Vergaderino van Woensdag 7 Juni 1939.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 7 Juni 1939.
91
Tegenwoordig 26 leden. Afwezig de Burgemeester
en de heeren Buiël, Feitsma en Posthuma.
Voorzitter de heer G. Botke, wethouder.
Te behandelen punten
1. Mededeelingen en rapporten.
2. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
verhuring van een strook grond aan den Sneeker-
trekweg aan de N.V. Olie-Handelsvereeniging (Oil
Trading Association) (bijlage no. 66).
3. Alsvoren tot verhuring van het perceel Groot
Schavernek no. 9 aan den Staat der Nederlanden
(bijlage no. 65).
4. Alsvoren tot het aangaan van een gemeen
schappelijke regeling met de gemeente Hennaarderadeel
omtrent de toelating van leerlingen uit die gemeente tot
de openbare school voor U.L.O. alhier (bijlage no. 60a).
5. Alsvoren tot verbouwing van het Stedelijk Gym
nasium en tot wijziging van de begrootingen van de
gemeente en het bedrijf der Gemeentewerken, beide
dienst 1939 (bijlage no. 62).
6. Alsvoren tot onbewoonbaarverklaring, respec
tievelijk beëindiging van de verhuring en afbraak, van
een aantal woningen in „de Weerklank" (bijlage
no. 61
7. Alsvoren tot vaststelling van een verordening tot
heffing van opcenten op de hoofdsom der Personeele
belasting en in verband daarmede tot wijziging van de
gemeentebegrooting, dienst 1939 (bijlagen nos. 36 en 63).
8. Alsvoren inzake nadere regeling van de verificatie
van de gemeentefinanciën en tot wijziging, in verband
daarmede, van onderscheidene verordeningen (bijlage
no. 64).
9. Alsvoren tot wijziging van de gemeentebegrooting
en onderscheidene bedrijfsbegrootingen en van de be
grooting van het Stads-Ziekenhuis, zoomede tot goed
keuring van een wijziging van de begrooting der Gem.
Instelling voor Maatschappelijk Hulpbetoon, alle dienst
1938.
10. Alsvoren tot wijziging van de begrootingen van
de gemeente en het bedrijf der Gemeentewerken, beide
dienst 1939.
Punt 1. Wordt medegedeeld
a. dat Ged. St. hebben goedgekeurd het Raadsbesluit
van 17 Mei 1939 tot verkoop van bouwterrein nabij de
Delistraat.
Voor kennisgeving aangenomen.
b. verzoek van A. Prins, alhier, om aan de pachters
van gem. standplaatsen voor ijscowagens ten aanzien
van den verkoop dezelfde rechten toe te kennen als de
ijsverkoopers, die particuliere standplaatsen innemen of
uit een winkel verkoopen, hebben.
Wordt voorgesteld ter afdoening aan B. en W. te
zenden.
De heer De Vries betoogt, dat de verkoop van con
sumptie-ijs niet valt onder de Winkelsluitingswet, en
nu zijn de pachters van de gem. standplaatsen slechter
uit dan de losse venters, daar de eersten 's avonds na
achten en Zondagsmorgens niet mogen verkoopen. Spr.
vereenigt er zich mee, dat B. en W. deze zaak afdoen,
maar meent, dat er reden is, aan den wensch van
adressanten tegemoet te komen.
De heer Van der Geest meent ook, dat adressanten
t.o.v. hun collega's gehandicapt zijn, doordat zij 's avonds
na 8 uur en 's Zondagsmorgens hun standplaatsen niet
mogen innemen, terwijl losse venters dan wel mogen
venten. Adressanten moeten t.o.v. concurrentie met
dezen gelijk komen te staan. Het betreft hier seizoen
werk, gedurende enkele warme maanden, en juist vooral
s avonds na 8 uur is de verkoop niet onbevredigend en
dan moeten adressanten ophouden. Spr. hoopt, dat
B. en W. met dit adres rekening zullen houden.
De Voorzitter zegt, dat deze zaak bij B. en W. in
onderzoek is. Gelet op wat hierover reeds in het College
is besproken, meent spr., dat het verzoek in gunstige
overweging zal worden genomen.
De heer Van der Schoot zegt, dat, daar deze verkoop
buiten de Winkelsluitingswet valt, het wel niet mogelijk
zal zijn de losse venters na 8 uur ook niet te laten ver
koopen. Hun werktijd tot 8 uur is reeds lang genoeg.
Spr. dringt er op aan in ieder geval het verkoopverbod
op Zondagmorgen te handhaven.
De Voorzitter meent, dat, daar het hier niet de best
gesitueerden betreft, men het den venters niet moeilijker
moet maken door den verkoop na 8 uur te verbieden
juist dan wordt, naar men zegt, nog al veel verkocht.
Als dergelijke menschen op andere wijze met minder
lange werktijden iets zouden kunnen verdienen, zou spr.
zich daarover verheugen, maar de wet laat den verkoop
van consumptie-ijs vrij en daarom wil spr. de venters
ook meer vrij laten.
Het verzoek wordt ter afdoening in handen van
B. en W. gesteld.
c. verzoek van de Neutrale Melktappers Ver.
Leeuwarden-Huizum om de melktappers in de levering
van melk voor de verstrekking op scholen te betrekken.
Wordt voorgesteld te behandelen bij het t.z.t. te
dezer zake te verwachten voorstel.
De heer IJtsma zegt. dat adressanten moeten begrij
pen, dat, als de schoolmelkcentrale hier eventueel in
gevoerd zal worden, deze nummer één is, doch als de
melktappers er bij kunnen worden betrokken, zal
niemand daartegen bezwaar hebben, ofschoon spr. de
mogelijkheid daartoe gering acht. Hij had graag, dat
adressanten in plaats van aan B. en W. te vragen, of
er ook wegen gevonden kunnen worden om hen in te
schakelen, zelf hadden aangegeven, hoe dat mogelijk is.
Misschien kunnen adressanten dit alsnog doen, als dit
adres bij het t.z.t. van B. en W. te verwachten voorstel
weer aan de orde komt.
De heer Van der Geest ziet ook graag bij het t.z.t.
te verwachten voorstel i.z. melkverstrekking een richt
lijn aangegeven, hoe de melktappers daaraan zouden
kunnen medewerken. Men behoeft dan niet meer te
spreken over de wenschelijkheid van het inschakelen
der melktappers, maar dan weet de Raad, hoe men zich
die inschakeling denkt. Is het ook mogelijk een onder
houd met adressanten te hebben om een en ander aan
de weet te komen
De heer Turksma zegt, dat, blijkens een Min. cir
culaire voor verstrekking in natura vanwege de ge
meente, de neringdoenden zooveel mogelijk ingescha
keld moeten worden. Hoe dat kan en moet, kan spr.
zoo niet beoordeelen. Maar er dient rekening te worden
gehouden met andere factoren, welke hierbij een rol
spelen. Adressanten zeggen n.l., dat zij door de school-
melkverstrekking zooveel omzet zullen verliezen. Spr.
ziet dat niet in en acht bij deze zaak een propaganda
voor meerder gebruik van melk aanwezig.
Spr. wil graag weten, als de melktappers op een of
andere wijze ingeschakeld kunnen worden, hoe zij dat
willen.
De heer Van der Schoot zegt, dat het hier den melk
tappers niet alleen gaat om de meerdere melklevering.
maar zij moeten vaak nog geld van de klanten hebben.
De Voorzitter wijst er op, dat hier geen verstrekking
van gemeentewege plaats vindt, doch de ouders be
talen de melk; de gemeente blijft er financieel buiten.
Wat de heeren Van der Geest en IJtsma hebben ge
zegd, zal via de pers adressanten wel bekend worden
en zij zullen wel doen, wat deze heeren gevraagd
hebben.
Het verzoek zal worden behandeld bij het t.z.t. te
dezer zake te verwachten voorstel.
d. dat op Dinsdag 27 Juni a.s. des avonds om 8}^
uur ten Stadhuize de officieele ontvangst door het
Gemeentebestuur zal plaats vinden van deelnemers aan