132 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 30 Juli 1929.
5. Benoeming van onderwijzers aan de gemeente
scholen nos. 10a en 10b, wegens uitbreiding van het
aantal klassen.
De voordrachten van Burgemeester en Wethouders
luiden als volgt
a. gemeenteschool no. 10a
1. H. Lunsingh, reserve-onderwijzer te Leeuwarden;
2. J. van Dijk, onderwijzer te Huizum;
b. gemeenteschool no. 10b
1. J. van Dijk, voornoemd;
2. H. Lunsingh, voornoemd.
Worden benoemd: sub a H. Lunsingh, voornoemd,
met 20 stemmen, terwijl 1 biljet van onwaarde wordt
verklaard;
sub b J. van Dijk, voornoemd, met 20 stemmen,
terwijl 1 biljet van onwaarde wordt verklaard.
De heer Lautenbach was bij de benoemingen sub 35
niet tegenwoordig.
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
overplaatsing van mej. T. A. NI. van der Schaaf als
onderwijzeres van gemeenteschool no. 15 naar gemeente
school no. 14a.
7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het verleenen van eervol ontslag aan G. Postma als
tijdelijk leeraar in de natuur-, schei- en wiskunde aan
de Gemeentelijke Hoogere Burger- en Hoogere Han
delsschool.
8. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het verleenen van eervol ontslag aan A. Visser als
onderwijzer aan gemeenteschool no. 12.
9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Asterstraat
aan J. C. Nicolai, alhier.
Dit voorstel luidt als volgt
Bij adres van 18 Juni j.l. vraagt C. Reisma, te Huizum.
namens J. C. Nicolai, alhier, in erfpacht een gedeelte
van bouwblok IX der gemeentelijke terreinen aan de
Asterstraat. Waar tegen eene verkaveling van den grond
op de wijze als gevraagd werd, onzerzijds bedenkingen
bestonden met het oog op de moeilijkheid van de uitgifte
van het overblijvende gedeelte van het bouwblok, is,
ten einde aan dit bezwaar tegemoet te komen, met den
belanghebbende overeengekomen, dat hij een ten Zuid
oosten aan den aangevraagden grond grenzend drie
hoekig terrein tevens in erfpacht zal aanvaarden. Op de
hierbij behoorende situatieteekening is het af te stane
terrein met een roode arceering aangegeven.
De grondwaarde kan worden gesteld op 6.per
M-., welke prijs voldoende is te achten en waarmede
de belanghebbende, evenals met de gebruikelijke voor
waarden, verklaarde genoegen te nemen.
Wij geven U derhalve in overweging te besluiten
aan J. C. Nicolai, alhier, tot 31 December 1990 in
erfpacht af te staan een gedeelte van bouwblok IX der
gemeentelijke terreinen aan de Asterstraat, ter grootte
van ongeveer 620 M2., zooals op de bijbehoorende
situatieteekening met een roode arceering is aangegeven,
de juiste grootte nader door een landmeter van het
kadaster uit te meten, zulks onder de volgende voor
waarden
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van 6.per M-'. en een rentevoet van
6 per jaar
2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis heeft bekomen, een bedrag van 186.ten
kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waar
borg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag
hem, na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden
teruggegeven
3. de rooiïng voor de bebouwing zal door den dienst
der Gemeentewerken worden aangegeven
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
bebouwing door derden niet plaats hebben
5. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen
tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo-
rende aan de gemeente Leeuwarden.
10. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Asterstraat
aan T. Terpstra, alhier.
Dit voorstel luidt als volgt
Bouwblok IX van de gemeentelijke terreinen aan de
Asterstraat wordt namens T. Terpstra, alhier, bij adres
van 21 Juni j.l. door C. Reisma te Huizum, in erf
pacht gevraagd. Bij het in verband met een andere
aanvrage nader met den adressant gepleegde overleg
heeft hij echter te kennen gegeven, dat hij in de plaats
van het Noordelijkste gedeelte van blok IX in erfpacht
wenscht te ontvangen het nog niet uitgegeven gedeelte
van bouwblok IV, ter grootte van 768 M2. Hiertegen
bestaan onzerzijds geen bedenkingen. De grondwaarde
kan worden gesteld op 6.per M2. voor bouwblok IX
en op 7.per M2. voor bouwblok IV. Met deze
prijzen, benevens met de te stellen gebruikelijke voor
waarden, heeft de belanghebbende genoegen genomen.
Wij geven U mitsdien in overweging te besluiten
aan T. Terpstra, alhier, tot 31 December 1990 in erf
pacht af te staan gedeelten van bouwblokken IV en IX
der gemeentelijke terreinen aan de Asterstraat, onder
scheidenlijk ter grootte van ongeveer 768 M2. en 720 M2.,
gelijk op de bij dit besluit behoorende teekening met
roode arceering en in gele kleur is aangegeven, de juiste
grootten nader door een landmeter van het kadaster uit
te meten, zulks onder de volgende voorwaarden
1. de erfpachtscanon zal naar een rentevoet van
6 worden berekend, voor zoover het bovenomschre
ven gedeelte van bouwblok IV betreft naar een grond
waarde van 7.per M2. en voor zoover het gedeelte
van bouwblok IX betreft naar een grondwaarde van
6.— per M2.
2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis heeft bekomen, een bedrag van 485.ten
kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waar
borg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag
hem, na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden
teruggegeven
3. de rooiïng voor de bebouwing zal door den dienst
der Gemeentewerken worden aangegeven
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
bebouwing door derden niet plaats hebben
5. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen
tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo-
rende aan de gemeente Leeuwarden.
11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
overneming in eigendom en onderhoud van een strook
grond aan den Harlingersingel en den Harlingerstraat-
weg.
Dit voorstel luidt als volgt
Nadere bespreking met den eigenaar van het perceel
Harlingersingel no. 23, hoek Harlingerstraatweg, heeft
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 30 Juli 1929. 133
er toe geleid, dat deze bereid is aan de gemeente in
eigendom af te staan een strook grond, benoodigd voor
het doortrekken van het trottoir, hetwelk aan de West
zijde van den Harlingersingel aangelegd zal worden. De
hierbedoelde grond, ter grootte van ongeveer 46 M2.,
is op de overgelegde teekening in rood aangegeven.
Indien aan deze overdracht de hieronder vermelde voor
waarden worden verbonden, is de eigenaar genegen den
grond kosteloos ter beschikking van de gemeente te
stellen. Vermits het voor de gemeente van belang is
deze terreinstrook te verkrijgen en de gestelde voor
waarden aannemelijk zijn, geven wij U in overweging
te besluiten
A. tot overneming in eigendom en onderhoud bij de
gemeente van de op de bijbehoorende teekening met
roode kleur aangeduide strook grond aan den Harlinger
singel en Harlingerstraatweg, deel uitmakende van het
perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie
D no. 960, groot ongeveer 46 M2., zulks onder de vol
gende voorwaarden
1. de over te nemen grond zal worden bestemd voor
trottoiraanleg. Getimmerten of gebouwen, van welken
aard ook, zullen nimmer op den grond worden opge
richt; de grond mag niet als opslagplaats worden ge
bruikt;
2. de gemeente zal aan den tegenwoordigen eige
naar of zijne rechtverkrijgenden op hun daartoestrekkend
verzoek vergunning geven tot het maken en hebben van
een inrit aan de Noordwestzijde van het perceel Sectie
D no. 960. Voor het hebben van dezen inrit zal van hen
door de gemeente geen hoogere vergoeding dan van
1.per jaar worden geëischt;
3. de gemeente zal op hare kosten een erfscheiding
in den vorm van een voetmuurtje met eenvoudige af
dekking plaatsen langs de Noord- en Oostzijde van den
grond, liggende ten Noorden van het huis Harlinger
singel no. 23, en in die erfscheiding een draaibaar hekje
maken;
4. de grond, gelegen tusschen den Noordgevel van
het onder 3 genoemde huis en de daar bedoelde erf
scheiding wordt, waar noodig, door en voor rekening
van de gemeente opgehoogd en op eenvoudige wijze
beplant;
5. de kosten van overdracht komen ten laste van de
gemeente.
B. den onder A vermelden grond te bestemmen voor
den openbaren dienst.
12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
overneming van de stoep voor het perceel Nieuwestad
no. 63.
Dit voorstel luidt als volgt
Van W. F. Jurres, alhier, ontvingen wij de verklaring,
dat hij bereid is de voor zijn perceel Nieuwestad no. 63
gelegen stoep op de gebruikelijke voorwaarden aan de
gemeente af te staan. Aangezien het ons gewenscht
voorkomt tot overneming ook van deze stoep over te
gaan, geven wij U in overweging te besluiten
A. in eigendom over te nemen van W. P. Jurres,
alhier, de stoep, gelegen voor het perceel Nieuwestad
no. 63, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie
C no. 731, op de volgende voorwaarden
1. de koopprijs bedraagt 1.
2. alle kosten, op de overdracht vallende, zijn voor
rekening der gemeente Leeuwarden;
3. bij trottoiraanleg door de gemeente blijft het
uitkomende materiaal desverlangd het eigendom van
den verkooper en wordt het door de gemeente kosteloos
naar een door hem aan te wijzen plaats binnen de ge
meente vervoerd;
4. wanneer ten gevolge van den trottoiraanleg werk
zaamheden aan den gevel van bovenvermeld gebouw
noodig zijn, geschieden deze door en voor rekening der
gemeente;
en overigens op de gebruikelijke en andere, door
Burgemeester en Wethouders noodig geachte, voor
waarden;
B. de onder A bedoelde stoep te bestemmen voor
den publieken dienst.
13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
ruiling van grond aan het tweede Kanaalpand met de
Coöperatieve Condensfabriek „Friesland".
Dit voorstel luidt als volgt
De Coöperatieve Condensfabriek „Friesland", alhier,
die hare inrichting aan het tweede Kanaalpand gaat uit
breiden, wenscht ten behoeve van haar bedrijf een haven
aan te leggen aan de Westzijde van haar terrein, welke
haven zal uitmonden in het Nieuwe Kanaal. Ten einde
een gemakkelijke in- en uitvaart te bevorderen, waar
door tevens het scheepvaartverkeer in het Kanaal min
der last zal ondervinden, is het gewenscht de haven aan
de Westzijde een schuinen hoek te geven. De Coöperatie
heeft hiertoe echter noodig een driehoekig gedeelte
gemeentegrond, hetwelk op de overgelegde teekening
met grijze kleur is aangegeven. De met de Directie der
genoemde fabriek gevoerde onderhandelingen hebben
tot resultaat gehad, dat is overeengekomen om, behou
dens Uwe goedkeuring en die van Gedeputeerde Staten,
het gemelde driehoekig gemeenteterrein, benevens een
aanliggende met roode kleur op dezelfde teekening aan
geduide strook grond, in eigendom aan de Condens
fabriek af te staan, in ruil waarvoor deze aan de ge
meente afstaat een langs tie geheele Noordzijde van haar
terrein loopende strook grond, ter breedte van 0.28
Meter, zulks ten behoeve van een toekomstige verbree
ding van het Nieuwe Kanaal. Ruilingen ter bereiking
van laatstgenoemd doel hebben ook reeds vroeger
plaatsgehad, n.l. mettle N. V. Koopmans' Meelfabrieken.
De thans te ruilen grond heeft wederzijds eene grootte
van ongeveer 40 M2. Waar beide partijen bij de ruiling
belang hebben, kan de transactie worden aangegaan
zonder bijbetaling van de eene of de andere zijde, terwijl
de op de overdracht vallende kosten voor gemeenschap
pelijke rekening kunnen worden genomen. Aan de
Condensfabriek zal de verplichting moeten worden op
gelegd van het maken eener afscheiding ten Westen
van de haven aan het einde van den Kanaalweg Zuid
zijde, terwijl voorts, indien bij de walbekleeding van
de haven ankers met ankerblokken in gemeentegrond
moeten worden aangebracht hiervoor, ter verzekering
van het eigendomsrecht der gemeente, eene recognitie
verschuldigd is. De Directie van de Condensfabriek
gaat met een en ander accoord.
Onder overlegging van de stukken geven wij U mits
dien in overweging te besluiten
tot ruiling met de Coöperatieve Condensfabriek
„Friesland", alhier, zonder bijbetaling van de eene of
de andere zijde, van de op de bijbehoorende teekening
met grijze en met roode kleur aangeduide gedeelten van
het kadastrale perceel gemeente Leeuwarden, Sectie G
no. 11810, ter gezamenlijke grootte van ongeveer 40 M2.,
tegen een op dezelfde teekening met een grijze lijn aan
gegeven strook grond van het kadastrale perceel ge
meente Leeuwarden, Sectie G no. 10885, ter breedte van
0.28 Meter en eveneens ter grootte van ongeveer 40 M2.,
onder bepaling dat de op de eigendomsoverdrachten
vallende kosten door beide partijen, ieder voor de helft,
worden gedragen en onder voorwaarde dat
1°. de Coöperatieve Condensfabriek „Friesland" op
hare kosten een afgesloten hek ten genoegen van Bur
gemeester en Wethouders plaatst en onderhoudt aan
het einde van den Kanaalweg, Zuidzijde ten Westen
van de aldaar aan te leggen haven;
2°. indien bij de walbekleeding van de haven ankers