52 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 11 Februari 1935.
Voortzetting der vergadering op Woensdag 13 Februari 1935.
een voorstel zou moeten zijn om de verordening te wij
zigen, omdat, zoolang B. en W. zélf de beslissing heb
ben, zij niet direct aan het verzoek zouden behoeven
te voldoen.
Dat deze verhooging de menschen overvalt, is niet
prettig, maar dat van de 1600 aansluitingen op dit ta
rief er thans 111 zijn opgezegd, is alleen, omdat die
menschen geen kans zien in een jaar met het piektarief
die 4.er uit te halen en 't is de vraag, of men daar
voor speciaal de meterhuur zoo laag moet houden.
Spr. wil alleen toezeggen, dat B. en W. deze zaak
nog eens ernstig onder de oogen willen zien. Hij wijst
nog op de geweldige stijging van het verbruik over het
piektarief sinds het vorige jaar van 780,000 K.W.U.
tot 1,171,000 K.W.U. en de enorme daling van het
enkel tarief van 1,604,250 K.W.Ll. tot 1,287,500
K.W.U. Dat kost geld en zou haast de mogelijk
heid doen overwegen om het piektarief geheel af te
schaffen en te komen met een goedkooper tarief, te
verdeelen over den geheelen dag. Spr. geeft nog een
voorbeeld, hoe het piektarief misschien eenigszins voor-
deelig voor den gebruiker maar nadeelig voor de ge
meente kan werken en besluit, dat B. en W., evenals
elke koopman doet, de prijs zeker moesten brengen op
het bedrag, dat het de gemeente zelf kost.
Den heer Turksma antwoordt spr., dat B. en W. de
kwestie van verlaging van het speciaal tarief van 3000
K.W.U., wat een vraagstuk op zichzelf is, nog wel eens
ernstig willen bekijken en, zoo eenigszins mogelijk,,
daartoe wel willen overgaan, maar al te veel concessies
op het punt van de tarieven moet men niet verwachten.
Mede naar aanleiding van hetgeen de heeren Weima
en Van der Schoot hebben gezegd, antwoordt spr., dat
1 cent minder aan stroomprijs de gemeente 20.000.
aan winst kost, dus dat een verlaging van 5 cent 1 ton
zou kosten. Het betreft hier spr. erkent het het
vraagstuk van de vaste lasten van de betrokkenen,
maar een dergelijke verlaging zou alleen mogelijk zijn,
wanneer dat geld op andere wijze was terug te halen
en erg optimistisch op dat punt is spr. niet.
Spr. zegt toe, dat de andere zaken binnen afzienbaren
tijd in de Lichtcommissie onder de oogen zullen wor
den gezien.
De heer Van der Schoot is inmiddels ter vergadering
gekomen.
De Voorzitter meent er naar aanleiding van de op
merkingen van den heer Van Kollem op te moeten wij
zen, dat het verschuiven van het avondverbruik naar
het dagverbruik in geen enkel opzicht fraude beteekent.
maar dat dit feit slechts tot de erkenning moet leiden,
dat de gevolgen van het piektarief anders zijn geweest
dan men had verwacht. Zoo kan b.v. iemand, die ge
wend was zijn eten electrisch te koken en 's avonds
om 6 uur te eten, bij invoering van het piektarief in
den winter om 12 uur zijn gaan eten, omdat hij dan
overdag voor 4 cent per K.W.U. kan koken en dit is
dan niet alleen te goeder trouw, maar ook volkomen
terecht gebeurd.
De heer Van Kollem heeft dat ook bedoeld. Als hij
spreekt van uitwassen, bedoelt hij die niet bij de ver
bruikers, maar het systeem op zichzelf maakt dit
mogelijk.
De heer Buiel kon zich met het gister door den heer
Ritmeester gehouden betoog behoorlijk goed vereeni
gen, maar acht diens verdediging thans minder geluk
kig. Spr, constateert dat le het Electriciteitbedrijf niet
op een gezonde exploitatie-opvatting is gebaseerd en
dat het wordt gebruikt als een bron van inkomsten ter
vervanging van belastingen 2e dat op het bedrijf een
behoorlijke of liever een onbehoorlijke winst wordt ge
maakt, zoodat men door iets duurdere piekmeters zeker
nog niet aan verlies toe komt3e dat de kwestie, dat
de verordening voorschrijft, dat de meters in 10 jaar
moeten worden afgeschreven, hier niets mee te maken
heeft, omdat de piekmeters na 10 jaar ook nog kunnen
blijven bestaan en er dan ook nog huur van wordt
geheven.
Wat de kwestie van het avondverbruik betreft, is
hier onlangs gezegd, dat men wel een goedkooper tarief
voor bepaalde zaken kon vaststellen, indien wij maar
een lager avondverbruik hadden. Nu is door het piek
tarief de prijs voor de K.W., welke wij 's avonds af
nemen, goedkooper geworden en door dit tarief heeft
men ook de gelegenheid den stroom aan die zaken goed
kooper te leveren. Verder kunnen aan de kabels voor
de gewone meters ook de piekmeters direct worden
aangesloten en bovendien zijn de kosten van de piek
meters algemeene exploitatiekosten, die men moeilijk
op een bepaalde categorie van personen kan verhalen.
Bij de thans bepaalde huur zijn de piekmeters reeds na
10 jaar geheel afgeschreven. Spr. meent, dat men voor
al in dezen tijd niet langs een omweg iets uit de be
drijven moet trachten te halen en dient daarom met den
heer Muller het volgende voorstel in
„Ondergeteekenden stellen B. en W. voor het be
sluit, houdende verhooging der huur van de piek
meters, in te trekken en mitsdien deze huur te hand
haven op de tot voor 1 Februari 1935 bestaande
huur."
De heer Weima verzoekt nog antwoord op zijn
vraag, waar de betrokkenen zijn verrast door deze wij
ziging, omdat zij meenen zich voor één jaar bij contract
te hebben vastgelegd, of de gemeente zich dan óók niet
voor een jaar heeft verbonden. Men staat nu plotseling
voor het feitbetalen of men raakt den meter kwijt.
Waarom gebeurt dit zoo staf en af?
De heer Muller sluit zich aan bij den Voorzitter, dat
eventueele verkeerde toestanden in dezen niet de schuld
zijn van de verbruikers, maar een gevolg van het feit,
dat dit tarief zoo is gesteld. Spr.'s groote grief is nu.
dat B. en W. plompverloren, zonder den Raad er in
te kennen, de verbruikers voor het feit stellen óf 4.50
meer meterhuur te betalen óf den stroom te betrekken
over den gewonen meter. Als er verschillende dingen
niet in orde zijn, hadden B. en W., waar ook de Licht
commissie van oordeel is dat er verandering moet ko
men, den Raad z, i. hierin moeten kennen dan had men
hier kunnen bespreken op welke wijze deze zaak in het
reine is te brengen. Wanneer nu niet voor een bepaal
den datum door de verbruikers het piektarief is opge
zegd, gaat volgens een schrijven van B. en W. aan hen
de verhooging van de meterhuur op 1 Febr. in en om
dit te voorkomen, meent spr., dat B. en W. dat schrij
ven dienen in te trekken en dat deze zaak naar de
Lichtcommissie dient te worden gezonden om advies.
De heer Vromen, die tot zijn spijt in eerste instantie
bij deze bespreking niet aanwezig was, constateert, dat
het Electriciteitbedrijf een zuiver distributiebedrijf is,
waar volgens den staat van schulden, de aanschaf-
waarde en de boekwaarde nog geen kapitaal van 2
millioen in zit, en hij vraagt hem één particulier bedrijf
aan te wijzen, waar met een kapitaal van nog geen 2
millioen en een omzet van nog niet 1 millioen een winst
wordt gemaakt van ruim 200.000.Spr. noemt dit
uit dat oogpunt een ongeoorloofde winst en zou zeg
gen daar heb je nu een uitbuitsysteem, dat meer dan
schandelijk is.
Van zijn kant is in dit stadium bij de geheele constel
latie der gemeentefinanciën geen voorstel te verwachten
om de tarieven te verlagen, maar dat er jaren lang een
winst is gemaakt van 3 ton en meer, is toch ongeoor
loofd daarover zal men het eens zijn en spr. heeft dat
ook erkend, toen hij, omdat wij de winst niet konden
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Maandag 11 Februari 1935. 53
Voortzetting der vergadering op Woensdag 13 Februari 1935.
missen, heeft gestemd tegen tariefsverlaging. Hij heeft
die winst steeds beschouwd als abnormaal en wij moe
ten dus den kant uit van goedkoopere levering.
B. en W. gaan nu de strooming, die door den Raad
is gegaan, om via het piektarief aan een groot deel van
de verbruikers de stroom goedkooper te leveren, den
grond indrukken, remmen en tegenwerken. Ten eerste
gelooft spr., dat men bij afschaffing van het piektarief
t.o.v. het maken van meer winst bedrogen zou uitko
men het is een oncommercieel standpunt om te trach
ten op deze wijze meer winst te maken, maar het is ook
conservatief, gezien de ontwikkeling, die zich ten op
zichte hiervan overal heeft geopenbaard. Het is juist
in het belang van het bedrijf en een gemak voor de
maatschappij als men overdag buiten de speruren of
die precies juist zijn is een technisch vraagstuk de
aflevering van stroom over het piektarief gaat bevor
deren en zoodoende de bevolking meer gewent aan het
bezigen van electrische kracht. Gaat men dat den kop
indrukken, dan doet Leeuwarden een stap achteruit.
Wij zijn daarmee in Leeuwarden tóch al niet zoo erg
verhet piektarief is hier nog zóó hoog, dat het elec
trisch koken hier, in tegenstelling met andere plaatsen,
nog te duur is om aangeraden te worden. Men dient
bij het bedrijf een zoodanig commercieel beheer te voe
ren, dat er niet 2 maar 3 mililoen K.W.U. via het piek
tarief wordt verbruikt.
Ofschoon spr. overtuigd is, dat B. en W. volgens de
verordening het recht hebben de meterhuur te verhoo-
gen, maakt het toch een eigenaardigen indruk, dat zij
niet in den aanbiedingsbrief hebben meegedeeld, dat
zij tot de conclusie zijn gekomen dat die zaak niet juist
is.
Spr. bestrijdt, dat de piekmeters alleen in Leeuwar
den en niet elders worden gebruikt en beveelt ook aan
dat de Lichtcommissie deze zaak eens ernstig in studie
neemt, om te zien of het niet anders kan. Laat men
echter niet gaan, zooals aan de tafel van B. en W.
misschien wordt gewenscht, in de richting van alge-
heele afschaffing van het piektarief, omdat men daar
mee het bedrijf geen dienst zou bewijzen.
De Voorzitter doet mededeeling van het reeds door
den heer Buiel genoemde voorstel van de heeren Buiel
en Muller. Verder is ingekomen een voorstel van den
heer Van Kollem, luidende
„Ondergeteekende verzoekt Burgemeester en Wet
houders de kwestie van het piekmetertarief terug te
wijzen naar de commissie voor de Gemeentelijke
Lichtbedrijven,
en, in afwachting van haar advies, de verhooging
voor de piekmeters niet toe te passen."
Spr. vraagt, of de heer Muller zijn voorstel thans in
trekt.
De heer Muller trekt dat in.
De heer Buiel kan zich daarmee ook vereenigen, als
in het voorstel-Van Kollem ligt opgesloten, dat het ver
hoogde tarief nü niet wordt ingevoerd.
De Voorzitter zegt, dat de Raad toch niet verder kan
gaan dan dit aan B. en W. te verzoeken.
De heer Buiel: Maar ik vertrouw dan dat het niet
gebeurt.
De Voorzitter doet vervolgens, daar latende of er
een misverstand in het spel is, naar aanleiding van de
mededeelingen van den heer Van Kollem, voorlezing
van een zinsnede uit een brief van den Dir. der Licht
bedrijven, die o. a. schrijft, dat de commissie voorals
nog niet voelde voor het invoeren van een nieuw tarief,
noch voor het leveren volgens het piektarief, doch over
den gewonen meter, doch dat zij van oordeel was dat
de huur van de piekmeters in geen verhouding staat tot
die van de andere meters en dat er alles voor was om
die huur omhoog te brengen. Op grond van dezen, niet
door de commissie maar door den heer Blaauw getee-
kenden brief, hebben B. en W. hun besluit genomen
en zij meenden, dat de uitleg, die zij aan den brief heb
ben gegeven, volkomen in den haak was.
De heer Van Kollem meent dat, wanneer de heer
Vromen iets eerder ter vergadering was gekomen, hem
zou zijn gebleken, dat hij zijn speech niet had behoeven
te houden, omdat het niet gaat over de kwestie van het
goedkoope tarief, maar, waar de commissie is gebleken
dat er aan het principe van het tarief uitwassen kleven,
over de vraag hoe deze zullen worden bestreden. Daar
om is het de bedoeling van spr.'s voorstel de zaak nog
eens terug te wijzen naar de commissie, opdat deze de
heele kwestie van de goedkoope electriciteitslevering
nog eens onder de oogen kan zien, terwijl in afwachting
daarvan aan B. en W. wordt verzocht de verhooging
van de meterhuur niet toe te passen. De commissie heeft
zich n.l. op dat punt niet uitgesproken. Wat wel juist
is in den brief van den Dir. is, dat in de commissie de
gedachte is gerezen, of de tegenwoordige huur van de
meters in verband met den prijs te laag is en dat de
mogelijkheid van verhooging is overwogen. Er is zelfs
een bedrag genoemd, dat echter lager was dan dat, wat
door B. en W. thans is vastgesteld, maar tot een uit
spraak is de commissie niet gekomen.
De Voorzitter zegt nogmaals dat B. en W., niet we
tende dat in de commissie geen besluit was genomen,
aan den brief van den Dir. een zoodanigen uitleg heb
ben gegeven, dat zij meenden, daarmee in den geest
van de commissie te handelen. Spr. stelt voor de dis
cussies te sluiten.
De heer Ritmeester (weth.) wil er nog op wijzen, dat
hier wel mooie en schoone woorden zijn gebruikt over
het aanwenden van electriciteit, maar dat, wanneer de
Raad elk jaar de begrooting van het Electriciteitbedrijf
en daarmee ook de prijzen vaststelt en de heer
Vromen nu spreekt van een uitbuitsysteem van dat be
drijf, degene, die dat zegt, practisch gesproken zichzelf
voor een uitbuiter uitmaakt.
De heer Vromen zegt, dat de wethouder een gedeelte
van wat spr. heeft gezegd niet schijnt te hebben ge
hoord, waarom het spr. niet juist lijkt op deze laatste
woorden van den wethouder in te gaan.
De Voorzitter deelt na gepleegd overleg tusschen B.
en W. mede, dat het college bereid is, het voorstel van
den heer Van Kollem over te nemen. Er zit echter alleen
dit in den weg, dat de huurverhooging reeds gedeel
telijk is toegepast en dat het dus administratief zeer
moeilijk is om die verhooging thans terug te nemen. B.
en W. zijn echter bereid, indien de comm. voor de
Lichtbedrijven op korten termijn een advies geeft, dat
anders is dan B. en W. thans hebben bepaald, dit ad
vies als besluit van B. en W. met terugwerkende kracht
te doen ingaan en dan eventueel een verrekening met
de verbruikers te doen plaats hebben.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het voorstel van de heeren Buiel en Muller is inge
trokken.
Het voorstel van den heer Van Kollem is behoudens
de zinsnede ,,en, in afwachting van haar advies, de ver
hooging voor de piekmeters niet toe te passen", door
Burgemeester en Wethouders overgenomen.
Te 5.55 uur nam. wordt de vergadering geschorst
Te 8 uur nam. wordt de vergadering voortgezet.