44 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 30 Januari 1940.
Voortzetting der vergadering op Donderdag 1 Februari 1940.
dat respecteeren, maar dan moet diegene niet als be
woner adresseeren om de Emmakade te verbeteren, zóó,
dat, als het gebeurde, voor de andere straten en pleinen
niets meer zou overblijven
B. en W. antwoorden in het Sectieverslag, te zullen
nagaan, of de trottoirs aan de Emmakade moeten wor
den verbeterd. Als daar iets moet gebeuren, of het dan
in de eerste plaats aan de trottoirs moet zijn? De meeste
bewoners hebben hun wekker allang afgeschaft, omdat
zij 's morgens wel gewekt worden door de auto's van
de Condensfabriek, die de huizen doen schudden. De
„kinderhoofdjes'-bestrating vraagt allereerst vervan
ging door een beter wegdek. Het gemak van tegeltrot
toirs met een behoorlijken trottoirband zou overigens
zijn, dat de bewoners van de Emmakade, die hun auto's
nu op de trottoirs rijden, dan gedwongen zouden zijn
ze op den rijweg te laten staan.
De heer Balk is intusschen ter vergadering gekomen
De heer Praamsma zegt, dat de verbetering van den
Groningerstraatweg de bijzondere belangstelling der
A.R. heeft. Gisteren heeft de weth. van O.W. een
nadere toelichting gegeven, die wel verhelderend heeft
gewerkt, maar niet alleszins bevredigend was. B. en W.
konden verklaren, dat een plan gereed ligt. Spr. verwijt
B. en W. dan ook niet deze zaak niet eerder aan de
orde te hebben gesteld, maar mèt den heer Molenaar
zou hij graag willen weten, wat B. en W. nu verder
denken te doen. Zeer terecht is er aan herinnerd, dat
er reeds eerder een lijdensgeschiedenis is geweest bij
den Groningerstraatweg, waarbij zoo'n beetje lijdelijk
verzet werd gepleegd. Toen eindelijk de zaak in orde
was en men bruggen en traverse ging bezichtigen, heb
ben B. en W. en de Hoofdingenieur den wensch uit
gesproken, dat zoo iets niet weer zou voorkomen en
men voortaan op volle medewerking zou kunnen reke
nen. Ook spr. meent, dat de verbetering van den Gro
ningerstraatweg nu eindelijk eens moet worden uitge
voerd. omdat zij reeds jaren pro memorie op de be
grooting prijkt. Dit werk is geheel in handen van twee
officieele instanties gemeente en Rijk, die ten slotte
beide gaarne objecten voor werkverruiming hebben en
ook van de noodzaak van verbetering van dezen toe
gangsweg wel overtuigd zullen zijn. Spr. zou gaarne
zien, dat het College in opdracht van den Raad alle
mogelijke en oirbare middelen in het werk stelde om
tot uitvoering te komen, eventueel een bezoek aan Den
Haag te brengen, om zoo mogelijk binnen korten tijd
het werk te beginnen. Er zijn bewoners, die soms wel
10 a 12 jaar geleden hun bijdrage hebben betaald voor
behoorlijke aansluiting aan den weg en nog steeds
daarop wachten.
De heer Hooiring maakt nogmaals van de gelegen
heid gebruik, de aandacht te vestigen op de saneering
van de Weerklank. Wie. zooals hij, den toestand daar
is gaan opnemen, moet zeker overtuigd zijn, dat deze
onhoudbaar is. Indien mogelijk, moet daar in den kortst
mogelijken tijd een oplossing komen. B. en W. zeggen
in de Mem. v. A., dat steeds wordt doorgegaan met den
aankoop van onbewoonbaar verklaarde woningen, maar
spr. vraagt zich af, in welk tempo dat dan gebeurt.
Wachten B. en W. tot er eens een eigenaar bij hen
komt, die bereid is zijn woning af te staan? Of pogen
zij zelf de eigenaars te bewegen de woningen over te
doen? Zoo niet, dan dringt spr. hier ernstig op aan.
Hij ontkent niet, gezien de ingezonden stukken, die som
mige eigenaren in de couranten schrijven, dat die onder
handelingen zoo heel gemakkelijk zullen gaan. B. en W.
zeggen, dat er nog 32 woningen zijn afgekeurd, maar
dat er geen gelegenheid is, ze spoedig te ontruimen, en
verder, dat ook besloten is tot onbewoonbaarverklaring
van 24 gemeentewoningen ter plaatse. Dat is echter niet
in de Weerklank, maar in de Keizersbuurt, waaromtrent
destijds in den Raad een besluit werd genomen. Als men
de 32 en de 24 woningen zou optellen, dan lijkt het,
alsof er niet veel meer te saneeren overblijft in de
Weerklank, maar zoo is het niet.
De heer Buiël zegt, dat men hem eindelijk heeft be
grepen. Niet de wijze waarop de financiering uit het
Werkfonds geschiedt en niet welke werken al of niet
daarvoor in aanmerking komen, was spr.'s vraag, maar:
wat is financieel en practisch het voordeeligste Hij
wijst nu nog op de 4950.die als aflossing aan het
Werkfonds zal moeten worden betaald. Zoolang de
gemeente nog met de extra-bijdrage te maken heeft,
behoeft ze misschien niet altijd af te lossen, is gezegd,
maar dan blijft de schuld toch bestaan en heeft de ge
meente eens het geluk van de extra-bijdrage af te zijn,
dan zit zij met een groot geleend kapitaal uit het Werk
fonds, dat terugbetaald moet worden, want dan zou er
zeker worden gezegd, gezien ook het feit, dat
Leeuwarden over een belastbaar vermogen van
101.836.000.beschikt: nu zijn jullie wel in staat
terug te betalen en willen jullie niet, dan moeten die en
die wenschen maar achterwege blijven en die en die
verbeteringen maar uitgesteld worden, enz. Hier is dan
ook voorzichtigheid geboden. Spr. zou er vóór zijn, die
4950.nu wel af te lossen, omdat die eigenlijk in de
extra-bijdrage begrepen is. (De heer Botke (weth.):
Dat bedrag moet volgens overeenkomst afgelost
worden).
Weth. Hellema meende, op grond van een Min. cir
culaire, dat niet afgelost behoefde te worden, zoolang
de gemeente een extra-bijdrage krijgt. Nu zijn er in
tusschen Socialistische Ministers gekomen, misschien
dat er thans iets bereikt kan worden.
De heer Botke schijnt speciaal het financieele voor
deel op het oog te hebben gehad, toen hij zeide. dat
financiering door het Werkfonds het voordeeligste was.
Maar waarom wordt dan de verbetering van den Mr.
P. J. Troelstraweg, kosten 200.000.niet uit dat
fonds gefinancierd Spr. meent, dat er met het oog op
meer of minder voordeel voor de gemeente wel degelijk
verschil in de financieringswijze is en dat men daar
voldoende aandacht aan moet besteden.
De heer Botke zeide. dat de consolidatie der schuld
een gevolg is van de uitvoering van werken. Maar
hoe denkt hij over de vlottende schuld van een millioen?
(De Voorzitter: Kasgeld leenen).
Dat zou maar uitstel beteekenendan blijft de vlot
tende schuld nog langer bestaan.
Voorts zeide de heer Botke. dat nu niet meer, zooals
vroeger, tegen 4 geleend kan worden. Maar later
zal misschien nog meer rente betaald moeten worden.
Daarom juist ook zou spr. er voor zijn, de vlottende
schuld niet zoo lang ongeconsolideerd te laten. Er zijn
vroeger reeds nadeelen van ondervonden.
De heer J. de Boer (weth.) antwoordt, dat B. en V/.
aan den Groningerstraatweg de noodige aandacht
schenken en het zou niet zooveel moeite kosten dien
weg over te nemen, als zij aan de gestelde voorwaarden
wilden voldoen. De plannen zijn reeds ter goedkeuring
aan den Rijkswaterstaat toegezonden, maar de over
name moet eerst plaats hebben. Als de gemeente licht
over de voorwaarden heen was geloopen, was de zaak
al lang in orde geweest.
Men vergete ook niet, dat de eischen, welke men
b.v. 10 a 15 jaar geleden aan een weg stelde, veel
minder waren dan thans, omdat het verkeer toen minder
eischen stelde en een weg nu veel intenser gebruikt
wordt, bovendien door veel zwaardere voertuigen.
Daardoor zijn thans de kosten van aanleg en onderhoud
van een weg veel hooger en daarmee moet men bij
overname rekening houden. B. en W. willen echter
doen wat mogelijk is zij hebben dan ook de plannen
gereed laten maken en houden gedurig contact met den
hoofdambtenaar van den Rijkswaterstaat. Er zijn echter
blijkbaar factoren, die de zaak ophouden. Ook de om
standigheden, waarin wij thans leven, zullen er schuld
aan hebben. B. en W. willen bevorderen, dat althans
in 1941 het werk uitgevoerd kan worden. Zooals de
weg er nu ligt, is de toestand onhoudbaar, zoowel voor
de weggebruikers alsook voor de aanwonenden.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 30 Januari 1940. 45
Voortzetting der vergadering op Donderdag 1 Februari 1940.
De Emmakade heeft een soliede bestrating van vlakke
keien. Spr. constateerde, dat het Binnenhof in Den Haag,
waar heel veel verkeer is, ook keibestrating heeft en
het daar dus niets beter is dan hier. Spr. wil daarmede
niet zeggen, dat de bestrating van de Emmakade ideaal
ishij is het eens met den heer Molenaar, dat een
bewoner van een straat met keibestrating, waaraan
bovendien niet veel mag worden gedaan, veel hinder
ondervindt van het verkeer. Als zoo'n keibestrating
goed onderhouden wordt, heeft men er natuurlijk minder
last van, doch deze straten goed in orde te brengen,
b.v. door de Noord- en Zuidzijde te asfalteeren, zou
een kolossaal bedrag vragen. De Groningerstraatweg
komt eerder aan de beurt. Spr. wil echter met Gem.-
werken bespreken, wat kan worden gedaan om de
tegenwoordige bestrating van de Emmakade er zoo
goed mogelijk te laten uitzien de trottoirs zullen daarbij
tevens worden bekeken. Ook de kinderen hebben
tegenwoordig veel genot van trottoirs en nu deze zoo
ongeveer speelterrein voor hen zijn geworden, moet er
uit dat oogpunt ook op gelet worden.
Voor de Weerklank zijn plannen in voorbereiding.
Een aantal woningen is blijven staan, omdat zij nog
bewoond zijn, doch heel wat panden heeft de gemeente
aangekocht en afgebroken en het ligt in de bedoeling
daarmede door te gaan. Daaruit blijkt, dat de gevolgde
werkwijze als resultaat heeft gehad, dat reeds heel veel
krotten zijn verdwenen. Ten slotte zal men echter
radicaal moeten ingrijpen om tot een totale saneering
te komen, wat waarschijnlijk beteekent, dat men de rest
der woningen zal moeten aankoopen. Als het terrein
ruim is, zullen nieuwe straten moeten worden aangelegd
en kan de grond opnieuw als bouwterrein worden uit
gegeven. Een en ander zal binnen afzienbaren tijd den
Raad bereiken.
De heer Buiël, die sprak over de financiering der
werken, is gister reeds uitvoerig door den heer Botke
beantwoord, en daaruit is gebleken het voordeel, voor
de gemeente gelegen in financiering via het Werk
fonds. Wordt een werk via den Kap.dienst betaald, dan
moet er voor geleend worden en komen rente en af
lossing jaarlijks op de begrooting. Een werk via het
Werkl.subs.fonds vergoed te krijgen, beteekent het in
werkverschaffing uitvoeren, wat hier met belangrijke
werken als bruggenbouw enz. met productieve wer
ken in 't algemeen niet gebruikelijk is, al zou dat
voor de gemeentekas het voordeeligst zijn. De verbete
ring van den Troelstraweg wordt gesubsidieerd door de
provinciale fondsenvoor den Groningerstraatweg is
medewerking gevraagd van het Werkfonds. Nadat dit
de plannen heeft beoordeeld en de fniancieele kant is
nagegaan, worden de voorwaarden gesteld.
(De heer Van Kollem is intusschen ter vergadering
gekomen
De heer Botke (weth.) heeft gister reeds de kwestie
van het Werkfonds uitvoerig uiteengezet. Het is hier
toch geen cursusvergadering Het lijkt wel, of de heer
Buiël het niet begrijpen wil.
Wat de vlottende schuld betreft, uit het antwoord
op het Sectieverslag blijkt, dat op het oogenblik de
positie der vlottende schuld en ook de te betalen rente
zeer gunstig is. Eind 1934 bedroeg zij 2.200.000.—,
31 Dec. 1935 3.551.728.- en 31 Dec. 1939
1.073.000. Wanneer dit geconsolideerd wordt,
weten B. en W. nietals de geldmarkt gunstig is en
de rente lager, dan zullen zij pogen een gedeelte te
consolideeren. In 1939 is een gedeelte geconsolideerd
tegen 4 wat zeer gunstig was.
De Voorzitter doet lecture van een voorstel, onder
teekend door den heer Algera, luidende
(III) ,,De Raad, overwegende, dat ten gevolge
van de geringe doorvaarthoogte van de nieuwge
bouwde bruggen en de nog te bouwen Wirdumer-
poortsbrug in meerdere gevallen dan voorheen door
de schippers bruggeld moet worden betaald
dat het billijk is, dat de geschatte meerdere lasten
voor de toch al zoo zwaar belaste schippers op de
een of andere wijze worden gecompenseerd, bijv.
door verlaging van bruggeld
draagt B. en W. op een voorstel bij den Raad in
te dienen, waarin ten minste zoodanige compensatie
is belichaamd.".
B. en W. zullen deze opdracht als een verzoek be
schouwen. Men kan B. en W. niet opdragen, wèl ver
zoeken, een voorstel in te dienen. Als zij het niet willen,
kan men het zelf doen.
De heer AlgeraAls B. en W. het niet willen, moeten
ze maar aftreden. Spr. c.s. hebben echter zooveel ver
trouwen in B. en W., dat zij liever zien, dat B. en W.
het voorstel doen.
Het voorstel zal worden behandeld bij volgno. 54
der Gem.begrooting.
Wordt overgegaan tot artikelsgewijze behandeling.
Gewone dienst.
Aan de orde zijn de Uitgaven.
Volgno. 98 wordt onveranderd vastgesteld.
Volgno. 99. Uitgaven ten behoeve van het Gem.
Woningbedrijff 29.560.
De heer Praamsma zegt, dat de A.R. geen bezwaar
maken tegen het bedrag van 1800.- voor het onder
houd van de 75 woningen aan de Insulindestraat, echter
met die restrirtie, dat dan tevens het Onderhoudsfonds
weer ingesteld wordt. Weth. de Boer zeide gisteren,
dat er ook nog met zoo iets als stormschade en natuur
rampen rekening moet worden gehouden, maar die
komen hier toch zelden voor spr. gelooft dan ook, dat
dit een buitengewoon zwakke verdediging was. Het is
echter ook onmogelijk, 1800.onderhoudskosten voor
deze juist gereed gekomen woningen te verdedigen op
goede gronden. De verklaring van den wethouder, dat
er nog een Onderhoudsfonds bestaat, maakt de zaak
voor spr. nog duisterder. Welk bedrag daarin is, speelt
geen rol, maar het feit, dat het bestaat en men toch
voor het onderhoud van nieuwe woningen weer een
groot bedrag raamt, noopte spr. nogmaals op deze zaak
terug te komen. Financiering van het onderhoud van
gemeentewoningen uit een onderhoudsfonds is volgens
spr. de eenige juiste methode.
Als B. en W. zelf bij andere posten b.v. tegenover
achterstallige inkomsten gelijke bedragen voor achter
stallige uitgaven ramen, met de motiveering, dat daar
door geen inbreuk op de begrooting wordt gemaakt,
dan ligt het toch voor de hand, dat zij voor het onder
houd van de gemeentewoningen, dat in de eerste jaren
weinig, in latere jaren veel meer zal vragen, deze uit
gaven zoo gelijkmatig mogelijk op de begrooting zullen
doen drukken daarom is het gewenscht, telkenjare een
behoorlijk bedrag in zoo'n fonds te storten.
Waarvoor dient thans eigenlijk het Onderhouds
fonds Er is gezegd voor buitengewoon onderhoud.
Maar dat wordt toch al in de begrooting verdiscon
teerd Het zal misschien niet meer mogelijk zijn, de
door spr. voorgestelde financieringswijze dit jaar nog
over te nemen daarom beveelt hij haar voor het vol
gende jaar aan.
De heer J. de Boer (weth.) zegt, dat het bedrag voor
het onderhoud der gemeentewoningen sterk gelimiteerd
is. Het maximum voor de arbeiderswoningen is 29.
voor de middenstands- en kleine burgerwoningen
40. Het is niet mogelijk daarvan nog iets in het
Onderhoudsfonds te storten. De bedragen, die elk jaar
worden uitgetrokken, worden steeds opgebruikt. Men
mag niet meer, wel minder, uitgeven dan op de be
grooting staat. Zou er iets overschieten, dan mag dat
toch niet in het Onderhoudsfonds worden gestort. De
12.000.die nog in het fonds zijn, kunnen gebruikt
worden voor buitengewoon onderhoud en eventueele
verbeteringen. Gisteren heeft de heer Praamsma ge
wezen op de Min. circulaire, waarbij premies beschik-