Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 28 Mei 1929.
straatweg van P. de Vries, alhier, en J. Visser te
Goutum, en van H. S. Roosma, alhier.
Dit voorstel luidt als volgt
Van H. S. Roosma, alhier, en P. de Vries, alhier, en
J. Visser te Goutum, ontvingen wij bereidverklaringen
tot afstand aan de gemeente van de strook grond, gele
gen voor de voortuinen van de door hen aan den Gro
ningerstraatweg te bouwen woningen. Aangezien hier
reeds meer dergelijke strooken grond aan de gemeente
in eigendom zijn overgegaan, is het gewenscht ook op
deze aanbieding in te gaan.
Wij geven U daarom in overweging te besluiten in
eigendom over te nemen van
P. de Vries, alhier, en J. Visser te Goutum en H. S.
Roosma, alhier, eene strook grond, gedeelte van het
perceel kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie
F no. 4320, welke ten Zuidoosten wordt begrensd door
den Rijksstraatweg van Leeuwarden naar Groningen en
ten Noordwesten door de lijn, getrokken op 7.20 M.
afstand voor en evenwijdig aan de rooilijn voor de be
bouwing ter plaatse, vastgesteld bij Uw besluit van
21 Juni 1927, no. 215R/125, een en ander op de volgende
voorwaarden
1. de koopprijs bedraagt 1.voor elk der beide
terreingedeelten;
2. alle kosten, op de overdracht vallende, zijn voor
rekening der gemeente.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig de voorstellen van Burgemeester en Wethou
ders sub 79.
10. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
overneming van de stoep voor het perceel Willemskade
no. 67.
Dit voorstel luidt als volgt
Van C. de Hon, eigenaar van het perceel Willemskade
no. 67, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie
G no. 4455, ontvingen wij eene verklaring, dat hij be
reid is de voor zijn perceel gelegen stoep aan de ge
meente in eigendom over te dragen.
Aangezien het ons gewenscht voorkomt dit aanbod
te aanvaarden, geven wij U in overweging te besluiten:
A. van C. de Hon, alhier, in eigendom over te nemen
de stoep, gelegen voor het perceel Willemskade no. 67,
kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie G no.
4455, op de volgende voorwaarden
1. de koopprijs bedraagt 1.
2. alle kosten, op de overdracht vallende, zijn voor
rekening der gemeente Leeuwarden;
3. bij trottoiraanleg door de gemeente blijft het
uitkomende materiaal desverlangd het eigendom van
den verkooper en wordt het door de gemeente kosteloos
naar een door hem aan te wijzen plaats binnen de ge
meente vervoerd;
4. wanneer tengevolge van den trottoiraanleg werk
zaamheden aan den gevel van bovenvermeld gebouw
noodig zijn, geschieden deze door en voor rekening der
gemeente;
en overigens op de gebruikelijke en andere, door
Burgemeester en Wethouders noodig geachte, voor-
waarden;
B. de onder .4 bedoelde stoep te bestemmen voor
den publieken dienst.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Peletier zou bij dit punt eenige inlichtingen
willen vragen. In de eerste plaats is bij hem bij het lezen
van dit praeadvies de vraag opgekomen of het daar in
verband met de plaatselijke omstandigheden wel noodig
is, dat de gemeente dergelijke stoepen in handen krijgt,
immers, de Willemskade bezit een behoorlijk trottoir.
Verder heeft spreker zich eenigszins gestooten aan
artikel 4 van de voorwaarden, waarin staat
„wanneer ten gevolge van den trottoiraanleg werk
zaamheden aan den gevel van bovenvermeld gebouw
noodig zijn, geschieden deze door en voor rekening
der gemeente."
Is het niet mogelijk, dat ten aanzien daarvan meer ze
kerheid wordt verkregen, voordat de Raad dit besluit
neemt? Het kan toch het geval zijn dat bij het weg
breken van de stoep de gevel zoodanig wordt bescha
digd, dat aan het herstel groote kosten zijn verbonden.
De Raad kan dat nu niet overzien, waarom spreker
vraagt of het niet mogelijk is, daarover inlichtingen te
verstrekken.
De Voorzitter: Burgemeester en Wethouders stellen
zich op het standpunt dat, als het mogelijk is een stoep
over te nemen daar, waar de mogelijkheid bestaat, dat
binnen korter of langer tijd een trottoir moet worden
aangelegd of uitgebreid, zij dan graag van de gelegen
heid gebruik maken, om de stoep voor 1.van de
betrokken personen over te nemen. Burgemeester en
Wethouders hebben ook verschillende aanbiedingen in
andere straten gehad, maar zij zijn op verschillende aan
biedingen niet ingegaan, omdat zij meenden dat in der
gelijke straten niet een trottoir zou komen of dat het
bestaande trottoir voldoende was. Burgemeester en
Wethouders meenden echter dat het vooral hier, aan
het eind van de Willemskade, vlak bij de Verlaatsbrug.
van zeer veel belang is, dat de gemeente deze stoep in
handen krijgt voor 1.
Wat betreft de voorwaarde onder 4, ik zou haast
zeggen, dat deze sinds menschenheugenis onder de
voorwaarden voorkomt. Of, wanneer deze stoep wordt
overgenomen, die overname met betrekking speciaal tot
dit punt zware kosten voor de gemeente zal meebren
gen, weet ik niet; ik weet niet of het de bedoeling is,
de stoep er direct weg te breken
De heer IJ. de Vries: 't Is al klaar.
De Voorzitter of misschien is de stoep er al weg,
dat wist ik niet, maar deze voorwaarde heeft altijd, bij
elke stoep, die werd overgenomen en zoo lang ik het
heb meegemaakt, bestaan. Dat heeft hier en daar wel
eens iets gekost, maar gewoonlijk, zoo is mijn ervaring,
kost het heel weinig. Een enkele keer, als de stoep wat
hoog ligt en het trottoir iets lager, moet er wel eens
wat aan den gevel gebeuren en ook is het wel voorge
komen dat een hardsteenen stoep aansloot tegen hard-
steenen plinten aan het perceel, in welk geval dan door
de gemeente aan het gebouw nieuwe stukken plint
moesten worden aangebracht. Zoo is het altijd gebeurd
en in de practijk zijn aan Burgemeester en Wethouders
geen bezwaren tegen deze voorwaarden bekend.
De beraadslagingen worden gesloten.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
verkoop van een strook grcnd aan de Westerplantage
aan H. Zandstra.
Dit voorstel luidt als volgt
Bij schrijven van 14 Maart j.l. deelde H. Zandstra,
alhier, ons mede, dat hij voornemens is de hem toebe-
hoorende perceelen aan de Torenstraat, plaatselijk ge
nummerd 23, 25 en 27, kadastraal bekend gemeente
Leeuwarden, Sectie C nos. 806 en 1809, af te breken
en op de vrijkomende ruimte een magazijn met twee
Verslag van de handelingen van den ge
bovenwoningen te stichten. Voor deze bovenwoningen
wenscht hij uitgangen aan de Westerplantage, in ver
hand waarmede hij verzoekt hem een aan de gemeente
toebehoorende strook grond, ter grootte van ongeveer
17 M2., gelegen ten Westen van en grenzende aan zijn
eigendom, in koop af te staan, tegen den prijs van
10.per M2. Op de hierbij overgelegde situatie-
teekening is de betrekkelijke strook in roode kleur aan
gegeven. Tegen den verkoop hebben wij geen beden
kingen; overeenkomstig het Raadsbesluit van 9 Januari
1906 moet adressant tevens aan de gemeente betalen
een bedrag van 35.per strekkenden Meter gevel-
lengte van het langs de Westerplantage te stichten
gebouw, als bijdrage in de kosten van straat- en riool-
aanleg aldaar, waarvoor de belanghebbende alsdan
recht van uitgang aan de Westerplantage verkrijgt.
Hoewel adressant voor den over te nemen grond 10.
per M2. biedt, is er aanleiding dezen prijs lager te
stellen, daar de belanghebbende bij het bepalen van
genoemd bedrag blijkbaar geen rekening heeft gehouden
met de gemelde vergoeding van 35.per strekkenden
Meter gevellengte. Een koopprijs van 1.per M2.
komt ons, ook in verband met hetgeen bij vroegeren
verkoop van terrein aan de Westerplantage voor gelijk
doel ontvangen werd, voldoende voor. Uit mondelinge
mededeelingen van den adressant is ons gebleken, dat
hij met de bovenstaande regeling accoord gaat.
Wij geven U mitsdien in overweging te besluiten
tot verkoop aan H. Zandstra, alhier, tegen den prijs
van 1.per M2., van de aan de gemeente toebehoo
rende strook grond, deel uitmakende van het kadastrale
perceel, gemeente Leeuwarden Sectie C no. 1903, gele
gen ten Westen van en aansluitende aan de af te breken
perceelen Torenstraat nos. 23, 25 en 27, kadastraal be
kend in Sectie C nos. 806 en 1809, gelijk op de bijbe-
hoorende situatieteekening in roode kleur is aangegeven,
ter grootte van ongeveer 17 M2., de juiste grootte nader
door een landmeter van het kadaster uit te meten, zulks
op de bij de gemeente gebruikelijke voorwaarden.
12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
verhuring van het perceel Peperstraat no. 12 aan H.
Krammer.
Dit voorstel luidt als volgt
Van H. Krammer, alhier, ontvingen wij de mede-
deeling, dat hij genegen is het winkelhuis Peperstraat
no. 12, tot 12 Mei 1.1. in huur geweest bij B. L. Mulder,
te huren voor den prijs van 17.per week. Met den
Administrateur van het Gemeentelijk Woningbedrijf zijn
wij van meening, dat op deze aanbieding behoort te
worden ingegaan, wijl het niet te verwachten is, dat bij
een openbare verhuring inschrijvingen voor een hoogere
huursom zullen inkomen.
Wij geven U daarom in overweging te besluiten
aan H. Krammer, alhier, voor het tijdvak, ingaande
1 Juni 1929 en eindigende 12 Mei 1932, met weder-
zijdsch recht van opzegging der huur, mits daarvan ten
minste zes maanden te voren kennis wordt gegeven,
te verhuren het perceel Peperstraat no. 12, tegen den
prijs van 17.per week en verder op de voorwaarden,
opgenomen in het afgeloopen huurcontract.
13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
vaststelling van een rooilijn voor een gedeelte der be
bouwing langs de Eksterstraat.
Dit voorstel luidt als volgt
Voor de bebouwing van het aan W. Schuurmans te
Cornjum en F. v. d. Woude, alhier, in erfpacht afgestane
terrein tusschen de Kievitstraat en de Eksterstraat is bij
Uw besluit van 7 Mei j.l. eene rooilijn vastgesteld aan
de zijde van de Kievitstraat.
van Leeuwarden van Dinsdag 28 Mei 1929. 93
Aangezien ook aan de Eksterstraat wordt gebouwd
en voor dit gedeelte geen rooilijn is vastgesteld, zal deze
alsnog moeten worden aangegeven.
Met de door den Directeur der Gemeentewerken
voorgestelde rooilijn kan de Commissie voor de Open
bare Werken zich, blijkens haar advies van 21 Mei j.l.,
vereenigen.
Ook wij zijn van oordeel dat de voorgestelde rooilijn
kan worden gevolgd en geven U mitsdien in overweging
te besluiten
als rooilijn voor de Noordoostzijde van de Ekster
straat, voor zoover betreft het gedeelte gelegen tusschen
gemeenteschool no. 15 en de bestaande bebouwing al
daar, vast te stellen de roode lijn, aangegeven op de
hierbij behoorende teekening, gemerkt „bij 1440 van
'29".
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig de voorstellen van Burgemeester en Wethou
ders sub 1113.
14. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het beschikbaar stellen van gelden voor uitbreiding
van het Openbaar Slachthuis.
Dit voorstel luidt als volgt
De Directeur van het Openbaar Slachthuis vestigt in
een uitvoerig rapport er onze aandacht op, dat tenge
volge van de voortdurende toeneming van het aantal
slachtingen voor export, de onderscheidene lokaliteiten
in het Slachthuis niet genoeg ruimte bieden voor een
behoorlijke uitoefening van het bedrijf. Wel is door het
uitbreiden van de hangruimte, waartoe bij Uw besluit
van 1 November 1927 werd besloten, de toestand
eenigszins verbeterd, doch het gebrek aan slachtruimte
is daarmede niet opgeheven. De gebruikers van het
Slachthuis, die te verdeelen zijn in twee categorieën,
ïi.l. in de gewone slagers en in exporteurs, ondervinden
veel last van elkander, daar zij in dezelfde, te weinig
ruimte biedende, slachthal moeten werken. Dit bezwaar
klemt nog te meer, daar voor elk van de bovengenoemde
twee categorieën, met betrekking tot het slachten,
onderscheidene van elkander afwijkende voorschriften
gelden. Dat hierdoor dikwijls een ongewenschte toe
stand ontstaat, behoeft niet nader te worden aange
toond. De hierbedoelde bezwaren bestaan reeds langen
tijd. De Directeur van het Slachthuis meende echter
eerst over eenige jaren ervaring te moeten beschikken,
alvorens met een omlijnd plan tot verbetering kon
worden gekomen. Waar thans aan de hand van de prac
tijk mag worden aangenomen, dat het exportbedrijf zich
te dezer stede vrij vast heeft gevestigd, is door genoem
den Directeur een voorstel tot uitbreiding van het
Slachthuis ingediend. Hij geeft in overweging ten be
hoeve van het exportbedrijf een afzonderlijke slachthal
te stichten, waarin de nieuwere technische vindingen
kunnen worden toegepast. Een snellere afwerking zal
hierdoor worden bevorderd. Uit de hierbij overgelegde,
bij brief van den Directeur der Gemeentewerken d.d.
7 Mei j.l., no. 549, ingezonden, teekeningen blijkt hoe de
uitbreiding is ontworpen. In het plan zijn bovendien nog
eenige noodzakelijke verbeteringen opgenomen. Zoo is
eene vergrooting van het keurlokaal geprojecteerd,
waaraan de behoefte zich reeds lang deed gevoelen.
Voorts ligt het in de bedoeling een kantoortje voor de
hulpkeurmeesters, benevens een werkplaats voor de
machinisten in te richten. Deze laatsten verrichten tot
nog toe hunne werkzaamheden in het ketelhuis, doch
waar hier een behoorlijk smidsvuur met goeden rook
afvoer ontbreekt, is het beter voor hen een afzonderlijke
werkplaats te bouwen, ook omdat voor een eerlang te
plaatsen tweeden stoomketel ruimte in het ketelhuis
dient te worden gereserveerd. Eindelijk verdient het
aanbeveling in de kantoren centrale verwarming aan te
