182 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 24 Mei 1932.
De heer Dijkstra: Dat zal ik wel wezen
De heer Terpstra: maar wanneer ik er ook mee
ben bedoeld, wil ik wel zeggen, dat ik mij daar absoluut
niets van aantrek en dan wil ik eenvoudig constateeren,
als de heer Botke het zoo heeft bedoeld, dat hij zich
ten zeerste heeft vergist en dat het absoluut niet te pas
komt om dergelijke uitdrukkingen hier te bezigen. Dat
is ook onparlementair.
De heer Westra (wethouder): Mijnheer de Voor
zitter. ïk zou even, voor het geval straks misschien nog
gestemd zal moeten worden over het voorstel van den
heer Botke. mijn stem ten aanzien van dat voorstel
willen motiveeren. De heer Botke stelt voor om aan
Burgemeester en Wethouders opdracht te geven zich
in verbinding te stellen met de Koninklijke Vereeniging
,,De IJsclub", ten einde iets te bereiken op het gebied
van een ijsbaan. Ik moet mij daar tegen verklaren,
omdat ik meen dat dit iets geheel anders is dan wat
wij hier nu gehad hebben. Ik ben er den geheelen tijd
voor geweest dat door ons medewerking werd verleend
aan de plannen van de Vereeniging ,,De IJsclub",
welke plannen ook van die vereeniging waren uit
gegaan, omdat ik ook wel meende dat dit een zaak
was, die op het terrein van het particulier initiatief
thuis hoorde, maar ik er toch ook een belang voor de
gemeente in zag en ik er van overtuigd was, dat die
plannen zonder bezwaar voor de gemeente door haar
gesteund konden worden. Maar ik meen dat het ver
schaffen van ijsvermaak en het verschaffen van een
gelegenheid voor het houden van wedstrijden niet een
zóódanig gemeentebelang is, dat het aangaat om daar
over op initiatief van den Raad en van het Gemeente
bestuur met een particuliere vereeniging besprekingen
te houden. Bovendien, toen het verzoek van ,,De
IJsclub" uitging stonden Burgemeester en Wethouders
veel sterker, dan wanneer Burgemeester en Wethouders
moeten komen met een verzoek tot ..De IJsclub", omdat
deze dan verschillende eischen zal gaan stellen. Op al
die gronden kan ik aan het voorstel van den heer Botke
mijn stem niet geven.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het voorstel van den heer Hooiring, luidende
..Ondergeteekende stelt voor in beroep te gaan bij
de Kroon tegen het besluit van Gedeputeerde Staten
ten opzichte der Ijsbaan",
wordt met 16 tegen 11 stemmen verworpen.
Voor stemmen: de heer Muller. Van der Meulen,
Koopal, B. Molenaar, De Boer, De Vries, Dijkstra,
Hooiring. Van Kollem, M. Molenaar en Botke.
Tegen stemmen: de heeren Terpstra, Ritmeester,
Westra, Balk, Hettinga, Stobbe, Van der Schoot,
Turksma, mevrouw Buisman—Blok Wijbrandi, de
heeren Wiersma, Feitsma, Hofstra, Vromen, Weima,
Buiel en mevrouw Van DijkSmit.
De motie van den heer Botke wordt met 14 tegen 13
stemmen aangenomen.
Voor stemmen: de heeren Botke, Muller, Van der
Meulen, Koopal, B. Molenaar, Terpstra. De Boer, Rit
meester, De Vries, Turksma, mevrouw Buisman—Blok
Wijbrandi, de heeren Hooiring, Van Kollem en M.
Molenaar.
Tegen stemmen: de heeren Westra. Balk, Hettinga,
Stobbe, Van der Schoot, Dijkstra, Wiersma. Feitsma,
Hofstra, Vromen, Weima, Buiel en mevrouw Van
Dijk—Smit.
d. verslag betreffende den toestand van het Middel
baar Onderwijs te Leeuwarden over het jaar 1931.
Ligt nog eenigen tijd voor de leden ter inzage.
e. adres van W. Fokkema en anderen namens het
comité van actie tegen vervroegde winkelsluiting, hou
dende verzoek o. a. om geen vervroegde sluitingsuren
buiten de uren bij de Winkelsluitingswet 1930, Staats
blad no. 460, bepaald, in te voeren.
Wordt bij de desbetreffende stukken gevoegd.
f. dat Burgemeester en Wethouders naar aanleiding
van een openbare inschrijving hebben gegund aan U.
van Meekeren te Hindeloopen het uitvoeren van grond-,
rioleerings- en bestratingswerken ten behoeve der ver
betering van de Spanjaardslaan en den Mr. P. J.
Troelstraweg, van de Pelikaanstraat tot het Valerius-
plein, voor 18.400.—.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
De heer Vromen heeft intusschen de vergadering
verlaten.
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het verleenen van eervol ontslag aan FJ. Broersma,
als onderwijzer aan gemeenteschool no. 12.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Pinkstraat
aan H. de Boer.
Dit voorstel luidt als volgt
Bij adres van 30 Maart j.l. heeft LI. de Boer, alhier,
verzocht hem in erfpacht af te staan een perceeltje
bouwterrein aan de Pinkstraat, ter diepte van 20 Meter
en ter lengte van 13 Meter langs den weg gemeten.
Op de hierbij overgelegde teekening is het aange
vraagde terrein met een roode omlijning aangeduid.
Aangezien tegen deze uitgifte met het oog op de toe
komstige bebouwing aan de van Leeuwenhoekstraat be
denkingen bestaan, hebben wij den adressant medege
deeld. dat een terreindiepte van 20 Meter niet kan wor
den afgestaan, doch dat er van onze zijde geen bezwaren
rijzen tegen de uitgifte van een terrein, dat bij een
lengte van 13 Meter langs den weg een diepte verkrijgt
van ongeveer 12.50 Meter aan de Noordzijde en van
ongeveer 16.50 Meter aan de Zuidzijde. De belang
hebbende heeft verklaard daarmede accoord te gaan.
terwijl hij tevens genoegen heeft genomen met de te
stellen gebruikelijke voorwaarden en een grondprijs
van 6.50 per M2. Deze prijs is voldoende te achten,
de ligging van het terrein in aanmerking genomen.
Wij geven U mitsdien in overweging te besluiten
aan H. de Boer, alhier, tot 31 December 1990 in
erfpacht af te staan een bouwterrein aan de Oostzijde
van de Pinkstraat, ter lengte van 13 Meter langs den
weg gemeten en ter diepte van ongeveer 12.50 Meter
aan de Noordzijde, geleidelijk toenemende tot eer.e
diepte van ongeveer 16.50 Meter aan de Zuidzijde,
gelijk op de bijbehoorende situatieteekening in witte
kleur is aangegeven, ter grootte van ongeveer 188 M-..
de juiste grootte door een landmeter van het kadaster
uit te meten, zulks onder de volgende voorwaarden
1de erfpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van 6.50 per M2. en een rentevoet van
6 per jaar;
2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht-
kennis heeft bekomen, een bedrag van 61. ten
kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waar
borg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag
hem, na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden
teruggegeven;
3. de te stichten woningen moeten architectonisch
op redelijke wijze aansluiten aan de bestaande bebou
wing;
4. de rooiïng voor de bebouwing zal door den dienst
der Gemeentewerken worden aangegeven;
5. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 24 Mei 1932. 183
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag be
bouwing door derden niet plaats hebben;
6. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen
tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo-
rende aan de gemeente Leeuwarden.
5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein ten Noordwesten
van de Leeuwrikstraat aan O. de Boer te Huizum en
A. Knuistalhier.
Dit voorstel luidt als volgt
0. de Boer te Huizum en A. J. Knuist, alhier, hebben
ons bij adres van 18 April j.l. verzocht te bevorderen,
dat hun in erfpacht wordt afgestaan het op de hierbij
overgelegde teekening met roode arceering aangeduide
gedeelte van blok XXVI der gemeentelijke bouwter
reinen ten Noordwesten van de Leeuwrikstraat, ter
lengte van 24 Meter langs den weg gemeten. Van onze
zijde rijzen tegen de gevraagde uitgifte geen beden
kingen. De grondwaarde van het terrein kan worden
gesteld op 5.— per M2., welke som voldoende is te
achten. De belanghebbenden nemen met genoemden
prijs en de te stellen gebruikelijke voorwaarden genoe
gen. Op ons verzoek hebben de aanvragers een gevel
ontwerp van de te bouwen woningen ingezonden, tegen
welk ontwerp, ook naar het oordeel van de Schoon
heidscommissie, in beginsel geen bezwaren bestaan.
Wij geven U mitsdien in overweging te besluiten
aan O. de Boer te Huizum en A. J. Knuist, alhier,
tot 31 December 1990 in erfpacht af te staan een ge
deelte van bouwblok XXVI der gemeentelijke bouw
terreinen ten Noordwesten van de Leeuwrikstraat, ter
lengte van 24 Meter langs de straat gemeten, gelijk op
de bijbehoorende situatieteekening met roode arceering
is aangegeven, ter grootte van ongeveer 540 M2., de
juiste grootte door een landmeter van het kadaster uit
te meten, zulks onder de volgende voorwaarden
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van 5.per M2. en een rentevoet van
6 per jaar;
2. de erfpachters storten binnen tweemaal 24 uren,
nadat zij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis hebben bekomen, een bedrag van 135.— ten
kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waar
borg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag
hun, na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden
teruggegeven;
3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door den
dienst der Gemeentewerken worden aangegeven;
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
bebouwing door derden niet plaats hebben;
5. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen
tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo-
rende aan de gemeente Leeuwarden.
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
afstand in erfpacht van bouwterrein aan de Camper
straat aan H. Hettema.
Dit voorstel luidt als volgt
Van de gemeentelijke bouwterreinen ten Zuidoosten
van den Groningerstraatweg heeft H. Hettema, alhier,
bij adres van 16 April 1932 blok XIV, gelegen aan de
Camperstraat, in erfpacht aangevraagd. Tegen deze
uitgifte bestaan van onze zijde geen bedenkingen. De
grondwaarde van het terrein kan worden gesteld op
ƒ7.— per M2., welke prijs voldoende is te achten en
waarmede de belanghebbende heeft verklaard genoegen
te nemen, evenals met de te stellen gebruikelijke voor
waarden. Met het ingezonden gevelontwerp van de op
het terrein te stichten woningen kunnen wij ons, na
ingewonnen advies van de Schoonheidscommissie,
vereenigen.
Wij geven U derhalve in overweging te besluiten
aan H. Hettema, alhier, tot 31 December 1990 in
erfpacht af te staan bouwblok XIV van de gemeente
lijke terreinen ten Zuidoosten van den Groninger
straatweg, gelegen aan de Camperstraat, gelijk op de
bijbehoorende situatieteekening met roode arceering is
aangegeven, ter grootte van ongeveer 960 M2., de
juiste grootte door een landmeter van het kadaster uit
te meten, zulks onder de volgende voorwaarden
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een
grondwaarde van 7.— per M2. en een rentevoet van
6 per jaar;
2. de erfpachter stort binnen tweemaal 24 uren,
nadat hij van het Raadsbesluit tot toewijzing in erfpacht
kennis heeft bekomen, een bedrag van 336.— ten
kantore van het Gemeentelijk Grondbedrijf, als waar
borg voor de nakoming der voorwaarden, welk bedrag
hem, na voldoening daaraan, op aanvrage zal worden
teruggegeven;
3. de rooiïng voor de bebouwing zal nader door den
dienst der Gemeentewerken worden aangegeven;
4. zoolang de erfpacht niet met toestemming van
Burgemeester en Wethouders is overgedragen, mag
bebouwing door derden niet plaats hebben;
5. voor het overige zijn op dezen afstand in erfpacht
van toepassing voor zoover mogelijk en met het
bovenstaande niet in strijd de bepalingen betreffende
de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen, gelegen
tusschen Oostersingel en Cambuursterpad en toebehoo-
rende aan de gemeente Leeuwarden.
7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
verhuring van een gedeelte van het weiland „de Lange
Negen" aan het Vliet aan mej. A. G. Veenstra, voor
den bouw van een schiphuis.
Dit voorstel luidt als volgt
Van mej. A. G. Veenstra, alhier, ontvingen wij het
verzoek te bevorderen dat haar in huur wordt afgestaan
een perceel grond aan het Vliet voor den bouw van een
schiphuis. Bedoeld is een gedeelte van het weiland, de
z.g. „Lange Negen", waarvan reeds met Uwe goed
keuring onderscheidene gedeelten zijn verhuurd voor
schiphuisbouw, laatstelijk bij Uw besluit van 12 April
1.1. aan E. en J. Massolt. Het terrein is op de overge
legde teekening door een arceering aangeduid.
Ook in dit geval bestaat bij ons geen bezwaar aan
het verzoek te voldoen; de huurprijs dient op 40.—
per jaar te worden gesteld, welk bedrag in juiste ver
houding staat tot de aan de gemeente verschuldigde
gelden voor het hebben van andere schiphuizen aan het
Vliet. De huurtijd kan, evenals in vorige gevallen, be
paald worden op tien jaren, waarmede adressante, die
ook met de overige haar gestelde voorwaarden genoe
gen neemt, accoord gaat.
Onder overlegging van de stukken geven wij U der
halve in overweging te besluiten
aan mej. A. G. Veenstra, alhier, in huur af te staan
voor den bouw van een schiphuis aan het Vliet een
gedeelte van de z.g. „Lange Negen", ter breedte langs
het Vliet gemeten van 8 M. en diep ten hoogste 17 M.,
deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend
gemeente Leeuwarden, Sectie G no. 12867, ten Westen
onmiddellijk grenzende aan het aan E. en J. Massolt
verhuurde gedeelte, onder voorwaarde