262 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 26 September 1933. hek zouden voor rekening der gemeente moeten komen. Naar onze meening bestaat geen bezwaar op dezen voet tot de overeenkomst mede te werken, zoodat wij U in overweging geven te besluiten met W. Hoekstra, alhier, eigenaar van het pand Nieuwestad no. 8 (hoek Westerplantage), kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie B no. 1285, een dading aan te gaan, waarbij de gemeente het eigen domsrecht van eerstgenoemde erkent op de strook grond, deel van het gemeentelijke perceel, kadastraal bekend Sectie B no. 3505, aan de Westerplantage, gelegen ten Westen van eerstgenoemd kadastraal per ceel, op de bijbehoorende teekening in arceering aan gegeven, en waarbij Hoekstra erkent het eigendoms recht van de gemeente op den ten Westen van deze strook gelegen grond, zulks met bepaling dat de kosten, vallende op de acte en hare overschrijving in de openbare registers en die van de verplaatsing van een daar aanwezig hek, komen voor rekening van de gemeente. 10. Voorstel van Burgemeester en Wethouders in zake straataanleg door N. Ottema op een terrein achter de Willem Spreng er straat en tot vaststelling van rooi- lijnen voor de bebouwing aldaar. Dit voorstel luidt als volgt Bij adres van 10 Juli j.l. heeft N. Ottema, alhier, gevraagd te bevorderen, dat hem vergunning wordt verleend tot den aanleg van straten op het hem in eigendom toebehoorende perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie F no. 3906, gelegen achter de bebouwing aan de Oostzijde van de Willem Sprengerstraat. Tegen het verleenen der gevraagde vergunning be staan bij ons geen bedenkingen. Uit de bij het verzoek overgelegde teekening blijkt, dat het ontworpen straten plan overeenstemt met het voorloopige uitbreidingsplan ter plaatse. De om het terrein gelegen slooten zullen worden gedempt, waartoe door de mederechthebbenden bereids vergunning is gegeven; de desbetreffende geze gelde verklaringen zijn bij de ter visie liggende stukken gevoegd. Een Noordelijk gedeelte van adressants ter rein grenst aan grond van de gemeente, zoodat voor de demping van de daar aanwezige sloot Uwe toestem ming noodig is. De aan te leggen straten zullen behooren tot die der eerste klasse voor zoover betreft het gedeelte gemerkt E F en tot die der tweede klasse wat de overige straten betreft. Na het gereedkomen zullen de straten in eigendom aan de gemeente moeten worden overgedra gen onder bijbetaling van de in de Bouwverordening genoemde bedragen. Met de bepalingen, die bij den straataanleg in acht genomen moeten worden en die omschreven zijn in den overgelegden brief d.d. 31 Juli j.l. no. 2230 van den Directeur der Gemeentewerken, gaat de belanghebbende accoord. Tegelijk met het verleenen van de vergunning tot den straataanleg kunnen worden vastgesteld de voor gevelrooilijnen voor de op het terrein te stichten be bouwing. Op de hierbij gevoegde teekening, gemerkt bij 2756 van '33" en met de letter B, zijn de ontworpen rooilijnen met roode strepen aangeduid. De in art. 10 der Woningwet geëischte ter visie legging van het rooilijn-ontwerp behoeft in het hier aanwezige geval niet plaats te hebben, daar de belanghebbende de bij het derde lid van dat artikel genoemde verklaring heeft afgelegd, inhoudende dat hij tegen de ontworpen rooi lijnen geen bezwaar heeft. Onder mededeeling dat de Commissie voor de Open bare Werken blijkens haar schrijven van den 20sten dezer met het stratenplan en de geprojecteerde rooi lijnen accoord gaat, geven wij U derhalve in over weging te besluiten overeenkomstig het hierachter afge drukte ontwerp. ONTWERP. De Raad der gemeente Leeuwarden; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethou ders om aan N. Ottema, alhier, op zijn verzoek ver gunning te verleenen tot straataanleg op het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie F no. 3906, gelegen ten Oosten van de Willem Sprenger straat en om over te gaan tot vaststelling van voor gevelrooilijnen voor de op genoemd perceel te stichten gebouwen; gelet op de bepalingen der Woningwet; besluit I. te verklaren dat de in Noordwestelijke richting loopende, op een breedte van 18 Meter ontworpen, straat, welke op de bij dit besluit behoorende teekening, gemerkt ,,bij 2756 van '33" A, met de letters E F is aangeduid, is een straat in het rechtstreeksch belang van het algemeen verkeer; II. de gevraagde vergunning tot straataanleg te verleenen onder de volgende voorwaarden en bepa lingen 1. de straten worden, wat hare afmetingen en rich ting betreft, aangelegd overeenkomstig de aanduidingen op de bij dit besluit behoorende teekening, gemerkt .bij 2756 van '33 en met de letter A; 2. de door Burgemeester en Wethouders vast te stellen voorschriften in zake de hoogte, helling en ver deren aanleg der straten, de helling en doorsnede der riolen met het aantal putten en kolken, de aansluiting onderling en aan bestaande straten en riolen en der gelijke, moeten worden nagekomen; de te bezigen materialen moeten worden goedgekeurd door Burge meester en Wethouders; 3. de om het terrein gelegen slooten moeten worden gedempt op de wijze als in de Bouwverordening is voorgeschreven of nader door Burgemeester en Wet houders zal worden bepaald, wordende voor het dem pen van de sloot gelegen tusschen adressants terrein en het gemeentelijk perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie F no. 4406, bij dezen de daarvoor noodige vergunning verleend; 4. op de erfscheiding tusschen adressants terrein en het onder 3 genoemde perceel Sectie F no. 4406, moet, na demping van de sloot, over de geheele lengte een houten schutting worden geplaatst, hoog 2 Meter, van geschaafde en geploegde vuren delen, zwaar 25 mM„ tegen palen van vuren batting lang 3 Meter, zwaar 6J/£ X I6J/2 cM.f op afstanden van ongeveer 1.80 Meter, zoo noodig gesteund door palen met schoren; 5. alvorens met de uitvoering der werkzaamheden een aanvang mag worden gemaakt, moet een bestek en voorwaarden, met de noodige werkteekeningen, in tweevoud, aan Burgemeester en Wethouders worden ingezonden en door hen zijn goedgekeurd; 6. op de tusschen de rooilijn en de straat gelegen ruimte mogen, zonder vergunning van Burgemeester en Wethouders, geen getimmerten, van welken aard ook, worden opgericht; 7. voor de toepassing van art. 6 der Bouwverorde ning wordt de onder I bedoelde straat gerangschikt in de eerste klasse, terwijl de overige straten behooren tot die van de tweede klasse; 8. de straataanleg moet zonder onderbreking worden uitgevoerd en voltooid zijn vóór 1 Juni 1934: onmiddellijk na de voltooiing der straten moeten deze kosteloos in eigendom aan de gemeente worden over gedragen onder bijbetaling door adressant binnen een maand na het verlijden van de acte van overdracht, van de bij de Bouwverordening bepaalde bijdragen in de kosten van het voortdurend onderhoud, ten bedrage van 1.80 per M2. straat der tweede klasse en van de kosten van het van gemeentewege te houden toezicht op den aanleg der straten tot een bedrag van 0.27 per M2. van alle overgedragen straten, een en ander vol Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 26 September 1933. 263 gens door den Directeur der Gemeentewerken te ver strekken opgave na gedane opmeting, zijnde adressant verplicht voor de hierbedoelde betaling op de wijze door Burgemeester en Wethouders te bepalen en te hunnen genoegen zekerheid te stellen en zullende eerst na de voltooiing van den straataanleg, met inbegrip der slootdemping en na betaling der bovenbedoelde bedra gen, de aan de straten gestichte gebouwen in gebruik mogen worden genomen, op straffe als bij de Bouw verordening is bepaald; III. als rooilijnen voor de aan de ontworpen straten op het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwar den Sectie F no. 3906 te stichten gebouwen vast te stellen de op de bij dit besluit behoorende teekening, gemerkt ,,bij 2756 van '33" en met de letter B, getrok ken roode lijnen. 11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verlenging van den ontruimingstermijn van zeven on bewoonbaar verklaarde woningen. Dit voorstel luidt als volgt De Gemeentelijke Inspecteur voor het Woning toezicht deelt in zijn hiernevens overgelegd schrijven van 6 September j.l., no. 393 mede, dat van de 23 onbewoonbaar verklaarde woningen, van welke bij Uw besluit van 18 October 1932, no. 361/r 196 de ontruimingstermijnen werden verlengd, nog 11 bewoond zijn. De datum waarop deze 11 woningen ontruimd hadden moeten zijn, werd bij het evengenoemde Raads besluit gesteld op 1 September 1933. Ingevolge art. 27 der Woningwet dient ons College thans tot ontruiming dier woningen over te gaan met een viertal zal dat ook geschieden. Ten aanzien van de overige 7 woningen echter is genoemde Inspecteur van meening ciat opnieuw verlenging van den ontruimingstermijn met den tijd van één jaar behoort plaats te hebben, aangezien het voor de betrokken bewoners uiterst moeilijk, zoo niet onmogelijk, zal zijn een andere en betere woning te verkrijgen. De nadere motieven daar voor zijn in het schrijven van den Inspecteur, waarnaar wij LI verwijzen, uiteengezet. De Gezondheidscommissie voor deze gemeente kan zich blijkens haar hierbij overgelegd schrijven van 20 September j.l. met het voorstel van den Inspecteur vereenigen. Waar ook ons College daarmede accoord gaat, geven wij U in overweging te besluiten den ontruimingstermijn v in 7 onbewoonbaar verklaarde woningen opnieuw te verlengen en daartoe vast te stellen het in ontwerp 1. erachter afgedrukte besluit. ONTWERP. De Raad der gemeente Leeuwarden; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethou ders om den ontruimingstermijn van 7 onbewoonbaar verklaarde woningen te verlengen; gelet op het advies d.d. 20 September 1933 van de Gezondheidscommissie voor de gemeente Leeuwarden, alsmede op de bepalingen der Woningwet; besluit a. den bij Raadsbesluit van 15 Juli 1930, no. 225r 139, bepaalden en bij Raadsbesluit van 18 October 1932, no. 361r/196 tot 1 September 1933 verlengden termijn van ontruiming van de woning Poptasteeg no. 16, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden Sectie A no. 308, opnieuw te verlengen en nader te bepalen op 1 September 1934; b. den bij Raadsbesluit van 16 September 1930, no. 307r 172, bepaalden en bij Raadsbesluit van 18 October 1932. no. 361 r/196, tot 1 September 1933 verlengden termijn van ontruiming van de woningen 1. Keetbuurt no. 39, 2. 43, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie G, onderscheidenlijk nos. 3362 en 3360, opnieuw te ver lengen en nader te bepalen op 1 September 1934; c. den bij Raadsbesluit van 7 October 1930, no. 329r/192, bepaalden en bij Raadsbesluit van 18 October 1932, no. 361 r/196, tot 1 September 1933 verlengden termijn van ontruiming van de woningen 1. Cichoreibuurt no. 340, 2. 342, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie G, onderscheidenlijk nos. 5010 en 5686, opnieuw te ver lengen en nader te bepalen op 1 September 1934; d. den bij Raadsbesluit van 15 Juli 1930, no. 225r/ 139, bepaalden en laatstelijk bij Raadsbesluit van 18 October 1932, no. 361 r/196, tot 1 September 1933 ver lengden termijn van ontruiming van de woningen 1. Nieuwekade (Jan Mutskesteeg) no. 106, 2. 110, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie G, onderscheidenlijk nos. 1570 en 212, opnieuw te verlen gen en nader te bepalen op 1 September 1934. 12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verstrekken van gelden aan het bestuur der Ver- eeniging tot stichting en instandhouding van kweek scholen ter opleiding van onderwijzers(essen) aan Chris telijke scholen voor de aanschaffing van leermiddelen ten behoeve van zijne school voor U.L.O. aan de Margaretha de Heerstraat no. 2. Dit voorstel luidt als volgt Het Bestuur der Vereeniging tot stichting en instand houding van een of meer kweekscholen ter opleiding van onderwijzers en onderwijzeressen aan Christelijke scholen, alhier, vraagt bij het hiernevens overgelegd schrijven d.d. 26 Juli j.l. gelden uit de gemeentekas te mogen ontvangen voor de aanschaffing van leer middelen ten behoeve van zijne school voor uitgebreid lager onderwijs aan de Margaretha de Heerstraat no. 2. Uit het adres blijkt genoegzaam, dat is voldaan aan de bepalingen der Lager Onderwijswet 1920. Ons is bovendien gebleken dat in dit geval geen der weigeringsgronden, genoemd in de wet van 4 Augustus 1933 (Stbl. no. 414), aanwezig is. De leermiddelen worden n.l. vereischt in verband met een belangrijke stijging van het aantal leerlingen en als gevolg van eene wijziging van het leerplan voor die school. De gemeente behoort derhalve krachtens artikel 72 der L.ager Onderwijswet 1920 en gelet op bovenvermelde aanvullingswet de benoodigde gelden beschikbaar te stellen. Wij geven U mitsdien in overweging te besluiten aan het Bestuur der Vereeniging tot stichting en instandhouding van een of meer kweekscholen ter opleiding van onderwijzers en onderwijzeressen aan Christelijke scholen, alhier, uit de gemeentekas gelden te verstrekken voor de aanschaffing van leermiddelen ten behoeve van zijne school voor uitgebreid lager onderwijs aan de Margaretha de Heerstraat no. 2. Met algemeene stemmen wordt besloten overeen komstig de voorstellen van Burgemeester en Wet houders sub 5-—12. 13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van een vertoogschrift inzake het beroep, door de Vereeniging voor Christelijk Nijverheids onderwijs ingesteld tegen het Raadsbesluit d.d. 11 Juli 1933, waarbij afwijzend is beschikt op een verzoek van het bestuur dier vereeniging om de oprichting en in standhouding van een Christelijke Industrie- en Huis houdschool in deze gemeente noodig te oordeelen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1933 | | pagina 3