196 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 18 November 1930.
De Voorzitter: U hebt 10 of 11 dagen den tijd, mijn
heer Muller.
De heer Muller: Dat weet ik wel, maar 't is ook een
heel stuk werk.
De Voorzitter: Jawel, maar 't zal wel een beetje mee
vallen. Kan de Raad zich er mee vereenigen? Anders
moet U maar nader overleg plegen met de Voorzitters
van de secties.
De heer Vromen: lk zou toch graag het idee van den
heer Muller willen ondersteunen ik heb er ook een
vorig jaar al op gewezen, dat de tijd voor het bestu-
deeren van de begrooting werkelijk kort was en dat is
nu weer het geval.
De Voorzitter: Dan wordt het natuurlijk Januari, voor
de begrooting kan worden behandeld; dat kan niet
anders.
De heer Vromen: Dat ligt niet aan den Raad.
De Voorzitter: Ook niet aan Burgemeester en Wet
houders. Men vraagt nu aan wie dan wel Dat ligt
aan verschillende omstandigheden, als het overlijden
van den heer Fransen, het vertrek van den heer Maas,
de wisseling van het college, de ziekte van den heer
Ritmeester, enz. anders waren wij zeker een maand
eerder geweest.
De heer Vromen: Ik heb ook niet het college in ge
breke willen stellen.
De VoorzitterMaar wie zichzelf schoon wascht,
maakt een ander soms vuil.
De heer Vromen: Dat is in dezen niet mijn bedoeling
geweest.
De Voorzitter: Daar wordt dan gaarne nota van ge
nomen.
De beraadslagingen worden gesloten.
De Raad maakt tegen hetgeen door Burgemeester en
Wethouders sub g is bepaald geen bezwaar.
h. Op verzoek van den Voorzitter doet de Secretaris
nog voorlezing van een schrijven van den heer Mr. J. W.
Tijsma, waarin deze, naar aanleiding van de aanbeveling
bij punt 8 der agenda voor heden, opmerkt, dat hij het
in verband met zijn ambtelijke werkzaamheden niet wel
doenlijk acht, om een eventueele benoeming tot voogd
der Stads-Armenkamer te aanvaarden.
De VoorzitterEen dergelijk schrijven is ook door
Voogden van de Stads-Armenkamer ontvangen en naar
aanleiding daarvan hebben zij verzocht, punt 8 van de
agenda voor heden af te voeren.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders om
aan Jac. Marcus op zijn verzoek eervol ontslag te
verleenen als Voogd van de Stads-Armenkamer.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het verleenen van eervol ontslag aan J. van Kuik als
onderwijzer aan gemeenteschool no. 13b.
Met algemeene stemmen wordt besloten overeen
komstig de voorstellen van Burgemeester en Wethou
ders sub 3 en 4.
5. Benoeming van een Directeur der Gemeente
werken, vacature-lr. M. H. Maas.
De aanbeveling van Burgemeester en Wethouders
luidt als volgt
1. Ir. A. Bos, c. i., ingenieur bij de N.V. Philips'
Gloeilampenfabrieken te Eindhoven;
2. Ir. C. C. van der Vlis, c. i., ingenieur bij Ge
meentewerken te Leiden;
3. P. J. Jansen, Directeur van Gemeentewerken enz.
te Middelburg.
De heer Lautenbach vraagt toestemming van den
Raad om een besloten vergadering te houden, ten einde
daar van gedachten te wisselen omtrent deze aanbe
veling.
De Raad maakt daartegen geen bezwaar.
De openbare vergadering wordt geschorst en de
Voorzitter doet de deuren sluiten.
Na heropening der openbare vergadering wordt be
noemd Ir. C. C. van der Vlis, voornoemd, met 14 stem
men; op Ir. A. Bos worden 11 stemmen uitgebracht.
6. Benoeming van een curator van het Gymnasium,
wegens periodieke aftreding van Jhr. Mr. J. M. van
Beyma.
De aanbeveling van Curatoren luidt als volgt
1. Jhr. Mr. J. M. van Beyma;
2. Mr. E. Schotman;
3. Mr. B. Ph. baron van Harinxma thoe Siooten.
Benoemd wordt de heer Jhr. Mr. J. M. van Beyma,
met algemeene stemmen.
De Voorzitter: Mag ik den Raad dank zeggen voor
het in mij gestelde vertrouwen; ik hoop ook als zoo
danig weer in het belang van de gemeente werkzaam
te zijn.
7. Benoeming van een lid der Commissie van Ad
ministratie der Stads Bank van Leening, wegens perio
dieke aftreding van S. Tromp Visser.
De aanbeveling der Commissie luidt als volgt
1. S. Tromp Visser;
2. S. Atterna.
Benoemd wordt S. Tromp Visser met 24 stemmen;
op S. Atterna wordt 1 stem uitgebracht.
8. Benoeming van een voogd der Stads Armenkamer
(vacature-J. Marcus
De aanbeveling van Voogden der Stads-Armenkamer
luidt als volgt
1. Mr. J. W. Tijsma;
2. M. de Jong;
3. E. Th. Hissink.
Deze benoeming is in verband met het besluit sub
2 h van de agenda afgevoerd.
9. Benoeming van een onderwijzer aan gemeente
school no. 8a (vacature-C. IJestra).
De voordracht van Burgemeester en Wethouders
luidt als volgt
1. O. Blom, reserve-onderwijzer, alhier;
2. R. Broekens, onderwijzer te Twijzel;
3. E. van der Veen, onderwijzer te Witmarsum.
Benoemd wordt O. Blom, voornoemd, met 24 stem
men; op R. Broekens wordt 1 stem uitgebracht.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 18 November 1930. 197
10. Benoeming van een onderwijzer aan gemeente
school no. 13b (vacature-J. van Kuik).
De voordracht van Burgemeester en Wethouders
luidt als volgt
1. R. Broekens, onderwijzer te Twijzel;
2. E. van der Veen, onderwijzer te Witmarsum;
3. K. Duursma, onderwijzer te Oudehaske.
Benoemd wordt R. Broekens, voornoemd, met alge
meene stemmen.
11. Benoeming van een reserve-onderwijzeres aan
de scholen voor openbaar lager onderwijs.
De voordracht van Burgemeester en Wethouders
luidt als volgt
1. mej. F. Pal, onderwijzeres te Rottevalle;
2. G. Jagerlengh, onderwijzeres te Amsterdam;
3. K. Hartmans, onderwijzeres te Haule.
Benoemd wordt mej. F. Pal, voornoemd, met alge
meene stemmen.
12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Warmoeze-
nierstraat aan C. Th. van der Kolk.
Dit voorstel luidt als volgt
Bij adres van 23 Augustus 1930 verzoekt C. Th. van
der Kolk, timmerman, alhier, aan hem voor den bouw
van een blok woningen een terrein aan de Noordwest
zijde van de Warmoezenierstraat in erfpacht af te staan.
Op de bijgaande situatieteekening is het betrekkelijke
terrein, dat bij een lengte van ongeveer 21.60 Meter
langs den weg gemeten een oppervlakte heeft van on
geveer 432 M-'., in roode kleur aangegeven. Wij
hebben tegen den gevraagden afstand in erfpacht geen
bedenkingen. De grondwaarde van het terrein kan
worden gesteld op 7.per M-., welke som ook is
bedongen voor naastliggende terreinen en die voldoende
is te achten. Met genoemden prijs en de gebruikelijke
voorwaarden heeft adressant verklaard genoegen te
nemen.
Wij geven U derhalve in overweging te besluiten
aan C. Th. van der Kolk, voornoemd, tot 31 Decem
ber 1990 in erfpacht af te staan een perceel bouwterrein
aan de Warmoezenierstraat, ter breedte van ongeveer
21.60 Meter langs den weg gemeten, gelijk op de aan
gehaalde situatieteekening in roode kleur is aangegeven,
ter grootte van ongeveer 432 M-., de juiste grootte
nader door een landmeter van het kadaster uit te meten,
zulks onder de volgende voorwaarden
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van J' 7.per M-. en een rentevoet van
6 per jaar;
2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis heeft bekomen, een bedrag van 151.ten kan
tore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waarborg
voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag hem,
na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden terug
gegeven;
3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door den
dienst der Gemeentewerken worden aangegeven;
4. zoolang; de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester^n Wethouders is overgedragen, mag be
bouwing door derden niet plaats hebben;
5. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen tus-
schen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo-
rende aan de gemeente Leeuwarden.
13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
overneming van perceeltjes grond ten Westen van de
Bleekerstraat van onderscheidene eigenaren.
Dit voorstel luidt als volgt
Onze bemoeiingen in zake de overdracht van parti
culiere straten hebben er toe geleid, dat zich thans
weder de gelegenheid voordoet om enkele straatjes in
eigendom over te nemen.
Het betreft hier de straatjes ten Westen van de Blee
kerstraat, onmiddellijk grenzende aan de ijsbaan en
behoorende bij de perceelen Bleekerstraat no. 59 (ge
deeltelijk) en nos. 109 t/m 141. De eigenaren hiervan
hebben zich allen tot overdracht bereid verklaard en
hebben de daaraan verbonden kosten betaald.
Ten einde den toestand van de bestrating en riolee-
ring ter plaatse te kunnen verbeteren, is overneming van
den eigendom dier straatjes gewenscht.
Tevens hebben de eigenaren van een driehoekig ter-
reintje, kadastraal bekend Sectie E no. 2132, gelegen
ten Westen van de Bleekerstraat en onmiddellijk aan
sluitende aan de straatjes, welke bij Uw besluit van
18 Februari 1930 no. 49R/22 zijn overgenomen, zoo
mede de eigenaar van de kadastrale perceelen Sectie E
nos. 1658, 1173, 1174, 1175 en 1176 zich gezamenlijk
bereid verklaard om voor 1in totaal aan de ge
meente bovenbedoeld terreintje in eigendom af te staan,
alsook strookjes van de evengenoemde vijf perceelen,
noodig voor het aanleggen van een voldoend breeden
toegangsweg. Op de hierbij behoorende teekening is het
bedoelde terreintje rood gearceerd, terwijl de strookjes
grond in roode kleur zijn aangegeven.
Ter verkrijging van een beteren toestand ter plaatse
is het gewenscht dit aanbod te aanvaarden.
Onder overlegging van de stukken geven wij U der
halve in overweging te besluiten
A. in eigendom over te nemen het voor straat be
stemde gedeelte van de perceelen kadastraal bekend,
Gemeente Leeuwarden
j Sectie E no. 1868 van G. Jonker, alhier;
1869 J. Wassenaar,
1870 Wed. S. van der Woude,
1871 erven D. W. v. d. Meulen,
1872 W. Renger,
1873 J. van der Helm,
1874 A. W. Riemersma,
1875 T. van der Veer,
2101 A. Bruinsma,
2102
2103 j j_| j e
2104
2l05 I
2106 H. Zwerver,
2107
2108 G. Broersma en cons.,
2109
2110 B. Harmens,
B. voor den prijs van 1.totaal in eigendom over
te nemen
a. het perceel, kadastraal bekend, Gemeente Leeu
warden, Sectie E no. 2132 van
J. H. Sibom,
de Wed. C. Zwart en kinderen,
de Wed. M. van der Goot,
de erven Wed. J. Ph. Geubels;
allen alhier;
b. de voor straatverbreeding bestemde strookjes
grond van de perceelen, kadastraal bekend, alsvoren
Sectie E nos. 1658, 1173. 1174, 1175 en 1176, van
J. Hummel, alhier;
C. de onder A en B bedoelde strooken grond te
bestemmen voor den publieken dienst.