, een waarborgsom van 157.storten ten kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hun, na vol doening daaraan, op aanvrage wordt teruggegeven 3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door den dienst der Gemeentewerken worden aangegeven 4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag bebouwing door derden niet plaats hebben 5. overigens zijn van toepassing voor zoover mogelijk en met het bovenstaande niet in strijd -de bepalingen betreffende de uitgifte van bouwterreinen, gelegen tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoorende aan de gemeente Leeuwarden. 3 (Agenda no. 4). Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot onttrekking aan den openbaren dienst van een strookje grond aan den Noorderweg en tot verkoop daarvan aan L. de Jong. Dit voorstel luidt als volgt In Uwe vergadering van 26 Juli 1921 (zie bladzijde 225 van het Raadsverslag) werd besloten aan J. Zijlstra ten behoeve van de verbouwing van zijn perceel Noor derweg no. 8 een gedeelte van den openbaren weg aldaar in eigendom af te staan, waardoor de voorgevel in de rooilijn kon worden gebracht. Een soortgelijk geval doet zich thans voor met den naastleger L. de Jong, eigenaar van het perceel no. 6, die aan den voor gevel van zijn pand een erker wenscht aan te brengen, welke is ontworpen op aan de gemeente toebe hoorenden grond. Deze aanbouw kan nu o. i. slechts worden veroorloofd, indien de Jong, voornoemd, het strookje tusschen de Noordelijke grens van zijn eigen dom en de rooilijn, ter oppervlakte van 3.50 M2., van de gemeente in eigendom overneemt. Evenals bij den verkoop aan Zijlstra zouden wij ook titans den prijs van den over te dragen grond op 15.per M2. wenschen te bepalen, waarmede de Jong blijkens zijne verklaring van 17 Mei j.l. genoegen neemt. Met verwijzing naar de ter visie liggende stukken geven wii U mitsdien in overweging te besluiten a. aan den openbaren dienst te onttrekken een ge deelte van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie A no. 1790, zijnde de Noorderweg c. a., voorzoover het ligt tusschen het perceel dier sectie no. 1021 en de voor dien weg vastgestelde Zuidelijke rooilijn, ter grootte van 3.5 M2. b. het onder a omschreven gedeelte van den Noor derweg te verkoopen aan L. de Jong, alhier, tegen den prijs van 15.per M2. en verder op de overeen gekomen voorwaarden. 4 (Agenda no. 5). Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot ruiling van grond aan de Rozenstraat met tl. Jongedijk. Dit voorste! luidt als volgt Bij de behandeling van een aanvrage van H. Jonge dijk, alhier, om vergunning tot den bouw van zes woon huizen aan de Rozenstraat en Oldegalileën, bleek, dat tusschen het te bebouwen terrein en de Rozenstraat een strook gemeentegrond ligt, welke, zal het bouwplan kunnen worden uitgevoerd, gedeeltelijk als voortuin voor de te bouwen woningen moet worden gebruikt en waarop voor een gedeelte reeds een trottoir is gepro jecteerd. Ten einde den aanleg van dit trottoir geheel op ge meentegrond mogelijk te maken en tevens aan de be doelde huizen een voortuintje van 2J4 M. diepte te kunnen verzekeren, is het noodig de eigendomsgrens tusschen het terrein van Jongedijk en dat der gemeente te wijzigen, in dier voege, dat de nieuwe grens zal worden gevormd door de lijn, getrokken op 2'/2 M- uit en evenwijdig aan de rooilijn van de Rozenstraat. De overgelegde situatieteekening geeft hiervan een duide lijk beeld. Daartoe zal dan een ruiling van grond moeten worden aangegaan, waarbij Jongedijk verkrijgt den grond van driehoekigen vorm, op de teekening in roode kleur aangegeven, en de gemeente eigenares wordt van den driehoek grond, op de kaart rood gearceerd, met inbegrip van het gedeelte, vallende buiten een te maken afronding van het trottoir op den hoek van Oldegalileën en de Rozenstraat. Met Jongedijk, die zich blijkens zijne verklaring van 30 Mei j.l. met deze grondruiling kan vereenigen, is voorts overeengekomen, dat hij de kosten van het trot toir, begroot op 264.zal dragen, dat de thans langs de Rozenstraat staande plantsoenafkeering eigendom der gemeente blijft en dat de kosten, op deze transactie vallende, voor zijne rekening komen. Wij meenen, dat bij de voorgestelde ruiling, die met gesloten beurzen zal geschieden, de belangen van beide partijen worden gediend en geven U mitsdien, onder overlegging van de stukken, in overweging te besluiten: tot ruiling zonder toebetaling van de eene of andere zijde met H. Jongedijk, alhier, van een aan de gemeente toebehoorende strook grond, groot 12 M2. en deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie F, no. 2578, op de over-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1927 | | pagina 2