Vergadering van Dinsdag 24 Mei 1932. Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 24 Mei 1932. 169 Tegenwoordig 27 leden, te wetende heeren De Vries, Balk, Hettinga, Stobbe, Van der Schoot, Dijkstra, Turksma, mevr. Buisman—Blok Wijbrandi, de heeren Wiersma, Hooiring, Feitsma, Hofstra, Vromen, Van Kollem, Weima, Buiel, M. Molenaar, mevrouw Van Dijk—Smit, de heeren Botke, Muller, Van der Meulen. Koopal, B. Molenaar, Terpstra, De Boer, Ritmeester en Westra. Afwezig 2 leden, de heeren Oosterhoff en Peletier. Voorzitter de heer Jhr. Mr. J. M. van Beyma, Burgemeester. Te behandelen punten 1. Vaststelling van de notulen der vergadering van Dinsdag 1 Maart 1932. 2. Mededeelingen en rapporten. 3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verleenen van eervol ontslag aan F. J. Broersma als onderwijzer aan gemeenteschool no. 12. 4. Alsvoren tot afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Pinkstraat aan H. de Boer. 5. Alsvoren tot afstand in erfpacht van bouwterrein ten Noordwesten van de Leeuwrikstraat aan O. de Boer te Huizum en A. J. Knuist, alhier. 6. Alsvoren tot afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Camperstraat aan H. Hettema. 7. Alsvoren tot verhuring van een gedeelte van het weiland „de Lange Negen" aan het Vliet aan mej. A. G. Veenstra, voor den bouw van een schiphuis. 8. Alsvoren tot verhuring van een gedeelte van het weiland „de Lange Negen" aan het Vliet aan E. en J. Massolt, voor den bouw van een schiphuis. 9. Alsvoren tot overneming van den grond der stoep en een strookje grond, beide deel uitmakende van het perceel Torenstraat no. 31 en van den grond der stoep, behoorende bij het perceel Willemskade no. 30. 10. Alsvoren tot aankoop van een strookje grond aan de Spanjaardslaan van H. R. Sneijer en tot ruiling van grond aldaar met M. Wesbonk, alhier, e. a. 11Alsvoren tot aankoop van de onbewoonbaar verklaarde woning met bleek aan de Seringebuurt no. 12 van Tj. de Jong. 12. Praeadvies van Burgemeester en Wethouders op het beroepschrift van G. Heidoorn, handelende namens de Gebr. Van der Werff, alhier, in zake een voorwaardelijk verleende vergunning tot verbouwing van het perceel Weaze no. 18. 13. Alsvoren op het verzoek van de Vereeniging ..De Leeuwarder Graanbeurs", gevestigd te Leeuwar den, in zake verlaging van den toegangsprijs van het Beurs- en Waaggebouw, zoomede van den abonne mentsprijs en de huren van de beurstafels. 14. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van verordeningen op de heffing en invor dering van een vergunnings- en een verlofsrecht inge volge de Drankwet (bijlage no. 9). 15. Alsvoren tot vaststelling van ontwerpen van de verdeeling van de gemeente in stemdistricten voor de verkiezing van leden van de Tweede Kamer der Staten- Generaal en van de Provinciale Staten en van de ver deeling der gemeente in kiesdistricten voor de verkie zing van leden van den Gemeenteraad, enz. (bijlage no. 10). 1. De notulen der vergadering van 1 Maart worden onveranderd vastgesteld. 2. Wordt medegedeeld a. dankbetuiging voor de gelukwenschen, namens het gemeentebestuur en de burgerij Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Juliana aangeboden bij gelegenheid van de herdenking van haar geboortedag. b. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd de Raadsbesluiten d.d. 22 Maart 1932 tot vaststelling van voorgevel rooilijnen voor de gebouwen te stichten aan ontworpen straten op een gedeelte van een terrein ten Zuidwesten van den Mr. P. J. Troelstraweg: 12 April 1.1. tot wijziging van de voorgevelrooilijnen voor de bebouwing aan weerskanten van den Harlin- gerstraatweg van de Bildtschestraat tot de Westelijke grens der gemeente: 3 Mei 1.1. tot afstand in erfpacht van een gedeelte der bouwterreinen ten Noordwesten van de Leeuwrik straat en aan de van Leeuwenhoekstraat, verkoop van het perceel Oostergrachtswal no. 121 en wijziging der huurovereenkomst met de Provinciale Friesche Veree niging voor Vreemdelingenverkeer: hebben verdaagd hunne beslissing omtrent het Raadsbesluit d.d. 12 April 1932 no. 116R/52 tot aankoop van grond en doortrekking van de Westerparkstraat. De mededeelingen sub a en b worden voor kennis geving aangenomen. c. niet hebben goedgekeurd het Raadsbesluit d.d. 1 Maart 1.1., gewijzigd bij Raadsbesluit van 12 April 1932, tot overneming van perceelen nabij de Bleeker- straat van de Koninklijke Vereeniging „De IJsclub" te Leeuwarden, zoomede van grond ten Noorden van de Oude Meer. De Voorzitter: Burgemeester en Wethouders stellen voor om van dit besluit niet in beroep te komen bij de Kroon en zij meenen dat te kunnen motiveeren op verschillende gronden. Het eerste feit is dit dat, gezien dit besluit van Gedeputeerde Staten en gezien de taxaties, die daarbij zijn genomen, de meerderheid van Burgemeester en Wethouders van meening is, dat ver moedelijk een beroep bij de Kroon niet veel succes zou hebben. Alvorens echter de beslissing aan den Raad over te laten, wil ik toch nog dit zeggen, dat naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders Gedeputeerde Staten eigenlijk van een andere stelling zijn uitgegaan dan Burgemeester en Wethouders en de Raad. Voor beide stellingen zijn waarschijnlijk voldoende argumenten bij te brengen, maar ten slotte gaan die stellingen naast elkaar heen. De zaak is n.l. deze. De gemeente heeft van „De IJsclub" het verzoek gekregen of het ook mogelijk was, dat de gemeente het terrein van de oude ijsbaan over nam en de resteerende perceelen of stukken land ten Noorden van de Oude Meer. Toen zijn Burgemeester en Wethouders van deze stelling uitgegaan indien het mogelijk is om zonder schade voor de gemeente hier te helpen aan het tot stand komen van een grootere ijsbaan, dan is daar een algemeen belang bij betrokken: ik wil niet zeggen dat het een algemeen gemeentebelang is, maar toch in sommige opzichten is het dat wel en in andere niet. Burgemeester en Wethouders hebben toen een minutieuze berekening opgezet of het mogelijk zou zijn op het aanbod van „De IJsclub" in te gaan, zonder dat daaruit schade voor de gemeente zou ontstaan en Burgemeester en Wethouders meenden -en de meer derheid van den Raad heeft zich daarmee vereenigd dat uit de berekening, die zij hadden opgezet, bleek dat schade voor de gemeente was buitengesloten. Ik heb destijds ook in deze vergadering gezegd dat het college dit niet beschouwde als een winstgevende zaak voor de gemeente; wij hebben heel goed gevoeld dat, indien deze transactie tot stand kwam, deze geen winst voor de gemeente zou afwerpen. Dat was echter de opzet ook niet, maar de opzet was om aan het ver zoek tegemoet te komen zonder dat de gemeente daar door schade zou lijden. Als men echter het terrein aanhoudt, zooals Gedepu-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1932 | | pagina 1